BIJBLAD
AMERSFOORTSCHE COURANT
behoorende bij de
uitgave van
N.V. de AMERSFOORTSCHE COURANT
voorheen Firma A. H. van CLEEFF
VAN
ZATERDAG 18 MEI 1912.
Een baken in zee.
Nu ook hier weer sprake is van een
coöperatief avontuur verzoekt men ons de
volgende correspondentie uit »De Nederlan
der* over te nemen, welke voor hem die kan
en die wil lezen een zoo ernstige waarschu
wing bevat.
Over het algemeen verkeeren de arbeiders
coöperaties in ons land nogal in bloeienden
toestand. Onder bekwame leiding rendeeren
ze soms zelfs uitstekend. Te Arnhem bestaat
o.m. ook een neutrale coöperatieve brood
bakkerij en verbruiksvereeniging «Werk-
mansbelang*, die geruimen tijd bijna uitslui
tend brood aan de leden leverde en in zeer
bloeienden toestand verkeerde, zoodat de
bakkerij zich steeds uitbreidde. Toen kwam
de tijd, dat ook te Arnhem de vleeschprijzen
bijzonder begonnen te stijgen en tal van
consumenten vroegen zich af, wat daarvan
het einde zou zijn. Men kwam met het idee
van een coöperatieve slagerij, en 't eind van
het liedje was, dat »Werkmansbelang*, tegen
den zin van vele leden, als afdeeling kreeg
de eerste coöperatieve vleeschhouwerij en
spekslagerij.
Wat was het daar in het begin drukEr
waren geen handen genoeg om te helpen, en
toen de drukte wat minderde, leek het den
buitenstanders toch nog altijd, of de zaak
uitstekend rendeerde.
Maar reeds spoedig liepen er geruchten,
dat het niet al te best ging, en 't slot was
dan ook, dat men na een paar herrie-verga-
deringen besloot de slagerij op te heffen,
die ongeveer tien maanden had bestaan.
Een commissie van onderzoek werd be
noemd, die dezer dagen met haar rapport
gereed kwam.
Merkwaardig is dat rapport o.i. vooral,
omdat er uit blijkt, dat het Bestuur der sla
gerij zoo goed als volstrekt geen begrip van
het bedrijf had en geheel afging en ver
trouwde op den meester-slager, die bleek
dat vertrouwen feitelijk niet waard te zijn.
Uit het rapport blijkt, dat de omzet over
tien maanden bedroeg f 91.117.87.
Het Bestuur had er meermalen op aange
drongen, dat de vleeschprijzen verhoogd zou
den worden, maar de chef achtte dat niet
noodig.
Alles ging zoo vreemd mogelijk. Kwitan
ties voor geleverd vee schreef men gewoon
weg op een stukje papieralleen het aantal
der beesten werd vermeld, niet het gewicht.
De chef liet de beesten inkoopen door
commissionairs; de omzet verminderde, maar
hij wilde geen personeel ontslaan omdat er
te veel werk was. Door een misleidend verhaal
van overwerk beurde een boekhouder per
week f 3 extra. Door het blind vertrouwen,
dat het Bestuur in den chef had, controleerde
het de marktberichten nooit. Geen der bestuur
ders had feitelijk goed het huurcontract van
het winkelhuis nagelezen. Van een koopman,
die onlangs door het Amhemschc Gerechts
hof tot twee maanden gevangenisstraf is
veroordeeld, wegens het afleveren van ondeug
delijk vet, was voor f 250 vet gekocht.
Verschillende posten waren tijdelijk verdon
keremaand, om de balans niet al te ongunstig
te maken. Alle controle van de zijde van het
Bestuur op de handelingen van den chef
ontbrak en zoo was het gevolg van alles,
dat het geheele verlies op de slagerij zal
beloopen een 6 a 7000 gulden.
Het is te begrijpen, dat er onder de leden
der coöperatie groote ontevredenheid heerscht.
De commissie heeft al voorgesteld het geheele
Bestuur naar huis te zenden. Binnen enkele
dagen zal wel een ledenvergadering worden
belegd en dan zal het Bestuur tevens trach
ten, zijn houding te verdedigen.
Of het lukken zal, weten wc niet; maar
deze heele geschiedenis is, dunkt ons, een
waarschuwend voorbeeld voor al hetgeen
op dit gebied bestaat, of nog begonnen wordt.
De eerste Arnhemsche coöperatieve vleesch
houwerij en spekslagerij is een baken in zee!
