s IV J 7~T 3/1 VP/y/BOW O S/1 Arc f. L£G£R en VLOOT. tvè/cr/vj/i/v/wu 3jn 1 PL Blanche. Voor een goed doel en ter bevordering rau de HUISVLIJT. Verveling is wel mee van het ergste, dat een gezond mensch kan overkomen. Vooral onder de militairen, de geïnterneerden en de vluchtelingen wordt dit kwaau uit den aard der zaak dikwijls gevoeld. Wel werden indertijd allerlei gezelschapsspelen gevraagd, en waarschijnlijk zullen velen aan dien oproep gevolg hebben gegeven, doch eer er genoeg is, is er nog heel wat noodig. De tekort komende spelen nieuw aan te schaffen, is een wel wat te kostbare zaak. De heer C. Prince, te Driebergen, heeft ons in staat gesteld, bijgaanden afdruk van het domino-spel te geven. Hoe van de onderstaande teekening een heel goed bruikbaar domino-spel kan worden gemaakt, ziet men uit de figuur. Men plakke het op bordpapier, briefkaart- carton, linoleum, blik (van een Verkade- beschuitdoos), hout, vilt, kurk, eterniet, asbest, enz. en snijde dan uit langs de lijnen (bij de stippellijnen snijde men half door. langs de puntlijnen make men een gleufje). Met een beetje vindingrijkheid wordt het een heel aardig domino-spel. Bij de ons toe gezonden modellen zijn er vele, die aantoonen hoe vindingrijk de knutselaars zijn geweest. Wie daartoe lust gevoelt, kome ze eens be kijken. Van oude beenderen (kluiven) goed uitge kookt, maakt men prachtige belegstukjes, te lijmen of te spijkeren of schroeven op boven genoemde materialen, enz. enz. Ook bestaat er mogelijkheid op het maken van variaties. Van een dubbel zes, met 15 gaatjes, dus drie gaatjes meer, kan men een oneindig aantal spelen maken. Het steentje byv. van beschuitbussenblik als malletje kan dienst doen om alle dominosteenen op de vooraf gereed gemaakte blanco steenen af te teekenen. Op deze afgeteekende puntjes spijkert men zwarte spijkertjes ofafgeknipte koppen van zwarte spelden. Het doosje midden uit het cliché kan, op briefkaartencarton geplakt, een aardig geheel vormen tot het bewaren van een compleet spel domino. Ook passen de dominosteenen op brief kaartencarton juist in een klein lucifersdoosje; op blik in een gewoon lucifersdoosje; op sigarenkistjeshout in een groote lucifersdoos (z.g. Economische lucifersdoos) enz. enz. Men kan dit blad als men op het strookje zet «Militair» zelfs portvrij zenden naar een kennis bij leger of vloot of naar een der interneeringskampen. Maar óok kan men het spel voor zich- zelven maken of door de kinderen doen maken. Het zal wel niemand, die het spel gereed heeft gemaakt, verwonderen, dat door het Hoofdbestuur van den Volksbond tegen drank misbruik, aan den heer Prince een zeer fraaie zilveren medaille is aangeboden, als bewijs van waardeering voor de vele diensten, die hij den militairen heeft bewezen op het ge bied van huisvlijt. t i 1 1 1 1 1 1 I 1 i i. i i f f/ op karton plakken LANöjS J)H LYNCH U jTSNYDLN,ST J* PPEL- LYNEN- HALF DOORS(VYDEN,£N H i£R LANÖS OMVOVWEN TOT DOOSJE. V OCR 1 1 x -1 LANG EEN 7 OP BS 1 i 1 GIEVFJO .SNYDEI». XXX ££N WElNiG ANSEL. 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 Andere bladen worden verzocht, dit cliché tot afdrukken aan te vragen hij C. Prince, Villa Princenhof te Driebergen, die het kosteloos ter beschikking stelt. FEUILLETON. 