Stadsnieuws.
Ingezonden.
Agenda voor de openbare vergadering van
den Raad der Gemeente Amersfoort op
Dinsdag 28 October 1913, des namiddags
half twee.
1. Benoeming van een onderwijzeres aan
school C.
Voordracht mej. C. E. Mensing.te Amers
foort mej. A. M. den Hartog, te Koog aan
de Zaanmej. J. H. van Achterbergh, te
Den Burg.
2. Benoeming van een Regent van het
Burger Weeshuis.
Voordracht de heeren J. W. C. Bloem,
J. W. Middelburg en jhr. S. M. van Rei
gersberg Versluys.
3. Voorstel van Burgemeester en Wet
houder tot verlenging van het ziekteverlof
van den onderwijzer aan de openbare Lagere
school G, den heer J. Hilke.
4. Voorstel tot verlenging der tijdelijke
aanstelling van den heer T. Kielstra als
leeraar aan het Gymnasium.
5. Ingebruikgeving lokaal Tuinbouw-ver-
eeniging in het z. g. «Werkhuis*.
6. Voorstel tot ingebruikgeving school
lokaal aan het Utrechtsch Genootschap voor
landbouw en kruidkunde.
7. Voorstel tot aankoop van grond aan den
Kalkweg.
8. Voorstel onbewoonbaar verklaring per
ceel D. A. Stöver.
9. Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot verlenging van den termijn van
ontruiming van de onbewoonbaar verklaarde
woningen Wolkerstraat nos 7, 9, 11 en 13.
10. Idem woningen Wolkerstraat 5 en 15.
11. Vaststelling jaarwedde en pensioens
grondslagen leeraren Hoogere Burgerschool,
Burgeravondschool en Gymnasium.
12. Wijziging dagen en uren houden der
Kaasmarkt.
13. Verzoek om vrijstelling van de ver
plichting tot oprichting eener Burgerdag
school.
14. Wegneming beplanting Bloklandstraat
en restitueeren betaalde kosten daarvoor.
15. Rooien boomen aan den Utrechtsche-
weg.
16. Voorstel Burgemeester en Wethou
ders tot uitvoering van verschillende vernieu-
wings- en uitbreidingswerken aan de Gas
fabriek en het aangaan in verband daar-
mebc van een tijdelijke leening.
17. Advies der Commissie, belast met
het onderzoek der zaak van J. H. van Schup-
pen.
18. Vaststelling 4e en 5eaanvullingskohier
der Inkomstenbelasting.
19. Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot het verleenen van afschrijving
van Inkomstenbelasting wegens vertrek of
overlijden.
20. Wijzigingen Gemeente-begrooting
dienst 1913.
21. Vaststelling rekening Burgerlijk Arm
bestuur 1912.
22. Vaststelling rekening Burgerwees
huis 1912.
23. Eervol ontslag Gemeente-secretaris
mr. J. D. Werkman.
24. Benoeming Gemeente-secretaris.
Aanbevelingde heeren A. R. Veenstra en
L. A. baron Van Ittersum
25. Regeling jaarwedden ambtenaren
ter Secretarie.
26. Regeling inzake het storten van pen-
sioenbijdragen door Gemeente-ambtenaren.
27. Verordening op de heffing eener
plaatselijke directe belasting naar het inkomen.
28. Verordening op de invordering der
plaatselijke directe belasting naar het inkomen.
29. Voorstel van B. en W. tot vaststelling
van het model van het beschrijvingsbiljet
voor de plaatselijke directe belasting cn tot
wijziging van de ontwerp-verordening op de
heffing eener plaatselijke directe belasting
naar het inkomen.
30. Verordening op de heffing van bij
dragen voor het genot van onderwijs aan
het Gymnasium te Amersfoort.
31. Verordening op de invordering van
het schoolgeld, verschuldigd voor het be
zoeken van het Gymnasium.
32.' Verordening op de heffing van bij
dragen voor het genot van onderwijs aan
de Hoogere Burgerscheol met vijfjarigen
cursus en de Burgeravondschool te Amers
foort.
