m ■:^mb DE DIEREN VAN TARZAN De Behandeling van het Joodsche geldelijke Vermogen - MOORD in AMERSFOOTCTSCH E COTTRANT MAANDAG 11 AUGUSTUS 1941 door EDGAR RIGE BURROUGHS 46. Rokoff trachtte te ontsnappen, voordat, de aapman hem had ge zien en toen Tarzan de „bomba" in liep. sloegen de vijf matrozen, die Tarzan herkenden, in de tegenover gestelde richting op de vlucht, voor zichtig liep hij rond het kamp-heen en kwam spoedig tot de conclusie, dat er kortelings in de jungle iets gebeurd moest zijn. Doch zijn gevoe- dige reukorganen -vertelden hem. dat de beide menschen, die hij zocht in dezelfde richting waren gevlucht. Achteraf verwonderde Jane er zich over, dat zij zoo veilig den nacht had overleefd in die vreeselijke jungle. Op dezen tweeden dag sloop de opge jaagde vrouw langs een dierenspoor, bevreesd, dat zij ieder oogenblik te genover een wild dier zou komen te staan of tegenover een der wilden, die hier in, den omtrek woonden. En ze snelde vooruit, in de hoop. dat ze den kant van de groote rivier op liep. Plotseling bleef ze als aan den grond genageld staan bij het zien van het vreemde schouwspel, dat zich aan haar voordeed. Midden in het dichte struikgewas wachtte ze. Een groote aap zat, omringd door vele kleinere en in hun midden liep een groote glanzende panter heen en weer. En hoewel ze verwonderd was bij het zien van deze natuur lijke vijanden, die zoo broederlijk bij elkaar waren, sloeg haar de schrik om het hart. toen ze opeens een grooten gespierden krijger narr de dieren toe zag komen. Het kwam haar voor, dat hij de dieren ver schillende orders gaf. De dieren en de man stonden op en verdwenen in de jungle. Ze kon niet weten, dat dit de .dieren van Tarzan" waren. Maar een ander individu lag een halven kilometer van haar verwijderd, verstijfd van angst op den grond, toen de woeste bende vlak langs hem ging. Het was Rokofï en hij wist. dat de dieren, die hij had gezien, de hel pers van Tarzan van de Apen waren, (Wordt vervolgd) BINNENLAND VERORDENING VAN DEN RIJKSCOMMISSARIS Het Verordeningenblad bevat een Verordening van den Rijks commissaris voor het bezette Ne derlandsche gebied betreffende de behandeling van het" Joodsch geldelijke vermogen. Deze verordening luidt als volgt: Artikel 1 Cl) Personen, die in den zin van artikel 4 der Verordening no. 189.' 1940 betreffende het aangeven van ondernemingen jood zijn of als jood worden aangemerkt, dienen overwijld de hun op het tijdstip van de inwer kingtreding van deze verordening toebehoorende: 1. Contante gelden en cheques te storten op een rekening bij de Ban kiersfirma Lippmann, Rosenthal en Co. te Amsterdam. Deze verplichting tot storting, bestaat niet ten aanzien van een maximum (verder te noe men: het vrije maximum), hetw'elk duizend gulden bedraagt. Bedraagt de totale som der contante gelden en chèques meer dan duizend gulden en gaat deze som tevens het bedrag van 1.10 gedeelte van het voor het be lastingjaar 1940'41 vastgestelde in komen te boven, dan wordt het vrije maximum gesteld op laatstgenoemd bedrag. 