AMERSFOORTSGIE COURANT.
Dinsdag 10 April 1917.
No 8861.
67e Jaargang.
Uitgave van de Naamlooze Vennootschap „De Amersfoortsche Courant, voorheen Firma A. H. van Cleeflf".
HOOFD-REDACTEÜR
F. J. FREDlEIKc
AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Abonnement per 3 maanden j 1.
franco per post/1.15. Advertontién «—6 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bijregel
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieele- en onteigening#-
advertentiön per regel 15 cent. Reolamss 1—5 regels /1.25 Bewijsnummers naar buiten
worden in rekening gebracht en kosten, evenals afzonderlijke nummers, 10 cent. j
Bij advertentiön van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
BUttEAU:
ZORTSGRACHT 9.
KENNIS <1 E VING N.
BROOD kx MEEL.
De Burgeneestcr der Gt
foort
maakt bekend, dat de Minister van Land
bouw, Nijverheid en Handel,
gezien zijne beschikking van 22. januari
1917, no "öto, afdeeling Handel, gelijk
deze is gewijzigd bij zijne beschikking van
14 Maart lot;, no. 5496/30, afdeeling Rijks
bureau voor de Distributie van 'iraan en
Meel («N'ed. Staatscourant» van 14 Maart
1917, no. 62),
heeft goedgevonden te bepalen dat zijne
beschikking van 14 Maart 1917, no. 5496/36,
afdeeling Rijks-bureau voor de Distributie
van (iraan en Meel, met ingang van 7 April
1917 als volgt zal worden gelezen:
A. De maximum-prijs, vastgesteld inge
volge art. 2 der Distributie-wet 1916, van
Regeerings-meel. voor zoover dit dient
voor het bakken van Regeerings-bruinbrood
of voor verstrekking op broodkaart, bedraagt
14 cont per 1 K.G.
B. Verder bedraagt -voor
Regeerings bloem de groothandelprijs
f30.50 per too K Cv.; de kleinhandelprijs
fo.37 per 1 K.G.;
de kleinhandel - voor
Regeerings-bruinbrood 5 cent per 400 Gr.
Tarwe waterbrood (gebakken van Regee
rings bloem) 14 cent per 400 Grant;
Tarwewaterbrood (gebakken van Regee
rings-bloem onder rabbinaal toezicht)
14.5 cent per 400 Gram;
Tarwemelkrood (gebakken van Regeerings-
bloem) 16 cent per .400 Gram;.
Tarwemelkbrood (gebakken van Regeerings
bloem onder rabbinaal toezicht) 16.5 cent
per 400 Gram.
C. dat door de fabrikanten, molenaars «n
grossiers, voor zoover deze laatste perso
nen overeenkomstig de beschikking van
12 Maart 1917 («Staatscourant», no. 60)
door de Brood-commissies zijn erkend en
hunne bemiddeling bij de aflevering van
bloem verleenen, rekening van vrachtvoor
schot kan worden ingediend bij het Meel-
vrachtverrckenkantoor, Koningskade 22 te
's-Gravenhage.
D. dat in den sub B vastgcstelden groot
handelprijs van Regeerings-bloem is begre
pen f 1 40 per too K.G. ten bate van het
Cenlraal-Brood-Kantoor.
E. dat aan tusschenpersonen, op verzoek,
een provisie moet worden toegekend als is
aangegeven in zijne circulaire van 23 Maart
1013. no. 12001/6.
dat aan de onder C genoemde gros
siers een extra-vergoeding van f0.25 per
afgeleverde too K.G. Regeerings-bloem zal
worden gegeven, na indiening van een
provisie-nota. aan het Meel vracht-Verreken-
kantoor, Koningskade 22 te 's-Gravenhage.
Amersfoort, 10 April 1917.
De Burgemeester voornoemd,
Van RANDWIJCK.
iverweging wordt gegeven a. aan gros
iers ft 1.55 per too K.G aan detaillisten
11.80 per too K G.
•Amersfoort, 10 April 1917.
De Burgemeester voornoemd,
VAN RANDWIJCK.
