Donderdag 4 jjfjj Maart 1915.
No. 8538.
64e Jaargang
Stadsnieuws
Uitgave van de Naamlooze Vennootschap „De Amersfoortsche Courant, voorheen Firma A. H. van Clceff"
HOOFDREDACTEUR
p. J. raiDiaxsa
AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Abonnement per 3 maanden fx.—
franco per poat /1.15. Advertentién 1—6 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bijregel-
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieële- en onteigening*-
advertentiön per regel 15 cent Reolames 1—3 regels /1.25. Bewijsnummers naar bulten
worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advërtentien van bulten de stad worden de Incaaseerkosten In rekening gebracht. Postbus 9.
BUREAU
EOaTECRAOXT 9.
Telefoon 19
KENNISGEVINGEN.
AFLOSSING PROVINCIALE
GELDLEENING.
De Gedeputeerde Staten van Utrecht
Brengen bij dezen ter kennis van belang-
hebbende, dat op Maandag, den 8 Maart
e.k., des middags te 12 ure, in het Provin
ciaal Gouvernements-gebouw te Utrecht de
uitloting zal plaats hebben vab een gedeelte
groot drie duizend gulden (f 3000) dar geld-
leening groot f 140 000, aangegaan krachtens
besluit der Staten van Utrecht van 16 No
vember 1886, goedgekeurd bij Koninklijk
besluit van 12 December 1886, no. 17.
Utrecht 1 Maart. 1915.
De Gedeputeerde Staten voornoemd,
Van LYNDEN van SANDENBURG,
Voorzitter.
A. van DOORNINCK, Griffier.
Burgemeester en Wethouders van Amers
foort
brengen ter algemeene kennis, dat bij hen
van Gedeputeerde Staten dezer Provincie in
afschrift is ingekomen een verzoekschrift van
Arnoi-DUS van DAAL, van beroep verlof-
en hotelhouder, wonende alhier, om vergun
ning voor den verkoop van sterkedrank in
het klein, voor gebruik ter plaatse van
verkoop, uitsluitend aan logeergasten, in de
voorlokaliteit van het perceel Krommestraat
110. 38 te Amersfoort,
dat een ieder binnen twee weken na dag-
teekening dezes, schriftelijke bezwaren bij
hen kan indienen tegen het verleenen der
vergunning.
Amersfoort, t Maart 1915.
Burgemeester en Wethouders
voornoemd,
De Burgemeester,
Van RANDWIJCK.
De Secretaris,
A. R. VEENSTRA.
De Burgemeester van Amersfoort,
brengt ter kennis van belanghebbenden,
dat In de Gemeente Woudenberg een geval
van mond- en klauwzeer is geconstateerd.
Amersfoort, 1 Maart 1915.
De Burgemeester voornoemd,
Van RANDWIJCK.
Geestelijke en lichamelijke
arbeid.
De schriftgeleerden van den ouden tempel
hebben de beteekenis van de Bijbelsche uit
spraak, die in het 19de vers van het 3de
hoofdstuk van Genesis voorkomt, vaak in
zulk een zin opgevat en uitgelegd, alsof de
arbeid den mensch als een vloek ware op
gelegd. In latere, meer verlichte eeuwen,
is men daarover echter anders gaan denken
en zag men terecht in die goddelijke uit
spraak de eerste en hoogste wet tot behoud
der gezondheid, een levensvoorwaarde voor
den mensch neen, voor al hetgeen leeft.
En, als wij den arbeid opvatten in zijn
algemeene beteekenis van beweging, ligt
daarin de beweegkracht voor al het ge
schapene, de spil, waarom het groote heelal
draait.
Laat uw oogen rondgaan over al hetgeen
u in de natuur omringt en gij zult spoedig
genoeg overtuigd zijn. dat de rust niet is
de wet, waardoor de wereld geregeerd wordt
deze wet is de arbeid.
