Donderdag 5 November 1914. No 8488. 64e Jaargang. Uitgave van de Naamlooze Vennootschap „De Amersfoortsche Courant, voorheen Firma A. H. van Cleeff HOOFD REDACTEUR T. J. FKEDSHIKS. AMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Abonnement per 3 maanden f 1. franco per post 1.15, Advertentien 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bijregel abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieële- en onteigentnga- advertentiën per regel 15 cent Reclames 1—5 regels ƒ1.25. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. KORTEGRAOHT 9. Postbus 9. Telefoon 19. B. «11 W. «11 de Commissie van toezicht op liet Lager onderwijs. Onmiddellijk na de jongste Raadszitting kwam »De Eembodec op tegen de nieuwe samenstelling der Commissie van toezicht op het Lager onderwijs, weke geschiedde ge heel naar de aanbeveling van Burgemeester en Wethouders. Het blad schreef Zaterdag, onder den titel Miskenning» »De Gemeenteraad benoemde Dinsdag ze ven nieuwe leden der plaatselijke Commissie van toezicht op het Lager onderwijs, in plaats var. de heeren, die wegens gebrek aan overeenstemming met het Gemeentebestuur bedankten. »Toen onlangs in een vacature in gemeld college was voorzien, wezen wij op de stui tende achteruitzetting, welke men zich ten opzichte der rechtsche minderheid in dat ge val veroorloofde. >De uitslag der benoemingen, deze week op voordracht van Burgemeester en Wet houders gedaan, bewees, dat men die stui tende achteruitzetting wil bestendigen. Ten opzichte van de^Roomsch Katholieken ging men ze zelfs nog verergeren. «Alle vrienden van recht en billijkheid zullen het met ons eens zijn, dat éen Katho liek op de negen leden niet is wat men noemt evenredige vertegenwoordiging. >En al is er gevaar, dat men ons in deze dagen, van sussen en berusten en inschikken, als rustverstoordere gaat kwalificeeren, wan neer we tegen een dusdanige behandeling verzet aanteekenen, het zal ons niet weer houden, te verklaren, dat de samenstelling der plaatselijke Commissie van toezicht op het Lager onderwijs niet overeenkomstig de meest elementaire beginselen van van recht en billijkheid is geschied». In het nummer van Dinsdag antwoordt de heer Th. J. II. Bianchi >In »Dc Eeinbode» van 30 October j.l. komt in de kolommen onder >Amersloortsch Nieuws» een stukje voor, getiteld Misken ning». illet verwijt daarin, aan het adres van den Gemeenteraad op voordracht van B. en W. gericht, is, zoo niet ongepast dan toch, op zijn zachtst uitgedrukt, voorbarig. Vergun mij, dat ik, als groot voorstan der van evenredige vertegenwoordiging en als vriend van recht en billijkheid, onmiddel lijk de volgende zinsnede uit bedoeld stukje, volkomen onderstreep1 Alle vrienden van recht en billijkheid zullen het met ons eens zijn, dat éen Katholiek op de negen leden niet is wat men noemt evenredige vertegen woordiging». «Dit is, wat het cijfer-gehalte betreft, een waarheid als een koe. En verder«dat de samenstelling der plaatselijke Commissie van toezicht op het Lager onderwijs niet overeenkomstig de meest elementaire beginselen van recht en billijkheid is geschied». «Over deze zinsnede valt, bij weglating van het laatste woord, te disputeeren. «Als volkomen bevoegd, ook ter recht vaardiging van B. en W. bij de voordracht aan den Raad geboden, meen ik uit een oogpunt van recht en billijkheid het vol gende onder de aandacht van het Arners- foortsch publiek, in hoofdzaak de Katholieken, te moeten brengen. «Met nog andere Katholieke stadgenooten ben ik door den Wethouder van Onderwijs persoonlijk namens B. en W. aangezocht om geplaatst te mogen worden op de voordracht aan den Raad. Het vereerend verzoek hield ik een paar dagen in beraad om tusschcntijds te onderzoeken welken arbeid aan die functie verbonden is om te wezen een waardig, een