Rede inr. Treub.
De wederoprichting van de plaatselijke
afdeeling der Vrijzinnig-democratische partij
wier Bestuur werd gekozen in de verga
dering van 25 April j.l. heeft aanleiding
gegeven tot het j.l. Zaterdag verspreiden van
„Het Zoeklicht", het orgaan der afdeeling,
en tot het beleggen eener openbare verga
dering op Maandag 13 Mei, in welke het
Kamerlid mr. M. W. F, Treub als spreker
optrad en waartoe in het bijzonder waren
genood het Bestuur der kiesvereeniging «Gc-
meentebelang* en de Redactie van »Do
Eemlander*.
Dr. E. K r u i s i n g a opende, als Voorzit
ter der plaatselijke afdeeling, omstreeks kwart
na achten de vergadering, welke werd gehou
den in «Amicitia* en die, vooral, den tijd des
jaars in aanmerking genomen, zeer druk was
bezocht, en verheugde zich over die drukke
opkomst, niettegenstaande eerst Zaterdag te
voren door middel van «Het Zoeklicht* de
vergadering werd uitgeschreven. In die
periodiek, vervolgde spr., zijn de motieven
voor de wederoprichting der afdeeling aan
gegeven en die wederoprichting heeft de
afdeeling willen vieren door een van de
generaals der partij te doen optreden. Bovenal
echter is prof, Treub uitgenoodigd, omdat
er van vrijzinnige 2ijde is beweerd, dat hij
die wederoprichting niet zou goedkeuren,
daar zij scheuring zou brengen onder de
vrijzinnigen hier te stede.
Om die reden, vervolgde spr,, zijn het
Bestuur van «Gemeentebelang* en de Re
dactie van »De Eemlander* uitgenoodigd
tot debat, waarom zij dan ook bij het even
tueel debat voorrang zullen hebben. Ik hoop
intusschcn, dat ook aan andere debatters tijd
zal worden gelaten.
Mr. Treub, thans het woord verkrijgend
zeide ongeveer
Het was mij bijzonder aangenaam, dat
hier weder werd opgericht een afdeeling van
de Vrijzinnig-democratische partij en in ver
band met de meening, geuit in een der
plaatselijke bladen, naar aanleiding van een
uiting van mij in mijn kiesdistrict, dat ik die
oprichting niet zou toejuichen, was het voor
mij een groote vreugde, dat mij do gelegen
heid werd gegeven, een blijkbaar nogal
zonderling misverstand te kunnen recht zet
ten. Ik heb reeds tijden gestreden tegen het
vrijzinnig allegaartje zonder beginsel en
zonder ideaal en nu zou ik tot getuige wor
den geroepen om te veroordeelen, wat ik
altijd heb bepleit. Dat is me toch een beetje
al te kras; vandaar dat ik de uitnoodiging
dan ook gaarne heb aangenomen.
Onder de vrijzinnigen van allerlei scha-
kecring is zekere strooming van eensgezind
heid, zijn er vele punten van overeenkomst
op te merken.
Dikwijls wordt van den overkant, van
kerkelijke zijde, gepoogd, te na te komen
aan het hooge goed. verkregen door de
Fransche revolutie en bevestigd in 1848; ik
bedoel de geestvrijheid. Geschiedt dit, dan
trekken de vrijzinnigen van alle schakeerin
gen óen lijn. Waar men poogt de vrijheid
van godsdienst, van drukpers, van gedachte
aan banden te leggen omdat het dan eerst
voor de kerkdijken recht naar den vleeze
zou gaan zijn we eén.
En geen wonder dan ook, datt waar we
de overheersching der kerkelijke meerder
heid in de Eerste en de.Tweede Kamer zien
en de priester der R. K. kerk zoowel als
de priester-zonder-wijding der Hervormde
kerk meer en meer de heerschappij gaat
voeren over het maatschappelijk leven, de
gedachte opkomt aan een vrijzinnige con
centratie tegen de kerkelijke coalitie.
En toch is die conclusie te eenen male en
volstrekt verwerpelijk.
Het is een geluk bij het ongeluk voorde
coalitie, die vooral op onderwijsgebied zich
thans doet gelden, dat zij de vrijzinnigen
nog niet geheel de baas isanders zouden
zij onderling nog meer krakeelen dan zij
ooit tegen de vrijzinnnigen hebben gedaan.