Van de sterren, die zonder ophouden de
onmetelijke ruimten van het heelal doorloopen,
tot de golven der zee, die voortdurend door
ebbe en vloed worden bewogen, tot de rivié-
ten, wier wateren steeds naar de zee stroo
men tot krijtberg en koraalrif, die in den
loop van duizenden eeuwen door de werk
zaamheid van miriaden microscopische wezens
zijn gevormdtot de mieren, die eeuw aan
emw hun onderaardsche lilliputsche steden
bauwen; tot onze longen, die zich vijftien
maal In Iedere minuut uitzetten, om de
lucht in te ademen, die aan alles leven geeft
tot ons hart, dat van de eerste tot de laatste
seconde onzes levens, In onze borst klopt
en zonder verpoozing ons bloed in alle
bloedvaten en in alle organen, rondstuwt
alles, van het oneindig groote tot het
oneindig kleine in de schepping, alles be
weegt zich, alles arbeidt.
I.aat deze levenwekkende beweging slechts
een oogenblik ophouden, breng deze raderen
tot stilstand, houd de werking dezer wateren,
de ademhaling uwer longen, de bewegingen
van uw hart slechts een korten tijd tegen,
weiger slechts éen minuut aan de longen
den toevoer van lucht, houdt den bloedsom
loop slechts weinige seconden op en
alles sterft
Evenzoo zwijgen alle toestellen eener werk
plaats en staan stil, wanneer de stoom niet
meer treedt in den cylinder, die ze in be
weging bracht; en de werktuigen, die ons
toeschenen met leven bedeeld te zijn, liggen
daar als 't ware dood en zonder nut. Voor
hen, die ze in dien toestand zien, zijn het
geen spillen, geen raderen, geen drijfwielen,
geen als bezielde werktuigen meer, maar alleen
een opeenhooping van metalen, die geen
naam meer hebben, omdat zij niet gebruikt
worden. En om te begrijpen waarvoor zij
gediend hebben, waarvoor zij bestemd en
wat zij waard zijn, moet men al zijn herin
neringen te voorschijn roepen, moet men
zijn verbeelding even sterk inspannen, als
wanneer men zich bij e*ti lijk een denkbeeld
wilde maken van het leven, dat er in ge
woond heeft.
Handelen, arbeiden, ziedaar het beeld,
ziedaar de voorwaarde, de wet van het
leven.
Men weet wat er bij den werkman ge
beurt, wanneer hij zijn werktuigen en ge
reedschappen laat rusten en die niet meer
gebruiktzij worder. door roest verteerd en
ingevreten. Welnu, het zelfde vindt plaats
met de werktuigen van ons lichaam, wanneer
zij werkloos blijven.
Zonder arbeid geen gezondheid.
De vader der wijsbegeerte in de grijze
oudheid, Plato, heeft dit zefde denkbeeld
reeds uitgedrukt, toen hij zcide »Ons
lichaam wordt door rust en werkloosheid ge
sloopt en door oefening en beweging ver
sterkt de rust is een kwaad, zoowel voor
de ziel als voor het lichaam
Wel verre, dat er tusschen arbeid en ge
zondheid zekere tegenstelling zou bestaan,
is er integendeel tusschen beide een nood
zakelijk verbandzij ondersteunen elkander
hun vereeniging is de waarborg voor het
geluk, den duur en de waardigheid van het
leven.
Laat ons in de volgende regelen dat ver
band in nadere bijzonderheden nagaan en de
voorwaarden uiteen zetten, waaraan de arbeid
moet beantwoorden, zal hij ons ten zegen zijn.
Elke arbeid, dien wij verrichten, al hetgeen
in ons lichaam geschiedt, bestaat in bewegin
gen, die het naar de buitenwereld overplant.
Zelfs onze geestelijke arbeid, de nasporingen
der geleerden, de scheppingen der kunste
naars zijn eerst dan gewrochten, als zij door
middel van bewegingen, door woord en
schrift, door toon en kleur, zich hebben ken
baar gemaakt en daardoor voor anderen een
onderwerp van zintuiglijke waarneming zijn
geworden, 't Is wel is waar reeds arbeiden,
als de herscren denken of het hart de bloed
massa door het lichaam drijft of het spijs-
verteeringskanaal door zijn samentrekkingen
het voedsel voortstuwtmaar dat zijn werk
zaamheden, die op de buitenwereld geen in
vloed hebben; zij komen slechts ons eigen
bestaan ten goede.
Wij wenschen thans ons bezig te houden
met de voorwaarden van den lichamelijken,
of, tot beter verstand, den handenarbeid.
