Dinsdag 3
September 1912.
No. 8154.
61e Jaargang.
KOSTELOOS.
Stadsnieuws.
Uitgave van de Naamlooze Vennootschap „De Ainersfoortsche Courant, voorheen Firina A. H. van Cleeff
HOOFDREDACTEUR
F. J. TEÏDIRIKS.
AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden 1.—
franco per postf\. 15. Advertentien 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bijregel
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieële- en onteigenings-
advertentiën per regel 15 cent Reclames 1—5 regels f 1.25. Bewijsnummers naar buiten
worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
BUREAU:
KORTSGRACHT 9.
Telefoon 19.
Wie zich met ingang van
1 October doet in
schrijven als abonné,
ontvangt de tot dien
datum verschijnende
nummers
ENNISGEVINGEN.
Burgemeester en Wethouders van Amersfoort,
Gelet op art. 9 van het Koninklijk besluit
van den 4de Mei 1896 (Stbl. no. 76);
brengen hiermede ter openbare kennis, dat de
door hen definitief opgemaakte Lijst van kiesge
rechtigden in die Gemeente voor de Kamer van
Koophandel en Fabrieken te Amorsfoort gedu
rende acht dagen, te rekenen van af den 1..Sep
tember a. s., op de Secretarie der Gemeente
voor een ieder ter inzage is nedergelegd.
Bezwaren tegen die lijst, hetzij die den klager,
hetzij die andere personen betreden, kunnen ge
durende acht dagen, te rekenen na heden, du«
vóór den 9den September a. bij den Gemeen
teraad worden ingebracht.
Amersfoort, 30 Augustus 1912.
Burgemeester en Wethouders
voornoemd,
De Burgemeester,
VAN RANDWYOK.
De Secretaris,
VAN ITTERSUM.
Opkomst onder de wapenen in het
garnizoen Amsterdam.
De Burgemeester der Gemeente Amersfoort,
Gezien de aanschrijving van den Commis
saris der Konningin in de Provincie Utrecht
dd. 31 Augustus 1912, 4 Afd. no. 3880:
Brengt ter kennis van belanghebbenden,
dat door den Minister van Oorlog ten
aanzien van de te Amsterdam heerschende
roodvonk-epidemie buiten werking is gesteld
het bepaalde in het te lid van art. 32 der
Militie-instructie 1909 en het te lid van §66
der Landweer-instructie I, waarbij onder meer
is voorgeschreven, dat indien in eene gar
nizoensplaats eene besmettelijke ziekte epi
demisch heerschende is verklaard, aldaar
ook geen verlofgangers, in andere Gemeenten
woonachtig, onder de wapenen mogen komen.
De in deze Gemeente gevestigde militie-
en landweerplichtigen, die zijn opgeroepen
om in het garnizoen Amsterdam onder de
wapenen te komen, zullen zich derhalve toch
aldaar op den vastgestelden tijd moeten aan
melden.
Amersfoort, 2 September 1912.
De Burgemeester voornoemd,
H. W. van ESVELD,
Weth., Lo. Br.
Oogverwoiiding'cn door
losse patronen.
Nu de tijd der garnizoens-manoeuvres en
dus van het patronen verliezen weer naakt,
mag de volgende ernstige waarschuwing hier
een plaatsje vinden.
'I11 het »Ned. tijdschrift voor Geneeskunde»
is opgenomen het referaat, dat dr. J. van
der Hoeve heeft gehouden in de jongste
vergadering van het Oogheelkundig genoot
schap.
Burger en militair, zegt hij, beschouwen^
losse patronen als ongevaarlijke voorwerpen»
wie ze vindt, neemt ze mee naar huis, waar
ze dienen voor onschuldige vermakelijkheden
en toch kreeg ik niet eens militair arts
in mijn praktijk zóo veel oogverwondingen,
door die «onschuldige* dingen veroorzaakt,
te behandelen, dat ik een waarschuwend
woord plicht acht.
Na een beschrijving van den patroon en
zijn explosie te hebben gegeven, noemt
schrijver verschillende gevallen door hem be
handeld en schrijft dan
De verwondingen met losse patronen staan
in het algemeen in een slechten reuk, wat
infectie betreft, vooral ten opzichte van
tetanus. In Oostenrijk waren van 26 doode-
lijke verwondingen door losse patronen 19
door tetanus veroorzaakt, terwijl ook in
Duitschland en Frankrijk vele dergelijke ge
vallen zijn waargenomen.
Wij moeten daaruit besluiten, dat voor het
oog reeds geringe verwondingen met losse
patronen gevaarlijk kunnen zijn.
Schrijver nam zelf proeven met de Neder-
landsche losse patronen. Hiertoe plaatste ik,
schrijft hij. op een plankje met gaten, een
aantal varkensoogen onder normale spanning,
waarna ik er met losse patronen op liet
schieten.
