bijblad AmersfoortsÉ (ioiiram Stadsnieuws. Ingezonden, van do uitgave van N.V. do AMERSFOORTSCHECOURANT voorhoen Firma A. H. van CLEEFF VAN ZATERDAG 29 NOV. 1913. Het was gisteravond weer goed bezet in •Amicitia», waar h-t Sevcik-kwartct, dank zij de uitnemende zorgen van de concert- directie Stoker Reddingius, zich deed nooren. Hoe langer zoo meer schijnen de uitgaande dames te wedijveren in keur van toiletten, ter eert van de artistcn natuurlijk van de abonnements-concerten. En wanneer de kunstenaars om even 8 uur op het podium nebben plaats genomen, is het een oogen- streehng in de zaal en een gehoorstreeling op het tooneel. Want heerlijk mooi hebben de jonge Bohemers hun programmaa afge speeld. Wanneer in een rythmische cadans de strijkstokken gingen over de instrumenten, dacht men zich in het feeünrijk der tonen. Bramhs, Mozart en Beethovenvoorwaar geen gering programEn de wijze waarop het werd vertolkt, was boven allen lofHier was een ongei'-venaard samenspel, een arti stieke wijze van vertolken, een kunst-geven zooals men haast niet treft! Dat het publiek zich dankbaar toonde voor zooveel goeds, zooveel hoogs, zooveel nobels, behoeft geen betoog. In details te treden bij zóo veel volmaakt heid is niet noodig. Misschien was het me- nuetto uit het D moll-kwartet van Mozart nog wel het meest naar voren springend in volmaaktheid van uitvoering, maar eigenlijk was het geheel zóo, dat hier dankbaar ge nieten t het parool was. Klokke 10 ure gingen de bezoekers hoogst voldaan huiswaarts. In de bioscoop «De Arend» gaan, behalve een heel mooie natuuropname van dc kalk- groeven van Crotenay, de actualiteiten van de bioscoop-courant en een paar komische nummers, een verfilming van »De getemde feeks» en he'- zeer spannend dramatische verhaal «Ontvoerd». De Radion-maatschappij is er wonderwel in geslaagd, Shakespeare's meesterwerk in beeld te brengen. Baptista, een rijk Paduaan, heeft twee dochters, Catharina en Bianca, de eerste een feeks, de andere een en al zachtheid en lief talligheid. Lucentio vraagt de hand van Bianca, doch Baptista, bevreesd dat Catharina nóg lastiger zal worden, wil niets weten van het huwe lijk dan nadat ook Catharina een echtgenoot zal hebben gevonden. Petruchio, een vriend van Lucentio, besluit de feeks te temmen. Hoe hij daarin slaagt, is den lezers van Shakespeare welbekend en wordt op de him zeer duidelijk in beeld gebracht. «Ontvoerd en door kanibalen gered» exusez du peu is van heel wat moder ner makelij en schetst de lotgevallen van Johnston, een zee-officier, die tegen den zin van den vader in stilte is verloofd met Edith de dochter van een millionair, die haar heeft bestemd voor een diplomaat, die den officier doet brengen aan boord van een koopvaar dijschip, dat in volle zee in brand geraakt. Johnston is dc eenige, die zich redt. Hij bereikt een eiland, bewoond door kani balen, die hen. maar aanstonds levend /.ui len roosteren. Bij die kunstbewerking raakt zijn sigarenaansteker in brand en dit maakt zoo'n indruk op de wilden, dat zij hem tot opperhoofd kiezen. Johnston laat zich dit welgevallen. Door een briefje, in een kokosnoot aan de zee toevertrouwd, verneemt men te langen leste, dat hij nog in leven is. Men zendt schepen uit om hem te zoeken, vindt hem en brengt hem terug den eigen dag waarop zijn bela ger in het huwelijk zal treden. liet spreekt vanzelf, dat hij Edith trouwt en dat de schuldige wordt gestraft. De plaatselijke afdceling van de Ned. ver- eeniging »Onzc Vloot» is gistermiddag defi nitief