Dinsdag 30 Januari 1912.
dt
No. 8062.
61e Jaargang.
Uitgave van de Naamlooze Vennootschap „De Amersfoortsche Courant, voorheen Firma A. H. van Cleefl".
HOOFDREDACTEUR
P. J. FREDERIKS.
AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden /I.
franco per post f 1.15. Advertentiën 1—45 regels 60 centelke regel meer 10 cent. Bij regel-
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvrsag kosteloos. Legale, oflicieële- en onteigen'ngs-
advertentiën per regel 15 cent. Reolames 1—5 regels f 1.25. Bewijsnummers naar buiten
worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
BUREAU
ZORTZGRACHT 9.
Telefoon 10
KENNIS» E YIN O EN.
I)e Gedeputeerde Staten der Provincie Utrecht,
Voorzieningen willende nemen tot het doon
opmaken der Lijst van de hoogstaangeslagenen
in 's Riiks directe belastingen ter benoeming
van leden voor de Eeiste-Kamer der Staten-
Generaal
Gelet op de '2e alinea van art. 102 der Wet
van 7 September 189G (Staatsblad no. 154),
regelende het kiesrecht, enz., zooals die wet is
gewijzigd bij de wetten van ;51 December 1897
(Staatsblad no. 309) en 8 December 1900 (Slaats-
blad no. 208)
Noodigen de inwoners van dit geweet uif, om,
bijaldien zij elders dan in deze Provincie in
's Rijks directe belastingen zijn aangeslagen,
daarvan vóór den 15den Maart 1912 aan hun
College te doen blijken.
Utrecht, 22 Januari 1912.
De Gedeputeerde Staten voornoemd,
F. D. SCHIMMELPKNNINCK, Voorzitter.
A. van DOORNINCK, Grillier.
De Burgemeester van Amersfoort
brengt ter kennis van belanghebbenden, dat
in de Gemeente AbcoudeBnambruggo een ge-
vul van mond- en klauwzeer is voorgekomen.
Amersfoort, 27 Januari 1912.
De Burgemeester, voornoemd,
WUIJTIKR8.
De Burgemeester van Amersfoort
Brengt ter kennis van de ingezetenen dezer
Gemeente, dat het door den Directeur van
'a Rijks directe belastingen, enz. te Utrecht exe-
cutoor verklaard kohier van de
Grondbelasting
over het dienstjaar 1912 aan den Ontvanger
van 's Rijks directe belastingen alhier is ter
hand gesteld, aan wien ieder verplicht is zijnen
aanslag op den bij de wat bepaalden voet te
voldoen.
Gedaan en op de daarvoor gebruikelijke
plaatsen aangeplakt te Amersfoort,den 29 Janu
ari 1912.
De Burgemeester voornoomd,
WUIJTIERS.
Do Kamporbinnoupoort.
(INGEZONDEN.)
Het verheugt mij zeer, dat de heer
Van Duinen de weinig-vriendelijke te
rechtwijzing, welke hij mij in de laatste
Raadszitting toediende, thans heeft te
rug genomen. Nu het onaangename pev-
soonljjke element op deze wjjze uit onze
gedachten wisseling is verdwenen, kunnen
wjj .rustig den zakelijken kant van het
geval bespreken.
Niet minder erkentelijk intnsschen
dun voor dezen stap tot den vrede, beu
ik mijnen geëerden tegenstander voor
zjjne verwijzing naar het vleiend oor
deel, door wylen Van ltootselaar inder
tijd over een werk van hom uitgespro
ken, want ik bemerk daaruit, dat de
heer Van Duinen zicli ook wel op het
gebied der decoratieve kunst bewoog, en
dit geeft mjj niet alleen goeden moed.
dat hij zich ten slotte zal laten winnen
voor de zaak der schoonheid, die hier
gediend kan worden maar het doet mij
ook zien, dat hjj in 1898 de Kamper
binnenpoort niet te n a u w, docli te
w ij d vond voor het verkeer
Ziehier het curieuse geval. In 1898
vierde Amersfoort opgewekt feest ter
eere van de inhuldiging van de Koningin.