2. Effecten in depot te geven bij de onder i genoemde bank. 3. Tegoeden en deposito's bij ban ken, spaarkassen en andere geld- en credietinstellingen over te schrijven naar de' onder 1 genoemde bank. (2) De verplichting ingevolge lid 1 is eveneens van toepassing ten aanzien van na het in werking treden van deze Verordening ontvangen waarden van genoemde soort. Ont vangen contante gelden en chèques dienen evenwel slechts te worden ge stort. voor zooveel zij te zamen met de zich op het tijdstip van ontvangst in het bezit van den stortingspïichtige bevindende contante gelden en chè ques een totaal bedrag van duizend gulden per kalendermaand te boven gaan. (3) Bevinden zich de vorenbedoel de waarden niet in het bezit of in de feitelijke macht van de in lid 1 genoemde personen, dan bastac-n de verplichtingen ingevolge lid 1 en 2 eveneens voor de bezitters en de fei telijke houders van deze waarden. (4) Bovenstaande bepalingen zijn eveneens van toepassing op de wet telijke en bij overeenkomst aangewe zen vertegenwoordigers van de in lid 1 genoemde personen ten aanzien van de door hen beheerde vermogensbe- standdeelen, als bedoeld in lid 1. (5) Iedere andere beheers, en be- (leggingshandeling dan in lid 1 be- 'doeld ten aanzien van ae aldaar ge noemde waafden is yerboden. Artikel 2 (1) Vermogensbestanddeelen van de in artikel 1 aangeduide soort, waarop rechten van derden zijn ge vestigd tot zekerheid van vorderin gen, moeten bij de in artikel 1 ge noemde bankiersfirma onverwijld worden aangegeven. Zij moeten over eenkomstig artikel 1 worden gestort, in depot worden gegeven of worden overgeschreven, indien de vordering door genoemde bankiersfirma wordt overgenomen. Vindt zoodanige over neming niet plaats, dan moeten deze waarden zoo spoedig mogelijk te gel de worden gemaakt, teneinde uit de opbrengst de vorderingen te voldoen. (2) Indien ten aanzien van de ver mogensbestanddeelen gerechtelijke maatregelen tot bewaring van zijn recht of executoire maatregelen zijn genomen, moeten zij desniettegen staande overeenkomstig artikel 1 worden gestort, in depot worden ge geven of worden overgeschreven. Daarna worden deze maatregelen be schouwd bij de in artikel 1 genoemde bankiersfirma te zijn getroffen, in dien haar althans mededeeling daar- .van is gedaan. Artikel 3 Indien voor het verrichten van handelingen ingevolge artikel 1 een goedkeuring is vereischt op grond van het. Deviezenbesluit 1941 of van de verordening no. 26/1940 betreffen de de behandeling van vijandelijk vermogen, wordt deze geacht hierme de te zijn verleend. Artikel 4 De bepalingen van artikel 1 zijn niet van toepassing op personen, wier zuiver vermogen de waarde van tién duizend gulden niet te boven gaat en wier belastbaar inkomen in het iaatstverloöpen kalenderjaar, onge acht de onverrekende verliezen uit vorige jaren en de persoonlijke ver plichtingen. bovendien niet meer dan drie duizend gulden bedraagt. Artikel 3 (1> Hij die opzettelijk in strijd met de bepalingen dezer Verordening of met. een krachtens haar uitgevaar digde bepaling handelt of dezelve ont duikt. wordt gestraft met gevange nisstraf van ten hoogste vijf jaren en met geldboete tot een onbeperkt be drag of met een van deze straffen. (2) Wordt het feit door schuld ge pleegd. dan wordt gestraft met ge vangenisstraf van ten hoogste een jaar of met geldboete van ten hoog ste honderdduizend gulden. Artikel 6 (1) Naast de straf kan tevens ver beurdverklaring der waarden, op welke het strafbare feit betrekking heeft, worden uitgesproken. (2) Is het niet