geconstitueerd, aanvankelijk met rond 90 leden. Tot Ecre-voorzitter werd benoemd mr. J. C. graaf Van Randwijck, die de benoeming aanvaardde terwijl het Bestuur werd saam- gesteld als volgtVoorzitter de heer I. Bir nie, oud-marine-officier te HooglandOnder voorzitter do heer II, A. de Groot, oud-as- sistent-resident ie Secretaris kapitein V. A. J. Bloem; 2e Secretaris mr. D. J. van Schaar denburg Penningmeester luitenant J. Door man. Het Bestuur zal de reglementen ontwerpen en weldra een vergadering bijeenroepen tot Vaststelling daarvan, "«Ier een lc»in8 wonion den ."'J?' 0cn al won aen geprojecteerd. De onder-afdeeling Amersfoort en omstre- Mian r 1 houdt aanstaanden Maandagavond haar najaarsvergadering. e aSenc]a bevat tal van uiterst belang rijke punten. 6 Van de V. P. N. gesproken. DeKleinsche ziekte woedt weer geweldig. »Ze sterven als muizen, 20 en 30 op éen dag m een beslag van 250 dierenklaagde er een »wat moet ik doen» En hij liet zich gauw inschrijven als lid, Vooral rond Woudenberg houdt zij danig huis. Ze is dus de Geldersche grens reeds overschreden. De veeartsen weten er afdoenden raad op en zullen dien met don grootsten spoed ver schaffen. Mogen de middelen, welke de wetenschap thans aan de hand doet en het werk van de V. P. N. een verwoesting op groote schaal nog kunnen koeren. De woningnood en de daarmee gepaard gaande verhooging der weekhurer, heeft ook ambtenaren doen besluiten, een woningbouw vereniging te stichten. Het Amsterdamsche Raadslid de heer Wibaut zal Dinsdagavond hier spreken over Woningnood en Gemeentenlijke woningbouw. Morgen is hier alleen geopend de apotheek van den heer J, J. P. van Wisselingh, Lan- gestraat 118, bij de Kamperbinnenpoort. De lantaarns van auto's en rijwielen moe ten volgende week uiterlijk kwart na vieren, die van de overige voertuigen op 't laatst om kwart voor vijven branden. Een enkel woord, hartelijk uitgesproken, doet soms meer nut dan een lange predica- 17it den Omtrek. Ten einde de oefeningen in het militair vliegkamp bij Soesterberg niet te bemoeilij ken, zijn daar marechaussees gedetacheerd, die de nieuwsgierigen op eerbiedigen afstand houden. Erger is, dat zij geen rekening houden met den ouden postweg, die niet voor het publiek verkeer is gesloten. Menschen die naar hun werk moeten en kerkgangers on dervinden daarvan zóo veel last, dat zij zich wendden tot het Gemeentebestuur van Soest, dat met opzet dezen weg niet overdroeg aan het Rijk. Grauwheid en somberheid, en toch betrekkelijk hoogen barometerstand Als er niet spoedig verandering komt, zal de winter voorbij zijn vóór wij het weten. Nog een paar uren scheiden ons van December, de maand van duisternis en nacht. Over drie weken al de kortste dag! Dan beginnen de dagen te lengen, maar zal de kou (volgens den Enkhuizer Almanak) gaan strengen. Een barometrisch hoog (goed-weer-gebied) ligt in Zuid-Europa. Het brengt in Frankrijk en Middel-Europa kalm en rustig weer. Veel zonneschijn veroorzaakt het niet. Ook ons land ligt in dit hooggebied. Hier heeft het weer een rustig karakter. Maar de luchtdruk- verdeeling is hier niet regelmatigkleine barometrische inzinkingen brengen storingen en de opklaringen zijn slechts van korten duur. Ook de eerstvolgende dagen blijft het wel Westen wind weer. Buiten verantwoordelijkheid van de Redactie- Kopy van Ingezonden stukken, al dan niet geplaatst, wordt nimmer teruggegeven, Mijnheer de Redacteur, Naar aanleiding van het incident-Van Achterbcrgh in de Raadszitting van Dinsdag verzoek