nuttig lid dier commissie. «Die bezigheden waren voor mijn persoon, getoetst aan de reeds zeer vele function in verschillende corporation, te veelvuldig; waarom ik voor de eer bedankte. »üm nu echter B. en W. en de Amers foortsche Katholieke bevolking ter wille te zijn, gaf ik den Wethouder van Onderwijs verschillende adressen op van personen, die naar mijn meening wel bereid zouden zijn voor bedoelde functie. Bovendien zocht ik persoonlijk nog eenige Katholieken aan om hen te bewegen, zich toch op de voordracht, behoudens goedkeuring van B. en W„ te doen plaat sen. Noch het een, noch het ander had het succes, dat ik B. en W. zoo gaarne gunde voor hun ernstige en vele moeiten. «Toch zijn zij blijkbaar er in geslaagd om dan toch éen Katholiek te vinden, die zich voor de voordracht aan den Raad be schikbaar heeft willen stellen. »In plaats van dus te klagen, dat de Ka tholieken niet genoegzaam vertegenwoordigd zijn in de Commissie van toezicht op het Lager onderwijs, mogen wij met B. en W. verheugd en dankbaar zijn, dat er ten slotte, na de zeer vele moeiten, toch nog éen Ka tholiek is gevonden om namens de Katho lieken in die commissie zitting te nemen. «Het mag hier gerust erkend worden, dat d i t college van B. en W. zooveel als in zijn vermogen is er rekening mede houdt, het de partijen en richtingen naar den zin te maken de bewijzen zijn voor 't grijpen en ik zou haast zeggenzij gaan daarbij zelfs angstvallig te werk. «Zeker, wij Katholieke inwoners van Amersfoort hebben even goed onze rechten als ieder ander niet-katholiek, en wij eischen geen bevoorrechting doch gelijk berechtigd te worden. «Om echter die eisch redelijkerwijze te stellen, is eerste plicht, er aan te kunnen voldoen. En waar uit bovenstaande feiten is gebleken, dat dit bij deze voordracht van B. en W. een onmogelijkheid was, daar is van toepassing het oude spreekwoord Waar niet is, heeft de keizer zijn recht verloren*. De Amsterdamsche Centrale Credietbnnk. In het orgaan van den Middenstandsbond, dat hier helaas zoo weinig wordt gelezen, vertelt de heer C. Koenraad van de op 20 October te Amsterdam gehouden druk bezochte vergadering van het Bureau van advies, waarbij nagenoeg alle middenstands- vakvereenigir.gen te Amsterdam zijn aange sloten, in welke mr S. de Meester, mede directeur van bovengenoemde Bank, den werkkring dier Bank uiteenzette. Na de inleiding nam mr. De Meester het woord, met eenigen schroom, gelijk hij voor gaf, als de kok, die zijn geheimen verraadt echter niet uit vrees voor namaak, doch omdat de spijzen niet geschikt zullen blijken voor enkele magen. Er zullen enkelen terug gezonden moeten worden, omdat sommigen geen voldoende reden weten op te geven voor hun aanvrage, omdat anderen te hooge credieten aanvragen, of omdat zij credieten aanvragen, die zij niet noodig hebben dan voor uitbreiding der zaken. Aanvragers over wie slechte informaties binnenkomen, kunnen evenmin geholpen worden. Den iSden September werd de Amster damsche Centrale Crediet-Bank gesticht en kon de definitieve passeering der acte plaats hebben, terwijl twee dagen later de Algemeene Nederlandsche Centrale Middenstandscrediet- bank werd opgericht. Eerst zou spreker een kort woord zeggen over deze Bank. Er moest iets gedaan wor den om den zwaar geteisterden middenstand hulp te bieden. De betalingen bleven uit, de omzet verminderde, iedereen herinnert zich nog levendig den zenuwachtigen toestand, veroorzaakt door het uitbarsten van den ge weldigen oorlog, zooals de wereld nimmer aanschouwde. Gelukkig heeft het onweer zich erger doen aanzien dan 't later gebleken is te zijn; maar dat neemt niet weg, dat er dreigende onweerswolken over ons land ge gaan zijn en dat het slechte weer nog steeds aanhoudt. De heeren Dr. Bos, Meuwsen en Fiedeldy Dop