STiOGRAPHISCH VERSLAG.
BIJBLAD van de „Amersfoortsche Courant" van Donderdag 30 September 1915, no. 8627.
GEMEENTERAAD
VAN
AMERSFOORT.
Openbare vergadering van den Raad der
Gemeente Amersfoort off Dinsdag 28 Septem
ber 1915, des avonds te acht uur.
Voorzitter de Burgemeester, mr. J. C.
graaf Van Randwijck
Tegenwoordig de heerenH. W. van
Ësveld, Ry G. Rijkens en N. Veis Heyn, Wet
houders benevens de heerenS. J. van
Duinen, A. Eysmk, D. Gerritsen, J. Hofland,
F. M. Houbaer, J. W. Jorissen. A. H. van
Kalken, H. J. de Kempenaer, H. Koning,
H. Kroes, A. C. R. O. Leinweber, M. R.
N. Oosterveen, J. A. Rant. A. M. Tromp
van Holst en J. van der Wal Kzn., benevens
de Secretaris de heer A. R. Veenstra.
Afwezig met kennisgeving de heer Van
Achterbergh.
De Voorzitter: Ik open deze vergade
ring.
De notulen der vorige vergadering, van
7 September, hebben gedurende den voorge
schreven tijd ter visie van den Raad gelegen
Vraagt iemand daarover het woord Heeft
een van de heeren daarover een opmerking?
Verlangt een van de heeren stemming? Zoo
niet Dan zijn ze gearresteerd.
Vervolgens heb ik dc eer U mede te
deelen, dat de heer Van Achterbergh mij
heeft verzocht, U te zeggen, dat hij vooreerst
verhinderd zal wezen, de vergaderingen bij
te wonen, wegens gezondheidsredenen.
De beer Van Achterbergh heeft, de afge-
loopen 14 maanden voor het steun-comité
werkend, met de hem eigen energie niet
alleen zijn tijd gegeven, maar ook zijn ge
zondheid niet gespaard, ter wille van de ge
meenschap. Ik ben dus overtuigd, uit üw
naam te spreken als ik den heer Van Achter
bergh een spoedig en zoo mogelijk algeheel
herstel toewensch (Instemming en bravo's).
Ik geef dan nu het woord aan d©_ Secre
taris tot het doen van de mededeelingen.
Ingekomen zijn de volgende stukken
391. Besluit van Gedeputeerde Staten van
Utrecht, dd. 13 September 1915, teAfd. No.
418/414, waarbij worden goedgekeurd de
Raadsbesluiten dd. 4 Mei 1915, 4 Mei/29 Juni
1915 en 15 December 1914/4 Mei, 29 Juni
en 7 September 1915, tot overneming van
grond van de stichting Volkshuisvesting jl*.
tot verkoop van grond aan die stichting, en
tot het verstrekken van een voorschot aan die
stichting tot een maximum van f 95 960.
De Voorzitter: Wordt voorgesteld, dit
en de ♦olgende stukken aan te nemen voor
kennisgeving.
392. Besluit van Gedeputeerde Staten van
Utrecht dd. 30 Augustus 1915, 3e Afd. No.
2173/1605, waarbij wordt goedgekeurd het
Raadsbesluit van 27 Juli 1915, No. 3301, tot
aankoop van een 18-tai perceelen grond en
een 20-tal boomen van douairière Steenberghe-
geb. Bosch van Drakestein.
Voor kennisgeving.
393. Besluit van Gedepufeerde Staten van
Utrecht, dd. 22 September 1915, 3e Afd. No.
243I/1716, waarbij de ontvangst wordt be
richt van het Raadsbesluit dd. 27 Juli 1915
No. 331', tot vaststelling eener Verordening,
regelende het bebouwen van bepaald aange
wezen gronden in de Gemeente Amersfoort*,
en waarbij dit besluit wordt goedgekeurd.
Als voren.
394. Brief van Gedeputeerde Staten van
Utrecht dd. 22 September 1915, 3e Afd. No.
■2359/15. waarbij de ontvangst wordt be
richt van het Raadsbesluit dd. 7 September
1915 tot vaststelling eener Verordening* op
het gewicht van roggebrood*.
Als voren.
395. Brief van Burgemeester en Wethou
ders dd. 21 September 1925, Afd. I No. 2421,
waarbij wordt aangeboden de Begrooting,
dienst 1916,
De Voorzitter: Wordt voorgesteld, dit
te behandelen in de afdeelingen.
396. Proces-verbaal van kasopnemlng op
3 September 1915.
Voc.- kennisgeving.
397. Brief van de vereeniging >Het Neder-
landsch Landhuishoudkundig Congres», dd.
16 September 1915, waarbij dank wordt be
tuigd voor de ontvangst van het 67e Congres
door de Gemeente Amersfoort.
Als voren.
398. Adres van M. P. J G. Brouwer, dd.
18 September 1915. houdende verzoek, de
invordering van tweemaal f 2.50 voor onder
houd van graf B 430 op de Algemeene be
graafplaats over de jaren 1914/1915. achter
wege te willen laten.
Om advies aan B. W.
399. Adres van de afdeeling Amersfoort
van den Bond van Gemeente-politiebeambten
in Nederland, dd. 24 September >915, houdende
verzoek tot herziening der salarisregeling voor
de agenten van politie te Amersfoort,
De Voorzitter: Wordt voorgesteld, dit
stuk te behandelen bij Begrooting.