Ongeuoegen.
szóo
De Minister van Landbouw, Nijverheid
en Handel,
gezien zijne beschikking van 22 Januari
1917, no. 7611, afdeeling Handel, gelijk
deze is gewijzigd bij zijne beschikking van
14 Maart 1917, no. 5596i/j6, Rijks-bureau
voor de Distributie van Graan en Meel
(»Ned. Staatscourant» van 14 Maart 1917,
no. 62),
heeft goedgevonden te bepalen
dat zijne beschikking van 14 Maart 1917,
no. 54961/36, Rijks-bureau voor de Distri
butie van Graan en Meel,,met ingang van
7 April 1917 als volgt zal worden gelezen
Kegcerings-mcelinkoopprijs Gemeente
(art, 5 der Disttibutiewet 1916) f25.40 per
too K.G.;
verkoopprijs welke aan de Gemeente in
>Ja, ziet u, mijnheer de rechter,
gekomen we kregen ongenoegen, het
woord baalde hel andere uit, en toen we
mekaar eens goed de waarheid hadden
gezeid, raakten wij aan t vechten. Bij on
geluk gleed mijn hand in mijn broekzak,
en toevallig zat daar mijn tabaksdoos in.
Eer ik er aan dacht, was het gebeurd
Aldus de verdediging van een man, die
in een hérbergtwist zijn tegenstander een
verwonding had toegebracht. Het is bekend,
dat het geval zich dikwijls voordoet, vaker
in den Oorlogstijd dan te voren, naar het
wel lijkt. In sommige doelen van ons land
is bet daarom thans bijzonder gevaarlijk,
met zijnévenmensch van gevoelen te ver
schillen en nu het vermoorden en verwon
den op grooté schaal dagelijks wordt ver
heerlijkt als heldenmoed, omdat het geschiedt
op andermans bevel, waaraan niet te ge
hoorzamen met de strengste straffen is
bedreigd, zou men .gerechtigd meenen te
zijn. ook op eigen gelegenheid zijn «recht»
te doen gelden.
Voor een groot deel zijn wij pacifisten,
in den gewonen zin vatt mannen en vrouwen
des vredes, en in het woord, waarmee de
beklaagde van zoo-even zijn verdediging
inleidde, ligt reeds opgesloten, dat het niet
aangenaam wordt gevonden, met een ander
op gespannen voet te staan. Mogelijk heeft
het ook een min of meer vergoelijkende
beteekenis, een ding aanduidende, dat op
zichzelf bezien er niet zoo heel ernstig uit
ziet, een ironisch opgevatte aanduiding van
een oorzaak, afgescheiden van de gevolgen.
Onze taal is niet arm aan dergelijke schil
derachtigheden.
Familieleden, bloedverwanten, vrienden
krijgen «ongenoegen* om een luttele zaak
cu er ontstaat een twist, waarbij onvoor
zichtige, waarschijnlijk niet aldus bedoelde
woorden worden gesproken, die niet meer
zijn terug te roepen. En al ontstaat ér niet
dadelijk een breuk, al Wordt het geschil
«bijgelegd», gaaf is de plek niet tnéer,
waar de band dreigde te scheuren.
Men spreekt weieens van «den eersten
twist van jonggehuwdent, die noodzake
lijk komen moet, anders zou het al te
mooi en te lief zijn. En bij dien eersten
behoeft het niet te blijvenhet is noodig,
dat er af en toe een buitje komt, om het
mooie weer, dat daarna telkens weer door
breekt. des te meer te waardeeren. Ons
schijnt dat een gevaarlijke theorie, liet
ntenschelijk leven is niet een opvolging
van meteorologische verschijnselen, en er
is altijd eenige kans, dat de storing toe
neemt in kracht, zóo, dat er vernielingen
worden aangericht, die niet meer zijn te
herstellen.
Wilt gij iemand goed leeren kennen,
maak hem dan boos, wordt er wel eens
gezegd, en het schijnt, alsof dit middel tot
eigen onderrichting veelvuldig wordt aan
gewend. Wij zullen de geschiktheid niet
ontkennen maar er is een onwetendheid,
die verreweg de voorkeur verdient.
Het is waar, lieden, die met ieder eens
zijn, zou men niet kunnen uitstaan. Ter
voorkoming van ongenoegen elk gelijk
geven, is het toppunt van karakterloosheid.
