Dinsdag 2
Maart 1909.
No. 7629.
58e Jaargang
Vragenlijstjes.
firma a h van cleeff
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement por 3 maanden/"l—
franco per post f 1.15. Advertentiën 1-8 regels 60 centelke regel meer 10 cent. O ij rogel-
abonnemant reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieële- en onteigenings-
advertentiën oer regel 15 cent. Reclames 1—5 regels f 1.25 elke regel meer f 0.25. Groote
letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten
evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
kortegracht 9
itbua 9. Telephoon 19.
Nu het weer gaat naar den tijd der alge-
meene verkiezingen hebben verschillende
bladen hun meening eens doen hooren
over het ook hier te lande overgenomen
gebruik, den candidaten voor Kamer, Pro
vinciale Staten of Gemeenteraad niet alleen
hun politieke geloofsbelijdenis af te vragen,
doch óok een reeks vragen te stellen hoezo
denken over dit of over dat.
De «Standaard" spoort de candidaten voor
de Tweede Kamer aan, antwoord te weige
ren op de vragen, die hun door allerlei
vereenigingen met het oog op de stembus
worden voorgelegd.
«Voorstanders van vrouwenkiesrecht, ver
lofhouders, tappers, Staatspensionneerdera
maken inquisitoriale vragenlijsten en zenden
die aan de candidaten, rechts zoowel als
links.
«Dit in het wild opgroeiende vragenstelsel
isoleert éen met name genoemd belang uit
het geheelplaatst dit éene belang vóór alle
andere belangen op den voorgrondstoort
zich aan tijd noch evenwicht; dringt alle
beginselen op zij verbreekt de eenheid in
de behartiging van 's lands zaken en dreigt
alle gezonde politieke actie te verijdelen. Ze
gaat in het spoor der sociaal-democratie. Ook
deze schuift eenzijdig éen enkel belang
dat der proletariërs op den voorgrond.
Ze stelt de proletariërs, als groep, tegenover
alle andere groepen van het maatschappelijke
leven buigt alle voorkomende vraagstukken
naar den kant der proletariërs over; zet
daarvoor een afzonderlijke politieke actie
op; vraagt niet wat kan of niet aan, maar
drijft in haar eenzijdigheid tegen alle poli
tieke bezonnenheid in. En poogt heel de
politiek te noodzaken, het haar aangelegen
belang lot het middenpunt van den strijd te
maken.
«Juist zóo nu doen feitelijk deze candi-
daatinquisitoren. Het algemeen belang van
het land laat hen koud. Van wat verder in
's lands belang aan de orde is, weten ze
niet afdaar bekreunen ze zich niet om.
Al wat ze beoogen is, dat de candidaat zich,
wat hun speciaal belang betreft, aan hun
zijde schare. Ze willen zich daardoor verze
keren, dut in het parlennnt hun belang een
vast stel pleitbezorgers zal vinden en willen,
dat in de Kamer, hetgeen zij voorstaan, de
indeeling der leden in twee groepen zal be-
beerschen.
«We hebben hier alzoo te doen met een
politiek kwaad, dat op geenerlei wijze mag
worden aangemoedigd, maar uit beginsel
moet bestreden worden. En hierop moot te
meer nadruk gelegd, omdat er een verzoe
king iu schuilt waarmee men candidaten in
een zwak oogenbhk. aan boord komt. Vooral
een zittend lui, dat weet: «mijn herkiezing
kan aan enkele stemmen hangen", wordt
zoo licht verleid, door een gunstig antwoord
op zulke inquisitoriale vragen, het verlies
van stemmen te voorkomen, ot misschien
zelfs enkele stemmen te winnen en dat te
meer, zoo hq vermoeden kan, dat zijn con
current deze inquisiteurs wel in het gevlij
zal komen. Hjj weet hoe zwaar ook b(j en
kelen van zqn eigen kiezers een hun speci-
ual betreffend belang weegt. En al weigert
hij dan ook een besliste belofte te doen,
toch voelt ook bij wel iets voor het belang,
dat op den voorgrond word gesteld en zoekt
dan zoo licht een uitweg iu een omsluierde
verklaring vun sympathie.
«Toch mag dit met.
