Stadsnieuws. veel arbeid op den hals haalt; doch het ziet daartegen niet op. Men zal rekening met ons houden als men weet, dat een reusachtig kapitaal achter ons zit. Men zal ons dan niet langer beschouwen als quantité-négligeable, gelijk men thans doetgetuige het nog altijd ontbreken eener wet op de oneerlijke concurrentie. Het Bestuur wil er zijn schouders onder zetten en zal zoo spoedig mogelijk een gansche schare van propagandisten uitzenden naar elke plaats des lands. Het is geen kleinigheid, die we onder nemen doch het Bestuur is overtuigd van de mogelijkheid en wil en zal dus ook de bezwaren overwinnen. De heer Vink; Ik hoorde den Voorzitter zooeven zeggen, dat, als de middenstanders niet voldoende meewerken, men na 5 jaar deze poging zal opgeven en het gestorte geld zal worden terug gegeven. Het Bestuur garandeert dit zelfs. In die 5 jaar zal ook menigeen uitvallen deze door zich terug te trekken uit zaken, een ander door overlijden. Blijft van dezulken het geld 10 jaar in kas? De Voorzitter; Stel, dat iemand, die 6 of 7 jaar heeft bijgedragen, overlijdt. Zijn kinderen kan hij niet dwingen, ook midden stander te worden. Welnu, de weduwe krijgt dan het gestorte geld terug. In het aller hoogste geval kunnen zijn nagelaten betrek kingen dan de f 2 entree verspelen. Ik heb hier een staat, die ik te zijner tijd hoop te publiceeren. Een bekend financier noemde dien zelfs prachtig mooi. In 84 Gemeenten hebben we reeds men- schen, die het kwartje per week ophalen voor een appel en een ei. Als er slechts 50 000 van de 300 000 middenstanders meedoen, krijgen we in het eerste jaar reeds f 100 000 en bijna geen uitgaven, een f 100 op zijn hoogst. Pas later komen er administratie kosten, die in het ~e jaar opklimmen tot f 3500- De heer E g g i n k Met belangstelling heb ik het plan gelezen maar stel nu eens dat iemand 5 of 6 of 7 jaar heeft ingelegd en wegens vertrek moet bedanken als lid zijner middenstands-vereeniging. Krijgt hij dan zijn inleg óok terug? Ik laat de rente rusten. De Voorzitter: Allicht sluit hij zich aan bij een vereeniging in zijn nieuwe woon plaats. De heer Eggink; In een dorpje is geen middenstands-vereeniging. De Voorzitter: Hij meldt zich aan als »verspreid Iid« bij een middenstands-ver eeniging in de naastbijzijnde stad. D'- heer Fontein: Is ieder lid, ver plicht deel te nemen aan deze kapit? ïlvor ming De Voorzitter: Ieder is daarin vol komen vrij. Ik houd niet van verplichten, in welken vorm ook, en laat liever ieder zijn volle vrijheid. De heer Fontein: De Voorzitter zeide zooeven, dat de volle getaxeerde waarde wordt gegeven als hypotheek. Als nu zoo'n man failleert, wie lijdt dan de schade, wat de hypotheek betreft? De Voorzitter: Nemen we eens aan, dat iemand f 14 000 hypotheek krijgt op zijn huis, na behoorlijke taxatie en al dat, en hij failleert bijvoorbeeld na 5 jaar. Dan is dit een voordeel van f 750 voor ons. Nemen we nu eens aan, dat het huis moet worden ver kocht en slechts f 10 000 opbrengt. Dat is weer voordeel voor ons en wij verhuren het dan voor f560, of, als 't kan voor een f 100 meer. Er is dan wel geen aflossing, doch de kas heeft er f 100 voordeel van. Alle risico is voordeel voor onze vereeniging. Beneden f 5000 wordt per jaar afgelost f 50, van f 5000 tot 1 o 000 wordt afgelost f 100, van f 10000 tot f 15 000 wor<l£ afge lost f 150. De heer Van Zalingen: in de vori ge vergadering, toen het plan terloops ter sprake kwam, heb ik reeds bezwaar gemaakt tegen het verleenen van hypotheek tot de volle waarde. Ik wil aannemen, dat huis en bewoner beiden