Fedora's
Haarhersteller
Fedora's
Haarhersteller
Gratis
Fedora's
Haarhersteller
J. BOSHUIZEN,
Krommestraat 44
4'nij|K>rw
Hel weekblafl voor O!
„DE KRONIEK"
DE HUISHOUDGIDS
IMMBHI EHimimmi
L. G. PONNE T!ac: igu Amersfoort
*c*r ADVERTEERT IN DIT BLAD
Door Duisternis tot Licit.
door duizenden gebruikers aanbevolen tegen
haaruitval, haarroos, vet haar. Hij eiken
kapper, apotheker en drogist verkrijgbaar
a f 1.25 per flacon. Klacht van uw leverancier
iirorhures worden op aanvraag
gezonden door de Naaml. Venn. Fédora.
Den Haag en Groningen.
is verkrijgbaar te AMERSFOORT bij
jSSgHBWHHgrWH
geurige 9 cents sigaar.
„ETNA" vuurmakers bran
den minstens 10 minuten,
- i 1.00 per 100 stuks - -
verkrijgbaar bij
Firma L. van Acliterbergh.
Brandstoff'enhandcl Arnhcinschestraat ia.
Door het Bureau tot Publiciteit van
Wetenschappelijk Nieuws, Keizers
gracht 153 te Amsterdam, wordt
uitgegeven het weekblad
ecu samenvatting van al hetgeen
de voornaamste dagbladen en perio
dieken aan wetenswaardigs behel
zen. »De Kroniek» tracht dus te
geven >van alles het beste», en
voor hen, die tijd noch lust hebben,
dagelijks ettelijke kolommen druks
te doorworstelen, maar die toch
>bij« willen blijven, is het weekblad
deaal. Abonnement f 1.25 p. jaar.
Vraagt gratis-proefnummer.
speelde dit jaar buiten
gewoon schitterend. Ajax
is thans superieur evenals
Eirdal
Luxe Crém<
met den Oranjen
«Pelikaan»
de groote doos
Wij plaatsen Uwe an
nonces in alle bladen
zonder verhooging van
prijs.
De Administratie.
Drukkerij „Dc Amersloortsche Courant"
roorhem A. H. VAN CLKEFF
Kortogr.eht 9 en13 - Telefoon 19
M M M
BRIEFPAPIER - ENVELOPPEN VISITS - FACTUREN
KWITANTIES - CIRCULAIRES - BESTEKKEN
BROCHURES ENZ. ENZ. --------
Vnngl modellen en p.ijeopg.el »n boven.le.nde «dreeeen
Gouden Medaille, Gent 1908.
Onder redactie van mevrouw W. VAN DER VECHT, Oud-leersres in Koken
en Voedingsleer.
Dit tijdschrift verschijnt eiken Zaterdag.
Proefnummer gratis en franco verkrijgbaar bij iederen Boekhandelaar en aa
het bureau van «DE HUISHOUDGIDS»
Burgstraat 65. UTRECHT.
3VESTSINÖEL 38 - TELEFOON 45
Moderne rijtuigen en llfreien «oor gelegenheden. Uniformen «oor begrnfenUieii
Licht 011 Kracht
Installaties
Levert tot billijkste
noteering
Electronic toren
li lt A C H T
0 R IJ F W E R K K N'
alleen uit eerste klasse
materialen gemonteerd
1) R IJ F K I E H K N
L 1 C 11 T
FEUILLETON
«Niet voor mijd, /ci de loods treurig. «Ik
weet, dat voor mij de dood zeker is. Het
is of een koude hand over mijn rug' en
lendenen strijkt. Spoedig zal ik u van even
weinig nut zijn als het meisje daarginds in
de hul. Ik hoop maar, dat het gauw moge
«Vriend», zei de professor zacht, terwijl
tranen over zij', magere wangen rolden,
«laat den moed niet varen. Een paar dagen
rust - en ge zult zien, dat gaat alles over.»
«Neen», bromde de loods, «met Nils John-
sen is het uit En het is goed zoo. Hij zal
spoedig rusten in den grond, waarop zijn
voorvaderen gestreden en geleden hebbc-u.
Velen van or.s liggen hier op het eiland
verspreid; üe Spits'nergcr hond zal in de
lange windernachten janken waar wij liggen
en de ijsbeer tusscheti de rotssteenen naar
llij richtte zijn hoofd op.
«Kijk», zei hij, «bij is al aan boord. Die
kerel gaat door ijs en vuur, zooals Heems
kerk vroeger».
«Ja waarlijk», riep de professor, -staat
hij daar niet als een bronzen Apollo tegen
den horizon. Flinke jongen
Zonder moeite had Bralt het wrak bereikt.
Hij kroop over de verschansing van het
promenadedek, dat nog boven water lag.
Het scliip helde sterk, zoodat hij over het
dek moest kruipen naar de trap die naar
de brug voerde. Overal zag hij de sporen
van de uitbarsting. Groote spleten gaapten
in het ijzeren dek. beide schoorsteenett waren
afgebroken on dikke stalen stangen van de
machine hadden zich heengeboord door de
huidplaten. Maar tot zijn groote vreugde
zag Bratt. dat groote gedeelten van het
tusschendek rondom het salon door de
explosie bijna niet geleden hadden.
In de gapende scheur tusschen voor-en
achterschip zag hij iets vreeselijks. Vier
bloedige lijken waren onderstboven blijven
hangen In de gebarsten ijzeren platea met
hun hoofden nog boven den waterspiegel.
Eon paar reusachtige witte vogels fladderden
rondom de lijken en pikten in de ingewanden.