mogelijk tegen een bepaalden persoon een Vervolging in te stellen of hem te vcroordeelen, dan kan de verbeurdverklaring als op zich zelf staand worden uitgesprpken. Artikel 7 (1) De strafvervolging vindt niet dan op vordering van den Rijkscom missaris voor het bezette Nederland- sche gebied (Commissaris-Generaal voor Financiën en Economische Za ken) plaats. (2) De vordering tot strafvervol ging kan. zoolang de uitspraak van het" vonnis in laatste instantie nog niet heeft plaats gevonden, worden ingetrokken. Artikel 8 -/i De in artikel 5 strafbaar gestelde handelingen worden beschouwd a'.s delicten in den zin van par. 2. "id 2, der verordening no. 52 1940 betreffen de de Duitsche rechterlijks macht voor strafzaken, zooals deze Verorde ning laatstelijk is gewijzigd bi; de verordening no. 123/1941. Artikel 9 (1) De waarden, waarop de in ar tikel 5 strafbaar gestelde handeling betrekking heeft, kunnen ook bij in terne bestuursbeschikking worden verbeurd verklaard. (2) De verbeurdverklaring wordt in een dusdanig geval bevolen rij be schikking van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied (Commissaris-Generaal voor de Open bare Veiligheid). De verbeurdverkla. ring wordt van kracht op het. tijd stip harer openbare bekendmaking of op het tijdstip, waarop zij aan den betrokkene wordt medegedeeld. In dien goederen of rechten worden ver-I beurdverklaard, te welker aanzien in gevolge eenig wettelijk voorschrift in-' schrijving in een openbaar register is geschied, moet de verbeurdverkla ring op vordering van den Rijkscom missaris (Commissaris-Generaal voo'p de Openbare Veiligheid! onverwijld en vrij van kosten in dat register worden ingeschreven. (3) De Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied iCom missaris-Generaal voor Financiën en Het Nederlanderschap NADERE BEPALINGEN In het Verordeningenblad is opge nomen de derde Verordening van den Rijkscommissaris vbor het bezette Nederlandsche gebied betreffende eenige bepalingen terzake van het Nederlanderschap. Het verkrijgen van de Duitsche nationaliteit door Nederlanders, doet het Nederlanderschap slechts dan verliezen, wanneer de betreffende persoon of. indien deze minderjarig is, zijil wettelijke vertegenwoordiger voor hem binnen een jaar na het verkrijgen van de Duitsche nationa liteit verklaart, dat hij afstand doet van zijn Nederlanderschap. Deze verklaring dient te worden afgelegd tegenover den burgemees ter der gemeente, in welker bevol kingsregister de betreffende persoon is ingeschreven of laatstelijk was in geschreven. De verklaring dient, hetzij ten overstaan van "de vorenbedoelde in stantie, hetzij schriftelijk aan' haar te worden afgegeven, in het eerste geval wordt van de verklaring pro ces-verbaal' opgemaakt. Indien zij schriftelijk wordt afgegeven, dient de handtcalceninfc van hem. die de verklaring aflegt, door een daartoe op grond van de geldende rechts voorschriften bevoegde instantie (dienst) of persoon te zijn gelegali seerd. De instantie dient hem, die de ver klaring aflegfT kosteloos een schrif telijke" bevestiging te geven, dat en wanneer hij de verklaring heeft af gegeven. De verklaring heeft terugwerkende kracht tot op het tijdstip, waarop de betreffende persoon de Duitsche na tionaliteit heeft verkregen. Deze verordening' is bereids in