51. SIDOL i 1 DONAU-HYP. BANK I I IERKADE's Roggebrood I. B. 1. OOSTERYEEN, FROU-FROU I I Jouk til de allerbeste, wereld beroemde metaalglans. Stoomwasscherij W. G. BURGER, ZEIST. Feuilleton. De valsche erfgenaam. voedzaam, gezond, smakelijk, 15 cent. Langostraat 46, Arnheuischostraat 11, Telefoon 77, AMERSFOORT. Waarom een FONGERS? Omdat het beste rijwiel inderdaad het goedkoopste is. Vertegenwoordiger A. DEN IIF.IJKH. Langestrnat 94, Telefoon no. 58. ('REDIET-VEREENHilNG te Amsterdam. Correspondentschap te Amersfoort. mr. H. J. M. van den BERGII. WILHELMINastraat 5. Zij stelt zich ten doel het verleenen van Credieten onder per- 80onlijke of zakelijke zekerheid of in-blanco het incasseeren van handelspapier het ontvangen van gelden déposito rekening-courant. ÜMA1S0N BOUWER Co. Kortegracht 22 naast het Postkantoor. Belasten zich met aan- en verkoop van Effecten, Wissels en Coupons. Sluiten prolongatie n Safe-inrichting. Kassa Tan 9 tot 4 nnr. en MOCCA TRIC-TRAC met de *Lindeboomc. Het Succe van den Dag. Firma Wed. B. van DOESBURG. Bij den ondergeteekende verschijnt Mr iederen Woensdag l>e Hollandscho Lol ie Weekblad onder Hoofdredactie van vr. ANNA de SAYORN1N LOKMAN. I B*- Bï /ij, die z'ch md 1 Juli as. alon- jjjh a. weren, ontvangen het bind vanaf heden tot dien tijd gratis. Vjg Prijs p. jaarg. f 5.25, fr. p. p. f 6. proefnummer gratis. EN. Amsterdam. L. J. VEEN. ZHBBOOS MAIA-SPlITfl l#«aWAFBI,II een overheerlijk broos BOTERGEBAK. Firma Wed. B. ran CHOCOLADE TOBI, het allernieuwste, en Chocolade Mocca Stangen gemerkt Wed. B. van D., Mijdrecht, zijn „DE ECHTE". Biscuitfabriek „DE LINDEBOOM KI AKI I: ITS FIDO PlISGILLA nienwte fabrikaten. Firma Wed. B. ran DOESBURG. PANDBRIEVEN met, WINSTAANDEEL van do te GORÏNCHEI (geplaatst aan Pandbrieven tot einde Juni 1914: f 1905 250) zyn verkrijgbaur bij alle Effectenkantoren. Agent voor AMERSFOORT AMERSFOORTSCH WISSEL- en EFFECTENKANTOOR. Alwaar tevens de Juli coupons met winstaandeel betaalbaar ziju met resp. f25.22 en 12.61. AMERIKAANSCH SYSTEEM. Wassehen geheel opgemaakt of droog toegeslagen. GOEDE BEHANDELING. BILLIJKE PRIJZEN. Goederen worden te Amersfoort 's Woensdags franco gehaald en gebracht. PROSPECTUS wordt op aanvrage gratis toegezonden. r S«„ PANDBRIEVEN verkrijgbaar by II.H. i'ommissionnairs in Effecten. Kantoren's-Gravenhage—Budapest. Directie: Mr. 11. P. MAUCHANT - H. SNETHLAGE. 4G.) „Dat is zoo" reide sir Noëll „maar toch „Ik heb er werkelijk heel veel spijt van, dat ik U heb bedrogen" hernam Maurice op een toon, die ten volle getuigde, dat hij waarheid sprak. „En je vrouw vroeg de lord. „Maar komaan, gedane zaken nemen nu eenmaal geen keer. Toen je je door die vrouw liet overhalen, de plaats van mijn jongen in te nemen, was je zeker in moeilij*heden. Dat is wel geen excuus, maar toch een vernachtende omstandigheid. En je hebt het toch zeker niet gedaan zonder twee strijd, is 't niet „Ik heb het gedaan" kreunde Maurice. „Je kwam bij mij zonder wroeging. Je hui chelde genegenheid voor mij, terwijl je mijn geld stal. En en ik hield van je; ik was trotsch op je". Maurice werd nog iets bleeker. „'t Zal u vreemd klinken, als ik 'tzeg, maar daarin heb ik u niet bedrogen. Ik voelde waar lijk genegenheid voor u en daarom Wijl die verzekeriog hem roo welkom was, wijl bij zich week voelde worden, antwoordde de oude man met meer bitterheid „Het kan mij niet schelen, wat je gevoelde. Je hebt mij bedrogenik had mijn zoon lief jon niet Plotseling scheen hij iets te bedenken. „Is hij wel dood Bedrieg je mij ook daariD niet „Hij is dood hij stierf, zooals ik u gezegd heb. Hij stierf te Kimberleydaar is by begraven. Ik kan u den naam opgeven van den dokter, die hem behandelde". 