Dat waren de groote meeuwen, de roof
zuchtige gieren van Spitsbergen, die daar
bezig waren. En beneden op do watervlakte
klapwiekten en krijschten de stormvogels
als kwaadaardig kakelende hoenders, terwijl
hun ronde duivenoogen van louter ijver
huiten de kassen p lilden. Een ijsmeeuw
was tot in de kombuis doorgedrongen, waar
zo blijkbaar rijken buit had gevonden, want
het eten hing uit haar bek.
Bratt ging van boot tot boot. Die van
liet promenadek waren allen gesplinterd en
vernield. Maar hesl achteruit lag een sloep
op het water. Ze hing nog aan de davids,
was echter volgelonpen. Het lijk van een
matroos dreef tusschen de balken.
Bevend van spanning klauterde Bratt
langs de touwen naar heneden. De boot
was nog aan de haken bevestigd, en alles
wees er op, dat ze was uitgezet tusschen
het stooten van het schip op den grond en
de uitbarsting. Of ze nu door het haastig
neerlaten water had geschept, of dat het
achterschip de boot in het water had ge
drukt, genoeg de sloep was tot aan den
rand vol. Na een snelle bezichtiging kreeg
Bratt de overtuiging, dat ze onbescha
digd was. En onder de roeibanken lagen
de roeiriemen ordelijk op een rij.
Ken groote dankbaarheid vervulde hein.
Met die boot konden groote dingen vol
bracht worden. Hij klom vlug op het af
dakje en met inspanning van al zijn krach
ten gelukte het hem het zware vaartuig aan
den achtersteven op te trekken en op die
manier het water er uit te doen wegloopen.
liet lijk van den matroos werd ook uitge
spoeld in het groengrijze ijswater, waar het
aanstonds door den stroom werd gegrepen.
Bratt kroop toen naar de kajuit. In de
eetzaal was de avondtafel in elkaar gevallen.
Het was er een warboel van stuk geslagen
stoelen en gebroken borden. Alles was naar
lcizij geslingerd en de wanden van de aan-
rechtkamers waren gesplinterd als glas. Het
water stond zoo hoog als de lichtpoorten en
spoelde tot in het midden van de zaal. Met
de grootste voorzichtigheid baande Bratt
zich een weg tusschen de scherven en de
treurige resten van den niet genoten maal
tijd en het gelukte hem in liet gangetje te
komen, dat naar de kombuis leidde. In de
aanrechtkamcr vond hij een kist met blik
ken, hij droeg die naar 't dek en ook een
groote Hamburger ham, die tusschen de
gebroken ponten vau de tafel lag.
Langzamerhand maakte hij een heele kast
leeg, waarin koloniale waren bewaard wer
den. Hij stapelde die op elkaar in kleine
zakken; suiker, zout. koffiie, thee en ver
schillende soorten meel. In de keuken, die
bljjk'oaar in groote baast ontruimd was, vond
hij een osserib, waarvan een der koks was
weggeloopcn, een groot mes stak nog in
het lendenstuk. Bratt nam het op zijn rug
en bracht het bij den overigen voorraad.
Een kist roet scheepsbeschuit en een massa
versch gebakken brood, dat hij vond, ging
dcnzelfdem weg. Een tonnetje ongezouten
boter, een koffiekan en twee gegalvaniseerde
pannen voltooiden zijn keukenuitrusting. Er
was niets meer dat gebruikt kon worden.
Hij zocht tevergeefs naar petroleum. Maar
daarentegen ontdekte hij in de provisiekast
een massa waskaarsen daarvan nam hij zoo
veel pakken mee als hij dragen kon.
Bratt stond op eens stil, terwijl hij een
vaatje bi er naar hoven droeg naar den stapel
van allei lei levensmiddelen.
Wat ï.vas dat?
Onder zich hoorde hij een vreemd schurend
geluid, als 't knorren van een zeemonster.
Eu het wrak schudde en trilde in alle voegen.
VIII,
De verwachte storm komt.
Jorgen Bratt werd doodsbleek.
Zou al zijn werk te vergeefs zijn?
Het was duidelijk, dat het achterschip-
begon te glijden. Hij vloog naar 'tdek.
Een of andere onzichtbare macht scheen
aan het wrak te rukken en te trekken.
Kleine golven sloegen al over het reserve
stuurrad, en de helling op het dek werd
scherper.
Maar het schip gleed niet meer.
Een laatste ruk die de treurige over
blijfsel van de «Victoria» deed kraken, en
het wrak lag stil als te voren.
Maar die waarschuwing maakte dat Bratt
zich haastte. Het gelukte hem na veel in
spanning den toegang tot zijn eigen hut te
forceeren, waar hij niet lang behoefde te
zoeken naar zijn pak van Belgisch dril en
een zware kist met patronen. Verder nam
hij alle kleeren mee die er waren, een paar
zeelaarzen, een handkoffer, waarin hij wist
dat een kompas was en andere nuttige zaken
In de hut van den kapitein ontdekte hij een
buks met ammunitie en een prachtige Zeis
kijker. Hij slaagde er ook in zich den weg
te banen naar de hut van barones Von
lleffner, aan stuurboordzijde te etage. De
hut was halfvol water, maar een leeren
handkoffer, die in de kool lag, was daar
door gespaard gebleven voor nat worden.
Eveneens een prachtige bontmantel die aan
een kapstok hing en dan een photographie
van een ouden heer met een krijgshaftig
voorkomen,
Ten slotte beproefde Bratt ook nog bij
de hut van den professor te komen, maar
dat moest hij opgeven, daar het water dat
niet toeliet. In dc haast greep hij nog een
paar handkoffers, een hoop kleeren uit de
hutklcerkasten en zooveel gereedschap als
hij vinden kon
(Wordt vervolgd).