Het resultaat wasop i M. afstand van het
geweer schiet een goed gemikt schot een
oog tot pap; op 2 M. afstand van het ge
weer ontstaan groote perforaties in sclera en
cornea, terwijl splinters van den prop in het
harde hout dringen op 3 en zelfs nog op
4 M. ontstaan, hoewel zelden, kleine cornea-
perforaties en dringen splinters diep in cor
nea en sclera in; nog tot op 6 M. afstand
kunnen splinters oppervlakkig in de cornea
indringen op 7 M. afstand werden de laatste
spinters gevonden, die echter geen kracht
meer hadden om zich in de deelen van het
oog vast te hechten.
Hieruit blijkt, dat nog tot op 6 M. het
oog ten gevolge van infectie groote gevaren
lcopt bij het afschieten van losse patronen,
terwijl tot op 4 M. perforaties kunnen ont
staan.
Een milicien was door een misverstand te
dicht in de buurt van een met een losse
kardoes geladen kanon gekomen en werd
bij het afvuren daarvan in het gelaat ge
wond. Toen ik op den avond van den ver
wondingsdag den patiënt onderzocht, was
uit beide oogen alle lichtgewaarwording ver
dwenen. Het rechteroog vertoonde drie per-
foreerende scheuren over cornea er. sclera
in horizontale, verticale en schuine richting
het linker oog een groote perforatie van
cornea en sclera. Behalve ciliën, die gemak
kelijk uit de oogen verwijderd konden wor
den, werd in de oogbollen geen vreemd
voorwerp aangetroffen.
De ontwikkelde gasdruk was hier zóo sterk
geweest, dat beide oogen onder invloed daar
van gebarsten waren.
Het allergrootste gevaar geven echter
losse patronen bij het spelen er mede of het
moedwillig doen ontploffen zonder geweer,
omdat dan de huls ook kan springen en de
stukken zich in alle richtingen kunnen ver
spreiden, evenals dit het geval is bij de vroe
ger zoo gevreesde percussiedopjes, waarmede
honderden ernstige oogverwondingen zijn
voorgekomen.
Dr. Van der Hoeve besluit zijn belang
wekkend betoog aldus
Hoe dit ook zij, uit bovenstaande proe
ven op varkensoogen en de genoemde ge
vallen, die ik nog gemakkelijk zou kunnen
vermeerderen, blijkt, dat in ons land het
afschieten van losse patronen tot op 6 M.
afstand voor het oog gevaarlijk is en dat
het doen ontploffen of spelen met patronen
met of zonder kogel hoogst gevaarlijk is,
zoodat het dringend noodzakelijk is, dat ieder
met deze gevaren bekend is en men niet
mcene, dat dergelijke «losse iloddersc ooit
tot onschuldige vermakelijkheden kunnen
dienen.
Van dit relaas zij de moraalIndien ge
straks een manoeuvre in 't vuur bijwoont en
na een sprong voorwaarts een lossen patroon
ziet liggen, raap hem dan op opdat een
ander die niet in handen krijge en geet
hem na alloop van de oefening aan een
officier, die er dan wel voor zorgt, dat hij
blijft uit leekenlunden.
Tegen de vree» voor water.
(Een pleidooi voor het in- en uitwendig
watergebruik.)
In vroegere tijden was er veel meer sprake
van water drinken dan tegenwoordig. De z.g.
waterkuren bestaan meestal in de uitwendige
aanwending van water, en de bron-genees
methoden hebben dikwijls meer invloed op
het lichaam door de zouten die op de huid
inwerken, dan door het inwendig gebruikte
water. Velen onder ons drinken, behalve een
paar koppen thee of koffie, den geheelen
dag niets, totdat 's avonds de eene of andere
alcoholische drank gebruikt wordt.
De praktiseerende arts dr. Stanowski, te
Danzig, noemt in een artikel, gepubliceerd
in de «Deutsche Mediz. Wochenschrift*, deze
gewoonte een grove misgreep. Hij heeft
menigmaal opgemerkt in zijn praktijk, dat
bij die patiënten, welke zich nauwelijks kon
den herinneren ooit water gedronken te
hebben, juist de allerergste en meest gecom
pliceerde ziektegevallen voorkwamen. De
ziekten, die hierbij in aanmerking kwamen,
waren in het bijzonder verschillende vormen
van neuralgie, verder jicht, aambeien, rheuma-
tiek. hardnekkige huidziekten, en evenzoo
gevallen van ernstige neurasthenie, melan
cholie, verlies van geheugen, slapeloosheid,
gebrek aan eetlust, vetzucht, verstopping, enz.
Hij merkte op, dat weldra verbetering in
trad en, in niet al te verouderde gevallen,
spoedige genezing, zoodra de patiënten be
gonnen met meer of minder groote hoeveel
heden zuiver water te gebruiken. Bij den
arts zeiven verdween een hardnekkige huid
ziekte, toen hij begon veel water te drinken.