1 „H'j.sprak hij wel eens over mij I De stem klonk heel aarzelend. »Ja"- „Ik weet niets van hem. Sinda hij eon jongen was, heb ik Was het allemaal waar, wat je vertelde, torn je hier kwam, allee, wat ik zoo graag geloofde. Was het Philip's leven of het jouwe?" „Het meeste was het myne". Sir Noëll zuchtte. „En het zijne?" vroeg hij „Zou ik ook geluk kig geweest zijn, als ik dat had gehoord? Toen hij vertrok, was hij niet dat, wat ik van mijn jongen had gehoopt; dat weet jel 't Is mijn grootste vreugde geweest, te denken, dat bij geheel anderB was geworden dat was mij veel meer waard dan alle andere dingen, en nu. Zeg mij tochals hij in leven gebleven was, zoa hij dan goed voor mij zijn geweest? Hij sprak van mij, zeg je niet onvriendelijk? Verlangde hij haar onze ontmoeting Zou ik ook op hem trotsch geweest zijn Zeg mij de waarheid, als je nog eenig geweten hebtZou ik trotsch hebben kunnen zijn op mijn zoen?" Maurice verbaasde zich, dat hij zoo afkeerig kon zijn van nog een leugenmaar bij zag den treurigen blik van den ouden man en aar zelde niet. „Hij sprak dikwijls over u, vol liefde en berouw. Zijn leven had hij gebeterd; bij was een eerlijk man en een gentleman. U zoudt trotsch op hem zijn geweest". „Ik dank God", zei sir Noel), diep ademhalend „ik dank God I" De etilte werd verbroken door Maurice's snikken. Eindelijk vroeg hij „Wat wilt U nu doen „Ik zal zien ik moet eerst nadenken", antwoordde sir Noell. ■Als n het zwijgen wilt bewaren tot de vol gende week, zult u Helen veel leed besparen enkel tot het begin van de maand". „Ik moet nadenken", herhaalde sir Noell, en wees naar de bel. „Ga nu nog niet heenu is niet in staat om te reizen", zeide Maurice. „Wacht tot mor gen 't is hier immers uw eigen huis. Als u 't wilt, zal ik het huis nu reeds verlaten en u hier alleen laten". „Neen, neenik blijf niet. Ik ben nu beter". „Er gaat geen trein meer. Blijf rustig hier. Ik zal terugkomen als u mij noodig mocht hebben". Hij ging de kamer uit. Geen boodschap werd hem gebracht. Een uur later vertrok Bir Noëll. Tegelijk met haar afschuw gevoelde Helen eeu verlichting, welke haar zelve verbaasde en die ze trachtte te ontkennen. Zij had zich ver gist I 't Hielp niet, of ze al bedacht, dat Philip dat Maurice gelogen had tegenover haar op een manier, welke de wereld veel schande lijker zou vinden; maar hij had haar liefl Hij was ze durfde het woord niet uitspreken; maar hij bad haar lief! Zij had de twee dagen grootendecls in een zaamheid doorgebracht in den tuin. Ze kon im mers toch niets aan anderen zeggen; eenzaam- beid was haar eenige troost, en uren lang zat zij voor zich uit te staren. Zij had geen berouw over baar belofte aan hem; de last van hetzwy- gen viel haar zwaar, maar de verantwoordelijk heid voor een onthulling van de waarheid zou haar toch nog zwaarder hebben gedrukt. Zou hij het doen? Dit vroeg ze honderdmaal, en haar gedachten verwarden zich, terwijl ze trachtte, zich te stellen op het standpunt van een man, die gehandeld had als hij. Waarom zou hij bekennen Om den last weg te nemen van haar geweten, het geweten van de vrouw, die nimmer tot hem zou terugkeeren? Zou hij haar verlossen van de zonde der geheimhouding? 't Zou voor hem beteekenen afstand doen van alles. Hij had alles gewaagd om zijn positie te ver overen, hij had de gevangenis er voor geriskeerd. Waarom zou hij dien leugen niet volhouden, als hij haar vertrouwde? En bij wist, dat hij haar kon vertrouwen. Mocht zij nopen, dat hy, als hy er over had nagedacht, de noodzakelijk heid inzag, zich te ruïneeren om haar een lied te Bparen, dat hij niet kon begrijpen Hevig werd in haar 't verlangen, dat hij het rechte zou doen. Sir Noëll zou niet geheel ongenadig voor hein zijn, meende zij en in 't ergste geval was het nog beter, dat hij gevonnist werd dan dat hij zich een verstokte toonde. Zij meende, dat het beter was voor hen beiden. 't Zou onuitsprekelijk akelig zijn -devrouw van een veroordeelde maar dan kon ze althans aan hem denken met medelijden, als aan iemand, die ten slotte aijn plicht had gedaan, uit eigen vnjen wilze zou zich dan minder vernederd gevoelen door haar liefde. Den derden avond, dat ze te Whichcote was, vertelde haar moeder, dat sir Noëll naar Lon den was gegaan om met haar man te spreken. Het nieuws trof haar als een schok. „U hadt mij beloofd", zeide ze langzaam,'iet niet aan sir No°*l te zeggen". „Kindlief, ik neb je enkel beloofd, dat ik nog niet naar Philip zou gaan ik dacht, dat l.lj wel eerder hier gekomen zou zijn. Je denkt toch, hoop ik niet, dat het zóo kon blyven duren Je moet dadelijk samen naar I'ang- bourne gaan; er is geen tijd te verliezen. Als jij en Philip geen van beiden een stap doet, heeft een ander wel wat te doen en Bir Noëll is er de naaste toe". „Wanneer is hij gegaan?" vroeg Helen. „Vanmiddag. Morgen zal hij wel torug zijn, tegen lunchtijd. En dan hoop ik, dat de malle geschiedenis wel achter den rug zal wezen". (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1914 | | pagina 34