uiterst soliede zijn en dat de taxatie zoo zorgvuldig mogelijk is ge schied oogenschijnlijk is er dan niet de minste risico. Maar de plaatselijke toestand kan veranderen en de stand van het huis veel in waarde verminderen. In dit geval heeft de vereeniging een strop. De heer Frederiks: Nemen we eens een meer concreet geval. De panden aan de Varkenmarkt zijn thans veel waard omdat op dit plein uitkomen zoowel de Utrechtsche- als de Arnbemsebeweg. Denk nu eens, dat werkelijk wordt aangelegd de nieuwe groote verkeersweg van de halte Vlasakkers, bezij den het Rijks-opvoedigsgesticht naar Oud- Leusden. Dan zal op den duur ik erken, dat dit nog in een vrij verre toekomst ligt de stad geheel worden verlegd naar den Bergkant en zal de Varkenmarkt worden hetgeen thans de Kampstraat is en de pan den zullen deerlijk in waarde achteruitgaan. De Voorzitter: De standswaarde ver mindert maar niet zoo ineensde bewoner heeft tusschentijds dus al heel wat afgelost. Voorgesteld wordt om boven f 10 000 af te lossen f 150, terwijl beneden f5000 zal moe ten afgelost f 50. Er is dus afgelost en wij koopen het huis terug. Heeft het werkelijk in standswaarde verloren dan wordt dit ver lies opgeheven door de panden, die elders in waarde zijn toegenomen. Hoofdzaak is niet hypotheek verleenen, doch kapitaal formeeren en dit voor een deel solied te beleggen in onroerende goederen. De heer Nieuw endijk: Ik wensch op de eerste plaats hulde en dank te brengen aan het Bestuur voor zijn hard werken, waarvoor ik allen eerbied heb. Ten andere wil ik opmerken, dat, als ik zoo de discussiën hoor, ik er toe zou komen om óok te denken, dat we druk bezig zijn een hypotheekbank op te zetten naast de vele, die er reeds in den 'ande bestaan. Ik zou dan ook wille vragen of zoo'n hypotheekbank wel urg. at is. Ik meen, dat de middenstanders eerst voor iets anders moeten zorgen. Ik heb al hooren zeggen, dat sommigen hunner over 10 jaar al zijn verdwenen, opgeslokt door de trusts enzoo- voort. Ik hoorde spreken van een kapitaal van f 160 dat elke middenstander, die zijn eigen belang wil inzien, in tien jaar zal bijeen brengen, en ik hoorde ook zeggen, dat een gedeelte er van zal worden belegd in een hypotheekbank, een ander deel in een eigen auto-vrachtdienst of een eigen vrachtvaart. De Voorzitter: De ontworpen hypo theekbank is louter bijzaak en dient om het geld serieus te beleggen. De heer Nieuwendijk; Denkt Udan, dat er middenstanders zijn, die weten waar ze met hun geld heen moeten De enkelen, die geld hebben, daargelaten. De Voorzitter: In een safe Nog on langs weerklonk bij een groot en zeer on verwacht faillissement »de deposito's waren gelukkig nog aanwezig*. De heer Van Schaik: Ik meen, dat er een misverstand is tusschen den Voor zitter en den heer Nieuwendijk. Is f 160 in 10 jaar we! een kapitaal? Tal van arbeiders storten heel wat meer dan f 16 per jaar ten bate van hun organisatie. Doel is, kapitaal te formeeren. Kapitaal geeft kracht en in onze dagen aanzien. Thans zenden we adressen aan de Regee ring en gaan we op audiëntie. Maar wat baat het Weet de Regeering, dat we kapi taalkrachtig zijn dan zal zij even goed rekening met ons houden als met de arbeids organisaties, die heel wat van haar gedaan weten te krijgen. Het is daarom zaak, de handen ineen te slaan en door stevige samenwerking kapitaal bijeen te brengen. Hoe grooter dit is, des te meer zal men ook ons naar de oogen kijken. En het is daarvoor hoog tijd. Als de mid denstand nóg langer talmt, zal hij na 25 jaar zijn doodgedrukt tusschen kapitaal en arbei dersstandmisschien