1 Compagnie Lyonnaise, 5 GROOTE OPRUIMING BLOOKER'S CACAO. Succursale op alle artikelen. ©♦©♦©♦©♦©♦©♦©♦©♦©♦O Stoomwasscherij W. G. BURGER, DAALDERS Feuilleton. De sphinx. I_ia.ng-estra.aLt - 'OOIR/T- ZEIS T. tesss—— JSTSTEEM. Wassehen geheel opgemaakt of droog toegeslagen. GOEDE BEHANDELING. BILLIJKE PRIJZEN. Goederen worden te Amersfoort 's Woensdags franco gehaald en gebracht. PROSPECTUS wordt op aanvrage gratis toegezonden. 0| PANDBRIEVEN met WINSTAANDEEL van de Holland-Noord-Amerïka Hpttttó O te GORINCHEM (geplaatst van eind Mei 1912 tot eind Mei 1918: fiiGOOSO) zjjn verkrijgbaar bjj alle Effectenkantoren. Agent voor AMERSFOORT AMERSFOORTSUH WISSEL- en EFFECTENKANTOOR. Er is maar één cacao die een ieder roemt: MAISON KARTEL, BLORTBORACHT £21. Wegens overdracht der Zaak van af heden gedurende 14 dagen AMERSFOORT van alle CONFECTIE beneden fabrieksprijzen, waaronder een prachtige keuze in COSTUMES, BLOUSES, ROKKEN, JUPONS en wit batisten geborduurde COSTUMES en BLOUSES-MI CONFECTION NËES. 40.) Toen Chopin's mazurka wa« uit gespeeld, ging de ademhaling van juffrouw D' Esnol gejaagd, alsof zijzelve had gedanst. „Het is vol fonten" zeide zij eenvoudig. „Fouten antwoordde de verbaasde Jacques, „fouten O, die moogt n gerust maken. Niemand zal het bemerken. Nooit van miin leven heb ik zóo iets gehoord I De dnivel zelf heeft die mu ziek geschreven". „In ieder geval danst hy ze. U moest de Poolsche boeren eens zien, 's avonds, wanneer er feest is in hnn dorp. Maar hier hebt u een anderen dnivel, nóg gevaarlijker dan de eerste, want deze is wanhopig". En zy begon een van de walsen van Chopin, die ten onrechte dien naam drageD, want zij gelijken alleen op een wals, wanneer een vreemde ling ze speelt. Eerst werd de ziel verscheurd door droefheid, en een droefheid die niet getroost kan worden, omdat zij niet onder woorden is te brengen. Na dsze zochten volgde de twijfeldaarop het hoon gelach van de wanhopige kranzinnigheid. Het hoofd leunend op de hand leed Jacques zelf mede by de gedachte, dat een ziel van twintig jaar dergelyke muziek begreep, haar tot de hare maakte en als bij intnïtie den weg wist te vinden in den chaos van dien nacht, waarin slechts af en toe een enkel lichtstraaltje door drong. „Ik heb innig medelyden met n", zei hij, toen de piano zweeg. Hun gedachten gingen samen. De handen willoos in den schoot leggend, antwoordde zij „Een maand geleden zou ik die muziek niet zóo goed gespeeld hebben. Toen wist ik nog niet wat werkelijk lijden is". Zwijgend zaten zij tegenover elkaar. Emma stond op en liet zich weer neervallen in den fauteuil bij het vuur. „Arme vriend" verontschuldigde zij zich, „ik heb u verdriet gedaan. Thans ia de benrt aan u. Ik zou zoo gaarne eens willen uithuilen. Zing mij een van uw balladen voor, die ik op het „pardon" bij mevrouw De Guéhénuo heb gehoord. Met éen vinger gaf zij de melodie aan op het klavier. „Kant ge u dat nog herinneren riep Jac ques uit. Daarop begon hy te zingen: Envig a gan er c'hoad heul Ha menelig he zion askel He galouik ru, he benn glaz Envig a gan beg ar ween vraz. Toen hij deze teere cantilene had geëndigd, zei Emma: „Ik wilde, dat ik de woorden kon verstaan". Jacques kwam naast haar zitten en op zaoh- ten, liefkoozenden toon vertaalde hij het gezon gene, evenals een moeder, die haar ziek kind een sprookje vertelt om het in slaap te wiegen Een kleine vogel zoDg in 't groote woud Geel waren zijn kleine vleugels; Zijn borstje was rood, zijn kopje blauw. Een kleine vogel op den ouden boom. Toen hij gekomen was aan het refrein, dat