«Ongetwijfeld hebben ook zulke speciale
bi langen recht op behartiging, maar de pleit
bezorgers van deze belangen moeten iu do
kiesvereeiiigingen er voor optreden, en ze,
zooveel liet kau, in hot program van hun
party doen inschakelen. Dat is de gezonde
weg. Alleen zóo wordt de eenheid iu de
politieke actie bewaard, en ia! niet het spe
ciaal belang van de éene klasse tegen dat
van do andere klasse worden overgesteld.
»Een soliede candidaat, die niet vóór alle
dingen doelt op zijn eigen Kamerlidmaat
schap, maar voor de eer van zijn beginsel
on voor de een van zijn beginsel en voor
het landsbelang den strijd aanbond, zal daar
om wel doen, duidelijk aan deze inquisiteurs
te verstaan te geven, dat bij zich niet op
hun folterbank laat uitstrekken".
Tegen dit steeds voortwoekerend kwaad
is dus maar éen probaat geneesmiddel aan te
geven: Elke soliede candidaat moet het aan
durven om kortweg het geven van antwoord
te weigeren. Hq moet niet half, en ook niet
voor een kwart, hq moot ganschelqk niet
antwoorden, of, wat nog beter is, terug
schrijven, dat hq het antwoorden op zulke
vragen afkeurt, en er derhalve niet aan
meedoet.
«Immers, heel dit vragenstelsel is at Ie
keuren. Het doet geen nut. Hot bederft onze
politiek en dreigt ten slotte zelfs de bc-
windvooring om te zeiten iu een zich schik
ken en voegen naar de eenzijdige baalzuch-
tigheidsvoorstanders van allerlei sociale of
politieke belangen.
«De politieke actie heeft ten doel, 's Lands
zaken in haar geheel te overzien, de behar
tiging der onderscheiden belangen in even
wicht te houden, op orde van tijd en finan-
cieele mogelijkheid te letten, en zoo te komen
tot het vaststellen van een gedragslijn, die,
aan vaste beginselen getoetst, waarborg
biedt, dat liet bewind van 's Lands zakon
in vaste richting geleid worde«.
De «Nieuwe Courant" merkt op, dat de
laatst aangehaalde zinsnede van den Stan
daard" bijna woordelijk overeenstemt met
bet beginselprogram van den Vrij-liberalen
Bond, dat aan de Staten-Generaal „de on
partijdige behartiging der onderscheiden
volksbelangen naar mate van hun beteekenis
voor de gemeenschap" tot taak stelt.
Zq is het dan ook met den „Standaard"
vólkernen eens.
„Het gevaar van het insluipen van dorge-
Iqke gewoonten lqkt ons vooral hierin gele
gen, dat het de Kamerleden hoe langer zoo
meer van de kiezers afhankelqk maakt. Door
allerlei belofteu gebonden au n vereenigingen,
die tot zijn verkiezing hebben medegewerkt,
staat de afgevaardigde niet meer vr(j tegen
over de wetsontwerpen, welke door de Re-
geeriug aan zijn oordeel worden onderworpen.
„Wij willen hiermee niet zeggen, dat de
candidaat zich in een waas van geheimzin
nigheid moet hullen. Natuurlijk hebben do
kiezers het volle recht, zich omtrent zqn al-
gemeene gezindheid en zqn oordeel omtrent
zekere actueele onderwerpen te vergewissen.
Maar de Candida it l -gge hieromtrent steeds
zooveel mogelqk Bleebts een verkluriog in
algemeeneu zin af en outhoude zich vau de
beantwoording van gedetailleerde vragen".
Evenwel wijst de „Nieuwe Courant" nog
op eon zeer opmerkelijken kant vau het
verschijnsel.
„Het is deze, dat hier uit het openbare lo
ven stroomingen opkomen (cross-currents
noemt men ze aan de overzijde van het Ka
naal) die bestoind scbijnoo de traditioneole
partqgroepeering te breken. De vereenigin
gen, die vragenlijstjes omtrent éen, naar haar
opvatting, overbeerscbend belang aan de can
didaten voorleggen, moeten, als ze conse
quent zijn, van het antwoord haar steun bij de
stembus laten afhangen, onafhankelijk van
de vraag of de candidaat tot links dan wel
tol rechts, ja zelfs tot welke party by be
hoort.
„Een stap verder zou zijn, dat dergelijke
vereenigiugeu haar afdeelmgen als kiesver-
eenlingen in de districten gingen constitu-
eeren.
