OPENING
(Rijks) Veevoeder-bureau „utrecht". October-Distributie van Veevoeder.
■■■aaoHia
Verhoog-ingItierprij»
Veevoeder-distributie voor DECEMBER 1916.
Het veevoeder-bureau Zwolle
Het veevoeder-bureau Zwolle
15 November aanstaande.
Het veevoeder-bureau Zwolle.
DE HUISHOUDGIDS
AMERSFOQRTSCHE MJT11MÜTSCHAFPIJ
WITTE GOI IM IU V
M. H. VAN RAALTE
W. H. MEURSING,
MIRJAM.
Bestclkiljetten voor Veehouders en Aanvraasr-foriiinlieren
voor Handelaren, Aankoop-vereenigingen en andere
Organisaties voor de
DECEMBER- en de JANCARI-levering
van Veevoeder zijn, van Vrijdag 3 November a. 'snam. 2 uur af, ten kantore van
het Veevoeder-bureau, t'atharijnesingel 49 te UTRECHT, verkrijgbaar tegen betaling
van 7 cent per aanvrang-l'oruiulier en 2 cent per beslelbiljet en per iulegbiljet.
Aan hen, die per brief bovengenoemde biljetten aanvragen, zonder het vereischte
betalingsbedrag en de frankeeringskosten daarbij in te sluiten, wordt een en ander als
verreken-pakket toegezonden.
Alleen bestellingen en aanvragen op DEZE formulieren zullen door de Veevoeder-
bureaux als geldig worden erkend. Deze aanvraagformulieren, onder bijvoeging der
verklaring van hun Burgemeester, moeten eveneens gebruikt worden door de daartoe
door hun Burgemeester gemachtigde winkeliers, die pluimveevoeder afzonderlijk aan
vragen.
Handelaren, organisaties en winkeliers in kippenvoeder worden er op gewezen, dat
aanvragen van zo ooo Kilo of daar beneden moeten worden ingediend bij een grossier,
die deze gezamenlijke aanvragen indient bij het Veevoederbureau.
De nieuwe Distributiewet in aanmerking nemende, wijzen ondergeteekenden er de
aanvragers op, vooral zorg te dragen, dat Veehouders niet MEE11 aan vragen dan zij
beslist voor hun vee noodig hebben, en dat iedere Veehouder niet meer dan tfen
bestelblljet indient en ZELF onderteekent.
Publiekrechterlijke lichamen, die voor December en volgende maanden wenschen
gebruik te maken van de gelegenheid, waarin zij door de Regeering gesteld worden,
om vol rantsoen te verkrijgen, gelieven zich schriftelijk aan te melden bij ons Bureau,
met juiste opgaaf van het aantal paarden.
Het Veevoeder-bureau «Utrecht»,
J. DAS Dzn te Utrecht.
Th. A. van EYCK, te Utrecht.
C. HOOGHIEMSTRA, te Utrecht.
A. J. I.OOXMA VAX WELDEREN
baron REXGERS, te Amersfoort.
M.J.L. BARON TAETS VAN AMERONGEN,
te Renswoude.
gaat HEDEN io.
Amsterdam, i November 1916. De Bond van Nederlandsche Brouwerijen.
geeft hierdoor kennir.'dat de BESTELBII.JETTEN voor veehouders en de AAN
VRAAGFORMULIEREN voor handelaren, aankoop-vereenigingen en andere organi
saties, en de VERZAMELSTATEN voor grossiers voor de DECEMBER-LEVERING
van veevoeder waaronder thans ook mais, boonen, tarwegrint, tarwezemelen en tarwe-
gries VRIJDAG 3 NOVEMBER des namiddags 2 uur aan het Bureau verkrijgbaar
zijn a 2 cent per stuk.
Alleen deze formulieren zijn geldig
en wel voor alle veevoeder-bureaux.
Bij tijdige opgave van bestellingen, vergezeld van de gelden, worden de
biljetten franco toegezonden.
Belanghebbenden worden gewezen op de gewijzigde bepalingen betreffende de
grossiers en tusschenpersonen, in het besluit vai. den Minister van Landbouw dd. 31 Decem
ber 1916 opgenomen, welk besluit op de keerzijde der bestelbiljetten is vermeld.
Do termijn van aflevering van de Oetober-distributie
van Veevoeder is VEREEND 1) tot en met
Gouden Medaille, Gent 1908.
Onder redactie van mevrouw W. van der VECHT, Oud-leerares in Kok
en Voedingsleer.
Dit tijdschrift verschijnt eiken Zaterdag.
Proefnummer* gratis en franco verkrijgbaar bij iederen Boekhandelaar e
het bureau van »DE HUISHOUDGIDS.
Burgstraat 65, UTRECHT.
WESTSINGEL 3S - TELEFOON 45
van onze atdecling
Langostraat No. 37 - Amersfoort.
MACHINALE FABRIEKEN VAN GEBAK.
Afdeeling „BROODFABRIEK",
Amersfoort.
Van en met Maandag 30 October 1916 zijn de broodprijzen:
Melkwittehrood i/3 E.G. 16 cent, */4 K.G. 24 cent, 1 K.G. 32 cent
Van het volgens deze prijzen van deze fabriek outvangeu en betaalde brood
zal het 10 pCts. dividend worden uitgekeerd op den gewonen tjjd.
FEUILLETON.
'5-)
Ofschoon zij achterover in haar stoel
leunde en beleefd met schilderen had opge
houden, terwijl hij zoo ernstig sprak, wer
den haar oogen glansloos als zwarte paarlen.
Toen hij opmerkte.dat haar gedachten waren
afgedwaald, gaf hem dat een vreemde ge
waarwording, alsof hij tot een medium sprak,
tot wie zijn stem niet doordrong. En plotse
ling zijn mededeelingen afbrekend, kwam
hij spoediger tot rijn conclusie, dan hij van
plan was geweest.
