Dinsdag 10 S| Maart 1914. No. 8387. 63e Jaargang. Uitgave van de Naamlooze Vennootschap „De Amersfoortsche Courant, voorheen Firma A. H. van CleefT". HOOFD-REDACTEUR F. J. 7HSDERZES. AMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en ZaterdagavondAbonnement per 3 maanden f 1. franco per post f 1.15. Advertontién 1—6 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bijregel- abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieële- en ontelgenlngs- advertentiën per regel 15 cent Reolames 1—3 regels ƒ1.25. Bewijsnummers naar bulten worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de lncasseerkosten in rekening gebracht. BUREAU: K0RTZGR402T 9. Postbus 9. Telefoon 19 KENNISGEVING. Da Commandant der life Afdeeling van het le Regiment yeld-Artillerie maakt bekend, dat met toestemming van de betrokken autoriteiten gedurende een schietoefening bij Bunschoten op 11 Maart 1914, of 200 noodig op 12 Maart d.a.v., het verkeer wordt geBtremd van 10 uur deB voormiddaga tot ongeveer 2 uur deB namid dags le. op den Veen- en Veldendijk (weg tusschen Eemdyk en Spakenburg), 2e. op het Kerkpad (voetpad tuaachen JSemdijk en Bunschoten). VVaarechuwingBborden zullen de afsluiting van het verkeer nader aangeven. De Zuiderzee wordt onveilig gemaakt tot 1000 M. van de kust ten Noorden van het boven aangegeven gedeelte van den Veen- en Velden dijk. Generaal De Mooy. Zoowel uit ons land als uit het buitenland zal, in velerlei vorm, een stroom van geluk- wenschen vloeien naar den huize Weimarstraat 4 te 's-Gravenhage, om generaal-majoor C. de Mooy, in 1890 gepensionneerd van den geneeskundigen dienst der landmacht, die heden zijn Öostcn jaardag mag herdenken, geluk te wenschen met dit feit niet alleen, doch bovenal hem te bewijzen hoezeer men zijn arbeid op prijs stelt, te meer omdat hij daarvan nooit geldelijk voordeel heeft willen genieten en dien gaf uit zuivere menschen- liefde. Hetgeen Henri Dunant, de grondlegger van »Het Roode Kruis», heeft gedaan voor de verpleging van den zieken en den gewonden militair, heeft De Mooy tot stand gebracht voor het vervoeren van bij massa-rampen getroffenen. Dunant, die in armoede stierf, is gehuldigd en pas naar volle waarde geschat na zijn dood aan De Mooy kunnen bloemen ge bracht bij zijn leven. Als officier van gezondheid der Neder- landsche landmacht werd hij in 1873 gedetacheerd bij het leger in Oost-Ind'ë en zijn ervaringen tijdens de krijgsverrichtingen in Atjeh brachten hem er toe, op middelen te zinnen, welke thans in heel de wereld worden toegepast voor het vervoeren van zie ken of gewonden, burgers zoowel als mili tairen, en voor de zoogenaamde conservatieve chirurgie (wondheling zonder het doen ver liezen van een lichaamsdeel). Op Atjeh dacht hij in 1876 zijn thans nog overal gebezigd rotan-verband uit. In April 1879 teruggekeerd in Nederland, werd hij werkzaam gesteld bij het Militair hospitaal te Amsterdam, vanwaar hij in 1884 werd overgeplaatst naar dat te Utrecht, waar hij zijn thans aiom bekende antiseptische verbandpakjes uitdacht. In 1888 werd hij chef van het Militair hospitaal te Amersfoort, waar hij er eindelijk in slaagde een man nu wijlen den mr. smid G. Blok te vin den, die kon samenstellen zijn raderbaar, zijn brancard, die in hun eersten vorm feitelijk dateeren van omstreeks 1866, en zijn ziekenraam, welke nog altijd hier ter stede worden gemaakt en zoowel in den Zuid- Afrikaanschen- en den Balkanoorlog als bij het leger hier te lande en in ziekenhuizen, bij vereenigingen voor ziekenverpleging en eerste hulp, bij brandweerkorpsen en Ge- meente-politie toepassing vinden. Als tal van uitvinders heeft De Mooy lang moeten strijden tegen naijver, onkunde en sleur. Erkenning had hij, de eenvoudige en onbaatzuchtige, die ondanks zijn hoogen leef tijd in 1911 met nog jeugdige belangstelling hier de Roode Kruis-oefening bij «Oud Leusden» volgde, niet noodig; hij zag de zegeningen van zijn arbeid voor anderen en dat was hem meer dan eerbetoon. Toch mocht hij het voorrecht hebben, ein delijk zijn erdiensten openlijk erkend te zien. De Nederlandsche Leeuw, hem in 1888 hier uitgereikt, siert zijn borstzelden werd 1 het virtus nobilitat» (de deugt adelt) door een meer gerechtigde gedragen. In 1900 werd hij om zijn groote verdien sten ten opzichte van genees- en heelkunde begiftigd met de gouden Tilanus-medaille. En 27 jaar na zijn moedig