Donderdag 18 Januari 1917. No. 8826 67$ Jaargang Stadsnieuws. Uitgave van de Naainlooze Vennootschap „De Amersfoortsche Courant, voorheen Firma A. H. van Cleeff". HOOFD-REDACTEUR F. J. 7RZDZBISS. AMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Abonnement per 3 maanden 1.— franco per postƒ1.15. Advorteutiën 1—6 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bijregel- abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieele- en onteigenings- advertentiCn per regel 15 cent. Reclames 1—5 regels 1.25 Bewijsnummers naar bulten worden in rekening gebracht en kosten, evenals afzonderlijke nummers, 10 cent. j Bij advertentiCn vau buiten de stad worden de incasseerkosten ln rekening gebracht. XORTEGFACHT 9. Verruwing. Er zijn nog geen vergelijkende statistie ken openbaar gemaakt, welke betrekking hebben op het heengegane jaar #n die zijn ge plaatst naast die van vorige jaren, waaruit wij besluiten zouden kunnen trekken ten aanzien van vordering of teruggang op eenig gebied, en hetgeen wij hier gaan zeggen, i» niet met cijfer» te etaveu, maar uit de berichtgeving der bladen van den laataten tijd hebben wij den indruk ver kregen, dat het voortduren van den oorlog niet slechts in de vele landen, waar hij wordt gevoerd, doch ook in de weinig», die niet rechtstreek» in den strijd zijn ge mengd, van hooget bedenkelijke uitwerking is op de algemeen» zedelijkheid. Op de eerste plaats zij de aandacht ge vestigd op het, naar het ons toeschijnt, toenemend aantal zwar» misdaden tegen het leven en den eigendom. Elk blad, dat wij ln handen krijgen, vermeldt een nieuwe reeke van beidede eerste, gepleegd hetzij in grootc koelbloedigheid, hetzij in een drift bui, ontstaan door onbeduidende oorzaken de andere met zeer lietig overleg, onder medewerking van elimme handlangers, die den buit in veiligheid brengen. Men leest van benden zelf» zeer jeugdig» booedoeuer», goed georganiseerd en moeilijk op te sporen vau broeinesten vau miadadigeri, die ver takt zijn in onderscheidene plaataeu en een algemeen gevoel van onveiligheid rij»t ■it de ervaring, dat zelfs de kunstiget ver vaardigde beschermingsmiddelen ulet be stand zijn tegen aauslagen. Vervolgen» hebben wij bet oog op de toestanden aan en nabij de grenzen. Een groot deel van de bevolking en waarlijk niet uitfluitend van hetgeen men gewend is, de lagere volksklasse te noemen leeft daar op voet van oorlog met de landswetten en baar uitvoerders, en men heeft dag aan dag op onderscheidene plaatsen het droevig schouwspel, dat de met ambtelijk gezag be- kleede militaire wachter» op eigen landge- nooten het vuurwapen moeten richteu, dik wijl» met doodelijk gevolg. Van de moreele verwording, door de smokkelarij ontstaan, is het moeilijk een voorstelling te makenvroeger eerlijk» en vlijtige arbeider» worden er ln meegesleept de grofste winstbegeerte mengt zich met de zucht naar het avontuurlijke; zelfs kinderen doen er aan mee, worden er ale het ware in grootgebracht, en ook gebeurt het niet zelden, dat militairen, belast met de be strijding van het kwaad, er san gaan deel nemen, plicht en eer vergetende ter wille van de gevaarlijke, maar dan ook zoo ruime winst. In weer andere kringen wordt, met ter zijde stelling van alle beginselen van solida riteit, getracht uit den moeilijken economo- schen toestand zooveel mogelijk voordeel te trekken. Daar worden gewoonlijk geen wetten overtreden, daar stelt men zich niet bloot aan strafrechterlijk» vervolging, en kan alleen de toepassing vau het >elk voor zich* op zoo ruim mogelijke schaal worden ten laste gelegd. En tochia het op de eplt» drijven van persoonlijke en materieele belangen, onder bewering, dat leder maar van de omstandig heden moet weten te profiteered