vertaald lnidt „Vriend, kies U een gezellin die het hart U verwarmt" en hy vond, dat de dichter vooral in het laatste couplet een gevaarlijk onder werp aanroerde, haastte de voorzichtige celibatair zich, hieraan toe te voegen, op den toon van iemand die een blad omslaat, dat beter onge lezen ware gebleven: „Dit heet „Kroaz ann hent, het kruis aan den weg", een tamelijk poover onderwerp, maar dat is de fout van de meeste van onze balladen. Ik zie niet in, waar om n dit aan 't schreien rr jakt". „Ik huil, omdat ik niet tot hen behoor, voor wie de vogels zingen I O, wat was ik nog jong en hoe heerlyk zongen de vogels op den dag toen ik voor het eerst „Het kruis aan den weg" van u hoorde". Lachend, om haar droefgeestige gedachten te Verjagen, zeide Jacques: „Zoo'n succes had ik niet verwacht. Maar ik heb anders wel succes gehad indertijd. Wilt n wel gelooven, dat ik eenige weken lang met mijn repertoire opgang heb gemaakt in de groote wereld?" „Waarom ook niet? U zingt nw balladen juist zooals ik Chopin speel. U is geboren met die muziek in u". Jacques hoorde echter niet, wat zy zeide. Er was hem iets in de gedachten gekomen en dat wilde hij haar oogenblikkelyk vertellen. „Zondt u die muziek van Chopin ook voor eenige andere personen willen spelen, maar daD, natuurlijk, niet zoo geheel belangloos?" „Zoudt u denken, dat iemand er my voor zou willen betalen?" vroeg zij, het kind bij den waren naam noemend. „Ik heb immers nooit ernstig gestudeerd". „Dat is juist het ware. De Paryzenaars heb ben er meer dan genoeg van om allerlei vir- tuosen aan te hooren, die zij bovendien duur moeten betalen. Als debutante zult gij u met weinig tevreden moeten stellen, doch dit zal in ieder geval toch beter zyn dan Duitach te leeren aan kleine meisjes of ze naar den tandarts te vergezellen". „Ik ben niet vergeten, dat ik op het oogen- blik in een plaatsingsbureau ben" zei Emma. „Doe, zooals 't u het beste dnnkt, maar doe 't zoo vlug mogelijk. Hoe korter ik met mijn ge dachten alleen in de eenzaamheid behoef te zijn, des te liever". „Welnu" zei Jacques, „indien u hier een uurtje wilt wachten, zullen wij dadelijk weten of mijn idee kans van slagen heeft". Emma bleef bij het vuur zitten, terwijl haar beschermer er op uitging om te zien of zijn plan kans van slagen had, iets waaraan hy zelf echter twijfelde. „Mevrouw", aldus leidde hij een oogenblik daarna het gesprek by mevrouw De Prévénan in, „door een werk van barmhartigheid heb ik het genoegen gehad, u te leeren kennen. Thans kom ik op mijn beurt uw hulp inroepen voor een jongedameeen jongedame uit zeer goeden stand Hij zocht naar zijn woorden en de tegen woordigheid van juffrouw TouBard maakte zyn verlegenheid nog grooter. Als een goed gedres seerde juffrouw van gezelschap wist deze echter spoedig een voorwendsel te vinden om te ver dwijnen. Meer op zyn gemak ging Jacques toen voort „U hebt iemand om u voor te lezenjammer genoeg I Dus kan ik u haar slechts als pianiste aanbevelen. Eens of tweemaal per week zou zij u wat afleiding kunnen bezorgen door u Chopin voor te spelen. Niemand te Parijs kan Chopin zóo vertolken als zij". „Ik verfoei Chopin" viel de markiezin hem in de rede met een gebaar, alsof z|j haar handen nit te warm water terugtrok. „Mozart zou er nog mee doorkunDen". „Welnu, dan kan zy Mozart voor u spelen. Ik ben nu juist niet zoo op Chopin gesteld". „Dat dacht ik wel" zeide de oude dame, haar lorgnon voor de oogen brengend om Jacques beter te kunnen opnemen. (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1913 | | pagina 4