AHERSFOORTSCHE COUfiAE
Dinsdag 22 JBfjl Juli 1919.
No. 9208.
69e laargang.
BIJVOEGSEL
Uitgave van de Drnkkerij „Üe Amersfoortnehe Courant, voorheen Firma A. H. van Cleeff".
REDACTEUR
F. W. H. OUDENS.
AMERSFOORT.
BUREAUX:
KORTE GRACHT 9
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Abonnement per 3 maanden j 1.—
franco per post /1.15. Advertentiën 16 regels öo cent; elke regel meer 10 cent. Bijregel
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieele- en onteigenlngs-
advertentiên per regel 15 cent. Reclames 15 regels /1.25 Bewijsnummers worden in
rekening gebracht en kosten, evenals afzonderlijke nummers, 5 cent. VALKESTRAAT 19.
Bij advertentUin van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. Postbus 9. Telefoon 1
Bij dit nummer behoort een
OVERZICHT.
Buitenland.
Berechting van den Ex-Keizer Max
van Baden gevlucht.
Binnenland.
Vliegen's opvolger als Wethouder Een
driedubbele moord Een belangrijke arres
tatie.
KENNISGEVINGEN.
De Burgemeester van Amersfoort,
brengt hierbij ter algemeeue kermis, dat dour
don Minister van Oorlog in overleg met den
Minister van Marine bij bescbikkiDg van 9
Juli 1919, afd. Dienstplicht, no. 1 L, is vast
gesteld de volgende:
Steunregeling nopens militairen, wier verblyf
onder de wapenen siudigt in het tijdvak
1 Augustus31 December 1919.
1.
1. Waar in de hieronder vermelde paragrafen
wordt gesproken van „militair", wordt met
deze benaming bedoeld:
a. de dienstplichtige bij de militie te land:
b. de dienstplichtige bij de zeemilitie;
0. de dienstplichtige by de landweer;
d. de dienstplichtige bij den landstorm
e. de vrijwilliger, diein reserve was krachtens
het bepaalde bij art. 8, laatste lid, van de bg
Koninklijk besluit van 19 Januari 1907, no.
58, vastgestelde en sedert ingetrokken „In
structie op de werving";
f. de inilicien-postduivenveizorger;
g. de milicien-hoefsmid der Infanterie;
h. de milicien-sinid-baukwerker;
1. de vrijwilliger van de Exploitatie-Com
pagnie van hel Regiment Genietroepen
j. de militair, bchourende tot het reserve-
personeel van den Militairen Telegraafdienst,
bedoeld in de sedert gewijzigde Koninklijke
besluiten van 2 April 1908, nrs. 16 en 18;
k. de vrijwilliger bij de landweer, bedoeld
bij arl. 22 van het seder! gewijzigde Koninklijk
besluit van 8 Mei 1906, nr. 95;
1. de mobilisatievrijwilliger;
m. de dienstplichtige, die een vrijwillige
verbintenis heeft aaugegaan voor den duur der
mobilisatie;
n. de vrijwilliger bij den landstorm, indien
hij niet by de zeemacht in werkelijker dienst
werd gesteld;
2. de 2, 3, 5 en 6 zijn slechts van toe
passing teil aanzien van militairen, die in bet
tydvak 1 Augustus-31 December 1919 huiswaarts
worden gezonden:
a. met onbepaald (klein) verlof;
b. met groot verlof;
c. in verband met ontslag;
d. wegens als landstormplichtige volbrach
ten werkelijken dienst;
3. de uitkeeriDgeD, omschreven in de 2,
3, 4 en 5. worden slechts verstrekt indien en
voor zoover de behoefte daaraan geacht wordt
te bestaan.
4. de uitkeeringen, omsohreven in de 2,
3 en 5, worden niet verstrekt ten aanzien van
militairen, wier onmiddellijk aan den datum
van hun huiswaartszending voorafgaand verblyf
onder de wapenen korter heeft geduurd dan
8'/, maand, zoo zy laatstelijk by delandmaoht
hebben gediend, of korter dan 7maand, zoo
zij laatstelijk bij de zeemacht hebben gedieud.