i'. beleefd opname in uwe courant van het volgende. De heer Van Achterbergh heeft volgens het verslag van dc «Amers- foortsche Courant» gezegd: >Ik vraag het woord voor een persoonlijk feit. In het verslag van de Amersfoortschc Courant» van de vorige vergadering staan woorden, die ik niet heb gesproken. De heer De Pool heeft daarover in die courant ge schreven en zich daarbij beroepen op een medcdeeling van Wethouder Van Esvcld. Ik zou dien Wethouder willen vragen of hij den heer Dc Pool daartoe verlof heeft ge geven». En in den verderen loop van het debat «Als thans de heer Van Esvcld ook hier maar verklaart, dat de heer De Pool mis- bruik heeft gemaakt van een hem door den heer Van Esvcld gedane mcdedeeling. Ik acht het zeker, dat de Wethouder dit zal doen tegenover oen Raadslid, dat men een poets wil bakken». De meesten uwer lezers zullen met be- „rijpen wat dc heer Van Achterbcrgh eigenlijk wil. Ik rat derhalve de feilen, die aanleiding hebben gegeven tot het ïncidcnt- Achterbergh, in 't kort mcdedeelcn. I11 het verslag der Rcgrootingsdebatten van de >Amersfoortsche Courant» slaat te lezen, dat dc heer Van Achterbcrgh gezegd heeft: «Het heeft me getroffen, dat de ver klaringen omtrent de knoeierijen met vleesch, in de afdeelingen afgelegd, in twijfel zijn getrokken. Zij die dat zeiden, hebben be wijzen». In de Amersfoortsche Courant» van den 4den November komt de heer Van Achter bergh daar tegen op. Hij ontkent, dat te hebben gezegd en schrijft>zulks is pure fantasie van uwen verslaggever». In de «Amersfoortsche Courant» van den 6den November verscheen van mij een in gezonden stuk, waarin o. m. het volgende: >De bewering van den lieer P. van Achter bergh, dat U in het verslag der Begrootings- debatten het door Z. Ed. inzake de vleesch- keuring gesprokene gewoonweg uit uw duim zoudt hebben gezogen', kwam me derhalve zeer onwaarschijnlijk voor. »lk heb de moeite genomen, eens te in- formeeren bij hen, die de Raadszitting heb ben bijgewoond. «Verschillende heeren, o.a. dc heer Wet houder van Esveld, verklaarden pertinent, dat uw verslag, in overeenstemming is met hetgeen door den heer Van Achterbergh in openbare Raadszitting is gezegd». Om te weten of de verslaggever van de Amersfoortsche Courant» zich al of niet had vergist, heb ik verschillende heeren dat jedeelte van het verslag, waar het om gaat. aten lezen, o.a. ook den heer Van Esvcld, die mij zeidc: «hij heeft het wèl gezegd». Den dag nadat mijn ingezonden stuk was verschenen, belde dc heer Van Esveld mij op en zeide, dat hij niet geweten had, dat ik zijn naam in de courant zou noemen en dat hij mij er op moest wijzen, dat hij per soonlijk de woorden uit het verslag niet had gehoord. De heer Van Esvcld verzocht mij mijn ingezonden stuk in dier voege te rec- titiceeren, hetgeen ik beloofde te zullen doen. Den zelfden dag nog ontmoette ik den heer Van Achterbergh, wien ik in den loop van het gesprek mededeelde, dat dc heer Van Esveld niet zelf de woorden had gehoord. »'t Kan me niet schelen, wat de heer Van Esveld u heeft gezegd», antwoordde de heer Van Achterbcrgh. »Ik heb het niet gezegd en ik zal het bewijzen». Ik heb gemeend, dat door het antwoord des heeren Van Achterbergh de heer Van Esveld was uitgeschakeld, tc meer daar ik den heer Van Achterbergh namen noemde van andere heeren, die het wèl hadden ge hoord. Ik heb daarom dc rectificatie niet in de courant gezet. Dat is een fout van mij geweest. Ik had moeten bedenken, dat men met den heer Van Achterbergh voorzichtig moet