Dinsdag 21 Juli 1914. No. 8443. 63e Jaargang. Op reis. Uitgave van de Naamlooze Vennootschap „De Amersfoortsche Courant, voorheen Firma A. H. van Cleeff' HOOFDREDACTEUR F. J. FR&DZHZSS. AMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Abonnement per 3 maanden fx. franco per post ƒ1.15. Advertontien i6 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bijregel abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officiede- en ontelgenlngs- advertentlfin per regel 15 cent Reolames 1—5 regels ƒ1.25. Bewijsnummers naar bulten worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentifin van buiten de stad^ worden de incasseerkosten in rekening gebracht. Postbus 9. SORTSG2UOBT 9. Telefoon 19. Aan onze abonné's die tgdelyk eldera, binnen- dan wel buitenlands, vertoeven, wordt op aanvrage, en met duidelijke opgave van adres, de courant eiken ver schijndag tegen vergoeding van porto toegezonden. Ook niet-geabonneerden (medelezers) kunnen op de zelfde wjjze de geregelde toezending van de „Amersfoortsche Cou rant" t|jden& hun uitstedigheid zich ver zekeren. KENNISGEVING. Door de Kamer van Koophandel en Fabrie ken te Amersfoort is het volgende schrijven ontvangen De Ned. Vereeniging voor tentoonstellings- belangen heeft de eer U mede te deelen, dat op Donderdag 23 Juli a.s., des voormiddag» ten 10.30, in het Zuid-Hollandsch Koffiehuis, te 's-Gravenhage een vergadering zal worden ge houden met verschillende firma's, welke wen- schen te exposeeren op de „Grosse Ausstellung Düsseldorf 1915. Aus Hundert Jahren Kultur und Kunst". Op deze vergadering zullen eenige heeren uit Düsseldorf een exposé geven van den opzet der tentoonstelling en het belang ervan voor ons land, terwijl daarna zal worden onder deoogen gezien de mogelijkheid van eene Nederlandsche deelneming en belanghebbenden in staat zullen worden gesteld, eene Commissie te kiezen. De Ned. Vereeniging voor TentoonBtellingsbe- lacgen zou het op prijs stellen, indien uwe Kamer zich op deze vergadering zou willen doen vertegenwoordigen en eveneens indien uwe Kamer de aandacht van belanghebbenden hierop zou willen vestigen. Namens het Dagelijksch Bestuur der Ned. Ver. voor Tentoonstellingsbelangen H. A. CROMMELIN, Secretaris. De Kamer van Koophandel en Fabrieken te Amersfoort J. Ger. KLEBER, Voorzitter. II. P. van HASKLEN, Secretaris. Amersfoort, 20 Juli 1014. De waarheid zeggen. Wordt na een onderhoud tusschen twee personen verteld, dat zij elkander eens flink »de waarheid hebben gezegddan kan men er op aan, dat er in de wederzijdsche ver klaringen en betuigingen eenige warmte is geweest. Het was dan niet de wisseling van beleefdheidsfrazen, die gemeenlijk een deel van onze gesprekken vullen, noch het in verband en in overeenstemming brengen van zakelijke beschouwingen, ten einde tot een juist oordeel te komen, en evenmin in het licht stellen van onderlinge waardeering. Bij zulke gelegenheden wordt het bewijs geleverd, dat krachttermen niet van onzen taalschat het deel vormen, dat gewoonlijk ongebruikt blijft. Het is misschien niet al te gewaagd, te ow' .rstellen, dat in die uitdrukking iets ligt van den humor, die in den Nederlandschen volksgeest niet is te miskennen. Het «de waarheid zeggen* dient hier eenigszins iro nisch te worden opgevat. Het »precies ver tellen waar het op staat* beteekent het af leggen van de maskers, die de conventies der maatschappelijke omgangsvoorschriften ons verplichten te dragen, het prijsgeven van terughoudendheid, het in den wind slaan van de waarschuwingen der voorzichtigheid. En dan komt de belangstelling van wie den loop en bet resultaat van het vriendelijk gesprek vernemen, achteraan met de leuke opmerking: «Ziezoo, nu weten wij het*. Wèl mag het gewaagd heeten, te beweren, dat in dergelijke «gedachtewisseling* steeds de