Als tijd van verblyf onder de wapenen wordt
voor de toepassing van de in den vorigen volzin
genoemde paragrafen ook aangemerkt de tijd,
gedurende welken de militair ander verlof
genoot dan het verlof, genoemd in bet tweede lid.
5. De uitkeering, omschreven in 5, wordt
ook niet verstrekt ten aanzien van militairen,
voor wie reeds eenmaal een gelijksoortige steun
is vsrleend krachteoB de steunregelingen van
einde December 1918 en 21 Maart 1919, onder
scheidenlijk nopens militairen, die in het tijdvak
1 Augustus 1918—31 Maart 1919 en in hot
tijdvak 1 April—31 Juli 1919 huiswaarts zijn
gezonden.
6. Het toekennen van steun ingev ige een
der 2, 3 en 5 sluit niet uit het t» ve.is ver-
leenen van steun ingevolge de beide andere
dier paragrafen.
7. Deze steunregeling is niet van toepassing
op militairen, die in aanmerking komen voor
bet ontvangen van de bijzondere toelage bij
1919, afd. Dienstplicht, no. 178 L, wordt toe
gekend in geval van voortgezet vrijwillig verblijf
onder de wapenen, voor zoover dit voor het
dienstbelang noodzakelijk ie verklaard, noch
op andere militairen of groepen militairen,
die de Minister van Oorlog of de Minister van
Marine voor uitsluiting van deze regeling
verder mocht aanwijzen.
2.
1. Ten aanzien van den huiswaarts gezonden
militair geschiedt, op daartoe door hem gedane
aanvraag, na zijn huiswaartszending een uit
keering voor zijn levensonderhoud of voor dat
van verwanten, voor wie hy ala kostwinuer
optrad. (Zie ook 1.)
2. De uitkeering bedraagt
a. ten hoogste f 100,ingeval wegens zijn
verblijf onder de wapenen laatstelijk vóór zijn
huiswaartszending hetzij kostwinnersvergoeding
is genoten, hetzii kostwinnersvergoeding zou
sijn genoten, indien geen rekening had inooten
worden gehouden met het traktement, de jaar
wedde of de extra inkomsten, welke hy als
militair genoot, hetzij zoo het betreft cate
gorieën militairen, te wier aanzien de gelegen
heid tot toekenning van kostwinnersvergoeding
niet ia geopend zoodanige vergoeding zou
zijn genoten, indien de vergoedingsvoorsohriften
ook op die cutegorieën van toepassing waren
verklaard of
b. ten hoogste f 50,— in andere gevallen.
3. De aanvraag moet worden gericht nan en
ingediend hy den Burgemeester der gemeente,
waar de militair nu zijn huiswaartszending
vaste of tijdelijke woonplaats heeft. Indien de
militair zich al dadelijk na zijn huiewaarts-
zvnding buitenslands vestigt, moet de aanvraag
worden gericht aan den Burgemeester der ge
meente, waar hij zich ten tijde van zijn huis-
wuartszeiiding lie vond.
4. Bij do unnvrang moet worden overgelegd
een door den compagnies-ofovereenkomstigen
commandant afgegeven verklaring nopens:
a. de categorie militairen waartoe de ver
zoeker behoort;
b. den rang of stand, welken hij laatstelijk
c. het onderdeel, waarby hij laatstelijk diende;
d. zoo het een dienstplichtige geldt, ook de
lichting of de landstoriujaarklasse, waartoe hij
behoort
e. den duur van het aan de huiswaartszending
oumiddollijk voorafgaand verblyf onder de
wapenen
f. den datum en de reden van huiswaarts
zending.
5. De Burgemeestor beslist, of aan de uit
keering behoefte bestaat en stelt, met inacht
neming van de in het tweede lid vermelde
maxima, het bedrag der uitkeering vast.
