S I D O L.
DE PRINS.
ED. WEILL
VOORTZETTING
SIEGER Co,
J. m YOLLENHOYEN,
Fr. W. Foerster, Levenswandel.
Een paarl van groote waarde.
Feuilleton.
ALARM.
ALGEHEELEN UITVERKOOP.
[Sllerbesfö
betaal Dlans
liet wereldberoemde vloeibaar Poets-
extract voor koper, nikkel, tin, zilver, enz.
is verkrijgbaar bij alle Drogisten en Win
keliers in Koloniale waren a 00, 30 20,
10 en 6 cent per bas ot flacon.
De ondergeteekenden, fabrikanten van
Sidol, erkennen niet de eelitbeid van de
artikelen, die onder dezen naam tot lagere
prijzen worden aangeboden.
Keuleu, Wittenberg, Parijs, Milaa",
Brussel en Weenen.
AUeenverkoop voor Amersfoort en omstreken:
„Een boek waar ataal In zit
Aldus oordeelt een bevoegde over:
Een boek voor jonge menschep, met er-n mleidipg van dee,en
Naast dit oordeel staat dit van 50 ernin®utjfkrachtig aanbevelen,
des lands, die zonder eeuige reserve het boek kracnug aa
Het mag in geen huishouden ontbreken.
Prijs Ingenaaid f 1.90; gebonden f 2 40.
Uitgave van J. Floegsma, Zwolle.
vooral op eenigszins geiijpte en bezon
nen jongelieden weldadig werken kan.
P. H. Hugenholtz Jr.
't is daarom, dat ik de lezing
van dit boek wel durf aanbevelen, niet
slecht voor jonge minnen en mei j es,
maar ook voor hen die met jonge raen-
schen in aanraking komen.
J. C. Wirtz Czn.
Er kele beoordeelingen
Het ly-lt geen twijfel of Foersters werk
zal voor houderder een gewenschte en
betrouwbare gids blijken.
dr. J. A. Beyerman.
In waarheid, dit boek zal rust geveD
en kracht aan ieder, die 't leest.
dr. W. Haverkamp,
't Is een mooi, een goed en een krach
tig boek, dat gelezen dient te worden
door allen, die anderen moeten opvoe
den en zelf hun leven willen inrichten
naar ethische beginselen.
J. W. Gerhard.
Het is een gezond en pittig boek, dat
Foerster is niet de eerste de beste.
Zijn boek getuigt van rijpe ervaring en
geelt 269 bladzijden een schat van goe
den raad.
Pntel.
Met 1 Juli 1911 is begonnen de 11e Jaargang van
I)e mooiste illustratie iu Nederland.
Behalve een groot aantal zeer fraaie platen en portretten, die de voornaamste gebeur-
teoissen in Nedeiland en in het buitenland in bei 11 brengen, tal van belangrijke geïllu
streerde artikelen op elk gebied enjboeien le novelllon van bekende a iteurs, tegon 1 Juli
1911 in dit weekblad een nieuwe serie romaus:
Herinneringen van Arsène Lupin
door MAURIlE LEliLANC.
(Fraai geïllustreerd.)
DE VlIST VAN DEN REUS.
Rerlynsche roman van RUDOLPH STRATZ.
IN HET SPOOKDAL.
Roman van ANNY WOLTHE.
De boeiende roman van de bekende schrijfsters ALICE en CLAUDE ASKEW
(Het reeds verschenen gedeelte ontvangen nieuwe abonné's op aanvrage gratis.)
en daarna
HET MASKER VAN DEN NACHT.
Roman van HAROLD AVERY.
(Dit weik werd bekroond met een prijs van f'2400.—
Men abonneert zich door het gehecle land lij eiken sohcden boekhandelaar of by de
agenten tegen f3.— per jiar voor de gewone, en tegen f5.— per jaar voor de luxe-editie.
Abonnemenli n kunnen met elk nummer aanvangen, doch zyn steeds verbindend tol No. 52.
Op plaatsen waar geen Roekhandelaar gevestigd is, kan men zie i direct per post
abonneeren tegen een postwissel van 13.75 voor de gewone en fo.75 voor de luxe-editie, aan den
Uitgever N. J. BOON, Amsteldijk 13 te Amsterdam.
Meu ontvangt daarvoor een prachtige illustratie van 20 groote bladzyden op mooi
papier met 40 a 45 platen per week.
20).
Eindelijk stond Assberg echter weer op zyn
voetenhij had zich afschuwelijk pyn gedaan
en trachtte nu, weg te strompelen.