«Dat zou oen belangrijke verandering in
liet partijwezen kunnen teweeg brengen,
waarvan wy nog niet durven zeggen, dat zij
enkel nadeel brougen zou."
Het „Centrum" sluit zich ovonoons aan
by den «Standaard".
«Natuurlijk pleiten wij niet voor bet op
trekken van een muur tusschen kiezers en
candidaten of gekozenen. Eerstgenoemden
hebben hei recht te weten, wie de man is,
dien zq uitgonoodigd worden af te vaardi
gen zij behooren kennis te maken met zijn
voornemens, zqn program. Dal program zal
echter uit den aard dor zaak niet kunnen
judfulschen tegen dat der party, waartoo hq
behoorl. En wat de speciale belangen betreft,
welke zeer zeker óok in bet oog moeten ge
houden worden, zullen do pleitbezorgers dier
belangen, gelqk de «Standaard" terecht op
merkt, voor hun behartiging een lans kun
nen breken in de kiesvereeniging, waartoe
zq behooren.
«Een vertegenwoordiger, die z\jn taak se
rieus opvat, zal het rechtmatige van die be
langen niet miskennen, noch onderschatten
maar hq zal er tevens voor waken, dat zui
ver stolfelqke aangelegenheden, of vermeen
de voordeelen eener bepaalde categorie van
personen overheerscbeod worden in ons
openbaar leven. Het beginsel, hrt algemeen
belang en de eenheid in de party moeten
steeds voorop staan."
Naar aanleiding van de stichting van een
«Propagandafonds van belanghebbenden by
uitvoering en toepassing van Woningwet en
Bouwverordening te Amsterdam", welk fonds
ten doel heeft, by verkiezingen invloed te
oefeneo, keert ook de «Zutpheosche Crt."
zich legen het hier behandelde misbruik.
«Zoo krijgen we dus, buiten de politiek
om, ten actie tegen de Woningwet, uit
gaande van het meest behoudzuchtig deol
der natie. Niei het algemeen belang geeft
daarbij den doorslag wat voelen die
voorstanders van ellendige woningen daar
voor? doch het persooulqk belang der
huiseigenaren.
«Zie, dat is een manier om op den gang van
's lands zaken invloed te oefenen, welke hoe
langer zoo meer ingang dreigt te vinden.
Voorstauders van bepaalde stelsels Van
sociale wetgeviug, zooals de mannen van
„staatspensioen voor iedereen", zijn in dat
opzicht al voorgegaan. Vakbonden vragen
den caiidiiiflten voor de Kamer hoe ze den
ken over dit of dat onderwerp, dat dien
(Jouden nauw ter harte gaat omdat bet
belang vau hun vak in 't algemeen (lees:
het persooulqk belang van hun ledeu)
daarmee gemoeid is.
«Zoo wordt getracht pressie te oefenen
op de Kamerleden, waardoor dezen op den
duur hun zellstandigheid onvermqdelqk
moeten inboeten. Er zijn nu eenmaal vele
zwakke zielen, die voor de verleiding be-
zwyken. Er zijn er helaas te veel, die zich*
zoo u vragenlijst laten voorleggen en maar
ja en amen zeggen op de eischen van de
heeren, die ze beschouwen als de vertegen
woordigers van de sterkste groep, welke
hun alzoo de meeste kans kunnen bieden
op de zege aau de stembus."
Ook de j,'Zutpheosche Crt." hoopt, dat,
nu van weerskanten het kwaad is erkei d,
hetwelk uit die vragenlijstjes voortvloeit, er
spoedig een eind aan zal komen doordat
alle Kamercandidaton eenstemmig zullen
weigeren, zich op deze wyze de wet te laten
stellen.
Ze moeten allen oenvoudig zulke vragen
negeeren.
Ging men toch dien kant stelselmatig op,
dan zouden we weer verdagen in het Frank
rijk van 1786, toen ile „Constituante" heersch-
te, waarvan elk lid uit zqn district oen „ca
hier" mei wenschen meekreeg betreffende
noodig geachte hervormingen iu de maat-
schappy.