Heel de stad werd met guirlandes en
eerepoorten versierd, en een dier poorten,
volgens Van Ltootselaar de mooiste van
alle, was ontworpen door den heer Van
Dninen. Deze poort, „van meer dan ge
wone artistieke waarde stond
in de Kampstraat, op den zelfden weg
dus, waarop het verkeer thans, volgens
mijnen geaebteu bestrijder, door de
Kamperbinnenpoort zoo hinderlijk wordt
belemmerd.
En wat deed nu de heer Van Duinen
Hij bouwde een poort dwars over de
straat en maakte daarin drie doorgan
gen een middenpoort, voor het vervoer
per as, en twee zijpoortjes van 1 M.
voor voetgangers. En de middenpoort,
die dienen moest voor al wat op die
drukke dagen van buiten de stad naar
Amersfoort stroomdede middenpoort,
waardoor meer gerij ging op éen
enkelen dag dan Amersfoort anders in een
week binnen zijn wallen ziet komen
die middenpoort maakte de lieer Van
Duinen3 M. (zegge drie Meter)
breed, terwijl do Kamperbinnenpoorl op
haar nauwste punt 3.605 M. meat*!
De heer Vau Duinen had gelijk met
dit te doen. Van ongelukken heeft men
niet gehoord, en lig had een decoratief
effect bereikt, juist door die nauwheid,
door die afsluiting der straat hetzelfde
decoratieve effect, dat de Kamppoort nog
dagelijks te bewonderen geeft en dat be
waard kan blijven, zonder de lasten eraan
verbonden, als men maar naast die
afsluiting, een behoorlijk breeden weg
aanlegt.
De waarde van dit effect wordt thans
ook door den heer Van Duinen met ronde
woorden erkendalleen is hg van mee-
uing, dat de slooping van een der toren
tjes het schilderachtig aanzien niet zal
verminderen, doch eer nog doen winnen.
Een oud spreekwoord zegt, dat men op
éen been niet gaau kan. En dat is hier
ten volle waar. Het cone overblijvende
torentje zou den indruk maken van iets
onafs, van iets halls, omdat de plaatsing
duidelijk te kennen geeft, dat er hier
altgd twee torentjes zijn geweest. Eén
torentje kan goed doen, wanneer het
blijkbaar het traptorentje van een huis
is, gelijk bijv. het torentje in de Muur-
huizen, waarop men van de Appelmarkt
een zoo aardigen kijk heeft. Maar daaren
boven zou de afbraak van een der toren
tjes ten gevolge hebben, dat Langestraat
en Kamp tezeer inéenliepen, dat zij de
decoratieve afsluiting zouden missen,
welke haar juist de zoo bijzondere beko
ring geeft die door den heer Van
Duinen in 1898 zoo werd gewaardeerd,
dat hij geen betere versiering voor de
Kamp wist te bedenken dan juist zulk
een afsluitiug
Maak ik mij illusies als ik meen, dat
de decorateur iu den heer Van Duinen
het al met mij eens is, ou dat ik alleen
nog maar den practischen zakeumau in
hem heb te bekeeren 1 De argumenten,
die daartoe kunnen strekken, heb ik
reeds aangegeven in mjjn antwoord aan
den heer Sinnige (zie de „Amersfoort
sche Courant" van 27 jl.). Ik vree#
echter, dat zij hunne volle overtuigings
kracht niet bereiken, omdat men zicli
van mijn voorstel bljjkbaur geene vol
doende voorstelling heeft gevormd.
Alleen door teekeuiugen, door de wel
sprekendheid van afbeeldingen, zou ik
mijn pleidooi afdoende kunnen toelichten.