Wij, vrijzinnigen, voelen dit onnatuurlijk
opdringen, dat misschien nog 5, misschien
nog 10 of 20 jaar zal duren; maar wij zien
óok, dat het volk allengs mee begint te
gevoelen, dat men, ook op het gebied van
het staatkundig leven, zijn eigen overtuiging
moet laten gelden en niet blindelings moet
volgen den priester der R.K. kerk of den
ongewijden priester der Hervormde en der
Gereformeerde kerk, en het is wel opmer
kelijk, dac deze ommekeer in gedachten zich
het meest uit in die streken, waar de priester
den boventoon heeft.
Het klinkt zoo begrijpelijk, dat velen wen-
schen, dat de vrijzinnigen van allerlei scha
keering éen groote partij vormden en niet
langer hun kracht 'zochten in allerlei onder
ling krakeelendoch ik acht dien wensch
onmogelijk te vervullen. Sedert ik me in het
politieke leren begaf, en dat is nu zoowat
een 30 jaar geleden, heb ik hoe langer zoo
meer gevoeld, dat een partij, die haar volge
lingen niets anders kan aanbieden dan strijd
tegen de beginselen of de daden eener
andere partij, nooit eenigen invloed kan heb
ben op het staatkundig leven, op de ontwik
keling der maatschappij. De leuze «anti-
clericaal* is niet voldoende om volgelingen
tot zich te trekken.
Wat wij, als vrijzinnigen, allen met elkaar
gemeen hebben het als éen man opkomen
voor dc vrijheid van gedachte kan niet
hoog genoeg worden gesteld en we zien het
dan ook telkens gebeuren als in of buiten
de Kamer die vrijheid wordt aangerand. Dan
staan alle vrijzinnigen, van sociaal-democraat
tot conservatief-liberaal, schouder aan schou
der.
Doch zou 't nu werkelijk zóo zijn, dat de
vragen, die hun stcinpcl drukken op de
maatschappelijke ontwikkeling, samenkomen
in dit óeticgezamenlijk optrokken voor dc
vrijheid van gedachte Al is er voor ons,
vrijzinnigen, reden te over, nooit uit de ge
dachte te laten gaan, dat we vrijzinnigen
zijn, toch liggen de hoofdvragen van het
moderne leven buiten de quaestie der kerke
lijke overheersching; althans rechtstreeks,
niet middellijk.
Wat is de hoofdzaak Voor allen, die
rechts dan wel links deelnemen aan do pu
blieke zaak, is de vraag dezein welke
richting zal de Staat meewerken aan de
verbetering der maatschappelijke toestanden
ik zeg nietaan dc oplossing van het
sociale vraagstukimmers het sociale vraag
stuk is oneindig; lost men het vandaag
zoo ver mogelijk op, dan zal men morgen
reeds weer aan een nieuwe oplossing moeten
beginnen.
En hierbij nu komt uit het groote verschil
van inzicht van de vrijzinnigen van de diverse
schakecringen. Zoodra we ons begeven op
sociaal-politiek gebied, is er geen eenheid
meer merkbaar, evenmin als bij dc kcrkc-
üjken met dit groote verschil, dat bij dc
kcrkelijkcn de groote meerderheid is reaction-
nair-conservatief. Bij rechts voelt men, uit
verschillende oorzaak, meer conservatief; de
ervaring leert dit duidelijk. De mannen van
Patrimonium en van den R. K. Volksbond
mogen al democratisch doen, toch staan zij
niet op tegen hetgeen gebeurt van korketijkc
zijde, zooals bijvoorbeeld de kosten der
ouderdomsverzorging bestrijden uit de Tarief-
wet.
Waarom noemde ik, a'.a voorbeeld, juist
de Tariefwet Omdat den arbeiders van rechts
wordt voorgehouden niet, dat het Tarief zal
drukken op de artikelon van dagclijksch
gebruik, maar dat het vooral zal treffen de
weelde artikelen, en dat ons land zal worden
opgeheven uit zijn economisch verval.
Het allereerste, dat iedere arbeider gevoelt,
is, dat zelfs de allereerste levensbehoeften
duurder zullen worden. Wie werkelijk demo
cratisch gevoelt, zegt, dat dit een nadeel is
van groote beteekenis. Maar de mannen van
Patrimonium en van den R. K. Volksbond
maakt men wijs, dat de werkloosheid hier
te lande overmatig groot is, dat er geen
bedrijf, geen handel, geen landbouw is. En
ons land verkeert juist in een ongekende
periode van welvaart en dit juist na een zeer
regeimatigen vooruitgang; de in- cn dc uit
voer zijn geleidelijk aan, hoe langer zoo
grooter geworden onder ons tegenwoordig
handelsstelsel weet de industrie telkens nieuwe
banen aan te wijzendc werkloosheid is
volstrekt niet grooter dan in een land waar
men projectie huldigt.