6. De Burgemeester bepaalt tevens, of de
uitkeering in eens dan wel in termijnen zal
worden uitbetaald en draagt zorg voor een zoo
spoedig mogelijke uitbetaling. De uitbetaling
in een* of de uitbetaling over den laatsten
termijn geschiedt uiterlijk den zestigsten dag
na de huiswaartszendinsr.
7. Uitkeering, als in bet eerste lid bedoeld,
wordt niet toegekend tot voorziening in behoefte,
ontstaan na de eerste zes weken, volgende op
den datum der huiswaartszending.
8. Aanvragen 0111 uitkeering. als in bet eerste
lid bedoeld, zijn niet ontvankelijk, wanneer de
indiening daarvan eerst plaats beeft na zes
weken na de huiswaartszending.
3-
1. Aan den militair beneden den rang van
officier geschiedt, op daartoe door hem gedane,
met redenen ouikleede aanvraag, bij of na zijn
huiswaartszending een geldeljjke uitkeering van
ten hoogste f40,voor kleeding, gereedschap
of verhuiskosten. (Zie ook 1.)
2. De aanvraag moet worden gericht aan en
ingediend by
a. den compagnies-of overeenkomstigen com
mandant, indien de militair al dadelijk by zijn
huiswaartszending de uitkeering geheel of ten
deele wenscht te ontvangen
b. deB Burgemeester, bedoeld in 2, derde
lid, in andere gevallen.
3. De commandant, in het vorige lid onder
a. vermeld, is bevoegd, de door hem ontvangen
aanvraag geheel of ten deele namens den
Minister ouder diens nadere goedkeuring in te
willigen, indien naar zijn oordeel de militair
behoefte heeft aan uitkeering, als in het eerste
lid bedoeld. Do uitbetaling van het door den
commandant vastgestelde bedrag geschiedt door
de zorg van de administratie van het korps,
van het sohip of van de marine kazerne, waarbij
de militair op het tjjdeiip van huiswaartszen
ding in betaling is. Ingeval de commundan)
geen grond aanwezig aoht om aan de aanvraag
te voldoen of daaraan slechts ten deele voldoet,
zendt hy de aanvraag ter verdere behandeling
door aan den Burgemeester, genoemd in het
voiige lid onder b. Vóór de doorzending van
de aanvraag wordt daarop gesteld of daarbij
gevoegd een verklaring, vermeldende de ge
gevens, omschreven in 2, vierde lid, en wordt
op die aanvraag of die verklaring aangeteekend,
in hoever de commandant aun de aanvraag
heeft voldaan.
4. Ingeval de militair eeD aanvraag recht
streeks indient bij den Burgemeester, inoethy
daarbij overleggen een door den compagnies-
of overeenkomstigen commandant afgegeven
verkluring, welke de in 2, vierde lid, om
schreven gegevens vermeldt en waarop is aan-
geteekend, of die commandant hem reeds een
uitkeering, als in het eerste lid bedoeld, deed
uitbetalen en, zoo ja, tot welk bedrag.
5. De Burgemeester beoordeelt na ontvangst
in een aan hem overeenkomstig het derde
lid doorgezonden dan wel van een by hem
rechtstreeks ingediende aauvrnag, of er grond
bestaat tot toekenning van een uitkeering of
nadere uitkeering boven die, welke reeds
militaire zijde is verstrekt. Zoo de Burge
meester dien grond aanwezig acht. stelt hij het
bedrag der uitkeering of der nadere uitkeering
met inachtneming van liet in het eerste lid
vermelde maximum vast en betaalt hy deze
in den militair uit.
6. Aanvragen om uitkoering, als in het eerste
lid bedoeld, sijn niet ontvankelijk, wanneer
de indiening daarvan eerst plaats heeft na zee
weken ua de huiswaartszending.
(Wordt vervolgd.)
HINDERWET.