„Wil je my niet helpen?" riep de dikzak
hem nn.
D;e zat nog altijd op het ijs, en bij elke nieuwe
poging om op te staan, gleden hem de voeten
onder de beenen weg. Hij was geen bijzonder
schaatsenrijder. Sedert jaren had hij er niet meer
aan gedaan, en hij wist zelf nog niet goed, hoe
hij er vandaag toe gekomen was, zich weer op
het ijs te wagen.
„Ik heb geen lust, nog eens te gaan zitten"
riep Aesherg hem toe Maar daar kwamen Trom-
berg en juffrouw Wagner al aan en hielpen
Sturm onder gelach en grappen op de been. Een
oogenblik bleven zij Dog met elkaar staan praten,
maar juist, toen Assberg op hen wilde afkomen,
namen zy den dikzak in hun midden en reden
er vandoor.
Dat was een puur toeval, want zy hadden
Assberg niet kunnen zien aankomenn aar hij
Yatte het toch op als een opzettelijke heteediging.
„Bent u gevallen; uw jas is heelemaal vuil".
Juffrouw Emmy stond v6ur hem, en zonder
zijn antwoord af te wachten, ging zij voort
Lint moet geweldig grappig geweest zijndat j
had ik graag gezien Wacht, ik zal een baan i
veger voor u halen om u af te borstelenzóo I
kunt u niet naar huis gaan."
Zij vloog weg; reeds enkele minuten later
stond zij weer naait hem en op een drafje kwam
een man met een kleerborstel aanzetten.
Hij dankte baar voor baar hulpvaardigheid 1
en maakte daarna op zyn kalme, deftige manier
een praatje. Ook Emmv zag er in haar yspakje
allerbekoorlijkst uil en haar kleine, bevallige
figuur deed zich er zeer voordeelig in voor.
Aesberg vond, dat zij er nog nooit zoo goed had
uitgezien uls vandaag. In baltoilet had zij hem
nooit bijster aangestaan voor avondjaponnen,
onverschillig van welke soort, waren naar zijn
meening groote slanke figuren noodig, maar
in sport kleeding kon men, als men nu eenmaal
aan die malligheid meedeed, zich geen aardiger
meisje voorstellen dan juffrouw Emmy nu was.
En dat zij een groot kunstrydster was, bewees
de gemakkelijke, bevallige wijze, waaropzij nu
eens voor- dan weer achteruit naast hem reed,
terwijl hij naar den uitgang ging.
Omdat Emmy zoo klein was, had Assberg
haar tot nu tne meer dan eenig ander meisje
altijd als een soort kind behandeld. Nu zag hij
voor het eerst, dat ook zij een jongedame was,
en zij verscheen bem in een heel ander licht.
Hij beschouwde haar met heel andere oogtn
do kleedirig was voor hem alles, en door den
wensch bezield om haar iets vriendelijks te zeg
gen, zeide hij plotseling„Waarom hebt u zich
tot nu toe altijd zoo schrikkelijk onvoordeelig
gekleed, juffrouw
Emmy had geer. jong meisje moeten zijn om
deze woorden kalm op té vatten.
Haar oogen fonkelden toornig „Weet u wel,
dat uw woorden zeer onbetamelijk zyn?"
Assberg schrok onwillekeurig. „Wees niet boos
op mij, iu-juffrouw. Ik had in de verste verte
niet de bedoeling, u iets onvriendelijks te zeggen.
Ik wilde u een compliment maken".
Maar zóo gauw was Emmy niet verzoend.
„Dut moet u er een anderen keer dan dadelijk
bij zeggen. Maar dat nog daargelatendenkt u
werkelijk, dat uw smaak alléén gezaghebbend
is? Indien mijn kleeren niet naar uwzinwareu,
spijt mij dat zeer, maar u zult mij toch wel
toestaan, my ook in den vervolge te kleeden,
zooals ik dat zelve goed vind".
AMSTERDAM.
Kalverstraat 129
- VAN DEN -
Dauies haast U, iudien U koopjes wilt hebben.
EERSTDAAGS SLUITING VAN DEN WINKEL.
Geen zaak te Amsterdam kan U zulke spotkoopjes bieden als wij,
DAAR ONZE ZAAK OPGEHEVEN WORDT.
Mantels
van f30 nu voor f4.90 en 6.90,
Linnen Mantelcostumes
Toar f 1.45 en 6.85.
Costumes
van f60 nu voor f 16.90 en f 18.85.