Ook functioneerde daardoor zijn hart belang
rijk normaler.
Deze proeven verdienen voorzeker in
hooge mate de aandacht, zoowel van de
lijdende als van de zich gezond wanende
menschen. Dat de spoedige verwijdering
langs natuurlijken weg van zich opeenhoo-
pende stoffen gunstig moet werken, zal nie
mand verwonderen.
Een patiënt die ongeveer nooit water ge
dronken had, probeerde de waterkuur. Zoo
lang hij, behalve een paar koppen thee, nooit
iets dronk, leed hij in het bijzonder aan
overproductie van maagzuur, tengevolge
waarvan hij bijna na iederen maaltijd groote
doses zuiveringszout (dubbelkoolzure soda)
nam terwijl hij intusschen zeef aan verstoppin
gen en vervetting leed. Rijkelijk waterdrin-
ken, bewerkte binnen eenige weken een ver
blijdende verbetering die door veel lichaams
beweging, maar niet door dieet bevorderd
werd.
Men neme volgens dr. Stanowski niet te
koud water, hetwelk met een weinig thee of
vruchtensap, desverkiezend, smakelijker ge
maakt kan worden. Hij raadt verder aan be
hoorlijk water te drinken bij den maaltijd,
en zich niet te storen aan het volgens hem
verkondigde «bijgeloof* van dr. Oertel en
Schweninger, dat vloeistofgebruik. bij het
eten de vetaanzetting zou begunstigen.
De hoeveelheid water kan twee, drie of
vier Liter per dag bedragen meer is niet
noodig en zou bij zwakke nieren ook niet
onbedenkelijk zijn (wij zouden zeggen
begin met 2, 3 a 4 glazen).
Waar dus de genoemde medicus zoo
krachtig strijdt voor inwendig watergebruik
en met bewijzen uit zijn praktijk zijn bewe
ringen staaft, daar is ook een woord van pas
om voor het uitwendig watergebruik een
lans te breken. Wij willen geenzins het
medisch gebied betreden en raden iederen
ziekten aan, zijn geneesheer te consulteeren
alvorens welke waterproefnemingen (in- of
uitwendig) dan ook te probeeren doch zich
gezond voele de menschen mogen den raad
ter harte nemendrink met voilé teugen
frisch en zuiver drinkwater, en wees niet
spaarzaam met het uitwendig gebruik van
badwater van een aangename (niet te koude!)
temperatuur.
Wij Hollanders, hoewel in het waterland
bij uitnemendheid levende, lijden nog veel
te veel aan in- en vooral uitwendige water
vrees
Dr. V. H. R. en H.
(M. t. d. V.)
Door uitstedigheid tot 10 Augustus van
den opnemer kan niet meegedeeld hoeveel
neerslag in de afgeloopen maand is verza
meld in den regenmeter hier.
Hetgeen wel dubbel jammer is èn omdat
een schakel in de lange keten hierdoor ont
breekt èn omdat Augustus zoo buitengewoon
waterrijk was.
Van 11 tot 31 Augustus werd na 18 re
gendagen afgetapt 134 m.M.
Van den aosten tot den laatsten regende
het iederen dag; den 2isten viel 20 m.M,
den 23sten zelfs 31.5 m.M. en den 2Ósten
22.5 m.M.
Aan het Postkantoor Amersfoort en de
daaronder ressorteerende hulpkantoren is in
Augustus ingelegd bij de Rijks-postspaar
bank f44220.12 en daaruit terug gevraagd
f 40 508.65.
Het laatste door dat kantoor uitgegeven
boekje bedraagt het nummer 17 209.
De tram vervoerde in Augustus 13954
passagiers, of 607 minder dan in de zelfde
maand van 1911.
De opbrengst uit vervoer was f694.40, of
f34.85 minder; de totale ontvangsten waren
f712.80, of f57.21 minder de dagkilometer-
opbrengst was f 12.75 °f f '-05 minder.
Wat is dit, dat de tram de laatste maan
den minder opbracht dan in de zelfde maan
den van 1911
Op 31 December 1911 waren er in de
Provincie Utrecht 922 vergunningen waar
sterkedrank in het klein wordt verkocht,
van welke 640 verleend zijn vóór 1 Mei
1904, benevens 601 verlofs-lokaliteiten.
Onder deze 922 zijn er 709 voor tappen en
slijten, 120 voor tappen, 23 voor slijten, 12
voor sociëteiten, 44 voor logementen en 14
voor slijten per Liter.
Aan vergunningsrecht werd geheven
f 42 446.
Herinnerd zij aan de herstemming voor
4 leden-patroons voor de Kamer van Ar
beid voor Je Bouwbedrijven, welke morgen
plaats heeft.
De heer A. Nijhoff, Commissaris van po
litie, begaf zich gister naar Utrecht, waar
tot 14 dezer aan rond 560 candidaten het