Juist om herhaling daarvan te voorkomm
is art. 80 iu onzoGroudw.it geschreven:
«do letton stemmoD zonder last van ol rugge
spraak met hen die benoemen". Met die
«ruggespraak" wordt niet bedoeld liet houden
vau politiuko redevoeringen iu het district
vóór de stemming, hot conf oreeren met
mannen van invloed over wetsontwerpen
die speciaal districtsbelangen raken - want
by dat al behoudt het Kamerlid zün gevoel
van zelfstandigheid en verantwoordelijkheid.
„Die ruggespraak kan ook nimmer ten
laste worden gelogd aan oen Kamerlid die
zich homogeen verklaard heeft met bet
programma der politieke party, welko hem
stelde.
„Maar die kan wel verweten worden aan
hom die, zuchtend onder don druk van afge
perste beloften over allerlei persoonlijke
belangen van gmepon van kiezers, leden van
bonden of veroenigingon, zqn vryheid ver
loren heeft om objectief te oordeelen over
de horn voorgelegde wetsontwerpen.
«Wie dat vragen-stellen aan candidaten
helpt verhellen tot systeem, miskennen de
beteekenis van art. 86 der Grondwet, maken
de Volksvertegenwoordigers tot lasthebbers
hunner kiozers en bederven onze politiek,
omdut ze den Kamerleden alle gevoel van
fiurbeid en zelfstandigheid benemon en een
ras van slappe baantjesjagers kweeken.
„Daartegen zullen ook wy onse stem ver
heffen".
Een vrouw over de vronw.
In hot Maart-nummer van de „Neue Rund
schau" geeft Lucia Dora Frost onder het
motto „ik zal vqandschap zetten tusschen u
en deze vrouw" oen doorwerkt artikel over
de vorhoudiog tusichen mati en vrouw en
komt tot de pessimist» conclusie, dat het
conflict der geslachten altijd zal blqven be
staan.
De man is uu eenmaal van nature sterkrr
en zal daarom altyd de meerdere biyven.
De theorie, die gelijkheid betoogt en wil
verwezonlyken, is een valscha theorie.
Lucia Dora schrqft o.a.
In niets zullen wq gelqk kunnen worden;
niet eons een gemeenschappelijke schijn van
beschaving k-m ons vereenigon, want zelfs onze
misverstanden moeten verschillend zyn. De
weg tot heerschappij ia vor, zeer ver en
voert door een van manneiyke waarde en
zelfbewustheid gemagnetiseerd veld. Hoe zui-
lon wq dan beletten, dat wq in „nadoen"
vervallen en onzen weg vorliezen, als wy
juist ons van onze eigenaardigheid willen
ontdoen. Wq kunnen niet van don man
Ie iron, wanneer wy geeu onderscheiden er
kennen, die ons juist in staat zouden stellen
een methode op te maken, volgens welke
wq wel van hem zouden kunnen loeren
«De jongeling leert van den man, tonder in
den kwaden zin na&pend te zun. iiy kan
dat, omdat's meesters denkwqze de zqne kan
zyuhq is met hem verwant. Wat kan ech
ter de vrouw zonder liet bewusizyn van de
scheidende kloof anders bereiK"n dan hem
naiipetid verkeerd te begrypen l Hoe kunnen
wy tot geestelyke zelfstandigheid komen
zonder minstoDs al de mannelqHe begrppon
in het vrouwelijke, ia onze gematigde at
mosfeer over te zetten
«Is de geestelyke zelfstandigheid ook maar
iet» toegenomen ouder de heerscbappq van
het gclijkbeidsdugma hebben wij onder haar
triomfen van kwaliteit gevierd, dingen vol
bracht, welke aan de laagste vrouw ten
goede kwamen, z-ioals de daden van de groote
mannen nog op den ellendigston man een
zwakken weersohqn afwerpen en dat met
recht doeD, omdat zij voortbrengselen van
het geslachtskarakur zijn? Water aau duur
zaams ontstond, gewerd trots de gelqkheids-
propagauda. Moet niet de heerschappij van
dat valsche dogma or toe leiden, dat w||
door elke middelmatige navolging reeds voor
een daad, elk valsch succes voor een echt
aan te zien, juist de fijuo en beslisseude
waarde onderscheiden, wegvagen eu ten slotte
den man als hollen phruseur gaan bespotten,
omdat wy niet kunnen toegeven, dat in hem
iets anders en meer steekt dan in ons
«Hel geiykheidsdogma belet ook do ver
standhouding. Wanneer men twee wezens,
die in diepe, natuuriyke vyandschap tot