400. Brief van Burgemeester en Wethou
ders dd. 24 September 1915, waarbij mede-
ueeling wordt gedaan van het schrijven, ge
zonden aan J. D. Holmer, naar aanleiding
van diens adres aan den Raad betreffende
aan zijn zoon opgelegde taken.
401. Adres van J. D. Holmer dd. 27 Sep
tember 1915. waarbij deze zich, naar aanlei
ding van de afwijzende beschikking van Bur
gemeester en Wethouders op zijn adres van
27 Augustus tevoren, tot den Raad wendt
om herstel van recht te krijgen.
De Voorzitter: B. W. stellen voor.
dit adres aan te nemen voor kennisgeving,
tenzij de Raad het wellicht wenschelijk mocht
vinden, een speciale commissie te benoemen
om hem over het bewuste onderwerp voor
te lichten (art. 57 Gemeentewet.
De heer Hofland: M. de V., dat laatste
voorstel lijkt mij het meest juiste. Als wij
zouden aannemen het voorstel van B. W.
het eerste voorstel dus, om het gewoon voor
kennisgeving aaD te nemen, dan meen ik,
dat over die kwestie iets blijft hangen in den
Raad, en in de Gemeente in het algemeen,
dat een verkeerden indruk kan maken. Ik
heb mij nog weer eens gezet tot nauwkeurige
bestudeering van al hetgeen or zoo op- en
aanhangt en ik wil dus gaarne dat tweede
voorstel van u steunen en ik wil dien steun
even toelichten.
Ik heb gevonden n.l. in de instructie van
den Directeur daAr komt alles op neer,
niet waar »de Directeur handhaaft stipt alle
bepalingen betreffende de school, door B- W.
gemaakt of nog te maken*. De vraag of, nadat
is vastgesteld het Reglement op het Middelbaar
onderwijs in 1912, bepalingen door B. en W.
gemaakt zijn, die hem veroorloven af te wij
ken van de bepalingen, vervat in het Regle
ment, dat is mij niet bekend. Die commissie
zal wellicht over die vraag het noodige licht
kunnen laten schijnen.
Wat is nu eigenlijk de kern van deze zaak.
De voorgeschiedenis wil ik even releveeren.
Wij hadden vroeger een anderen Directeur
en die had andere opvoedkundige inzichten
waarschijnlijk dan de tegenwoordige. Die is
na het vaststellen van het Reglement heen
gegaan, maar als erfstuk heeft hij ons gela
ten zijn inzichten omtrent de opvoedkunde,
neergelegd voor een gedeelte in het Regle
ment op het Middelbaar onderwijs. Nu vind
ik daarin, dat de bevordering der leerlingen
afhankelijk is van verschillende dingen. Maar
in elk geval is dat zóo geregeld, dat die be
vordering wordt vastgesteld vóór de vacantie
Art. 26 van het Reglement zegt uitdruk
kelijk, daar staat duidelijkDe beslissing of
een leerling tot een hoogere klasse bevorderd
zal worden, geschiedt jaarlijks vóór dpn aan
vang der zomervacantie, door den Directeur,
nadat de bevordering van iederen leerling in
de leeraarsvergadering behandeld is. Indien
ernstige twijfel bestaat over de bevordering,
kan de Directeur den leerling voorloopig be
vorderen* hij wordt dus bevorderd >De
definitieve beslissing wordt in dat geval uiter
lijk vóór de Kerstvacantie van het nieuwe
schooljaar door den Directeur, na behandeling
in de leeraarsvergadering, genomen, op grond
van de rapportcijfers, door den leerling in be
doeld tijdsverloop behaald*.
Als nu een oogenblik twijfel bestaat of een
leerling kan worden overgeplaatst naar een
hoogere klasse, wordt hij voorloopig bevor
derd en dit wordt pas definitief, nadat de
leeraarsvergadering daarover is gehoord en
op grond van de rapportcijfers, tusschen de
groote en de Kerstvacantie behaald, is vast
gesteld, dat de leerling voldoende vorderingen
heeft gemaakt.
Wat is er nu gebeurd in zake de kwestie-
Holmer. Er és aan een leerling opgedragen
werk te verrichten, taak-werk in de vacantie.
Daartoe bestond, krachtens de Instructie en
krachtens het Reglement geen recht. Er is
dus*inbreuk gemaakt op de rechten en bepa
lingen, waaronder de leerlingen de school
bezoeken en die natuurlijk de goedkeuring
moeten wegdragen van de ouders, want anders
sturen zij er hun kinderen niet heen.
Maar nu is er nog wat anders. Nu staat
in art. 5 alinea 4 van het Huishoudelijk reg
lement »Leerlingen, die ten gevolge van
gebr ;k aan vlijt onvoldoende cijfers verkregen
bobben, kunnen door den leeraar bij den
Directeur in aanmerking worden gebracht
voor vacantie-werk in het betreffende vak*.
Nu draait alles dus hierom, M. d. V., of de
leerling, waarover het gaat, gebrek aan vlijt
heeft getoond. Nu heb ik hier het officieele
.staatje van dieu leerling en dan vind ik onder