wer king getreden. Economische Zaken) beslist omtrent de bestemming der .verbeurdverklaar de waarden. ArtBcel 10 De Rijkscommissaris voor het bezet te Nederlandsijhj! gebied (Commissa ris-Generaal voöf'Financiën en Eco- nojnische Zaken)-neemt de voor de uitvoering dezer Verordening nood zakelijke, maatregelen. Hij kan in twijfelgevallen, welke zich bij de toe passing van de .bepalingen van deze Verordening mochten voordoen, alge meen bindende beslissingen nemen. De Verordening treedt heden in werking. Turf zonder bon? WAARSCHUWING RIJKSKOLEN- BUREAU Het Rijkskolenburea-j vestigt er de aandacht, op, dat alle turf met uitzondering van aanmaakturf en bolsterturf, die echter niet als huis brand voldoen tegen inlevering van geldige bonnen en'of toewijzin gen verkocht dient- te worden. Mocht goede turf, zooals bagger-, pers-, kleine handgestoken of steek- turf, peel- of haardbrandturf bonvrJj verkocht worden, aan maken kooper èn verkooper zich beiden aan een strafbaar feit schuldig. Aanbiedingen van turf zonder bon zullen derhalve meestentijds betrek king hebben op aanmaak- en bol sterturf of op minderwaardige op turf gelijkende producten met een zeer hoog watergehalte, die in dro gen toestand verpulverd uiteenvallen. Bovendien staan de voor z.g. vrije turf gevraagde prijzen veelal in geen verhouding tot de stookwaarde. Maatregelen tegen Stroopen MEEDOOGENLOOZE STRAFFEN In het Verordeningenblad is een Verordening opgenomen, welke on verbiddelijk een eind zal maken aan het zeer verbreide misbruik van het zetten van strikken en stroopen. Bij duizenden konden op de Nederland sche jachtterreinen de gemeene strik ken gevonden worden, in iedere groot te en uitvoering. Door de st«ikken sterven dieren van allerlei aard. van het konijn tot het hert, een vreeselij- ken dood en hun jongen worden aan verhongering blootgesteld. De stroo- pers werden tot dusverre slechts zachtzinnig gestraft en hebben der halve op gemakkelijke wijze hun win zucht kunnen bevredigen. De straf fen zijn thans belangrijk verhoogd en er zal nieedoogenloos worden inge grepen. In de gebieden, die door de Duitsche weermacht tot verboden ter rein zijn verklaard zullen de krijgs raden desbetreffende zaken behande. len. De Verordening stelt ook het schie ten met schroot op edel wild en reeën strafbaar. Hiermede wordt te gemoetgekomen aan een verlangen van alle jagers met vergunning, aan gezien met schroot het meeste wild slechts aangeschoten wordt. Verder regelt de Verordening het doodschieten van verwilderende hon den en katten, zoodat het van nu af aan aanbeveling verdient de katten thuis of in den tuin en honden aan de lijn te houden, voor zoover zij niet naast den baas loopen. De bepalin gen der Verordening gelden totdat een nieuwe Jachtwet uitkomt, welke RADIOPROGRAMMA DINSDAG 12 AUGUSTUS HILVERSUM I, 415,5 M. 6.45 Gramofoonmuziek- 6.50 OTiteiul- gymnastiek. 7.60 Gramofoonmuzick. 7.45 Oohlendgymnasüok. 8,00 B.N.Q.Niouws- boric li Ion. 8.15 Schriftlozing en medita tie (voorbereid door do Christ. Radio Stichting). 8.25 Grumofoonnuizick. (>.15 Voor do huisvrouw. 9.25 Gianiofoonniu- ziok. 11.00 Declamatie. 11.20 Zang met pianobegeleiding. 12.00 Orkost Malan- do. 12.25 Kwartier van don arbeid. 12.40 Almanak. 12.15 B.N.O.Nieuws- cn eco nomische berichten. 