geen ernstig teeken van achteruitgaande be schaving is het niet mede, gelijk de hier boven aangestipte verruwingsverschijnselen, een bedreiging voor de toekomst Men heeft den oorlog geprezen als een opwekking van den volksgeest, als een aansporing tot kloeke daden, als een gele genheid tot ontplooiing van groote eigen schappen, en ook in tijdperken van vrede is dat nagepraat. Wij zullen ons niet bezig houden met pogingen om de waarde te ver kleinen van de talrijke blijken vaa trouw, van heldenmoed, van onbegrensde plicht vervulling, die de wisselvalligheden van den strijd te aanschouwen geven; alleen zouden wij de vraag mogen stellen of die voor trellijke blijken van menecbenadel niet aan den dag treden in het gewone leven der maatschappij, of gelijkwaardige daden niet worden verricht buiten het krijgsrumoer, of een achtergrond van vuur en bloed noo- dig is om heldenfiguren krachtiger te doen uitkomen. Als er nog zijn, die van de regeneree- rende werking ven den oorlog een geloofs artikel maken, het is niet onwaarschijnlijk, dat de hedendaagsche ondervindingen hen van Inzicht doen veranderen. Eu al mocht de nood dee vaderland» in dezen strijd, dien ieder volk, dat er aan deelneemt, beschouwt ale te zijn >opgedrongen«, de liefde en de toewijding tot den hoogsten graad van span ning kunnen brengen, dat weegt in de verste verte niet op tegen de verharding, die het noodzakelijk gevolg moet zijn van zóo ruwe, zóo verbitterde worsteling. Er zijn, van het oogenblik waarop de ■trijd werd Ingezet door een rechtsverkrach ting zooals de wereld misschien nooit heeft gezien, van weerszijden gepleegd» daden van wreedheid, die niet meer mogelijk wer den geacht na negentien eeuwen van Christe lijke beschaving; er is een golving van verbeestelijking gegaan over ons arm» werelddeel, en al de onrustwekkende ver schijnselen, die zich voordoen buiten bet gebied van den eigenlijken krijg, hoeden daarmede verband. Terecht wordt reeds nu met ernst ge sproken over den te verwachten toestand ua den oorlog, over de te duchten gevolgen van de algemeene inzinking, die eerst din zeer duidelijk zichtbaar worden, als er geen actie meer zal zijn op het strijdtoonoel en met het opruimen van de rutnee een aan vang wordt gemaakt. Het verlies van men- scbenlevens, het waardeloos geworden zijn ven allerlei uit economisch oogpunt, treedt bij bet opmaken van de rekening het meest in aanmerking; en wanneer het er op aan komt, volgen» de geijkte uitdrukking «de wonden te heelen, die door den oorlog zijn geslagen», dan wordt niet op de eerste plaats gedacht aan herstel van de zedelijke schade. Dat deze zeer belangrijk zal blijken, is wc) te vreezen. De zenuwen der mensch- heid zijn geschokt, overspannen, en nog wel vele anderen dan wie ontkomen aan de moorddadigheden der loopgraven, zullen daarvan blijken geven. Fr moeten op elk gebied normale toestanden intreden, waar aan men zich opnieuw heeft aan te passen. Er zal komen In de landen, waar de vredesklankeu met hoeveel verzet ook van den kant der belanghebbenden ont vangen toch wel een straaltje hoop hebbeu doen opleven, een kalmte vau krachtverlies, gelijk over ten doode ver moeide kampvechters zich spreidten deze moet de verruwing weer doen verdwijnen. Waar uoolt Iets anders werd begeerd dan een z.oo spoedig mogelijk heretel van den vrede, en niettemin de openbare zeden eeu zwaren schok te verduren hebben ge had, zal ook de gemeenschappelijke arbeid van allen moeten worden aangewend om de loegerukte draden der beschaving weder aan te knoopen er zal veel reinigingswerk te verrichten zijn om te verwijderen al hetgeen met den opgezweepten oorlogs vloed naar binnen is gespoeld. Wat ieder van ons daarbij te doen zal vinden, ia moeilijk