33. Verordening op de invordering van
het schoolgeld, verschuldigd voor het be
zoeken van de Hoogere Burgerschool en de
Burgera von dschool.
34. Verordening op de heffing van op
centen op de hoofdsom der Personeele be
lasting in de Gemeente Amersfoort.
35. Verordening op de invordering.
36. Wijziging der Verordening, regelende
de heffing van rechten wegens diensten,
door de Gemeente-reiniging bewezen.
37. Gemeente-begrooting voor 1914.
38 Nota van wijziging gevoegd bij de
concept-begrooting 1914.
39. Begrooting voor het Burgerlijk Arm
bestuur voor 1914.
40. Begrooting voor het Burgerweeshuis
voor 1914.
Burgemeester en Wethouders schreven
aan den Raad
Bij uw besluit van 2 September j.l. werd
om prae-advies in onze banden gesteld een
adres, van het Amersfoortsch Drankweer
Comité, houdende verzoek de subsidie, die
de laatste jaren was bepaald op f 100, te
willen verhoogen, en te brengen op f 200.
Uit de rekening van het comité is ge
bleken, dat voortdurend met een tekort wordt
gewerkt, niettegenstaande meermalen ge-
wenschle propaganda moest achterwege
blijven wegens gebrek aan middelen.
Uit deze rekening bleek ook, dat het
comité over geen andere inkomsten kan be
schikken, dan de Gemeentelijke subsidie.
Dit heeft ons aanleiding gegeven, een
nader onderzoek in te stellen naar het
karakter van het comité en de wijze waarop
het werkt.
Daarbij is gebleken, dat wel in Amers
foort tal van andere drankbestrijders-ver-
eenigingen bestaan, maar dat alleen het
comité behoudens éen enkele uitzonde-
ring voor de propaganda naar buiten
zorg draagt.
Ook bleek uit dat onderzoek, dat de ver
schillende vereenigingen in totaal in 1912
aan inkomsten hadd ruim f 1500, welk
bedrag ook werd ui.g -even.
Waar dus overtuigend blijkt, dat door de
inwoners de drankbestrijding op krachtige
wijze wordt gesteund, meenen wij, dat er
alle aanleiding is, aan het verzoek van het
comité te voldoen, te meer waar ook vroeger
een hooger bedrag werd verleend.
Wij hebben daarom de eer, U voor te
stellen, voor 1914 het subsidie te bepalen op
f 200.
Zie nog Laatste berichten.
Buiten verantwoordelijkheid van de Redactie.
Kopy van Ingezonden stukken, al dat
niet geplaatst, wordt nimmer teruggegeven.
Geachte Redactie,
Nadat het Bestuur der afdeeling van den
Bond van Nederlandsche Onderwijzers in op
dracht van de vergadering in een daartoe
gevraagd onderhoud verleden jaar October
den Wethouder had te kennen gegeven.dat
de toenmalig voorgestelde verbetering, be
staande in verhooging van het minimum van
f 50, zonder meer, in 't geheel niet de sym
pathie had van het meerendeel der onder
wijzers, werd door den Wethouder van On
derwijs het gevoelen gedeeld, dat dit geen
afdoende regeling was en werd overeenge
komen, vroegtijdig in 't vooijaar van 1913
tot hem te komen met een voorstel tot een
regeling van salaris, waarmee «voor 't oogen-
blik* de onderwijzers zouden kunnen rond
komen, zonder hun toevlucht te moeten ne
men tot het waarnemen van allerlei bij
baantjes om den toestand van het gezin dra
gelijk te maken, maar waarbij ook zou wor
den rekening gehouden met de draagkracht
van de Gemeente en onder beding, dat
dan eens een jaar of drie «dat gezeur om
meer centen* zou ophouden.
De afgevaardigden namen dit aanbod zeer
dankbaar aan, zich toen reeds vleiende met
een lichtende toekomst, waardoor vele zor
gen, zoo nadeelig voor ons gemoedsleven in
de school, zouden worden opgeheven.
Nogmaals, we gingen naar huis in de vaste
overtuiging, dat, als we tot een vergelijk in
vraag en aan'uud mochten komen, we ook
alle mogelijke medewerking tot verwezen
lijking zouden ondervinden.