Door don lieor Van Duinen en andoren is
wel beweerd, dat de poort slechts 2.90 M. wijd
/.ou zijn, maar dit is oen grapje, en zelfs een
Hauw grapje want om tot die maat to komen
-- ik wees er roods op in mijn antwoord aan
den lieer Sinnige verminderon zij de poort
wijdte met de breedte ter twee daarin geplaatste
Bchampsteenon, die binnen het kwartior ver
wijderd kunnen worden on bij uitvoering van
miju plan volkomen overbodig zijn.
Ik zal dit ook doen, door iu een der
architectonische weekbladen eeu geïllus
treerd opstel aan deze zaak te wjjden.
En om de inwoners zelf van Amersfoort
in de gelegenheid te stellen, met wezen
lijke kennis van zaken over deze quaes-
tie te oorueelen, verklaar ik mjj lig
dezen bereid in eene openbare vergade
ring mijne bedoelingen met behulp van
lichtbeelden uiteen te zetten, indien bjjv.
de vereeniging „Fléhite" voor een zaal
en eeu goeden projectielantaren wil
zorgen. Daar kunnen woord en weder
woord elkander volgen, en aldus kan op
verstandige wijze een eind komen aan
eenen strijd, die, schriftelijk gevoerd, van
de Amersfoortsche bladen ten slotte
te veel ruimte en van mjj te veel tjjd
zou vorderen.-
Met groote voldoening zag ik, dat
inmiddels ook een stem uit de Amers
foortsche burgerjj bij monde van den
heer Van Haselen in de „Amersf. Crt."
van 25 jl. zich u;tsprak teu gunste
van het behoud der fraaie torentjes aan
de Kamperbiunenpoort. Do heer Van
Haselen heeft echter bezwaar tegen mjjne
opolssing en staut eene andere voor.
Ook dit is moeilijk zonder toelichtende
teekeningen te behandelen, en in het
vertrouwen, dat men op mjju aanbod
van bespreking is eene vergadering zal
ingaan, verdaag ik ook mjjn antwoord
aan den heer Van Haselen dus liever tot
die gelegenheid. De hoer Van Dninen
moge dan zjjnen invloed aanwenden bjj
Burgemeester en Wethouders opdat de
zaak der Kamppoort niet weder in den
Raad worde gebracht vóór bedoelde ver
gadering gelegenheid heeft gegeven, haar
van alle kanten te bezien.
JAN KALF.
's-Gravenhage, 26 Januari 1912.
is. Mjjns inziens kon de heer Van Duinen,
afgaande op de verslagen, dit met recht
Het is niet met onverdeelde waar
deering, dat ik de ingezonden stukken
las over de zoogenaamde Kamperbinnen
poort.
De titel herinnert aan een bestaan
•waarvan sinds ecuwen nog minder over
is, dan van een vroeger Egyptisch koning,
thans door zjjn mummie vertegeuwoor-
•c dertiende-eeuwsche Kamperbinuen-
joort zelf toch is reeds jaren verdwenen.
De twee torentjes, die nog bestaan, zjjn
dan ook niets dan de flankeering van
de buiten brugafsluiting, welke brug over
den Singel toegang gaf tot de eigenljjke
poort en de stad.
Het gaat hier om de eischen van
verkeer en de opheffing van het g e-
v a a r, dat ieder uur van den dag zich ter
plaatse voordoet, en niet om het al of
niet behouden der torentjes.
Slooperjj der torentjes zou alleen een
gevolg kunnen worden, bjj 't voldoen
aan bovengenoemde eischen van verkeer.
Deze scheiding van zaken is vooral
door den heer Kalf niet in in 't oog ge
houden hij ziet en voelt niets, als de
nachtmerriehet vallen der torentjes.
Het gevolg is dan ook geweest oen
treurige polemiek, misschien wel willens
on wetensmaar ik noem liever aan
door oppervlakkigheid gevoerd.