volle waarheid en niets dan de waarheid zich openbaart. De woordkampioenen zijn altijd beter dan hun tegenstander het voor stelt, en mocht het al gebeuren, dat de van hun persoonlijkheid en van hun streven in vlotte trekken uitgebeelde schets juist is, zij is dan toch niet vrij te pleiten van een ar tistieke eenzijdigheid.die de betere eigen schappen van den uitgebeelde in de schaduw houdt. Een mensch is nooit zoo minder waardig als zijn vijanden hem teekenen, en in de hartstochtelijke overdrijvingen, die in een twist opvlammen, wordt geboren, hetgeen ook de scheppingsdrang van de kunst in het aanzijn roepteen werkelijkheid, gezien door een temperament heen. Alzoo een soort ge stileerde waarheid. Alleen is het effect eenigs zins anders. Nu kunnen wij moeilijk als regel stellen, dat een twist uit den booze is; of liever, ons plaatsend op ethisch standpunt, zouden wij het wel willen, maar wij durven niet. Het ware mogelijk, met een andere soort menschen, als de meesten onzer zijn, men- schen, die begaafd zijn met een evenwichtig deel zachtzinnigheid en ernst in het karakter eerlijkheid en onbevangenheid in het oordeel. Maar gewoonlijk voelen wij als bij instinct, of is ons door de ervaring opgedrongen, de noodzakelijkheik om gewapend te zijn en bij een aanslag op de onschendbaarheid van ons terrein gereed tot een verweer, dat uit loopt op een tegen-aanval. Somtijds ontmoeten wij op onzen levens weg personen met wie het niet mogelijk schijnt, in twist te geraken, óok al treden wij met hen in een van die relation, welke de kans er op doen ontstaan. Nu eens zijn het de onbeduidenden, in wier handelingen of woorden nooit iets is te vinden, dat aan stoot geven kan of tot tegenspraak uitlokt; waar vastheid ontbreekt, is weerstand vanzelf uitgesloten. Maar het doet zich ook voor, dat zij, die door de omstandigheden op eenig oogenblik tegenover ons staan, ons zulk een hoog denkbeeld hebben doen opvatten van hun goede trouw, een zóo sterk geloof hebben ingeboezemd aan hun onbaatzuchtigheid, dat wij bij eenig verschil van inzicht geen anderen weg kunnen volgen dan dien der kalme redeneering om het punt van overeenstem ming weer te vinden. Voor het overige weten wij maar al te goed, dat twist niet altijd vermeden kan worden. De pas geschetste, als het ware on aantastbare medemenschen, tegenover wie wij het een ernstig vergrijp zouden achten, een woord te spreken, dat beneden het peil der waardeering blijft, zijn niet zoo talrijk, dat het overbodig zou zijn als wij poogden in hun rijen een plaats te krijgen, hetgeen wel mag heeten het ideaal der zelfopvoeding. Al de overigen, de overgroote meerderheid wij doen voorshands verstandig met ons- zeiven hierbij niet uit te sluiten geven door onjuistheid van oordeel, door overijling van uitspraak, door baatzucht van bedoelin gen, door allerlei afwijkingen van den rech ten weg, aanleiding tot een critiek, welke niet kan worden teruggehouden, althans niet, zoo onze persoonlijke belangen daarbij be trokken zijn. Het is volkomen waar, dat men het kwade het zekerst overwint door het goede, maar niet zelden kan die zegepraal eerst verwacht worden na een lang tijdperk van rustigen strijd, gedurende hetwelk nog veel schade kan zijn toegebracht. En dan, er zijn erg stugge wezens op ae wereld, die men moet aanpakken met forsche hand om her tot rede te brengen en tot goede rede te dwingen; in de kleine aangelegenheden des da*elijkschen levens, die toch een zoo groot deel van dat leven vullen, is, een be slist optreden dikwijls noodzakelijk. Volgens een bekend gezegde kan hij, die alles over zijn kant laat gaan. zelfs den duivel tot vriend houden. Niet, dat het mogelijk schijnt, door onderwerping en toegevendheid deze sinistere figuur zachter te stemmenware zij niet het toppunt van kwaadheid, zij