We heb..en gewikt en gewogen en de
onderwijzers kwamen reeds tot overeenstem
ming in de wenschen, ook door den v et-
houder geuit, dat die toevallige belooningen,
die geheel buiten eenige regeling staan,
moesten worden afgeschaft, te wetende
verhoogingen na 30 en 35 jaar, waaraan
reeds vele woorden waren verspild of ze
deel uitmaken van onze regeling en daarmee
het maximum f 100 hooger kan worden ge
rekend of niet en de hulp in het betalen
van de stortingen voor ons pensioen, een
restitutie, die, naar bijna aller meening, een
ambtenaar met behoorlijk traktement zou
moeten afwijzen.
Toen zijn er regelingen ontworpen er is
gerekend en gecijferd en de onderwijzers
kwamen ook nu tot overeenstemming.
In dezen tijd was hoog noodig, bij een
minimum van f650, zes tweejaarlijksche'ver
hoogingen van f 100, zoodat een man van
op zijn jongst 30 jaar, vaak reeds gehuwd,
kon rekenen op een salaris, dat aan som
mige categoriefin van ambtenaren wordt
toegekend als aanvang of spoedig na den
aanvang, hoewel voor zulk een betrekking
noch aan studie, ook voortgezette, noch aan
toewijding zooveel wordt gevraagd als voor
het naar eisch volbrengen van de taak van
onderwijzer.
Ook de meerdere nitgaven voor de Ge
meente ten behoeve van een korps, dat al
zooveel jaren in de rapporten der Commissie
.an Toezicht op het Lager onderwijs om zijn
arbeid en toewijding wordt geroemdvoor
een aantal vrouwen en mannen, die reeds
zooveel jaren naar een dragelijken toestand
uitzien, waren, onzes inziens, niet ondragelijk.
Met deze conclusies gingen we opnieuw
tot den Wethouder en vonden bereidwillig
gehoor.
Bij het heengaan nog grooter vreugde;
want het onderhoud was van dien aard, dat
hoewel, wat we wel wisten, geen stellige
belofte kon worden gedaan, het door ons
gevraagde volle instemming kon verwerven
van den Wethouder van Onderwijs.
Het zou worden nagecijferd door voor zulk
een taak meer berekende Stadhuisambtena
ren en mochten er door meeningsverschil of
invloed van andere verzoeken belangrijke
wijzigingen ontstaan, dan zou vroegtijdig
nog gelegenheid worden gelaten, onze opinie
te verdedigen.
We hoorden niets en meer en meer groeide
onze verwachting.
Tegen den tijd, dat de huishoudrekening
van onze stad voor 't volgend jaar onge
veer gereed kon zijn, werd de wensch in
de afdeeling uitgesproken, eens even te
informeeren bij den Wethouder, hoe de zaak
stond.
We kwamen er; we kregen kennis van
een voorstel als het door ons ingediende,
aangevuld met een kleine verbetering 'voor
de hoofden van scholen inzake vergoeding
voor woninghuur, met een verdeding, die
we zelf niet beter hadden kunnen leveren,
't Geheel was reeds uit de Wethouders
kamer verhuisd naar het college van Bur
gemeester en Wethouders en de Wethouder
deelde ons mede, dat niemand van het Da-
gelijksch Bestuur principieele bezwaren had
aangevoerd.
Nu steeg onze verwachting ten top. Er
volgde echter nog een toevoeging, dat er
werd gezocht op het Stathuis naar geld, naar
veel geld, dat noodig zou zijn om de Be
grooting sluitend te krijgen. Ook voor
onze salarisverbetering, voor de verwezen
lijking van onze zoolang gekoesterde illusie,
was het geld nog niet gevonden. Alle hoop
was nog niet vervlogen.
Met den Wethouder werd overeengeko
men. dat de afgevaardigden over 8 of 14
dagen zouden terugkomen.
Door de Onafhankelijkheidsfeesten en de uit-
stedigheid van den Wethouder werd het nog
wat later en na drie weken hoorden we
officieel, dat aan al onze verwachtingen de
bodem werd ingeslagen «omdat er geen
geld is* voor de onderwijzers.