En zóo ver brengen het gelukkig maar
weinigen.
Daartegenover staan zij, die wel ter ver
dediging van bun persoonlijke zelfstandig
heid een bolwerk van eigen meeningen
schijnen te moeten opbouwen. In de beel
dengalerij, die Potgieter ons voor den
geest plaatst als de kinderen van Jan en
jannetje, komt Jantje Contrarie niet voor;
toch is hij een bekende, echt levende figuur.
Dat hij veel sympathie ontmoet, zal men i
niet kunnen zeggen. Nooit geeft hij iets 1
gewonnen, altijd weet hij het beter, en men j
moet hem eerst een stap achteruit duwen
om hem vooruit te krijgen, welke hande- j
ling hij zich niet kalm laat welgevallen.
Vandaar, dat men met hem in de eerste
plaats gemakkelijk ongenoegen krijgt.
Dat zulks niet het noodzakelijk gevolg I
is van verschil van opinie, zal ieder gcreede- I
lijk toegeven, en toch geheurt het maar al
te vaak. Een vijandige gezindheid vindt in
een afwijkende overtuiging een geschikteu
voedingsbodem als men laat voortwoekeren
hetgeen daar wortel heeft geschoten.
Van meer gewicht, als oorzaken van on
genoegen en dus van vredesverstoring, zijn
de tegenstrijdigheden van belangen. Het
recht van zelfontwikkeling, ook op sloffe- 1
lijk terrein, is onbetwistbaar, en het maat- j
schappelijk leven zal wel nooit zóo worden
ingericht, dat ieder er naar streeft, aan het
„dijn" den voorrang te geven boven het
„mijn". Kunnen onderscheiden belangen in
hun bevordering samengaan, des te beter,
maar waar zij niet in de zelfde richting loo-
pen. ligt op zekeren afstand bet snijpunt.
Daar is het gevaar voor botsing, als niet
Van weerszijden de grens wordt in acht ge
nomen.
Verschillen zijn ongevaarlijk, als men ze
eerbiedigt, gelijk zelfs geschillen niet be
hoeven te leiden tot vredesverstoring, wan
neer getracht wordt, ze tijdig tot oplossing
te brengen. De eerste zijn onmisbaar, als
een dor tneest werkzame middelen om de
waarheid naderbij te komen, en de laatste
zou men zelfs heilzaam kunnen noemen,
omdat zij het leven wakker houden en de
I beweging niet doen verflauwen. Maar zoo-
j dra de dreiging met ongenoegen het hoofd
ontsteekt, is groote behoedzaamheid noodig
om niet te geraken op het oorlogspad.
Het is niet overbodig, in onze dagen over
deze dingen eens na te denken Juist nu
in alle landen der wereld de volkeren zoo
snakken naar vrede, moet de persoonlijke
vtedeticvendheid, zich openbarende in onze
onderlinge betrekkingen, zoo krachtig moge
lijk op den voorgrond dringen.
Dat doet zij niet althans lang niet ge
noeg. Zeer velen onzer schieten bij het
minste alarm hét harnas aanzeer velen
achten zich zeer spoedig gekrenktzeer
velen hebben veel te weinig respect voor
de gevoelens en wettscben van anderen,
lil theorie is het «leven voor en met elkan
der» een gemeenplaats geworden, een
deuntje, dat men afdraait zonder er iets bij
te denken in de practijk staan wij er nog
heel ver vandaan.
Om te beginnen zouden wij den nega
tieven kant van hel vraagstuk met meer
scherpte moeten gaan bezien, en, als wij er
een goede visie van hebben gekregen, dien
overeenkomstig handelen -- door namelijk
elkaar geen last aan te doen, elkaar niet
in de wielen te rijden, elkaar niet het land
op te jagen. Dat is dan nog maar een klein
begin van hetgeen onder het begrip hu
maniteit valt maar toch reeds iets.