te zeggen maar allen kunnen wij er ons reeds op voorbereideu. Van de repressie der openbare verruwing, zich uitende door handelingen in strijd met wet en orde, krijgen alleen zij een aandeel, die door hun ambt daartoe geroepen zijn de vervulling van die taak moet ateun vinden in den volksgeest. Dezen iu het rechte spoor te houden of terug te brengen, is het werk van ieder, die ook maar eenigen invloed heeft op zijn omgeving. Wij moeten trachten te worden hetgeen wij nog niet geheel zijn een be schaafd volk. Op i Januari van dit jaar waren in de Ned. Hervormde kerk vacant 47 predikante plaatsen, of 5 meer dan op 1 Juli, terwijl slechta 17 candidaten tot den Heiligen Dienst beschikbaar zijn, tegen 49 op 1 Januari 1916. In 1916 zijn 17 predikanten overleden, 18 werden emeritus, 9 gingen over tot een anderen werkkring, terwijl 2 nieuwe predi- kantaplaatsen ontstonden, ln 't geheel kwa men dus 46 plaatsen open. In dc provincie Utrecht waren vacant elf plaatsen, n. I. Ter Aa, Benschop, Bunnik, blauwkapel, Eemnee-buiten, de Meern, Montfoort, Polsbroek, Utrecht (t plaats), de Vuurache (welke 1.1. Zondag werd bezet) en Zuijlen. In de Lutkersche kerk hier hoopt aan- staandeu Zondagochtend voor te gaan de. J. L. F. de Meijere, uit Haarlemin de Doopsgezinde kerk ds. S. Lulofs, uit 'e-Gra- venhage. Ook de Burgemeester van Rotterdam sprak over de Distributie-wet en gewaagde van de «bijna ontstellend» wordende koeten van de gevolgde levensmiddelen-politiek, óok voor de Gemeeuten, die er slechte éea tiende gedeelte iu te dragen hebben. Mag men, zoo zeide hij, om eeu voor beeld te noemen, de Rolterdamacbe cijfers over de maaud November aanvaarden als maatstaf voor het geheele jaar en voor het geheele laad. dan zou alleen voor den toe slag op varkensvleesch raim 41 millioen guldeu uit de publieke kaeeeu worden ge vorderd; voor dien op melk bijna 21 mil lioen; waarbij dan nog komen het bruine brood, de aardappelen en zooveel meer. Voort» weea hij erop dat, hoe gaarne men ook de duurte zou verjagen, verkoop be neden den kostenden prij» niet het meeat doeltreffend middel kau zijn om met schaarache voorraden lang toe te komen. Bij het afdeelingeonderzoek van het wets ontwerp tot overbrenging van een gedeelte van den Rijkeweg Eemnes—Hoevelaken in beheer en onder bij de Gemeente Amers foort werd door Tweede Kamerleden o.a. de opmerking gemaakt, éat uit het be paalde in art. 2, onder 2 schijnt te volgen, dat de eigendom van het over te brengen weggedeelte bij het Rijk blijft, maar dat uit het bepaalde onder j eerder is op te maken, dat de Gemeente den eigendom be komt Zij vroegen welke opvatting de juiete is. Wat zal met betrekking tot den eigen dom het gevolg dezer wet zijn P Andere leden meenden, dat het niei de bedoeling 1», door deze wet Iets omtrent den i eigendom van het weggedeelte te beslissen de regeliag, In art. 2, onder 2 getreffen voorde beplanting, staat geheel op zich zelve. Eeulge leden verklaarden met voldoening te hebben ontwaard, dat de Mieieter in dit wetsontwerp niet heeft vaetgehouden aaa de practijk, dat de wegoverdracht geechiedt als traverse op den voet van het Kon. be sluit van 10 September 1814. no. ja. Burgemeester en Wethouders hebben den Raad doen toezenden een afdruk van een rapport, uitgebracht door de afdeeling voor Maatechappelijken arbeid, betreffende de stijging van huurprijzen van woningen ln deze Gemeente. Na er op gewezen te hebben, dat iu art. 1 van het ontwerp-Huurcommieeiewet is op genomen, dat de verhuurder den huurprjj» van 1 Januari 1916 wettig met 10 pet. kan verhoogen, wordt vooropgesteld, dat men bij consequente doorvoering van de ge dachte, welke heeft voorgezeten bij het In dienen der wet, de huurprijzen van Augustus 