Nochtans wenschen wij dat woord niet zóo
opgevat zien, alsof wij daarmede slechts een
werktuiglijken, aan de doode kracht eigen,
arbeid bedoelen, waarmede de geest niets te
maken zou hebben. Integendeel, het is ons
doel om zooveel mogelijk in't licht te stellen
het onverbreekbaar verband tusschen die
uitingen van het lichaam als product van
onze verstandelijke werkzaamheid.
Door dat verbaftd goed in 't oog te hou
den, kenmerkt de mensch zich als een wezen
van een hoogere orde, wordt het gewrocht
zijner handen een product van een verstan
delijk wezen. Door dat verband steeds in
acht te nemen, adelt de mensch den arbeid
en deze den mensch, brengt hij het zijne
tos tot zijn eigen welzijn en dat der maat
schappij.
De hygiënische wetten van den handen
arbeid zijn daarom geen andere dan die van
den geestelijken. Haar overtreding heeft
gelijksoortige gevolgen voor het individu en
de maatschappij. WcrJt het lichaam bena
deeld door ongeschikten arbeid zijner spieren,
de geest en het gemoed blijven niet onge
deerd, zoomin als het lichaam zijn eischen
kan bevredigen, indien geest en gemoed
duurzaam lijden. Slechts in een gezond li
chaam kan de geest naar behooren en bij
voortduring werkzaam zijn. Die uitspraak,
hoe oud ook, heeft steeds haar waarde be
houden, hoe schijnbaar daartegen tal van
voorbeelden pleiten.
De gezondheid, die bij een wanverhouding
tusschen lichamelijk en geestelijk welzijn
wordt waargenomen, is gewoonlijk slechts
schijnbaar en wordt kunstmatig en tijdelijk
in 't leven geroepen. Zonder een harmonische
samenwerking van lichaam en geest, belde
in het volste genot hunner krachten, kan
geen kunstgewrocht in het leven worden ge
roepen, kan van een gezond bestaan op den
duur geen sprake zijn. Zoowel de kunstmatig
opgefokte athleet, als de eenzijdig ontwik
kelde kunstenaar of geleerde zijn wange
drochten in de schepping, wier bestaan bij
den minsten schok wordt uitgedoofd.
Aldus »Moleschott".
In de Luthersche kerk hoopt aanstaanden
Zondagochtend voor te gaan ds. A. L. van
Hoorn, uit Utrecht.
In de Remonstrantsche kerk wordt 's och
tends om 10 uur een godsdienstoefening voor
jongelieden gehouden en 's avonds om 7 uur
de gewone dienst voor de gemeente.
De afdeeling van den Raad van State voor
de geschillen van bestuur behandelde het
beroep van den Raad der Gemeente Amers
foort tegen het besluit van Gedeputeerde
Staten van Utrecht van 28 September 1914,
waarbij goedkeuring werd onthouden aan
het Raadsbesluit van 1 September 1914 tot
vaststelling van een verordening, regelende
het bebouwen van bepaald aangewezen gron
den.
Gedeputeerde Staten grondden hun besluit
o.a. op de overweging, dat de onderhavige
verordening niet valt onder de voorschriften,
waarop in art. 7 der Woningwet de goed
keuring van Gedeputeerden wordt vereischt
en dat evenmin uit anderen hoofde deze
verordening aan hun goedkeuring is onder
worpen.
In December 1913 was een in hoofdzaak
aan de thans door hen niet goedgekeurde
gelijke verordening van Amersfoort van 22
Augustus te voren door hen ter vernietiging
voorgedragen aan de Kroon op grond, dat
zij niet steunde op de Woningwet, zoodat
de op haar overtreding gestr'de straf in
strijd kwam met art. 161 Gemeentewet en
de verordening zelye in strijd met de Hin
derwet.
Daarna heeft de Gemeenteraad, bij zijn be
sluit van 1 September 1914, een gewijzigde
verordening vastgesteld, waartegen Gedepu
teerde Staten geen grieven uit hoofde van
de Hinderwet meer hadden aan te voeren.
Gedeputeerde Staten, over het beroep ge
hoord, handhaafden hun meening, dat de
verordening niet steunt op d* Wonings »t.