gordden zich aan om middelen te be ramen om het crediet te verhoogen en om een krachtige organisatie te verkrijgen tot het verstrekken van het noodzakelijke mid- denstandscrediet. Daarbij was het noodig, dat een drang werd uitgeoefend op de Re geering om de lusschenkomst der Neder landsche Bank te verkrijgen. De Nederlandsche Bank is de centrale cre- dietinstelling, die alleen over de middelen beschikt om van papier geld te maken; tot haar moeten wij dus kunnen komen met onze promesses, wissels, in het algemeen met onscredietpapier. De bestaande Hanze-banken, de Boaz-bankcn, de Centrale Middenstands- credietbank te Groningen, enz. waren in het algemeen niet of in te beperkte mate tot de verdisconteering bij de Nederlandsche Bank toegelaten om geheel te kunnen voorzien in de credietbehoeften van den middenstand. De Nederlandsche Bank had tot nog toe barrières om zich heen, die moesten worden opgeheven, althans zooveel doeniijk opge ruimd. De Nederlandsche Bank stelde voor heen eischen, waaraan grootendeels niet kon worden voldaan. Kon men met de Neder landsche Bank tot een transactie komen, dan ware dat reeds een groote schrede voorwaarts. Ook de Regeering verleende haar steun om de Nederlandsche Bank te nopen tot latiging harer eischen. De Regeering garan deert haar een aandeel in het eventueel verlies. Was er aanvankelijk sprake van, dat ook aan afzonderlijke personen crediet zou kun nen verleend worden, later werd vastgesteld, zooals uit art, 5 der Statuten blijkt, dat al leen crediet kan worden verleend aan Middenstandscredietbanken, Spaar- en voor schotbanken, Coöperatiere middenstandsver- eenigingen en verdere Middenstandsinstellin gen, die de aansprakelijkheid op zich nemen van 20 pCt. boven het aangevraagde crediet. Zooals men ziet, een groot principe der coöperatie. De Nederlandsche Bank wilde echter niet den vorm der coöperatie, maar eischte dien der Naamlooze Venootschap met aansprakelijkheid. Feitelijk is de in richting dus coöperatief. In de eerste plaats dragen dus de risico zij die risico maken in de tweede plaats komt het risico voor rekening van den geheelen middenstand, omdat hij indi vidueel niet krachtig genoeg is. Was men hier en daar nog wat huiverig over die aansprakelijkheid, over dat bezwaar moest men heenstappen. Maar vraagt spreker zich at20 pCt. boven het crediet, is dat zooveel Hij komt dan tot de conclusie, dat de eisch billijk is. Alle groote instellingen zijn aan sprakelijk met haar kapitaal en de Neder landsche Bank cischt steeds een hoog gestort kapitaal bij alle Banken, die bij haar crediet verlangen. Hier is geplaatst 200 000 gulden, waarop gestort 40 000 gulden, en met goede promesses kan over 2 000 000 gulden crediet beschikt worden. De 20 pCt., waarvan hier boven sprake is, is eerst verhaalbaar als het geheele kapitaal verdwenen is. Alleen wie eerder wil uittreden, moet zijn aandeel betalen in de verliezen der laatste twee jaren en blijft mede-aansprakelijk voor het jaar, volgend op zijn uittreden. Daarenboven bedenke men, dat het een transactie-voor stel geldt en dat mettertijd een krachtige beweging wijziging kan bepleiten in zachter Leden worden, als reeds gezegd, crediet- instellingen, doch geen personen zulks om geen teleurstelling te geven voor bestaande Banken. De Nederlandsche Centrale is de brug voor de locale credietinstellingen om crediet te verkrijgen bij de Nederlandsche Bank. De Amsterdamsche Centrale Middenstands- credietbank verleent credieten aan personen zoowel als aan vereenigingen, beide resi- deerende binnen een nader te bepalen kring, met Amsterdam als middelpunt, doch uit sluitend ten behoeve van het bedrijfscrediet van den Middenstand. Het maximum-crediet, dat aan instellingen kan verleend worden, is in het algemeen het vijfvoud van het geplaatste