gedrag in Atjeh, waar hij onder vijandelijk vuur de ge wonden verbond, werd hem op 12 Mei 1905 te 's-Gravenhage uitgereikt de Militaire Wil- lems Orde. Wel moedig, met groot beleid en onverpoosde trouw heeft hij zich gewijd aan den evenmensch, bespotting, tegenwerking, verguizing niet achtend, rustig doorwerkend. In 1890 verliet hij den militair-geneeskun digen dienst en vestigde hij zich in Den Haagsedert verraste hij telken jare ge nees- en heelkunde met nieuwe uitvindingen, van welke de voornaamste zijn de gibus-tent, die o.a. dienst deed in den Zuid-Afrikaanschen oorlog en hier ter stede in 1911 achter het nood-ziekenhuis werd ge demonstreerd de draagbare pyramide-tent, bestemd om ter plaatse onvervoerbare patiënten te ver plegen en te baschutten tegen zware regens en felle zonnehitte het toepassen van Roode Kruis-speur- en trekhonden niet alleen voor het opsporen doch ook voor het vervoeren middels rader brancards van patiënten de »paralux< (lichtdemper) waarmee na zonsondergang het slagveld kan worden verlicht en doorzocht zonder dat het licht de aandacht en dus de kogels trekt van den vijand. Generaal De Mooy was goed 77 jaar toen hij, op 23 Augustus 1911, de avond oefening met Roode Kruis-honden op het schietterrein hier bijwoonde en daarbij waar nam, dat de tegenpartij het vuur heropende op de acetyleen-lantaams waarmee de zieken dragers zochten naar gewonden de aseptische koord verbanden, waarmee men met vuile handen wonden kan verbin den, zonder deze te infecteeren Roode Kruis-platen, ter vervanging van de niet altijd zichtbare Roode Kruis-vlaggen; de portatieve aluminium sleepbrancard (o.a. gebruikt in de kolenmijnen te Heerlen) waarmede lijders uit nauwe, vochtige mijn schachten vervoerd en in verticale of schuine richting in kolenwagens geplaatst kunnen worden het zichtbaar maken 's nachts, met behulp van inwendig verlichte ballons captifs, van de daarop voorkomende Roode Kruis-teekens het vervoeren van lijders in de toekomst met aeroplanen en bestuurbare luchtballons van het slagveld regelrecht naar de veld hospitalen. T elegraaf: verzonden ontvangen transiteerende Telefoon uit Amersfoort naar id transito binnenland buitenland transito buitenland interlocaal 18 713 23 132 5 »«5 24 582 29 «47 23 889 652 120 «77 Ons postkantoor. In de Zaterdagavond gehouden vergadering der Kamer van Koophandel en Fabrieken werd onder meer ingeoracht de volgende verkeers-statistiek van het post- en telegraaf kantoor alhier, over 1913. Poster ij en: bedrag zegeldebiet f 94 155.22 aangekomen brieven 154 650 briefkaarten 132 952 drukwerken en couranten 1 124916 monsters 16 536 dienstbrieven 76 882 aanget. brieven, gewone 11 555 id. met aange geven waarde 3 667 gestorte postwissels (f731924.26) 49240 uitbetaalde id. (f 825 057.13) 46741 aangeb. quitanties (f461344.71) 32582 onbetaald gebleven (f 102 223.34) 6 130 te gelde gemaakte frankeerzegels f 88 777.20 idem plakzegels 5 385 idem portzegels S25.15 verzonden postpakketten 31 440 aangekomem id. 3 132 Spaarbank inlagen (f582781.52) 12072 id. terugbet. (f530579.53) 6874 id. nieuwe boekjes 912 Met deze zelfs voor den allergrootsten leek glasheldere cijfers voor oogen is de vraag gewettigd ot nu altijd nog maar de dienst in het postkantoor wel kan blijven geschie den aan de zelfde loketten als nu tien jaar geleden. De loketten zegelverkoop en pakketpost, en telegraaf en telefoon kunnen we laten rusten. Doch de drie dan overblijvendepostwis sels en quitantiënposte restante-stukken en aangeteekende stukken Aan postwissels en quitantiën werden be handeld 128 563 stuks. Inderdaad, de amb tenaar, die dienst heeft aan dat loket, is niet te benijden, omdat hij moet ontvangen èn uitbetalen. En het publiek, dat gedwee mag wachten tot een postbewijs naar de regelen der kunst is afgewerkt, een bundeltje post- quitanties behoorlijk is gemanipuleerd vooral als er onbetaalde terugkomen, zooals verleden jaar ruim 6000 maal geschudde geniet mede van de onvoldoende inrichting. Vergeten we niet, dat aan dat zelfde loket stortingen moeten geschieden voor de Rijks verzekeringsbank. Daarneven ligt het loket voor poste restante-zaken. Zou dat ééns per dag wor den gebruikt? Behalve dan in de kermis- week of gedurende de enkele dagen per jaar, dat hier een grboter circus is. Dan toch ontvangen de artisten hun poststukken «postlagernd». Doch het loket daar weer