De lieer Van Duinen beweerde naar
aanleiding van verslagen in de groote
bladen, dat de heer Kalf, die de Kamper
binnenpoort eeu waterpoort noemt, slecht
op do hoogte is, dat van kunst geen
sprake is, en dat de historie ver te zoeken
Ofschoon de heer Kalf, den heer Vun
Duinen er een verwjjt van maakt, dat
hjj op oen courantenverslag afgaat, be
rispt lijj den heer Van Duinen zelf, af
gaande op een verslag van een plaatseljjk
blad.
Hoe brutaalDaarbjj steekt hjj zich
in een officieel kleed van deskundige,
verklaart, dat de verslaggevers der groote
bladen onjuist hebben wcergegeveu, en
hjj de binnenpoort geen waterpoort
zou hebben genoemd.
Zou dit wel onbetwistbaar waar zjjn,
waar de heer Kalf als een clairvoyant,
volgens zjjn schrjjven van 12 Januari II,
160 electrische trams zag rjjden door de
Amsterdamsche poort te Haarlemzou
hjj dau ook niet het water door de
binnenpoort hebben zien stroomen, in-
B laats van er naast, evenals do trams te
[oarlem.
Geen kunstwaardeWel, heer Van
Duinen, zegt de heer Jan Kalf, gjj moet
wel alle schoonheidsgevoel missen om
niet het typische en schilderachtige ge
zicht te zien, dat de torentjes aan hun
omgeving verstrekken.
Is dit een antwoord! Kan een ruïne
zonder eenige kunstwaarde niet
toch schilderachtig zjjn en heeft de heer
Van Duinen het typische of de kunst
waarde ontkent
„De geschiedenis is ver te zoeken";
maar, zegt de heer Kalf, ontrolt zich niet
de geschiedenis der vervlogen eeuwen
voor zjjn oogen bjj het zien dier buiten-
poort waar voor vrjjheid en recht werd
gestredeu.
Zjjn die vervlogen eeuwen en strjjd,
dus niet ver te zoeken Ook vermoedens 1
De heer Kalf beweert, dat het verkeer
overdreven wordt voorgesteld.
Ten bewjjze van dit beweren, voert hjj
aan, dat de Kamperbiunenpoort 3.50 M.
breed is, en het verkeer niet is te ver-
geljjken met de Gevangenpoort te 's-Gra-
venhage, waardoor dageljjks honderden
auto's snorren, of met de Amsterdamsche
poort te Haarlem, waardoor, behalve
't overige verkeer, dagelijks 160 electri
sche trams gaan.
De heer Kalf, wjj zullen maar zeggen,
vergeet, dat de Uevangenpoort wjjder is,
en dat beide poorten kortere vernauwde
aansluiting hebben; óok, dat de Gevan
genpoort maar van éen zjjde wordt in
gereden, en dat de 160 electrische trams
langs de Amsterdamschepoort te Haar
lem gaan, maar niet er door.
Gewezen op zjjn onjuistheid, zegt do
heer Kalf; „ik heb mjj vergist" maar
dat doet van de zaak niets af. t Maakt
voor hem dus geen verschil of het ver
keer door de Kamperbinnenpoort, van
beide kanten nog wel, met twee kruisin
gen, geschiedt, in plaats van er langs of
van éen richting. Kan de heor Kalf zich
dan totaal uiet voorstellen waardoor
belemmering en gevaar van verkeer ont
staat 1
De lieer Sinuige noemt zich een leek,
hetgeen den heer Kalf onnoodige moeite
noemt, daar ieder dit uit zjju schrjjven
wel kan bemerken. Gaarne had ik gezien,
dat de heer Kalf, al noemde hjj 't niet.
zich uls leek gevoeld bad op het gebied
van verkeer, wat hjj bljjkbaar toch is
wjj waren dan van zyn nons9ns-verge-
Ijjkingen verschoond gebleven.
De decoratieve poort van den heer