Hedenochtend ving men op de Oude
Vischmarkt aan met het plaatsen van een
kabelhuis voor het electrische net.
Al is 't nog guur en kliemerig, de lente
komt. Het Amersfoortscb Drankweer Comité,
als altijd trouw op zijn post, heeft dan ook
reeds een «Lentebode* doen drukken, welke
het kosteloos in stad en omgeving verspreidt
en die menigeen zeker welkom zal zijn.
Uit de rubriek «Stadsnieuws* nemen we
over, dat in 1900 Amersfoort nog aan accijns
voor gedistilleerd werd betaald bijna f 130 000
en in 1913 nog slechts f78000. of ongeveer
de helft minder.
Het aantal aanplakbordjes van het A. D. C.
zal alweer worden vermeerderd. Deie methode
van propageeren, in 1906 hier begonnen, Is
thans in honderden Gemeenten overgenomen
en zal wellicht worden gevolgd aan alle
spoor- tramweg- en boot-stations In ons
land.
Ook alle overige rubrieken zijn weer goed
verzorgd en zeer behartenswaard.
Ook het maandoverzicht van de Amers
foortsche Tramweg Maatschappij over Fe
bruari geeft teruggang in alle rubrieken.
Het aantal passagiers was 7626, of 1109
minder dan in Louwmaand 1914 toen do
wegen lang niet zóo doorweekt waren als
thans; de vervoeropbrengst gaf f383.25, of
f52.90 minder; bijzondere ontvangsten waren
cr niet, zoodat de totale opbrengst eveneens
f385 25 was, of f62.90 minder; de dagktto-
meteropbrengst was f7.64, of f1.25 minder.
De Ilollandsche spoor bracht weer elf
wijzigingen aan op haar dienstrooster van
1 Februari.
Belanghebbenden mogen daarmee wel
rekening houden.
De heer H. de Jong, Inspecteur der regi
stratie en domeinen, is met ingang van 1 April
overgeplaatst van hier naar Arnhem.
De heer A. P. H. J. van Weezei Errens
stelt thans in ValkhcTs kunst-vitrine ten
toon een Bijbelsch tafereel, een pastel-ieeke-
ning, voorstellend het «Consumatum est*
(Het is volbracht).
De meester, die in dit zijn jongste werk
van een geheel nieuwe zijde zich doet ken
nen, geeft op zeer gelukkige wijze het oogen
blik weer, waarop Christus den lijdenskelk
tot den bodem heeft geledigd. Donkere wol
ken pakken zich op den achtergrond samen
en brengen over den Berg der smarte een
angstig-kille verlatenheid. De Romcinsche
krijgsknechten en het volk, dat de kruisiging
bijwoonde, vluchten voor hetgeen zij als een
naderend onweer beschouwen naar Jeruzalem,
dat aan den rechterkant In silhouet is aan
gegeven. Boven den Heiland komt uit de
nachtzwarte wolken een wonderhel licht, dat
op den grond het kruis in diepe schaduwen
projecteert; het Licht der wereld na den
donkeren nacht van het ongeloof, het teeken
des kruises dat onvergankelijk op de aarde
is geplant. Op den voorgrond wordt, door
zich openende graven, de opstanding gesym
boliseerd.
Mejuffrouw H. A. M. van Pernis, leerares
aan de Industrie- en huishoudschool, is door
de Friesche Maatschappij van landbouw be
noemd tot leerares in landbou w-huishoudkunde
te Leeuwarden.
De akte Nuttige handwerken werd ook
behaald door de jongedames A.C. E. Scholie
en J. M. D. Bcms.
In het nummer van 16 Februari brachten
we in herinnering, dat op 8 Maart de heer
F. Klepe, oud-vaandeldrager van het 5e regi
ment infan'-rie, den dag noopt te herdenken
waarop hij een halve eeuw geleden in dienst
trad bij het Instructie-bataiUon te Kampen.,
We meenden, dat hij te 's- Hertogenbosch
is. Hij is thans te Gorinchem gedetacheerd.
De oud-wapenbroeders, die maar al te
goed weten hoe langzaam de veldpost ver
voert, kunnen nu rekening houden met het
verzenden van hun gelukwenschen.