1.00 Gramofoonznu- ziok. t..'io Sprankelende middagklanken. 3.00 Ensemble Bamli Balogh. 3.30 Viool ou piano. 4.00 Cursus „Als oen schoon book" (voorbereid door hot Vrijzinnig I'rot. Korkoomité). 4.20 Gramol'ooumu- ziok. 4.45 Voor de jeugd. 5.15 B.N.O.: Nieuws-, economische- on beursberich ten. 5.30 Orgelspel. 6.00 Causerie „Al leen voor mannen". 6.15 Gevarieerd programma. 7.00 Actueel halfuurtje. 7.30 Omroeporkest en solisten. 8.30 Dansmu ziek (gr.pl.). 8.45 Voor den boer. 9.00 Reportage. 9.30 Berichten (Engelsck). 9.15 B.N.O:. Nieuwsberichten 10. N) B.X.O.: l'.ngelse.ho uitzending: Economie news from Holland'- Hierna: Sluiting. HILVERSUM II, 301.5 M. 6.45 Gi-amofoöumuziek. <150 Ochtend gymnastiek. 7.00 Gramofoonmuzick, 7.15 Ochtendgymnastiek, 8.00 B.N.O.Nieuws berichten. 8.15 Gratnófoonmuziek. 10.20 Hobo en piano. 10.40 Declamatie. 1100 Ensemble Jonny Ombacb en gramofoon muzick. 12.00 Gramofoonmuzick., 1*2.15 Klaas van Reeck cn zijn orkest. 12.15 B.N.O.Nieuwsberichten. 1.00 Gerard Lobon en zijn orkest. 1.45 Gramofoon muzick. 2.00 Arnheinsche orkestvereni ging en solist cn gramofoonmuziek. 3 30 Voor do zieken. 4.00 Gramofoonmuzick. 5.15 B.N.O.: Nieuws-, economische en beursberichten. 5.30 De Ramblers. 6,00 Pinnovoordraciit. 0 30 Causerie „Ons Pla netarium". 6.15 Pianovoordracht. 7.00 B N.O.: Vragen van den dag. 7.10 B.N.O.: N ieuwsberieht en. 7 20 G ramofnonmuziek. 8.00 Luisterspel. 9.00 Causerie „Sport en lichamelijke opvoeding voor de vrouw", 9.15 Gramofoonmuzick. 9 45 B.N.O Nieuwsberichten- 10.do Avond wijding. 10.0510.20 Politiek woek- prnatje. ONDERWIJS HOOGDUITSCHE TAAL M.O. A Don Haag. Geslaagd huisakte: mej. A. M. do Meel, R'dam; schoolable: mej. J. W. Prinsen, A'dam. HOOGDUITSCHE TAAL L.O. Den Haag. Geslaagd: J. W. Bores, Maastricht; W. van Os. A'drnn; L. W. H. Peters, Ainbij-, N .Snol, Leiden; D. de Boer, Borger Compasarurn; W. van Ginkel, R'dam; B. Nap. Woerden: H. H. Radix, Breda; A. Risselrade, Utrecht; ilp dames M. H. Meels, Sohimmert; F, Xurruink, Den Haag; A. B. de Bruvn, Huizen (Fr.); C. M. de Vries, Den Haag. HANDTEEKENEX L.O. Den Ilaag. Geslaagd de dames W. A. van Wagtendonk, IUithoven; J. E. Quack, A'dam; C. J. Roxwinkel, Apel doorn: A- O. J. M. Rntteii, Monk (L.); J. Schede. R'dam-. C. J. Smorenhurg, R'dam; T. Snijders, A'dam-, M. Thom son, Bioemendaal; C. L. van Toledo, Apeldoorn; de heoron: H. M. Biesmeyer, Hiilogersberg; H. yjtloyn, Zaandam; M. van Overveld, Haarlem; B J. A. Put man, A'damJ. A. de Ron. Delft; P. Roodnat. Voorthuizen; A. C. H. Slot, Schiedam; A. G. Sprokkereef, Needo; If. H. J. van Zuidam, Eindhoven; H. J- Suiker, A'dam; S. Andringa, I,eeuwar den; A. F. Bolterman, Haarlem. Gas en licht, dat zijn twee dingen Waar we heel zuinig op moeten zijn, Gebeurt dat niet: men kan U dwingen. Houdt Uw verbruik dus steeds zeer klein! een einde zal maken aan alle mis standen op ljet gebied van het jacht- recht. De straffen .bedragen ten hoogste 6 maanden of f 3000 boete. FEUILLETON BLOKSCHRIFT door BRAM VERSCHOOR 47 Ofschoon hij natuurlijk zijn eigen gang kon gaan en over wat hij zelf deed niemand verantwoording schul dig was, eischte men wél verant woording van hem, zoodra hij d'e „men" deed voelen, dat ze alleen praotisch aan den strijd deelnamen door zijn bevel volkomen lijdelijk toé te zien. En dit deed hij hen