zou er nóg kwader van worden. In het algemeen bewijzen wij onzefTmede- mensch geen dienst door hem maar «zijn gang te laten gaan*, om ruzie te vermijden hij moot af en toe er eens aan herinnerd worden, dat het niet goed is, zich te buiten te gaan aan grensgevallen dat er lijnen zijn getrokken, die ook hij zal hebben te eerbiedigen. Dan gaat men hem even «de waarheid zoggen*, en -- het hangt niet altijd geheel van onszelf af, in welken toonaard de melodie overgaat. Want natuurlijk dient de vriend van repliekhij aanvaardt niet zonder tegenspraak wat wij «de eer hebben* hem aan te bieden. Men ziet weieens gebeuren, dat de uit werking van het aldus ontstaan debat geens zins wordt verhoogd in rechte evenredigheid met de heftigheid van den toon, waarin men het voerde. De hartstochtelijkheid gedraagt zich jegens de logica als de zuurstof tegen over het gepolijst metaalzij verbergt den glans van de echte en zuivere waarheid onder een bedekking van roest. Het eigenlijk op- ject van den strijd wordt verwikkeld met éen of meer andere, die de toepassing van de door niemand te boek gestelde maar toch geenszins denkbeeldige voorschriften der mondtactiek heeft geleerd in het vuur te brengen op het oogenblik, dat de aanval moet verzwaard of de verdediging beter ver zekerd mag worden, en zoo van lieverlede komt men er toe om elkanders «doopceel te lichten*, gelijk dat bij ons heel eigenaardig heet. Dan is er van een sierlijk strijden, het welk na den afloop partijen, onverschillig wie gewonnen heeft, nog voldoening schenkt, geen sprake; het «de waarheid zeggen* krijgt de spottende, de ophitsende beteekenis, die de volksmond er aan verbond, en de echte, de gestrenge maar toch liefdevolle waarheid neemt de vlucht als zij haar cari- catuur zóo driest ziet optreden. Ook dan, wanneer beschaafde menschen elkander op dusdanige manier te lijf gaan, dat geen eigenlijke ruwe taal wordt gebe zigd, maar de twist een opvolging wordt van door hartstocht verwrongen beweringen, houdt alle vergelijking van het strijdperk met een tournooiveld op. Nog met andere wapens dan knodsen en messen kunnen wonden worden toegebracht. «Zij verblijdt zich niet over de ongerech tigheid, maar zij verblijdt zich met de waar heid* wordt van de liefde gezegd in haar schoone omschrijving. Nemen wij haar lei ding aan, dan verschijnt de verplichting, el kander «de waarheid te zeggen* óok bij het noodzakelijk uitspreken van een beoordeeling in een ander licht. Op de eerste plaats zal dan wel met ernst worden overwogen de vraag of het noodig is, zich de onaangenaamheid van een twist op den hals te halen. Twistzieke en twistgie rige lieden staan in kwaad gerucht, en dat bewijst, dat wij eigenlijk vredelievend van na tuur zijnhet is volstrekt geen blijk van zwak heid, een conflict zooveel doenlijk te ontwijken. Het antwoord op bedoelde vraag wordt maar al te vaak ingegeven door de ijdelhcid gemakkelijk te verwarren met een rechtmatig gevoel van eigenwaarde of door de zelf zucht, aan welke de mantel van verdediging van rechtmatige aanspraken over de schou ders wordt geslagen. Dat is de verkeerde methode. Wordt zij toegepast, dan is ver blijden over de ongerechtigheid de natuur lijke liting van de voldoening over het feit, in het bezit te zijn van wapens, met welke men de tegenpartij kan bestoken. Ook dan, wanneer de twist wordt opge drongen en de wet der zelfverdediging zich doet gelden, is het bastion dat opgeworpen kan worden uit de bekendheid met de min der goede eigenschappen des aanvallers en bewapend met kanonnen, die gegoten zijn uit het metaal van zijn vroegere handelin gen, niet het meest verkieslijk defensie-ma teriaal, Menig conflict ware tot kleine pro- portiön terug te brengen en gemakkelijk op te lossen, indien men zich hield binnen de lijnen, die het