Als nu de R. K. zoowel als dc Protes-
tantschc pastoors den mannen van den R. K.
Volksbond en van Patrimonium kunnen wijs
maken en ieder weet hoe ze daarin zijn
geslaagd - dat het Tarief wel degelijk is
in het belang van den arbeider, dan volgt
daaruit hoe de reactie is de terugwerkende
kracht, die allen van rechts samenbindt. Bij
de stembus wordt daarop dan ook steeds
gespeculeerd en steeds beweerd, dat dc be
langen der brandkast beter worden behartigd
door rechts dan door links. De kleurlooze
middenstof, een der moeilijkste elementen
voor de vrijzinnigen, is dan ook steeds ge
neigd, over te gaan naar rechts, hoewel zij
wars is van elke godsdienstdrijverij.
En het gaat niet aan, waar het de sociale
politiek geldt, maar weg te doezelen het
verschil van opvoeding en daardoor óen
groote vrijzinnige partij to vormen. Indien
de vrijzinnigen dit deden, zou niet zoo geheel
onjuist zijn de uiting der sociaal-democraten,
dat alle burgerpartijen met óen sop zijn
overgoten. Indien dc Vrijzinnig-democraten
de conservatieve liberalen meenamen, dan
zouden, door dit samengaan, de conservatie
ven stap en richting aangoven.
Stap en richtingcn het is niet alleen de
quaestie van meer of minder snel. maar
bovenal van richting.
Als men het Vrijzinnig-democratisch pro
gram vergelijkt met dat van de Liberale
unie dan is het verschil niet zoo buitengewoon
grootdoch telken male is gebleken, dat de
Unie-liberalen nog te veel vastzitten aan dc
ideeön van 1848 en vandaag zoowel in de
algemeene als in dc plaatselijke politiek wil
len samenwerken met dc oud-liberalen, mor
gen met een andere fractie cn don derden
dag liefst met alle vrijzinnigen. Welnu, we
zijn 't hierover en vooral waar het geldt
sociaal gebied, niet met elkaar eens. Een
groot aantal Unie-liberalen staat zeer na aan
de Vrijzinnig-democraten en daarom ia het
voor ons, Vrijz.dem., niet gewenscht de ver
schillen weg tc doezelen, al zullen we vol
gend jaar, bij de verkiezingen, samenwerken
met de Unie-liberalen. Toen, een gocdo 10
jaar geleden, dc Vrijzinnig-democraten traden
uit de Liberale unie, geschiedde dit vooral
wegens het algemeen kiesrecht, zoowel
voor de vrouw als voor den man, dat een
der allereerste beginselen is van do Vrijz.-
democraten. Do Liberale unie is het tc dien
opzichte vrijwel met ons eens en strijdt óok
voor algemeen kiesrecht. Doch de vrijlibe
ralen zijn het nog niet met ons eensals ze
zich bij ons aansluiten dan doen ze dit nog
schoorvoetend, doch niet uit volle overtuiging.
Toch zullen ze door den drang dor omstan
digheden, tot ons over komen.
Immers Leerplichtwet, Woningwot. Veilig
heidswet, Arbeidswet, in 't algemeen alle
wetten die leiden tot sociale verbetering,
wijzen op de richting en de taak van den
modernen Staat, een taak die belang heeft
voor de geheele gemeenschap. En zou men
dan aan sommigen onthouden hun invloed
op de richting van den Staat, met name
aan dc mindorbczittenden een beter deel te
geven van het gemeenschappelijk inkomen,
ten einde daardoor hun ontwikkeling*- en
bestaansvoorwaarden te verhoogen.
Het ia niet een quaestie van meer dan
wel minder hart loopen; het Is inderdaad
een verschil van richting.
Nog beter blijkt het verschil van opvatting
als wc de sociale taak der moderne maut-
schappij in het oog houden. De Vrij-liberalen
zeggen, dat de Vrijzinnig-democraten voor
standers zijn van Staats voogdij, terwijl zij
zelvcn Staats-vrijheid voorstaan. Wij, Vrijz.
dem., willen aan den Staat geven een posi
tieve werkzaamheid, doch wij willon niet
aanranden dc vrijheid en evenmin een aan
slag plegen op de persoonlijke vrijheid. Dc
bedoeling der moderne Staats-inmenging is
geen Staats-voogdijde bedoeling is. do
vrijheid der behecrschende minderheid aan
banden tc leggen.
