Witte week SIRAX I Speciale verkoop van WITTE GOEDEREN algemeene FIRMA M. A. RAMSFLAAR. Winkelhuis Tachtig Millioen Gulden Huwelijksuitzetten Luiermanduitzetten te onze LIBERIES Bijzondere gelegenheid voor den aankoop van uitzetten en de bijvulling der Linnenkast $51* I»ets PAMDBRlEVKMi 4 Noord - Amerikaansche Hypotheekbank ►0 TE HUUR GEVRAAGD EEN WINKELHUIS op eersten stand. Brieven met omschrijving onder letters W. H. aan het Bureau der Amers- foortsche Courant, Kortegracht 9. bedragen de Uitkeeringen gedaan in 34 jaar door de Maatschappij van Levensverzekering en Lijfrente DAMRAK 74 - AMSTERDAM De Grootste Nederlandsche Hoofd-Inapectcur H. DOVER, ffilhelminastraat 14, DEN HAAG PSF" Vergeet niet gedurende de de Magazijnen in de KROMMESTRAAT 2, 4 en 6 te bezoeken. van WITTE GOEDEREN van inlandsch fabrikaat worden in de Witte Week belangrijk verlaagd. LINGERIES. LAKENS EN SLOOPEN. TAFELGOEDEREN, HUISHOUDGOEDEREN. GORDIJNEN. WITTE STUKGOEDEREN. WITTE STOFFEN. WITTE BLOUSES. WITTE JURKEN. WITTE NOUVEAUTÉ'.S. verwerken wij uitsluitend prima kwaliteiten. m L* A' Bovendien worden in elke afdeeling, welke hiervoor in aanmerking komt, speciale Witte-Wcek-aanbie- ItRRÏI 7innT7RT)flll1(rRT1 dingen ten verkoop aangeboden, welke buitengewoon prijswaardig zijn, doch wij wijzen er met nadruk uuuu fjlullhluuuluguu. op dat de prijzen slechta bindend 2iji, tot i Maart. Stoomwasseherij W. G. BURGER. =5* ZEIST. <S=s—- AMERIKAANSCH SYSTEEM. Wassehen geheel opgemaakt of droog toegeslagen GOEDE BEHANDELING. BILLIJKE PRIJZEN Goederen worden te Amerstoort 's Woensdags franco gehaald en gebracht. 2PV~ PROSPECTUS wordt op aanvrage gratis toegezonden. beste schuurmiddel der we reld voor potten, pannen, houtwerk, blik, enz. Vraagt monster bjj winkeliers of drogist. DER 0 te LEEUWARDEN 0 A Kosrs van uitgifte 100 pot. Telkens na ÏO jaar pari aflosbaar. jL Vr VERKRIJGBAAR TEN KANTORE DER 4^ Commanditaire Bankvereeniging H. L. A. DULLAERT Co. te Amersfoort, ScberpeDzeel es Soest. FEUILLETON. ifil'ï 3-) »En dit is al de tweede keer binnen zes maanden, dat er bij u aan huis wordt gestolen »Ja, de tweede maal, den diefstal in Ma- maroneck-huis meegerekend, en u kunt wel begrijpen, dat het mij ontzaglijk hindert. Het kan me niet zoo veel schelen, dat het ding weg is, maar wel het feit, het onverklaar bare, het geheimzinnige feit, dat een dief kan binnendringen en een streng paarlen en daarna een snoer diamanten kan wegnemen, zonder dat hij een spoor achterlaat". «Zij hebben wel een spoor achtergelaten*, verkondigde Weidier kalm. «Ik zou Lucy Braley toch wel eens graag willen zien*. «Verdenkt u haar?* vroeg Dunseith met een ontevreden blik. «Neen, maar zij kan mij misschien helpen om achter de waarheid te komen, als zij ten minste maar praten wil*. «Maar ze zal niets kunnen zeggen, omdat ze niets weet. Ze is er in het geheel niet bij betrokken*. «Maar ze is nu al bij u zoo lang als u getrouwd bent?* «Ja natuurlijk*. «Hoe lang is dat?