al wel na 10 jaar. Het kapitaal, dat we willen bijeenbrengen, heeft een tweeledig doelten eerste de mid denstanders, die niet kapitaalkrachtig genoeg zijn, te steunen ten tweede de homogeniteit en de idee der saamhoorigheid te herstellen en te versterken. Vooral hierom moeten de beter gesitueerden meehelpen tot gemeen schappelijk nut. De heer Schwemmer: Stel, dat iemand f 14 000 hypotheek kreeg en 8 jaar trouw afloste, doch dan niet meer kan. Krijgt hij dan zijn geld terug De Voorzitter: Evenmin als rij een gewone hypotheekbank. Wie in zulke onge lukkige omstandigheden komt, verwaarloost natuurlijk ook het pand, want hij zal het geld voor het onderhoud er van gebruiken voor de aflossing. De heer Fontein: Op de convocatie staat Besprekingen eventueel op te richten coöperatieve Middenstands-hypotheekbank* de discussiën echter draaien orn een soort Weerstandskas. De heer Van den Burg; We treden te ver in details. Ik zou daarom willen voor stellen, dit plan over te leggen aan het Bondsbestuur. dat dan de mogelijkheid kan nagaan, de kosten kan berekenen, enz. Ik geloof niet, dat de administratie zoo voor een appel en een ei zal kunnen geschieden. De ,roorzitter: Doch eer het bij het middenstandscongres aanhangig wordt ge maakt, moeten wij aangepakt, den eersten stoot gegeven hebben. Nog vanmiddag heb ik de inningskosten berekend en eens zooveel daarvoor uitge trokken als de belooning voor couranten- rondbrengen, die i'/a cent per exemplaar is. De heer Frederiks: Ja maar, hoeveel honderd exemplaren, terwijl slechts tientallen quitantietjes zullen worden aangeboden. De heer Vink: De besprekingen hebben mijn indruk versterkt, dat de uitvoering van het plan zeer nuttig en noodig is. Zien we toch naar de arbeiders-organisaties, die zoo sterk staan juist door hun kassen, en beden ken we toch, dat we slechts een paar siga ren per dag hebben op te offeren om een flink kapitaal bijeen te brengen. De heer Ruitenberg: Ik wil nog op merken, dat wie geld noodig heeft van een hypotheekbank, moet betalen 5 pCt. afsluit- provisie en na 5 jaar weer 1 pCt voor taxatie. De heer Houbaer: Het Bestuur heeft deze vergadering afgewacht, omdat het niets wil doen buiten de leden. Thans kan het zich wenden tot het Bondsbestuur, dat reeds, toen het vernam van het plan, zeide: daar gloort licht in de verte. De Bondsvoorzitter liet in het stenografisch verslag reeds op nemen al hetgeen ér ten congresse over werd gezegd. We moeten thans goede propagandisten zoeken in elke stad en elk dorp. Er is heel veel beginarbeid te verrichten, óok om de ruggegraat, een hehoorlijk re glement, te krijgen. De heer Van Schaik: Ket Bestuur heeft het plan herhaalde malen besproken en overwogen. Voor de leden is het nog vrij wel geheel, nieuw. Allen voelen intusschen, dat het dien weg uit moetevenwel zijn enkel nog huiverig, de eerste schrede te zetten. Daarom stel ik voor, 5 leden van de ver eeniging toe te voegen aan het Bestuur op dat gezamenlijk alles nog eens kan overlegd en besproken en een reglement kan ontwor pen. Er zijn moeilijker problemen opgelost. Als er een wil is, komt er ook een weg. Laat ons nu niet vanhier gaan zonder den eersten stoot gegeven, de vereeniging opge richt te hebben. De Voorzitter: Ik dank den heer Van Schaik voor zijn voorstel. Als we he denavond een begin maken, het eerste geld storten, dan hebben we althans iets gedaan. Laat ons een begin maken, al is het ook nóg zoo klein. De Penningmeester heeft door zijn drukke zaken niet veel tijd. Daarom stel ik voor, dat de heer Houbaer voorloopig het geld beheere. De