Galet op artt. 6 en 7 dar Hinderwet.
Brengen ter kennis van het publiek,
dat een door de N. V. Maatschappij tot
Exploitatie van Mineraalivaterfabriekcn
Trio« ingediend verzoek met bijlagen, om
vergunning tot bet oprichten van een elec-
trische fabriek voor vervaardiging van
gazeuze dranken in het perceel alhier gelegen
aan de Breestraat No. 10 bij het Kadaster
bekend ouder Sectie E, No. 4068
op de Secretarie der gemeeate ter visie
ligt en dat op Zaterdag, den zen Augustus
aanstaande, des voormiddags te half elf ure
gelegcuheid ten Raadhulze wordt gegeven
om, ten overstaan van het Gemeentebeetuur
of van één of meer zijner leden, bezwaren
tegen het oprichten of van de inrichtiug
in te brengen.
Amersfoort, 19 Juli 1919.
dat een door de Weduwe W. iopetiburg
ingediend verzoek met bijlagen, om ver
gunning tot het uitbreiden eener wagen
makerij door het plaatsen van 2 electro-
motoren met een gezamenlijk vermogen
van 2'/: P-K. in het perceel alhier gelegen
aan de Katnp No. 80 bij het Kadaster
bekend onder Sectie E, No. 1319
op de Secretarie der gemeente ter
ligt, en dat op Maandag, den qeu Augustus
aanstaande, des voormiddags te half elf ure
gelegenheid ten Raadhuize wordt gegeven
om, ten overstaan van het Gemeentebestuur
of van één of meer zijner leden, bezwaren
tegen bet uitbreiden van de inrichting in
in te brengen.
Tot het beroep, bedoeld in art. 15
lid der Hinderwet, zijn volgens de bestaande
jurisprudentie alleen zij gerechtigd, die over
eenkomstig art. 7 der Hinderwet voor het
Gemeentebestuur of één of meer zijner leden
zijn verschenen, teneinde huune bezwaren
mondeling toe te lichten.
Amersfoort, 21 Juli 1919.
Burgemeester en Wethouders
voornoemd,
De Burgemeester,
v. RANDWIJCK.
De Secretaris,
A. R. VEENSTRA.
Opgave van gevestigde personen
van 23 Juni—12 Juli 1919.
H. v. d. Beek, Leusden naar St.-Jorisstr.
6 A. Bouwmeester, Ermelo n. Breestr.
48 H. Wennekes, Wijk bij Duurstede
naar Spieringst. tz P. Brands, Meppel
naar Mlereveldstr. 76 Z. v. de Bijl, En
schedé n. Kamp 17 Mej. E. Eikeren
Vlugt, Utrecht naar Woest.weg 20 Mej.
C. v. d. Zwart, Weesp naar Leusderweg
174 J. Overeem, Utrecht u. Leusderweg
174 L. Pronk, den Bosch n. Westsingel
39a C. Erdbrink, Avereest n. Zuidsingsl
65 G. Verheul, Arnhem aaar Hellestr.
35 W. v. Leeuwen, Geertruidenberg n.
P.-Bothl. 18 P. Bos, Beesel n. Breestr.
70 B. de Moulin, Assendelft n. Woest.
weg zó Mej. P. Jordetise, Harlingeo n.
Muurh. 143 A. Smits, Stratum naar
St.-Louis Mej. M. Krikke, Zwartsluis n.