Prinsescostumes Zephir
voor f 4.95.
Batist Costumes van f 20, nu voor f 7.90 en 4.79.
Zijden Blouses van f 30 nu voor 16.90 en 3.85Costumerokkeu zjjn nu
voor het derde gedeelte van den inkoopsprijs genoteerd. Wollen Blouses en
elegante Onderrokken, SPOTGOEDKOOP. Hemden en nachthemden, met Valen-
cienne-kant gegarneerd, h, tout prix. Kousen Handschoenen Corsetten.
ALLES MOST WEG.
En weg was zij.
„Het ii toch zoo als ik altijd zeg", mopperde
Assberg, „de jongedame* zijn allemaal eender;
allen zijn zij kwalijknemend en allen dadelijk
ten doode beleedigd, wanneer men niet altijd
alles van hen volmaakt en wondermooi vindt.
Hoe kan men zoo licht geraakt zijn!"
Grimmig zocht hij zijn kamer weer op. Die
kleine kapiteinsdochter leek hem werkelijk nog
maltentiger te zijn dan hij tot nu toe gedacht had,
en juffrouw Wagner.
Wat hij van haar zon denken, wist bij niet
goed. Zelfs in zijn boosheid kon hij niet* on-
i r.endelijks van haar denken, en toch was hij
ook op haar woedeod. Dat zij den dikken Sturm
les in het schaatsenrijden had gegeven, wilde
bij haar niet zoo zwaar aanrekenen; dat had zij
stellig alleen maar uil goedhartigheid gedaan,
maar dat zij zooveel met Tromberg had gereden,
dut zij hem niet alleen een hand gegeven had,
maar hem die hand langer dan een uur had
laten vasthouden, dat was meer dan hij voor
het oogenblik begrijpen kon.
Hij kon het volstrekt met dulden, dat de zelfde
jongedame, die hy ernstig besloten was om te
tro iwen, zich vandaag uitsluitend aan den ka
meraad had gewijd, die hem het minst
sympathiek van allen was.
En voor hém zelf had zij enkel «en half
vroolijk, half plagerig lachje over gehad.
Van dien lach tot non het ,ja" voor bet
■altaar was het nog een verre weg. Voor een
oogenblik rezen er ernstige bedenkingen bij hem,
of het hem zou lukbten, zijn doel te bereiken.
Maar bij had het zich nu eenmaal vast voorge
nomen. Daarom moest hy ook zegeviere.i, want
hot oude gezegde: „Wie de bruid krijgt, is onder
kameraads onverschillig!" mocht voor anderen
van toepassing zijn, niet echter voor een Assberg.
De inspanning van de laatste veertien dagen
was bijna te groot geweest: deels uit eigen be
weging, deels op last van de opperoflicieren. die
van meening waren, dat in deze kritieke dagen
niet genoeg dienst kon gedaan worden, om den
troep in elk opzicht slagvaardig te maken, was
het regiment in den laatsten tijd in het geheel
niet tot rust gekomen, 's Ochtends vroeg rukte
de troep uit om pas na het invallen van de
duisternis terug te keeren. En wanneer de man
schappen dan doodelijk vermoeid op het kazer
neplein stonden en dachtenmorgen zal het
zeker alleen binnendienst zijn, dan hoorde men
op het laatste oogenblik al weerhet regiment
moet morgenochtend om vijf uur, klaar voor
velddienst, op het kazerneplein aantreden. En
alle jeremiaden hielpen geen steek. Den volgen
den ochtend stond men toch waar men moest
staaD, en men hoopte van den eenen dag op
den anderen. Ook op Zondag had men geen
rust gehad, omdat de manschappen druk in de
weer moesten zyn om hun spullen weer be
hoorlijk in orde te breogen, zoodat het avond
was eer zij er klaar mee waren. En toen kon
den zij nog niet uitgaan, want wegens een op
den volgenden dag veraamde groote velddienst
oefening werd er niet eens avond-permissie ge
geven. In plaats daarvan mochten de mannetjes
naar bed gaan, wanneer zij wilden zij behoefden
de taptoe niet af te wachten. Daarom strekte
menigeen al om zeven uur 's avonds zijn nog
moede ledematen op den stroozak uit en allen
droomden, dat er eindelyk eens een dag zou
komen, waarop zij niet allemaal vóór het krie
ken van den dog uit bed zouden gehaald worden
om tot den avond in het veld rond te loopen.
Morgen zou het nu werkelijk rustdag wezen.
(Wordt vervolgd).