vergadering kan later een de finitieven Administrateur aanwijzen. De heer Kühlmann: Over het algemeen sympathiseert men met het plan en daarom is 't zaak, direct aan te pakken, het ijzer te smeden terwijl het warm is. Echter waar blijft het geld, dat thans wordt gestort ên waarvan het Bestuur het terug geven garandeert, behalve dan de entree. De Voorzitter: Het Bestuur kan de zekerheid geven, dat het onmiddellijk wordt gedeponeerd bij een bankiershuis hier ter stede. Laat ons een begin maken. Uitstel leidt zoo licht tot afstel en in ieder geval tot noode- looze vertraging. Wordt met op éen na algemeene stemmen besloten, een begin te maken (applaus). De Voorzitter: Ik dank de heeren voor dat besluit. Wie wil met het Bestuur de reglementen, enz. ontwerpen De heer Van den Burg: Ware het niet beter, dat het Bestuur werd gemachtigd, zich 5 leden te asummeeren Aldus besloten. De Voorzitter: Voor de voorberei dende werkzaamheden zou het Bestuur gaarne een crediet hebben van ten hoogste f 50. De heer Fontein: Kan de kas het lij den De Penningmeester: Ja; maar nu gaat het mij toch schemeren. Komen op die manier de financiën niet in de war Regel matiger ware het geweest, die aanvraag op de convocatie te stellen. De Voorzitter: Dan zal dit geschie den op de volgende convocatie. Het Bestuur zal al zijn best doen om de zaak goed voor elkaar te krijgen, zóo, dat zij met 1 Januari 1914 in werking treedt. Aan de orde komt om 10.15 een voorstel om een bijdrage van f 10 af te staan voor de Handelsschool. De heer Fontein: Is H. N. nog geen donatrice? De Voorzitter: Nog niet, zooals het oud-Bestuurslid de heer Fontein wel kan weten. De heer Fontein: Dan wordt het hoog tijd. Het bedrag wordt z. h. st. toegestaan. Aan de orde is een Bestuursvoorstel om een boete te heften van elk lid, dat zonder kennisgeving niet ter vergadering komt. De Voorzitter: De vergaderingen worden, evenals onder het vorige Bestuur, slechts schaars bezocht. De heer Houbaer: Dat wordt nu anders, omdat de leden financieel belang krijgen. De heer Frederiks: Zooeven toonde de Voorzitter zich een voorstander van vrijheid en een tegenstander van verplichting op leggen. Laat ons geen dwang toepassen. Er is een kern van leden, die steeds komen. De heer Van den Burg: Het Bestuur geeft zich heel veel moeite en doet dit gaarne, maar het moet dan ook zien, dat zijn werk wordt gewaardeerd, dat het den steun heeft van de leden. Anders verliest het den moed. Het voorstel is zóo, dat geen boete wordt toegepast als men maar bericht van verhin dering zendt, en dus slecht toont, mee te leven. De heer E g g i n k Ik zou de vergade ringen gaarne óok drukker bezocht zien, doch wensch geen pressie, geen dwang. Ik vrees, dat daardoor velen zullen bedanken als lid. Heel velen kunnen zoo goed als nimmer komen, hoewel ze zeer veel belang stellen in de vereeniging. Zelfs Bestuursleden schit teren wel door hun afwezigheid. Zelfs de warmste belangstellende kan plot seling worden verhinderd en buiten machte zijn, bericht daarvan te geven. De heer Van den Burg: Een Bestuurs lid geeft steeds bericht van verhindering. De Voorzitter: En allen breken uit hun veelal drukke bezigheden om de Be stuursvergaderingen te kunnen bijwonen. De heer Vink: Spoedig zal nu een pro pagandist rondgaan, die dan tevens de leden kan opwekken, trouw de vergaderingen bij te wonen. Dit zal, dunkt mij, beter werken dan boete. De heer Fontein: Als oud-Bestuurslid heb ik al meer met dit bijltje gehakt, maar steeds ben ik afgestuit op de vrees, dat leden zouden bedanken. Ik acht het beter, dat er een klein aantal leden werkzaam is. De overigen zou men begunstigers kunnen noemen. Ik ben sterk vóór boete als men geen bericht van verhindering zendt. De heer Van Zalingen: Indertijd stelde ik voor, boete te heffen bij niet-komen. 