Welnu, dit voelt dc oud-liberaal, de vrij
liberaal, niet; zij begrijpen niet het verschil
tusschen de moderne Staats-inmenging, welke
zij moesten toejuichen, en de oude Staats
inmenging, welke zij moesten bestrijden.
Ziedaar het verschil niet alleen van stap,
maar ook van richting.
Waar we telkens weer dit verschil zien.
bij het kiesrecht zoowel als bij de sociale
maatregelen, zouden we dan kunnen zeggen,
dat het in het belang der maatschappij is,
dit verschil maar weg te doezelen Geenszins.
En hetgeen men ziet op het gebied der
Staats-politiek, ziet men ook op dat der Ge
meente-politiek.
Ik ken uit een aard der zaak niet de
plaatselijke toestanden en kan en zal me dan
ook niet te zeer verdiepen in de plaatselijke
politiek.
Er zijn er, die beweren, dat politiok niet
niet thuis hoort in den Raad maar dit wordt
vooral gezegd door hen, die niet al te veel
willen worden herinnerd aan hun beginselen;
juisteraan hun beginselloosheid. Doch zoo
als het gaat, althans behoort tc gaan, in den
Staat, moet het ook gaan in dc Gemeente,
een der samenstellende deelen van don Staat.
Zelf heb ik nogal cenige practijk in Gemeente
politiek en uit dien hoofde meen ik tot oor-
deelen bevoegd te zijn.
Denken wc aan de verhouding van een
Gemeente tot haar personeel (arbeidsduur,
loon, rechtspositie) dan zal toch wel ieder
tot het inzicht komen, dat op een Gemeente
wel degelijk dc zelfde verplichtingen rusten
als op den Staat en op een behoorlijken
werkgever van onzen modernen tijd.
Ook op onderwijsgebcid treedt dit verschil
van inzicht opdenken we maar een aan de
regeling der schoolgelden ook voor minder
bedeelden. Er is nochtans een kiem van
waarheid in hetgeen degenen beweren, die
do schoten niet willen openstellen voor kin
deren ook van den arbeider; want als het
kind van den arbeider niet kan door-studeeren
tot zijn 23ste jaar, zonder verplicht tc zijn
mee tc verdienen voor het gezin, dan zal de
studie halverwege moeten worden afgebro
ken. Welnu wo moeten het daarheen trach
ten tc leiden, het zoo te krijgen, dat de
arbeider en dc kleine middenstander het
kunnen uithouden. Een feitelijk sluiten van
Gymnasium en Hoogerc Burgerschool voor
dc kinderen van hen die een inkomen heb
ben beneden f 2000 is volkomen in strijd
met het abc der Vrijzinnig-democratische
beginselen, die wonschen, dat zóo ver wordt
gegaan, dat ook kinderen dezer minderbe
deelden deze scholen kunnen bezoeken.
Overal waar de belangen van mcerbe-
voorrechtcn in botsing kunnen komen met
die van mindcrbevoorrechtcn, ja zelfs waar
maar sprake is van die belangen, is ver
schil, en volkomen onjuist is het, tc denken
dat het verschil van opvatting van oud-U-
bcralen, unie-liberalen, enz. niet thuis zou
behooren in de politiek eener Gemeente,
die immers in het wezen der zaak is con
kleine Staat in den Staat.
Het is de dood voor een politieke partij
als zij zegt, zich niet to storen aan dat ver
schil van inzicht cn zij al haar beginselen
opoffert om allóen te zijn unti-clcricaal.
Als het met de Vrijz.-dem. zóo ver kwam,
zouden ze verdienen een clerlcale overheer
selling dubbel zoo groot als de tegenwoor
dige. Slechts als we positieve idealen hebben,
kunnen we verlangen, dat dc kiezers, het
geen ze voelen, in daden willen omzetten
bij de stombus.
Om 9.20 werd gelegenheid gegeven tot
debat en het eerst het woord verleend aan
den Secretaris der kiesvereeniging «Gemeen
tebelang*.
Mr. Van Schaardenburg, die zeer
moeilijk verstaanbaar was omdat hij zich,
ondanks herhaald verzoek, niet tot dc zaai,
doch tot prof. Treub richtte, wcnachte slechts