voelen, door het te doen voorkomen, alsof zijn wandeling in de eenzaamheid, waartoe het bijeenblijven van het ge-- zelschap hem in staat had gesteld, een zet beteekendc in den schaak- strijd tegen den onzichtbaren be dreiger. U hebt dus maatregelen getrof fen? vroeg Teun min of meer ge rustgesteld, doch niettemin dringend belangstellend, zoodat een uitvlucht zeer misplaatst zou zijn. A.A. hield zich veelal hardnekkig een door hem gemaakte verge lijking. Ook nu. Als u een schaak- zet een maatregel noemen wilt, ja. dsn inderdaad heb ik iets van dien aard 'gedaan. Hij zei niet dadelijk welke. Tenzij hij nog niet van plan was verant woording af te leggen, wilde hij tijd •.vinnen, hetgeen volkomen paste bij tie schaakterminologie. Drie zetten, merkte droogjes Eddy op. cqelend op het driemaal herhaalde schot. Zeker, zeker, erkende mijn vriend toegeeflijk. - - Dat schieten, dat was één, daarmee verradend, dat er ook nog een ten tweede zoii kunnen volgen. Als antwoord-zet zou men kun nen beschouwen, het ontvluchte»,van den door den revolver bedreigde, her nam de schaker Paul en ik zag een glimlach in de cogen van A.A., als was dit precies de opmerking, die hij had willen hooren. Mijn tweeden zet had ik op het oog bij mijn gang naar boven, bij het onderzoek, dat ik instelde op de ver schalende* kamers, die, zooals John ons had medegedeeld, overhoop ge haald waren. Ik was met die van miin vriend begonnen, toen het gerucht mil oi d' p">ng dped kiiken. Die van John had ik reeds achter den rug. evenaD d!e ven mii zeH. Pestte mij nog. die van Willem, den chauffeur, hoewel daar 2:eon wanorde was. wat het onderzoek, zooals u waarschijnlijk niet zult begrijpen, aanzienlijk be moeilijkte. Die kamer te doorzoeken lag niet alleen in nwjn lijn. omdat het de eenige was. die, met uitzonde ring van de meidenkamers, ontzien werd, maar ook uit overwegingen, die ik liever nog niet nader verklaar. Dit onderzoek was geen spelzet, het was slechts de overweging van een zet, verduidelijkte hij, met een lich ten hoofdknik in Pauls richting. -~ De zet op zich zelf was het vindén van het. gezochte. Hij wachtte even. als om de reeds gewekte belangstelling nog te doen stijgen. Niemand vroegsteindien iemand hem reeds nu eegreep. liet hij het in-elk geval niet merken. He keek naar de pendule; het was evcii' over twee; als A A. de gemoederen/ rustig houden kon tot half drie, zou-| de nacht al een een heel stuk gebro ken ziin.' U weet het nog niet allen het personeel kan ik wel buiten be-/ schouwing laten dat. toen ik was neergeslagen, onze bekende vriend mijn zakken rolde en er mijn porte feuille uithaalde. Even weinig bekend is het. als er tenminste geen'Ioopend- vuur-verhaal de ronde cedaan heeft, dat ik voor alle zekerheid het mij door mijnheer Van Weringen in be waring gegeven ge'd. tienduizend gul den in bankbiljetten, uit miin porte- feu51le genomen en het, ergens, het doet er nu rmt toe waar. onaebor-ren had. Ik maakte me tegenover mijn heer Van Wieringen vroolijk over het' teleurgestelde gezicht, dat de brutale roover zou trekken, als hij tot de ontdekking kwam, een ledige portefeuille te hebben gestolen. Ik vatte die vroolijkheid samen in een zin. die korten tijd daarna door de telefoon herhaald werd op een toon. waarmee de spreker mij op mijn beurt