* «Bijna twee jaar; deze collier was eigen lijk een cadeau van mij aan mijn vrouw op onzen trouwdag*. «Dan stelde zij waarschijnlijk niet alleen prijs op dat snoer om de kostbaarheid?» Dunseith glimlachte. «Bescheidenheid verbiedt me, dat te be vestigen*. Weidier, die gebogen stond over het ju weelenkistje, nam er een eenvoudigen gou den ring uit met een enkelen turkoois. De ring was veel te groot voor een vrouwen vinger. «Dezen ring bewaarde mevrouw zeker óok om bijzondere redenen* vroeg de detective terloops. «Ik zou zoo zeggen, dat die niet van u kan zijn; ik vind hem hm, neem mij niet kwalijk, dat ik het zeg - daartoe te plomp*. Dunseith keek even naar den ring. «Waarschijnlijk*, antwoordde hij, «dat her inner ik mij niet meer!* «Die ring is dus werkelijk niet van u?« Dunseith lachte weer. «Ik zou het^ niet denken*, gaf hij spottend toe, terwijl hij over den schouder van den zooveel kleineren Weidier keek. Do ring werd in het kistje teruggelegd. De wantrouwende oogen van Weidier zwier ven weer over de gouden en zilveren voor werpen die op de toilettafel lagen. «Het is wei neei merkwaardig*, zeide hij peinzend. «Ja, heel merkwaardige, stemde de heer des huizes toe. Weidier stond weer in gedachten verloren. «Zou ik mevrouw Dunseith niet een enkel oogenblikje kunnen spreken?» vroeg hij ein delijk. De heer des huizes aarzelde. «Als u denkt, dat u er iets bij winnen zult «Niet veel, ben ik bang», bekende Weid- Ier. «Ja, zooals ik u al zeide. Die heele geschie denis heeft haar erg zenuwachtig gemaakt*. «Dat begrijp ik, maar als ze me éen oogen blikje «Ik vrees, dat mevrouw Dunseith u niet veel verder zal kunnen brengen*. «Er is een duizendste kans, dat zij mij een nieuw gezichtspunt, een «Geen quacstie van, want ze is nog meer van de wijs dan ik*. «Ze zou me toch kunnen heipon om een theorie op te bouwen*. «Wilt u dan, dat ik haar roep?* «Als u er niets op tegen heeft, gaarne*. Dunseith liep met een koelen glimlach naar de deur van het boudoir. Weidier stond onbeweeglijk, terwijl de ander door de deur op het portaal kwam. Hij luisterde oplettend naar het klopje op de deur daar naast en naar Dunseith's stem, die veel zachter klonk toen hij riep: «Marion, kan je even hier komen?' Toen nam Weidier met een ongelooflijk snelle beweging een zilveren vaas op, wreef die zorgvuldig op met zijn zakdoek, en zette haar weer op de tafel. Verder nam hij den turkooizen ring, aarzelde even, en toen hij stappen naderbij hoorde komen, liet hij hem snel in de zilveren vaas naast zich vallen. Hij stond met zijn rug naar de tafel, zijn zwart dopje in zijn hand, naar het plafond te turen, toen mevrouw Duseith de kamer binnenkwam. >U wilde mij spreken zeide ze heel kalm, even glimlachend om dat onaanzien lijke mannetje. Weidler's gelaat, dat hij naar het plafond ophief, was zoo schuldeloos en effen als van een serafijntje. „Het spijt me u lastig te moeten vallen*, begon hij, toen zijn verlegen blik den haren ontmoette. Het eerste, dat hem trof, was haar lengteze moest minstens vier duim lan ger zijn dan de detective zelf. Daarna viel haar doodelijke bleekheid hem op. Hij zag echter wel, dat die kleurloosheid - 'voluut geen afbreuk deed aan haar schoonheid. Hij vertrouwde altijd sterk op zijn instinct en hij hield van dat gelaat van het oogen- blik waarop hij het zag, want deze hard werkende vrijgezel, die zoo heel weinig ver beeldingskracht scheen te bezitten, aanbad in alle stilte mooie vrouwen. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1916 | | pagina 4