Ik wenschte, dat u wist, dat ik het niet
heb gedaan, eindigde hij op een toon, alsof
hij vroeg, om een uiting van haar geloof
in hem lomdat u zooveel heeft gedaan om
mij te helpen».
»0, maar ik zou u even goed geholpen
hebben, of u het gedaan hadt of niet».
>Maar mij dunkt, het moet toch eenig
verschil voor u maken», riep hij ongeduldig,
»als u weet, dat ik het niet deed».
«Als ik er lang over nadacht, zou dat,
geloof ik, ook wel het geval wezen», stemde
zij langzaam toe.
»Nu, en wilt u dat?» smeekte hij, «om
mij pleizier te doen?»
«Misschien als u weg bent, maar voor
het oogenblik moet ik er al mijn gedachten j
bij bepalen, hoe ik u weg kan krijgen. Om
daarover te spreken, ben ik juist vanochtend
gekomen».
Indien zij had willen vermijden, hem haar
opinie te zeggen aangaande zijn schuld, of
onschuld, dan had zij zich daarvan niet beter
kunnen afmaken. De middelen tot zijn ont
snapping interesseerden hem zelfs meer dan
de kwestie van zijn onschuld. Toen zij weer
sprak, waren al zijn geestvermogens geheel
geconcentreerd op dat cene punt.
«Ik geloof, dat de tijd voor u is aange
broken om te gaan». Haar stem beefde bij
dat laatste woord, doch hij merkte dat niet
op. De houding van zijn lichaam, de uit
drukking van zijn gelaat, de tinteling in
zijn grijze oogen vormden éen groot vraag-
teeken.
«Gaan?» vroeg hij, nauwelijks hoorbaar.
«Wanneer?»
«Morgen».
«Hoe?»
«Dat zal ik u dan vertellen».
«Waarom kunt u 't mij nu niet zeggen?»
«Dat zou ik wel kunnen doen,! als ik
zeker was, dat gij geen bezwaren zoudt
maken; maar ik weet, dat dit zal gebeuren».
«Zijn er dan bezwaren te maken?»
«Die zijn er bij alles. Er is geen plan
van ontsnapping, dat u niet zal blootstellen
aan menig gevaar^ E11 daarom vind ik het
beter, dat u die niet van te voren ziet».
«Maar is 't wel goed, niet-voorbereid te
zijn?»
>U heeft na uw vertrek al den tijd om
u voor te bereiden. Al lijkt u nu ook alles
geheimzinnig, morgen, als ik kom, zult u
weten, wat ik daarmee bedoel. Ik zal hier
's middags om zes uur zijn».
Met die mededeeling moest Ford zich
tevreden stellen, terwijl hij in afwachting
van den aangegeven tijd een slapeloozen
nacht en een dag vol ongeduld doorbracht.
Zij kwam stipt op tijd. Voor het eerst
had zij haar hond niet bij zich. De eenige
verandering, die hij in haar voorkomen kon
opmerken, was een korte rok van ruwe stof
in plaats van haar gewone linnen of mous
selinen costuum.
«Gaan we door de bosschen vroeg hij
«Niet ver. Ik zal u brengen langs het
spoor, dat naar deze plek leidde eer ik de
hut liet bouwen en het pad liet maken».
Onder het spreken nam zij hem nauw
keurig op. «Het zal gaan», zeide ze einde
lijk met een glimlach, „In dit flanellen pak
en met uw baard zal niemand u aanzien
voor den Norrie Ford van vóór drie weken».
Het lag voor de band, dat hij den gloed
in haar oogen en het trillen van haar stem
aan de opwinding van het oogenblik toe
schreef, want hij kon zien, dat het avon
tuurlijke haar aantrok, Weer sprak zij
haastig, misschien o'm te verbergen, dat
zij eenigszins verlegen werd onder zijn blik.
«Wij hebben geen tijd te verliezen. IJ
behoeft niets van hier mee te nemen. Nu
moeten wij maar gaan».
Hij volgde haar over den drempel en
en toen zij zich omkeerde om de hut te
sluiten, had hij tijd, een afscheidshlik te
werpen op de hem zoo bekend geworden
heuvelen, die nu bij het ondergaan der zon
in een violetkleurig waas waren gehuld.
Een seconde later hoorde hij haar haastig
zeggen «Kom», terwijl zij het nauwelijks
zichtbare pad ooging, dat naar boven leidde
over den rug van den berg.
Het was een stevig eindje klimmen, maar
zij spoedde zich voort met de zelfde nimf
achtige vlugheid als op den avond toen
zij hem naar de hut had gebracht Tusschen
de oorspronkelijke beplanting van csschen
en pijnboomen bevond zich kreupelhout,
zóo dicht ineen gegroeid, dat niemand dan
een wezen, begiftigd met een aangeboren
instinct voor de bosschen, de onzichtbare,
alleen begaanbare lijn zou hebben kunnen
vinden. Maar die lijn was er, en zij vond
haar zonder een oogenblik te pauzeeren,
zonder te sprekenalleen keek zij van tijd
tot tijd achterom om zich te overtuigen,
dut hij in het gezicht was, tot zij den kop
van den koepclvormigen heuvel bereikte.
Zij kwamen plotseling op een rotsachtig
terras, waaronder een mijl lager het meer
Champlain zich bijna in zijn gcheele lengte
uitstrekte, van den onduidelijken steilen
oever var. Crown Point tot aan de ver
wijderde wolkachtige bergen van Canada.
«IJ kunt hier een oogenblik gaan zitten»,
zeide ze toen hij boven kwam.
(Wordt vervolgd.)