We kregen voor de zooveelste maal nul
op 't rekest en we zullen met ons korps
van 70 ambtenaren het tekort in de in
komsten der Gemeente opnieuw moeten
dragen.
Het antwoord van Burgemeester en Wet
houders op de verslagen van de afdeelings-
vergai' .ringen wekt den schijn, alsof noch
door Burgemeester en Wethouders, noch
door den Wethouder bij de onderwijzers
verwachtingen zijn gewekt.
Bovenstaand relaas der feiten zal, meenen
wij, de Gemeentenaren een ander inzicht
daaromtrent geven.
Het Bestuur
der afd. Amersfoort van den
Bond van Ned. Onderw.
BELOONING WERKLIEDEN.
Geachte Redactie.
Er zal uwerzijds wel geen bezwaar be
staan tegen de opneming van het volgende
stukje.
In de afdeelingen van den Gemeenteraad
is door verschillende Raadsleden de vraag
gesteld, of het niet wenschelijk is, de loo-
nen van de Gemeente-werklieden te ver
hoogen. Eenerzijds werd dat gemotiveerd
met te verwijzen naar de stijging der loo-
nen in het particulier bedrijf, anderzijds werd
de meening verkondigd, dat de loonregeling
der Gemeente ten voorbeeld moet kunnen
worden gesteld aan de particulieren.
Het schijnt, dat het college van Burge
meester en Wethouders over deze opmer
kingen niet al te best te spreken is, want
min of meer verwijtend wordt den Raadsle
den geantwoord
«Het heeft ons college wel eenigszins ver
wonderd, dat op zóo stellige wijze is gespro
ken geworden, zonder daarvoor de noodige
bewijzen aan te voeren. En de vraag wordt
gesteld, of zoodanige beweringen waarvan
ook op andere plaatsen in de verslagen voor
beelden worden gevonden geacht kunnen
worden de goede verhouding tusschen de
Gemeente en haar ambtenaren te bevorderen.
«Ook ons college is diep doordrongen van
de ernstige plichten, die de Gemeente jegens
haar ambtenaren is verschuldigd, maar over
tuigd zijn wij niet, dat de beloor.ingen der
werklieden onvoldoende zijn.
«Het wil ons voorkomen, dat te weinig
wordt gelet op de voordeelen, die aan een
Gemeentelijke betrekking zijn verbonden. Wij
wijzen enkel op de vastheid in de bezoldiging
en de voordeelen, daaraan verbonden, door
de in werking getreden Pensioenwetten.
Wordt het gedane voorstel aangenomen, dan
zal de Gemeente aan het Rijk een premie
verschuldigd zijn van 7 pCt., zoodat de
loonen feitelijk met dit percentage worden
verhoogd.
«Ook ten opzichte van het adres der werk
lieden moeten wij ernstig in overweging
geven, daarop afwijzend te beschikken.
«Bij volgn. 139 is eveneens op verhooging
der loonen aangedrongen en is gezegd
geworden, dat de Gemeente, wat het loon
betreft, aan de particulieren moet voorgaan.
Wij betwijfelen ernstig of de daar genoemde
cijfers wel juist zijn en wenschen er op te
wijzen, dat de hier verkondigde theorie
volstrekt niet door allen wordt gedeeld. Hoe
dit echter zij, ons college heeft, gezien de
vrij belangrijke bedragen, die voor de pen-
sionneering worden gevorderd, en nog in 't
onzekere verkeerende, welke offers voor den
inkoop zullen worden gevraagd, geen vrijheid
kunnen vinden, thans een directe loonsver-
hooging voor te stellen*.
Zie, daarin straalt door een toon van ver
wijt.
B. en W. doen het voorkomen alsof de
Raadsleden, die deze opmerkingen maakten,
niet voldoende op de hoogte zijn, of een
verkeerd sta ïdpunt verdedigen. Zelfs ontzien
zij zich niet, het te doen voorkomen, dat de
Raadsleden, die op loonsverhooging aan
dringen, daarmede de goede verstandhouding
tusschen de Gemeente en haar personeel
verstoren.