begrenzen. Ontaardt het in kijven, dan is het eind niet te voorzien en zijn de te verkrijgen afmetingen niet te be- I palen. Het gezegde «Waar twee kijven, heb ben twee schuld" moet niet aldus worden opgevat, dat het betrekking heeft op de rechtstreeksche aanleiding, want dan zou het in vele gevallen onjuist zijn; maar het is onbetwistbaar waar, als men het toepast op toon en omvang van het dispuut. Gaat het niet om verdediging van ge krenkte rechten of handhaving van bestreden opiniön, maar het is de onafwijsbare voldoe ning aan den drang om onzon naaste een verkeerde handeling tc ontraden, bij hem een ongegronde meening te doen verdwijnen, de ontwikkeling van een ongeweuachto eigenschap tegen te gaan, dan vooral is het, dat de liefde zich verblijdt met de waarheid. Mocht bij ons optreden blijken, dat het is uitgegaan van een ongegronde onderstelling, zoodat zij, dio wij in dit verband de aange vallen partij kunnen noemen, zich geheel gerechtvaardigd in ons oog vertoont, dan is het allereenvoudigst, dat ons dit verheugt; hebben wij door de wijze van inmenging en door den toon, waarin de wisseling van ge dachten is gevoerd daartoe geen aanleiding gegeven, dan is ook het aanbieden van ver ontschuldiging overbodig. Wie het zoover weet te brengen, dat het openen van een deur, waar een twist kan binnendringen, geen anderen indruk geeft dan dat de waar achtigheid eener liefdevolle belangstelling dieper in het bewustzijn doordringt, betreedt het terrein, waar het «elkander de waarheid zeggttt* de uiting is eener liefde, die alles gelooft, alles hoopt, alles verdraagt. Daartoe te komen, is het opvoedingswerk bij uitnemendheid, in de eerste plaats aan onszelf te verrichten. Het brengt vrede in de ziel, vrede in het gezin en vrede in de maatschappij. Het legt den vasten grondslag, waarop het onzichtbaar vredespaleis zal ver rijzen. R.N. De zesde verbindingsweg van Amersfoort. Op de dienstregeling staat «Aanvangende 1 Mei*; het voornemen was, de lijn den ij Juli te openen voor het algemeen verkeer, doch de offlcieele opening reeds lang te voren aangevraagd - - kon nog niet plaats hebben en zóo geschiedde het, dat de leer lingen der hoogste klasse van de I.agere scholen zeer werden teleur gesteld omdat het hun in uitzicht gestelde ritje den iqden niet plaats had, en dat de dienst nog niet werd geopend. Nog deze week wordt de nieuwe lijn aan een rigoureuse inspectie onderworpen en zoo spoedig mogelijk daarna in gebruik genomen. Wie in dezen tijd van jachten en jagen met razende snelheid zich wil verplaatsen, wie in den kortst mogelijken tijd het grootst mogelijke aantal Kilometers wil verslinden, zal, als hij van hier naar Arnhem moet, in zijn spoorboekje den snelsten sneltrein uit kiezen en er zich over ergeren, als die een paar minuten over het in den reiswijzer aan gegeven tijdstip aankomt aan het eindpunt. Wie prettig wil reizen, in een luchtig rij tuig met gemakkelijke zitplaatsen, wie oog heeft voor natuurschoon cn wil genieten van mooie landschappen, keurige villa's en heer lijke vergezichten make de reis met de tram Amersfoort-Zeist-Driebergen naar Arnhem. 't Geeft zoo'n idee van het rijden in een rijtuig, met dit verschil, dat men, in plaats van op warme kussens en nogal opeengepakt, op luchtige houten bankjes zit, met goede ruime zitplaatsen in een zonvrije en goed geventileerde tram-coupee van zeer modernen bouw. Het treintje is saamgesteld uit den machine wagen, welke bevat de plaats voor den wagenbestuurder, waarachtereen afzonderlijke afdeeling voor de brievenposten) en, weder in een afgesloten afdeeling, dc 90 P.K. benzo motor, die electriciteit opwekt zoowel voor het voortbewegen van de wagons als voor de verlichting, en daar weer achter een

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1914 | | pagina 1