78.) »Ik weet niets dan dat ik hem heb ge vonden bij den hollen weg» zeide de dokter. Hij lijkt een man van stand te zijn», merkte de hoofdverpleegster op. Waarschijnlijk is hij bekend te Homburg. Zijn bagage en zijn papieren, door hem in een der hotels achtergelaten, zal ik laten opzoeken. Op 't oogenblik is mijn tegen woordigheid hier nutteloos, maar ik keer hedenavond nogjterug. Dan zal de bezwijming over zijn en de koorts gekomen*. Met de directrice verliet de dokter de ziekenkamer, de jeugdige verpleegster Alice als waakster achterlatend. Alice was aan een borduurwerkje bezig, doch haar heldere oogen waren meestal meer op den verwonde dan op het hand werk gericht. Plotseling stond zij op en schelde. De directrice trad weer binnen. Zie eens!» wees zij op den gekwetste »Hij beweegt zich telkens en komt bij kennis». Alice bedroog zich niet. Een soort rilling liep door Paul's leden zijn armen bewogen zich zwak hij scheen een poging te doen om zich op te richten. Na een paar minuten gelukte het hem en op zijn ellebogen steu nend, liet hij zijn geheel wezenlooze oogen om zich heen zwerven. Geen verwondering vertoonde zich er in, terwijl hij beurtelings deze hem onbekende kamer en de twee vrouwen aanstaarde. Stellig moest hij zeer weinig begrip hebben van de voorwerpen zoo zij al niet aan zijn blik ontglipten, wist hij althans zich geen rekenschap te geven van hetgeen hij zag. Het lichaam kwam uit de gevoelloosheid, waarin het zooveel uren geweest washet ontwaken van den geest liet zich langer wachten. »Gaat het al wat beter?» vroeg de direc trice in het Duitsch. De heer De Nancey scheen het niet ge hoord te hebben. De directrice herhaalde haar vraag, maar nu in het Fransch Paul wendde zelfs niet de oogen naar de zijde, vanwaar de stem kwam. >'t Is waarschijnlijk noch een Franschman, noch een Duitscher«, fluisterde madame Lafène. Alice, gij spreekt Engelschbeproef of hij Engelsch verstaat*. De jonge verpleegster gehoorzaamde dade lijk. Het resultaat, dat zij verkreeg, was ge heel negatief. Op -het zelfde oogenblik begon plotseling de voorspelling van den arts zich te verwe zenlijken. Een purperen kleur verving de doodsche bleekheid van den graaf. Zijn wezen looze oogen werden schitterend, maar het sombere vuur, dat er uit schoot, was dat van de koorts. De lippen bewogen zichhij noemde meermalen Blanche's naam met zwakke, maar onbeschrijflijk teedere stem, dien van Gregory op een toon van ontzet- tenden haat. Vervolgens viel zijn hoofd weder op het k issen, zijn oogen sloten zich en zijn mond stamelde onsamenhangende woorden. De avondschemering had het daglicht ver vangen, om weder plaats te maken voor de doorschijnende duisternis van een schoonen herfstnacht. Twee kaarsen brandden op een tafeltje in de ziekenkamer, van welke een venster open- stond. De arts kwam terug, naderde het bed, legde zijn vinger op den pols van den ge- kwetste en zeide: Geweldige koorts met ijlen. Ik vrees voor hem*. sWeet u reeds iets van hem, dokter?* »Ik heb een onderzoek doen instellen op de kamer van het hotel, waar hij van nacht logeerde. Daar is een pistoolkistje gevonden met den naam Paul graaf De Nancey. Hij schijnt te hebben geduelleerd met der. plot seling vertrokken prins Ladanoff, die sedert zijn verblijf te Homburg van zich heeft doen spreken, door de groote sommen, die hij won en waagde aan de speeltafel*. Na weder zijn instructies gegeven te heb ben, vertrok de geneesheer weer, doch toen de nacht ingetreden was, werd hij weder ontboden. De arts herinnerde zich niet, de ijlende koorts in zulk een hoogen graad gezien te hebben. Meermalen wilde Paul uit het bed springen om zich tegen Gregory te verde digen, wiens degen hem dreigde te treffen. Twee- of driemaal bij heftige bewegingen verschoof hij het verband zijner wonden en zonder de tegenwoordigheid van den dokter, die het dadelijk weder in orde bracht, zou het bloed opnieuw gevloeid zijn en zou de bleeke dageraad van den opkomenden dag slechts een lijk beschenen hebben. (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1915 | | pagina 4