Door de zaken zóo te stellen, bevorderen
B. en W. geen zakelijk debat over de loo
nen. Als B. en W. beweren de Raadsleden
zijn niet op de hoogte, dan moeten zij dat
aantoonen. Dat doen zij echter niet; zij
trachten onzekerheid te zaaien omtrent de
beweringen van enkeie Raadsleden, maar
zelf geven zij geen enkel cijfer, hoe het dan
wel met de loonen is gesteld.
Was dit gebeurd, er zou duidelijk gebleken
zijn, dat er dringende behoefte aan hoogere
loonen bestaat.
Wij zouden eens willen vragen of B. en
W. niet weten, dat tal van gezinnen van
Gemeente-arbeiders worstelen met een voort
durend tekort.
Aan de gasfabriek ontvangt 1/3 deel van
het personeel, na aftrek van de pensioen
bijdrage, een loon van minder dan f 10
per week. Een ander deel van het per
soneel ontvangt, voor 7 dagen arbeid, alweer
na aftrek van de bijdrage voor pensioen,
slechts f 11.50 per week. Deze menschen
verrichten daarbij ook nachtarbeid; wat altijd
nog extra-kosten met zich brengt. Aan de
Reiniging bedraagt het hoogste loon, na
aftrek van de storting van 8 pCt. die thans
voor pensioen geheven wordt, f 10.30 per
week. Hoe moet een arbeider met zijn gezin,
waaronder er zijn met 7 en 8 kinderen,
daarvan nu rondkomen
Dat behoort immers tot de onmogelijk
heden in dezen duren tijd.
Er mag nu gedebatteerd worden over het
geven van een voorbeeld, men kan daar
voor- of tegenstander van zijn, maar nie
mand zal kunnen volhouder dat dit een be
hoorlijk loon is, en dat de Gemeenteraad er zich
kan afmaken met het standpunt, door B. en
W. ingenomen, om niets te geven.
Bovendien meenen wij er op te mogen
wijzen, dat hel loon van een metselaar en
timmerman bij de Gemeente slechts 21 cent
per uur bedraagt, terwijl het standaardloon
23 cent per uur is en vele patroons daar
zelfs nog boven gaan.
Wanneer B. en W. dan nog als argument
aanvoeren, dat de Gemeente-werklieden, door
hun vaste betrekking en andere voordeelen,
als pensioen, in zooveel gunstiger conditie
verkeeren dan de arbeiders in particulieren
dienst, dan merken wij daartegen op, dat
bijv. de pensioenregeling van de werklieden
zulke zware offers eischt, dat velen niet in
staat zijn, deze te brengen. Het moge waar
zijn, dat de pensionneering later voordeelen
kan bieden, op dit oogenblik beteekent het
voor de werklieden een niet onbelangrijk
bedrag, dat zij minder ontvangen. Een bij
drage van 5 pCt voor pensioen beteekent
een mindere ontvangst van 50
cent tot 75 cent per week.
Wij hopen, dat de Raad het standpunt
van B. en W. niet zal deelen, maar dat be
sloten zal worden, de loonen met een be
hoorlijk bedrag te verhoogen, opdat een
einde worde gemaakt aan het voortdurend
tekort, waarmede onze gezinnen te worste
len hebben.
Namens het Bestuur der
afd. Amersfoort van den Ned. Bond
van Gemeente-Werklieden,
J. IJZERMAN,
Voorzitter.
C. WIJNEN,
Secretaris.
Amersfoort, 25 October 1913.
Burgerlijke Staud ran Amersfoort
van 16 tot 24 October 1913.
GEBOREN:
Hermanus Cornelis Majella, z. van Hen-
drikus Bernardus Nicolaas Korndewal en
Jacoba Regina Tommei. Anna Maria, d.
van Jan Koeslag en Elisabeth Cornelia Pe
ters. Joannes, z. van Gerrit Nijhof en
Maria de Hoog. Petronella, d. van Dirk
Veis Heijn en Elisabeth Maritna Acherman.
Petronella Johanna, d. van Hendrik Pam
pus en Johanna Mertz Hendrikus Johan-