zijn, Wan neer ik had kunnen vermoeden, dat dc heer Van Achterbergh mijn mcdedeeling zou heb ben gebruikt om den heer Van Esvcld in openbare zitting aan te vallen dan had ik natuurlijk de aanvulling wel eerder gepubli ceerd. Het spijt mij, dat ik den heer Van Esveld daardoor onaangenaam ben geweest en ik bied hem mits deze daarvoor mijn excuses aan. Ik wil er nog aan toevoegen, dat ik geen permissie van den heer Van Esveld heb gehad om zijn naam tc noemen en wel om de eenvoudige reden, dat ik den heer Van Esveld er niet om heb gevraagd. M.i. had ik geen permissie noodig, omdat het ging om iets, dat in openbare zitting werd ge zegd. Ter wille van dc volledigheid voeg ik er nog bij, dat de heer Van Esveld vermeent, zich niet zóo positief tc hebben uitgelaten als ik het heb opgevat, 't Is mogelijk, dat ik den heer Van Esvcld verkeerd heb begrepen. De kwestie Van Esveld-Van Achterbergh is voor mij hiermee afgedaan. Er blijven nog genoeg menschen over, die gehoord hebben, dat de heer Van Achtcrbe-gh het wèl gezegd heeft, en dc heer Van Achi rbergh kent de namen van die heeren minstens even goed als ik. De heer Van Achterbcrgh geeft zich veel moeite om te bewijzen, dat hij niet in open bare zitting heeft gesproken over de vleesch- kwestie. De heer Van Achterbcrgh heeft zelfs een enquête ingesteld en zal waar schijnlijk binnenkort een lijst publiceeren van heeren, die het niet hebben gehoord. De namen van de heeren, die het wèl gehoord hebben, Iaat hij zorgvuldig achter wege. Men zal natuurlijk begrijpen, dat het on derzoek van don heer Van Achterbergh daardoor waardeloos wordt. Overigens kan uit de mcdedeeling, dat iemand iets niot heeft gehoord, nimmer het bewijs geput worden, dat het niet is gezegd. Een posi tief bewijs wordt nllécn geleverd door hen, die het gesprokene w i 1 hebben gehoord. Ik vermoed ook, dat dc heer Van Achter bergh zich zal beroepen op het officicclc verslag. M. i. ten onrechte. De heer Van Achterbcrgh heeft namelijk zijn groote rede van 't papier voorgelezen en den stenograaf zijn briefje ter hand gesteld om 't geen daar op stond in hot officieel verslag tc doen kwijt is, zegt men geheel iets anders dan opgcschrovcn staat, en zoo is het den heer Van Achterbergh in deze ook gegaan. Het geen dus In het offi cieclc verslag staat als Nloor den heer Van Achterbcrgh gesproken, is niet stenografisch opgenomen, en kan derhalve in deze niet als bewijs dienen. Ik geloof, dat ik hiermede de kwestie duidelijk en objectief heb uiteengezet. Een ieder kan zich thans een eigen oordcel vor men. Nu is er echter een andere vraag te be antwoorden, die van veel meer gewicht is dan de bovenvermelde. Het publick, waarvoor de heer Van Ach terbergh beweert to spreken, zal zich afvra gen wat kan toch dc oorzaak zijn, dat do heer Van Achterbergh zoo hartstochtelijk ontkent in openbare zitting over do vloosch- knoeierijen tc hebben gesproken. Hij is toch anders niet zoo bang. Ik vermeen die vraag te kunnen beantwoorden. Al wat thans door don heer Van Achterbergh tc berde wordt gebracht, is maar bijzaak en moet dlcnon om de aandacht af tc lelden van de hoofd zaak. In dc eerste afdceling Is gezegd door een Raadslid «dat het vleesch van een aan milt vuur gestorven koe door goede slagers hier ter stede was gekocht». Dc Slagers acht ten zich, zeer terecht, door deze beschuldi ging benadeeld. Al spoedig liepen er ge ruchten, dat do heer Van Achterbergh het Raadslid in kwestie was. De slagers-vcr- ecniging wilde den heer Van Achterbergh gelegenheid geven, zijn