naast, geheel in het hoekje, zoodat daarvóór bijna geheel den dag opstopping is. Daar werden in 1913 verricht bijna 19000 spaarbank-handelingen, tot een bedrag van ruim 11 ton men begrijpt al aanstonds, dat elke dier behandelingen geschiedt met de grootste omzichtigheidde ambtenaar yan dienst is immer aansprakelijk voor de vergissingen welke hij begaat en is er vol strekt niet op gebrand, te mogen bijpassen. En denk nu nog eens aan de 912 nieuwe boekjes! Wat een tijd vorderen die, eer ze volgens de regelen der kunst zijn afgegeven, eer is geteekend in het register, eer is vol daan aan alle ten deze gestelde regelen. Doch daar, op de allerslechtste plaats van het kantoor althans wat de ligging van het loket betreft worden behalve ruim 2 000 aangeteekende stukken óok behan deld de zaken van de Rijks-verzekerings bank, loonlijsten en ongevallen-renten, ouder domsrente, enz. Het is wel heel jammer, dat de ooven vermelde verkeers-statistiek geen cijfers geeft omtrent deze zaken, die we schreven het reeds herhaaldelijk met de expeditie-on derneming, welke post- en telegraafkantoor heet, hoegenaamd niet te maken hebben. Ware het postbedrijf geen Staats-mono- >olie, de klanten zouden het hoofd van dit jedrijt wel noodzaken, andere maatregelen te nemen. Of, juister nog, dat hoofd zou zijn perceel uit eigen beweging uitbreiden om, nu zijn zaken steeds drukker worden, óok door de sociale wetten, zijn klanten te kunnen gerie ven door vluggere bediening. Deed hij dit niet dan zou zijn zaak al heel spoedig ver- loopen want een of meer concurrenten zou den er wel als de kippen bij wezen om een inrichting te openen, welke in ieder opzicht voldeed aan de eischen des tijds. Het allerzonderlingste van het geval is echter, dat er met heel weinig onkosten ver betering kan gebracht. Immers het Rijk is reeds lang eigenaar van het perceel naast het kantoor. Het heeft slechts den bewoner van het benedenhuis de huur op te zeggen en in de wachtkamer voor het publiek een paar gaten te laten slaan voor den telegraaf- en tele foondienst, die dan zeer gereedelijk kunnen ondergebracht in bedoeld benedenhuis. Later, als het plaatselijk telefoonnet in exploitatie wordt genomen door het Rijk, kan dan ook den gebruiker van het bovenhuis de huur worden opgezegd en daarin het eigenlijke telefoonkantoor worden gevestigd. Het loket «postwissels en quitantiën» bezige men dan uitsluitend voor de stortin gen dat, waar thans «poste restante» boven staat, doch dat bijna uitsluitend wordt ge bruikt voor het aangeven van massa-druk werken (couranten, weekbladen, handelsbe richten, enz.) bestemme men voor uitbetaling: aan spaarbank* behandele men uitsluitend al hetgeen vast is aan den dienst der Rijks verzekeringsbank, óok de stortingen, óok het meerendeel der bijna 77 000 dienstbrieven (loonlijsten, enz.). Het huidige telegraafvertrek is dan ge voeglijk in te richten voor spaarbankzaken aan het eene loket, het dichtst bij den ingang, de stortingen, aan het andere terugbetalingen. De lessenaar, waar de telegrammen ge schreven kunnen worden, doch die slechts hoogst zelden wordt gebezigd, kan hetzij vervallen, hetzij, met nog drie vakken ver meerderd, op de plaats komen waar thans de tafel staat de speelplaats van jongste bedienden en van kinderen, die bij slecht weer in het kantoor komen om zich te warmen, de pennen te vernielen, de ambte naren en de bezoekers te vervelen. Aan het postkantoor is men van goeden wille, hetgeen onder meor blijkt uit de vooral voor de buitenwijken veel verbeterde bestel ling. Doch de Hoofdadministratie schijnt niette luisteren naar de vertoogen, welke van vele zijden daaraan worden gericht; schijnt niet te begrijpen, dat door den veel drukkeren dienst mede door de invoering van de sociale wetten het publiek zeer veel on- Serief heeftschijnt er niet aan te denken, at door het in gebruik nemen van het aan liggende pand, hot aanbrengen van twee loketten en het uitbreiden van het personeel met een paar ambtenaren de dienst veel vlugger gaat en daardoor ontstemming van de zijde van het publiek wordt weggenomen. We doen een beroep op den Inspecteur in Utrecht, die het kantoor hier zóo goed kent. Indien het hem moge gelukken, den dienst in overeenstemming te brengen met de eischen des tijds dan zal hij Amersfoort ten zeerste verplichten. v

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1914 | | pagina 1