's Zomers wordt niet vergaderd. Er worden dus 5 a 6 vergaderingen gehouden en wie die alle verzuimt, betaalt slechts 50 a 60 cent boete. De heer Van den Burg: Tenzij hij bericht van verhindering zendt. De heer Kühlmann: Ik acht een boete- stëlsel nog niet zoo kwaad. Geldt bindt eenigszins. De wanhoopskreet van het Bestuur kan ik me best voorstellen. Het is ook ontmoedigend, zóo weinig belangstelling te zien voor zóo veel moeite. Wie zich kan verontschuldigen, behoeft trouwens geen boete te betalen. De heer Fontein: Ik stel voor, bij wijze van proef gedurende éen jaar een boete van 10 cent te heffen. De Voorzitter: Het Bestuur neemt dat voorstel over. Het wordt aangenomen met op éen na algemeene stemmen. Aan de orde is de rondvraag. De heer Van den Burg: IIet is mij gebitten, dat het voor den handel zoo ge- wenscht zou zijn als deze de bodeloopen kende. Kan II. N. dit niet verzorgen De heer Houbaer: Die opgave kwam vi or in den Amersfoortschen almanak* van den heer Slothouwer. Die uitgave is tot zeer veler spijt helaas gestaakt. Ik steun sterk het voorstel, dat H. N. een gedetailleerde lijst samenstelle, De Voorzitter: Het Bestuur zal dit in zijn eerstvolgende vergadering overwegen. De heer Fontein: Weet het Bestuur, dat de fietsgoot naar het tweede perron van het spoorweg-station eigendom is van H. N. Zij werd als proef aangebracht en zou door de H. IJ. S. M. worden overge nomen als zij goed bleek. Zij wordt heel druk gebruikt en is zeer practisch. Ik meen, dat zij rond f 50 heeft gekost. Heeft het Bestuur dit bedrag reeds ver rekend met de Maatschappij De Voorzitter: Ik dank voor de mededeeling. Het Bestuur zal dit verzorgen. De heer Van Zalingen: Dat het dan tevens verzoeke, een dergelijke goot aan te brengen naast de trap naar het ie perron. De Voorzitter: Van dien wensch is goede nota genomen. In de laatste weken is niet meer door de couranten opgenomen de lijst van personen, die van hier vertrokken of zich hier vestigden. Thans zijn daarop vermeld de beroepen of de maatschappelijk stand, zoodat zij voor den handel veel bruikbaarder is geworden. Ik heb den Burgemeester gevraagd, die lijst te mogen afstaan aan twee couranten. De Burgemeester zou onderzoeken of dit wel mocht. Ik hoop weldra uitsluitsel te ontvangen en zal daarvan zoo spoedig mogelijk mededeeling doen. De vergadering werd hierna te 10.35 ëc sloten. De Gemeenteraad vergaderde Dinsdag avond en gistermiddag in comité-generaal. Brigadier W. Jongepier is overgeplaatst naar Utrecht; Rijks-veldwachter W. Menge- rink, naar Voorthuizen, Nog even herinneren we, dat de beer W. van Lingen aanstaanden Zondag den dag hoopt te herdenken, waarop hij 25 jaar ge leden werd benoemd tot Hoofd der R. K. jongensschool aan de Breestraat. De heer J. Visser Jz., Directeur van het Rijks-op\ jedingsgesticht, is gekozen tot Bestuurslid van de vereeniging >Het Neder- landsche volk*. Zij werd Dinsdagmiddag opgericht te Utrecht, waar, op uitnoodiging van mr. D. van Blom, hoogleeraar te Delft dr. G. Hey- mans, hoogleeraar te Groningendr. C. A. Pekelharing, hoogleeraar te Utrecht; dr. D. Schermers, geneesheer-directeur van het Christelijk sanatorium te Zeisten dr. J. H. Schuurmans Stekhoven, Inspecteur van het Staatstoezicht op krankzinnigengestichten,

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1913 | | pagina 2