1914 (uiterlijk van 1 Januari 1915) ala maatstaf had moeten stellen, daar het op drijven der huren van vele woningen reed» heeft plaat» gevonden vóór 1 Juli 1916. Van de 3642 huurwoningen, in Maart 1913 geteld, zijn in 1916 verhoogd tot Januari 1717, of 47.1 pet., en tot 31 Decem ber 173J, of 47.6 pet. Van de 3203 woningen tot en met f6 huur iu Maart 1913 aanwezig waren op 1 Januari 1916 niet minder dan 580 verhoogd en in December van dat jaar 1606, terwijl na 1 Januari 1916 nog weer verhoogingen hebben plaats gehad. Vele eigenaren, dl» reeds vóór 1 Januari 1916 de huren verhoogden, zyn daarmede geregeld doorgegaan, terwijl de andere eigenaren, die niet verhoogden vóór 1 Ja nuari 1916, dit met betrekkelijke uitzonde ringen niet deden. Op grond der gegevens wordt dan ook geconcludeerd, dat de aangebracht» wijzi ging in het ontwerp-wet, waarbij 10 pet, verhooging boven den huurprija van t Ja nuari 1916 vrij blijft, zeer veel van de waarde der wet doet verloren gaan. Daar komt nog bij, dat door het wets ontwerp een verhoogitig van den huurprijs over de geheele linie wordt gesanctioneerd van 10 pet. boven en behalve de verhoo gitig, voortvloeiende uit exploitatie-koeten. Hiermede zou men kunnen accoord gaan, iudien alle verhoogingen sedert het begin der crisie onder de wet vielen. Doch nu dat niet bet geval ia, wordt, zooala uit de verzamelde gegevens bleek, het doel «wet telijke beatrijding van onredelijke huurver- hooging» voor verreweg de meeste gevallen niet bereikt. Zelf» blijven, met nam» de verhuurder», die er *1» de kippen bijwaren om de huren te verhoogen dat zijn zij, die dat deden vóór 1 Januari 1916 geheel buiten achot en krijgen zij zelf» ver gunning, voor zoover zij het nog niet deden, de huren nog een» met 10 pet. te verhoo gen. De Kamer van Koophandel en Fabrie ken zal hedenavend een openbare verga dering houden ten Raadhuize. Aan de dames E. de Kempenaer en M. baronesse Lewe van Middelstum, helpsters van het Roode Kruis bij de Ne- derlandsche ambulance In Frankrijk, werk zaam in bet hospitaal aan den Pré Catelan te Parija, ia toegekend de eere-medailie in zilver van het Legioen van Eer. Toen juist een jaar geleden Pisuisse hier was met Heming en een dame en hij, die toch waarlijk zich niet behoeft te verklee- den, om harentwil als Brctonsche boer op kwam, hebben we dit betreurd publiek in heel bet land heeft one later in het gelijk gesteld sa gisteravond waa het drietal weer geslonken tot de twee, die elkaar zoo uit muntend aanvullen. Swiep waa weer de fijtibegaafde confé rencier, die een traan én een lach weet op te roepen en meer dan eenlg ander de kuuet verstaat', contact te mrken met zijn auditerium eu dit contact te bewaren. Zó# toen hij opkwam, een hartelijk applaus uit de vrij goed gevulde zaal met vele getrouweu hij een enkel woord over de lichibesparing en dra zat men er mid denin. Hij zou nieuwe liedjes geven, een gehr ni> uw programma, eu leidde dit op gehee. nig. wijze In. Eerst de oude cabaret-kunst, toen het cabaret nog geen atallea en allerlei enwe- zenlijks had, doch nog geheel was het intieme cabaret. En als eerste ging «La voleuse rouge», van Maurice Boukay, den dichter-zanger van «Tu t en Irae le» pied» devant» ge volgd door het chemineau-liedje van Henri Bernard «l.e vieux mendiant». Daarna bet moderne cabaret, de «chanson vécue», en daarvan «La folie verte»', van Georges Sibre, dat een geweldig applaus lokte, afgewisseld door «Ma femme et ma pipe», getoonzet door Max Tack en, nu hij tóch buiten zijn boekje was gegaan, door «Eu waggon», het koddige geval van het jonge, menscb met het boekje sigarettenpapier en den notaria met zijn courant.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1917 | | pagina 1