maatschappelijk kapitaal, vermeer derd met het vijfvoud der reserve. Het maximum-voorschot, dat aan personen kan gegeven worden, bedraagt 25 000 gulden. Deze personen moeten aandeelhouders zijn en gedurende twee jaar een zelfde bedrijf hebben uitgeoefendeen goede bepaling met het oog op nieuwe zaken, waarvoor op het oogenblik geen plaats is. Als verdere eischen worden gesteld een eerste klas-informatie. Het is steeds gevaar lijk, crediet te verleenen aan slecht be faamde personen, zelfs al is het crediet ge dekt, want allicht geeft het aanleiding tot allerlei soeza en onkosten. Als moraliteit wordt dus niet aangemerkt gegoedheid welke alleen blijkt uit te geven waarborgen. Dan moet het crediet gedekt zijn door bijzondere persoonlijke of zakelijke zekerheid. Door het eerste verstaat men persoonlijken borgtochtdoor het tweede hypotheek, ere- diet-hypotheek. Voor tweede hypotheek moet de noodige voorzichtigheid in acht genomen worden. Dan verder cessie van vorderingnn (met een briefje van erkenning der vorde ring), incasso-crediet (ongeaccepteerde wissels), in pandgeving van effecten. Bij dit laatste lacht men misschien, doch inen bedenke, dat andere Banken een groot surplus eischen eu, om haar geldmiddelen liquide te houden, alleen effecten aannemen, die herbeleend kunnen worden bij de Nederlandsche Bank. Nukomtspr. aan de beleening der goederen. Omtrent deze zaak schijnt bij velen nog mis verstand te bestaan. Goederen, die beleend worden, moeten in de macht gesteld worden van den pandgever. In den groothandel is daarvoor geen bezwaar daar zijn goederen als regel worden opgeslagen in de groote magazijnen der veemen. Door de o/ergifte van de ceelen of opslagbewijzen worden de goederen in onze macht gesteld en geheel onttrokken aan de macht van den eigenlij ken eigenaar. Geen voorschot kan dus wor den gegeven op goederen, die in den winkel blijven. In Frankrijk geeft men indertijd de be leening op de zaak (fonds de commerce) mo gelijk gemaakt. Een aannemer kan bijvoor beeld beleenen de machinnrieën, de werktui gen, paarden, voertuigen, enz., die hij bij het bouwen van een huis gebruikt. Wanneer echter blijkt, dat de aannemer ondanks de beleening ze toch heeft, verkocht heeft de Hooge Raad aldaar beslist, dat de goederen niet te achterhalen zijn bij derden, zoodat feitelijk het oorspronkelijk begrip ook in Frankrijk hersteld is. Bij gelegenheid van de tegenwoordige crisis, is deze zaak ook hier meermalen besproken, maar bij ons te lande bestaat zoo'n wet niet en is beleening op deze wijze niet mogelijk, daar alle zekerheid ontbreek. Men heeft opgemerkt, dat daardoor een talrijke categorie crediet-behoevenden is uitgesloten. Spreker noemt dit overdreven. Want de mogelijkheid bestaat toch om op zekere soorten goederenvoorraad crediet te verleenen. Piano's, gramophones, bijvoor beeld kunnen worden verkocht met recht van wederinkoop. In elk geval komen hier voor in aanmerking artikelen, die door hun merken, nummers of andere aanduidingen gemakkelijk onderscheiden worden van alle andere artikelen dier zelfde groep. Ook lietsen kunnen hiervoor wellicht in aanmer king komen. Elk geval zal echter op zich zelf moeten worden behandeld. Ook is het mogelijk, dat bij voorbeeld een manufacturer zijn zomervoorraad beleent deze toch kan een gedeelte van het jaar gesteld worden in de macht van den pand gever door ze onder te brengen bij een veem of een andere opslagplaats ten genoege van of aangewezen door den pandgever. Op dergelijke wijze kunnen wellicht ook een schilderijenvoorraad en andere artikelen beleend worden. In ieder geval wordt ge tracht, zooveel mogelijk te helpen. In over leg met het Bestuur van de Eerste Neder landsche Coöperatieve Inkoopvereeniging

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1914 | | pagina 1