Bergstr. 12 Jhr. W. v. d. Bosch, Tete-
rlngen naar J. v. Oldenb.l. 19 A. v. Beek,
Hoogland naar Muurh. 131 - J. Vlamlngs,
Haltern (duitschl.) naar Kroontjesmolen 13
G. Wemekamp, deu Ham, naar Muurh.
131 Mej. J. Dolron, Woudenberg naar
Langestr. 117 J. te Winkel, Winterswijk
naar Soesterweg 298 T. iïlce, Amsterdam
naar P.-Bothl. 5a G. van Sleeuwen,
Hilversum n. Kerkstr. 7 W. de Winter,
Vriezen veen naar Woest.weg 19 D. van
Kommer, Wageningen naar Leuaderw. 73
Mej. S. Born, Putten naar Zogstr. 29
J. de Jong, Noordwolde n. Coninckstr. 18a
G. Woistra. den Haag naar Appelmarkt
12 J. Koller, Stoutenburg n. Hoogeweg
15 G. Rensink, Apeldoorn n. Woest.-
weg 6 B. Sonnega-Bromans, Amsterdam n.
Soesterweg 256U B. Boel, Streewkerk
naar Wijersstr. (noodw.) wed. Oerlemans,
Heueden naar Regentessel. 35 G. Burg
graaf, Bodegraven naar Gasthuis). 29
S. Jutte. Raarderadeel naar Verhoevenstr.
tó H. Schipper, Wierden naar Zandgat
(keet) W. Steyn, den Haag n. Arnh.str.
28 T. Kamerbeek, Sambeek naar Alde-
gondeatr. 84 A. de Neeling, Leusden
naar Gasthuis!. 31 Mej, M, Mulder,
Amsterdam naar Hoogl.weg 28 W.
.Klippens den Haag naar Soesterweg 145
Mej. P. de Groot, Hilversum naar St.-
Bonif.str. 47 A. v. d. Bogert, den Haag
naar Parallelweg 2 N. v. Zwol, Helmond
naar Eemstr. 43 C. Vlnju, Amsterdam
naar van Bemmelstraat 74 G. Donner,
Kampen naar Arnh.weg 9 J. Renes,
Kampen naar Aldegondestr. 52 Mej. J.
Kampert, Znilen naar Pr.-Mariel. 8 M.
Vreeburg, Meppel naar Weverssingel 28
W. Drieborgen, Vlissingen n. Hoogl.weg
10 C. van Oosterwijk, Wierden naar
Leusderweg 3 B. Momma, Breda naar
K. Wilh.str. 40 K. Sanders, den Haag
naar Langestr. 115 Mej. B. ter Horst,
Losser naar Langestr. 16 C. Willes,
Apeldoorn n. Utrstr. 47 J. v. d. Doe,
Bodegraven naar Langegr. 16 Mej. J.
v. d. Kuyp, Zaandam naar J. v. Oldenb.l.
33 D. v. d. Veen, Stoutenburg naar 't
Stort 5 Mej. H. Reuver, Tiel naar
B.Wuyt.l. 198 Mej. A. v. d. Berg, den
Haag naar Snouckaertl. 9 J. Koole,
Krabbendijke naar Arnh.weg 55 Mej.
G. Kampschreur, Bloemendaal n. M.With.-
str. 2 Mej. J. Kerkmeyer, Apeldoorn u.
Utr.weg 319 R. de Bruin, Wijk bij
Duurstede naar v. Asaenraadatr. 13 C.
Koeslag, Jutphaas naar Zuidsingel 55
J. Ouwerkerk, Amsterdam n. Schimmelp.str.
3 Mej. G. Wilbrink, Tilburg naar Kr.-
Elleboogst. 16 Mej. C. Paardekooper,
Hoogblokland naar Soesterweg 125.
STADSNIEUWS.
KOEVUIL IN MELK.
Burgemeester en Wethouders der Ge
meente Amersfoort,
maken bekend,
dat de melk, geleverd door de melkslijters
I J. GerritseD, van Bemmelstraat 93, R. van
Drie, Liendertscheweg 1 en II. Kirpensteyo,
Flierbeekstraat 2 op 8 Juli 1919 in ondeugde
lijken toestand verkeerde, door het in die melk
aanwezige koevuil.
Amersfoort, 17 Juli 1919.
Burgemeester en Wethouders van Amers»
foort.
De Burgemeester,
v. RANDWIJCK.
De Secretaris.
A. R, VEENSTRA.