Hoe kunnen wij, in eerlijkheid en op
rechtheid, den oorlog verfoeien, zoolang wij
in eigen boezem nog oorlogzuchtige nei
gingen koesteren De verschijnselen loopen
1 ver uiteen, maar het beginsel is het zelfde,
i Met ontzetting zien wij, hetgeen er gc-
j beurt, als de macht het recht opzij schuift;
maar als wijzelf niet door een sterker macht
dan de onze werden weerhouden, hoe vaak
zonden wij er dan niet tegen opzien, over
wegingen, die we nu gaarne voor de betrek
kingen der volkeren in a tnmei king brengen,
voor onszelf buiten gebruik te stellen!
laten wij niet vergeten: ook er. niet in
de laatste plaats is de wereldgeschiedenis
de uitdrukking van de wereldtnoraal. Die
wordt niet uitgestort over de menschenzij
moet het product worden van den geest
die hen bezielt. Elk onzer heeft er zijn deel
i 1. Ongenoegen ia niet het krachtigst levens
element; wèl het omgekeerde, en bet laatste
aankweekende, bouwen wij aan de wereld
der toekomst, die beter moet zijn dan die,
in welke wij ons thans zoo slecht thuis ge
voelen.
leder mensch voelt zich zoowat het middel
punt der schepping. Welnu, het is van dat
middelpunt, dat de wereldhervorming moet
uitgaan.
Hier is steunen op eigen kracht wél ge-
De z6h1 iontle
Twaalf tegen vier!
Aan den eenen kant Rusland, Engeland,
Italië, Servië, Frankrijk, Japan, België,
Portugal, Montenegro, Roemenië, de Ver-
eenigde Staten van Noord-Amerika en
Cuba.
Aan de andere zijde Duitschland, Ooa-
tenrijk-Hongarije. Bulgarije en Turkije.
Sedert 1 Augustus zijn tot gister en
voorzoover tot dit oogenbük bekend - 33
oorlogsverklarirgen verzonden en wel:
1. 28 Juli 1914. Oostenrijk-Hongarije aan
Serviö.
2. 2 Augustus 1914. Duitschland aan Rus
land.
3. 5 Augustus I9>4. Duitschland aan
Frankrijk.
Duitschh nd aan
4. 3 Augustus
België.
5. 4 Augustus i<
land.
4 Engeland aan Dui sch-
14. Oostenrijk-Hongarije
4. Servië aan Duitsch-
n Oos-
914. Montenegro a:
tnkrijk aan Oos-
1 Oos-
7 5 Augustus 1
land.
S, 7 Augustus 1
tenrijk-Hongarije.
9. 12 Augustus 1914
tenrijk-Hongarije.
10. 13 Augustus 1914. Engeland 2
tenrijk-Hongarije.
11. 13 Augustus 1914. Montenegro aan
Duitschland.
12. 23 Augustus 1914. Japan aan Duitsch-
13. 25 Augustus 1914. Oostenrijk-Hongarije
aan Japan.
14. 27 Augustus 1914. Oostenrijk- Hongarije
aan België.
5- 30 October 1914. Rusland aan Turkije,
tó. 5 November 1914. Engeland aan Turkije.
17. 6 November 1914 Frankrijk aan Turkije.
18. 7 November 1914. België aan Turkije.
19. 23 Mei 1915. Italië aan Oostenrijk-
Hongarije.
20. 22 Augustus 1915. Turkije aan Italië.
21. 14 October 1915. Bulgarije aan Servië.
22. 16 October 1915. Frankrijkaan Bulgarije.
23. 16 October 1915. Engeland aan Bulgarije.
24 17 October 1915 Italië aa 1
25. 22 October 1915 Rusland a;
26. 9 Maart 1916. Duitschland a
27. 27 Augustus 1916. Italië 2
28. 27 Augustus 19 tó. Roemenië aan Oos
tenrijk- HonDarije.
29. 28 Augustus 1916. Duitschland aan
Roemenië
30. 30 Augustus 1916. Turkije aan Roe
menië.
31. 1 September 1916. Bulgarije aan Roe
menië,
32. 6 April 1917. Amerika aan Duitschland.
33. 7 April 1917. Cuba aan Duitschland.
Zeer vermoedelijk volgen nu nog Oos
tenrijk-Hongarije en niet onwaarschijnlijk
Bulgarije en Turkije aan Amerika.
Panama en Brazilië staan op bet punt,
óok mee te doen.
Voorzoover bekend, is het thans twaalf
tegen vier.
1 Bulgarije,
n Bulgarije.
111 Portugal,
an Duitsch-