beschuldiging In te trekken en wende zich derhalve tot den Raad. Dc heer Van Achterbergh had duar blijkbaar geen zin in. Hij wilde liet liever over een anderen boog gooien en deed het voorkomen alsof hij bewijzen had «Zij die dat zeiden, hebben bewijzen», zeide de heer Van Achterbergh in openbare Raadszitting. Dc heer Van Achterbergh wilde blijkbaar de slagers bang maken. Dat is den heer Van Achterbergh niet gelukt. De slagers hiodon voot bij stuk en som meerden den heer Van Achterbergh per Open brief, namen te noemen en bewijzen tc leve ren. De heer Van Achterbcrgh kon dat niet, om de dood-eenvoudigc reden, dat een goede slager zien met vlocscnknocicrijcn niet inlaat. De heer Van Achterbcrgh wist van een der Bestuursleden der Slagersverooniging, dat er iets broeide. De heer Van Achterbergh re deneerde nu zóowat ik in de afdceling heb gezegd, is geheim wanneer ik het nu maar eerst zoover hob, dat het in de openbare zitting door mij gesprokene als «pure fanta sie' wordt aangemerkt, dan bon ik klaar. Dit is de oorzaak, dat do heer Van Achter bergh zich mot hand en tand verzet tegen het verslag van do «Amersfoortsche Courant». Dc heer Van Achterbergh maakt hot zich in deze erg gemakkelijk. 1 lij wraakt iederen getuige, die het gehoord hoeft. De een heeft «pure fantasie» geschrovon, de. ander is vooringenomen, dc dorde staat onder suggestie. Ik, die niets anders heb gedaan dan de heer Van Achterbergh zelf, n.l. een onderzoek ingesteld, ik moet via den hoor Van Esvcld als onbetrouwbaar worden gebrandmerkt. Dc eenige, die vol gens den hoer Van Achterbcrgh in deze vertrouwen verdient, is dc heer Van Achter bergh zelf. I Iet zal niet gelukken den heer Van Achterbergh te overtuigen, om dc een voudige roden, dat de heer van Achterbergh zich niet wil laten overtuigen. Ilct past niet in zijn systeem van verdediging. Dc houding, door den heer Van Achter bergh in deze aangenomen, is m. i. niet zeer fraai, Dc heer Van Achterbergh is een jong Raadslid en heeft ook de fouten als zooda nig. Hij spreekt graag en veel. over alles en nog wat, en zoo kan het gebeuren, dat hij door gebrek aan parlementaire ervaring zijnwoorden niet genoeg weegt er wikt. Wanneer nu dc heer Ven Achterbergh ruitelijk had erkend ik heb me vergist, ik heb meer gezegd dan ik bewijzen kan, ik heb het niet zoo bedoeld dan was de zaak in orde geweest. Hij was dat zelfs verplicht ten opzichte van een breede schare burgers, die hij door zijn onvoorzichtige woorden benadeeld heeft. De lieer Van Achterbergh kon zich klaar blijkelijk niet tot die hoogte opwerken, De heer Van Achterbcrgh heeft zeker nooit ge hoord van het gevleugelde woord van een grooten Nederlander; «Het boetcKlecd ont siert den man niet». De heer Van Achter bergh schijnt het boetekleed niet tc willen aantrekken. Hij benadeelt daardoor zijn re putatie van ernstig Raadslid. Het publiek, zoowel als de Raadsleden, zullen In het ver volg de mcdcdcelingcn van den heer Van Achterbergh slechts aanvaardon jndcr beni- fico van inventaris. M. DE POOL. opnemen. De heer Van Achterbergh schijnt niet te weten, dat het zeer gevaarlijk is, van papier te lezen. Zoodra men maar even den draad Geachte Redactie, Wij hebben de eer U hierbij te doen toe komen een vlugschrift, dat wordt verspreid door het Nedcrlnndsch Muziekpaxlagogisch Verbond, goedgekeurd bij Kon. besluiten van 4 Juni 190a, 26 Januari 1906 en 18 Augustus 1909. Hoogst aangenaam zou het ons zijn als U

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1913 | | pagina 5