beteuterd dacht te maken. Ik had daar echter werkelijk schik in. Immers, had hij het geld gevonden op de plaats, waar- ik het veilig achtte, dan zou hij ook wel een spoor hebben achtergelaten. Ik vond het 'béter, op dit spoorzoeken alleen uit te,gaan met het gevolg, dat ik mijn revolver gebruiken moest, maar ook mijn doel bereikte. Ik vond namelijk die tien mille, kijk maar. Hij spreidde de bilietten zichtbaar vermaakt op het tafelblad uit en keek* in de verwonderd-beeeerie? ge zichten der drie zoons. De dienst meisjes hadden zich opgericht, kon den op dietS afstand niets zien, maar ringen niettemin op de teenen staan. Tienduizend gul-den. ?e zouden ze dan ïooit. in haar leven meer bij elkaar e zien krijgen. Mijn vriend schoof •io biljetten echter weldra weer op tikfp ze bedaard ee>ri beetje /e'rk. vouwde ?.e dubbel er nov eens ;ubb°l en liet ze. met een veree- orvd lachie. verdwijnen in zi!n ;roeb"?k. alsof het een bagatel was. Ze verdwenen vanwaar? vroeg Doet dat er iets toe? antwoordde hij. En waar vond u ze terug? vroeg mijnheer van Vieringen, die eigenlijk liever gezien had. dat ze in' het. bezit van den roover gebléven waren, om dat deze dan immers geen reden meer zou hebben gehad, op hèm ge beten te zijn. Begrijpt u dat rui nóg niet, was de ietwat bijtend ironische vraag van Eddy, wiens oogen fonkelden, alsof hij zich niet langer meer -tot rust zou kunnen dwingen. In dé kamer van Willem, natuurlijk. Ja? vroeg de vaderDat zeg iij nu wel. maar het is natuurlijk niet waar. mijnheer Arends? Willem is be. trouwbanr. mijn heele' personeel is betrouwbaar. In den hoek van de dienstmeisjes hoorde.ik ook nu een zucht: de be tuiging van hun patroon gaf haar, naar haar meening. in A.A.'s oogen een geheel schoone lei. Het spijt me wederom, hernam A.A.. maar ik moet u oonmuw te- lonrstpllen. Het was wel degelijk 00 Willem s kamer, dat ik het geld vond. En niet alleen on zijn kamer, maar ae°r sluw verborgen in den binnen zak van een winterjas, waarin geen stervebng het zou zoeken. Weerom zoekt u het daar dan9 vroeg Paul,. 7.00 laboniek, dat het bij- np- viiandig klonk. Daar had ik laat ik het u gerust bekennen, een zeer bepaalde reden toe. Wélke reden dat was. misschien vertel ik u dan nog wel eens. Ik vind. dat de reden waarom u er zocht, er weinig toe doet, meende Teun. De hoofdzaak is»dat u op een plaats, die geen twijfel l£at om trent den schuldige, het door den afperser-moordenaar geëischte geld vindt, terwijl de eenige. die het daar kan hebben verborgen, tevens de eenige. huisgenoot is. dien wij sedert ce verdwijning van het. geld (als ik dat wèl heb tenminste) niet. meer gezien hebben. Behalve dan dat Ja.mtje zoowel als u zelf een man hebben gezien van forsche gestalte. Als mijnheer mij een vraag toe staat, kwam de rustige stem van John, daai zou ik gaarne weten, of de honden losgelaten zijn. Zijn de honden Jpsgelaten? nam mijnheer Van Wieringen oogenblikke- liik de vraag over. Teun. Paul. weten jullie, of de honden vrij loo pen? Gehoord heb ik ze niet. ant woordde Teun. Ik evenmin, voegde Paul er aan toe. En ikDe 'anderen dachten even na. schenen zich af te vragen, of ze het zich wel met zekerheid konden herinneren, dat ze geen der honden hadden gehoord. (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1941 | | pagina 2