Sf'. 358. Tweede Blad. Ist* Jaargang. Zaterdag 21 Maart 1903. KOLONIËN. BINNENLAND. FEUILLETON. Indische Penkrassen. AMERSFOORTSCH DAGBLAD. ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Amersfoort f 1.25. Idem franco per post. 1.75. Afzonderlijke nummers0.05. Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C<>. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN Van M regel*f ••7». Elke regel meer••••••- 0.15. Groote letter* naar plaatsruimte. Voor handel on bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnoment. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag OOST- IN Dl De begrafenis van wijlen den legercom mandant, luitenant-generaal De Bruyn, heeft den lOden Februari plaats gehad. Aan het verslag, dat liet Bat. Nbld. van de „aangrij pende militaire plechtigheid" geeft, ontke nen wij het volgende: Onder het dof gerommel der omfloersde trommen trok do stoet langzaam voorwaarts. Do lijkwagen droeg, in tegenstelling met de Indische gewoonte, in het geheel geen bloe men deze vriendelijke afsclieidsbodeu volg den in eem rijtuig achter den. lijjkwagen en naar het aantal kransen, hierin opgestapeld, mocht men de deelneming afmeten, welke het plotse'ing verscheiden van den algemeen beminden legcrchef had gewekt. Opgemerkt werden o. a. fraaie kransen van Z. E den gouverneur-genoraal en van de verschillende afdeelingen van het departement van oor log. Als 9lippendragers fungeerden de generaal- majoor der artillerie G. J. van Kootende kolonel van dat wapen M. B. Rost van Ton- ningen, de luitenant-kolonel der cavalerie G. W. F. Happé en de kapitein van den gene» ral en staf J. C. van den Belt. Achter den lijkwagen hadden zich een aantal officieren te voet aangesloten, ook officieren der schut terij, en een aantal ambtenaren, ressortee- rende onder het departement van oorlog. En daarachter volgden, in een bijna eindelooze rij, de rijtuigen der belangstellenden, aller eerst de vertegenwoordiger van Z. E. den gouverneur-generaal, de luitenant-kolonel jhr. L. D. C. de Lanoy; verder de familie leden van den overledene, de generaals-ma- joor jhr. J. C. van der Wijck en G. W. Bee- ger en tal van andere autoriteiten. Aan dezen stoet van rijtuigen sloten zich aan de troepen' van Mr. Cornelis, gevolgd door de veld-artillerie met aangespannen stukken, de vesting-artillerie te voet, geslo ten door het tweede half eskadron cavalerie. Alle officieren droegen reeds den rouwstrik om den arm; de vaandels waren in rouw floers gehuld. Aan het kerkhof hadden zich inmiddels tal van belangstellenden verzameld. Aan het graf werd bet eerst het woord gevoerd door den gen eraal-maj o or jhr. J. C. van der Wyck, die ongeveer als volgt sprak „Officieren van het Indische leger. De ge opende groeve waarvoor wij staan, zal wel haast inhouden het stoffelijk overschot van ons aller beminden commandant, Z.E. den luitenant-generaal De Bruyn. „Zelden voorwaar heeft het leger een zoo vernietigend sterfgeval getroffen, zelden een verlies geleden, dat zoo door bet geheel zal worden gevoeld en betreurd. De hoedanighe den van den afgestorvene als commandant van het leger, zijn zoozeer boven mijn lof verheven, dat ik daaromtrent hier piet in beschouwingen mag treden. Veroorloof mij daarom u voor te lezen een dagorder voor het leger, op heden uitgegeven door Z. Ec. den gouverneur-generaal, opperbevelhebber van, land- en zeemacht: „Dagorder voor het Indische leger. „Officieren, onderofficieren ein slodaten u.0p mij rust dé treurige plicht het legetr bekend te maken met het overlijden, op den 9en Februari 1903, van zijnen commandant, den 'luitenant-generaal H. C. P. de Bruyn. „Na een kortstondige ziekte werd hijj ge rukt uit zijn Werkkring, waaraan hij zijn beste krachten had gewijd. „Een bekwaam opperofficder, een trouw landsdienaar en een algemeen geacht chef is met hem aan hot leger Ontvallen. „Ziju nagedachtenis blijve steeds in eere. „Do gouverneur-generaal van Ned.- Indië, opperbevelhebber der land- en zeemacht, W. ROOSEBOOM. „Maar wat ik wel mag doon, is in uw aller herinnering terug roepen do edele karakter trekken van den genei-aal De Bruyn, als nrensch en als ons aller chef. Eenvoud, recht schapenheid, eerlijkheid, rechtvaardigheid, gestrengheid, echter gepaard met een buiten- gewone minzaamheid! Ziedaar de eigenschap pen, wielko dien1 generaal' sierden, welke hem de hoogachting' van, het gan salie leger deden verwierven, welke hem bij ons allen bemind maakten. „Steeds had hij een open oor voor de be langen zijner ondergeschikten, zoo hoog als laag. „Daarom zal do naam en do persoonlijk heid van doti luitenant-generaal De Bruyn nog lang bij het leger in herinnering voort leven en ik ben er zeker van ook uiw aller gevoelen uit te drukken, wanneer ik aam dit graf de woorden <uitspreek: „Rust zacht, edele en brave man"!" Daarna voerde nog ds. A. S. Carp entier Al ting het Woord. Namens do familie zegde mi*. A;b.r. A. van Oven dainlc voor dè bewijzen vanl belangstel ling. -Mr. Th. H. de Meester, vice-president van den raad vani Indië, titans met twee maanden verlof wegens ziekte te Soekaboe- mie, moet, naar men ons van daar schrijft, weinig baat vinden bij zijn verlof. Er is zelfs sprake van dat een verlof naar Europa noodig zal blijken. De Java-Bode meldt: Onder nadere goedkeuring der regeering is dooi- den resident van Pasoeroeam een som van f 2500 beschikbaar gesteld, voor den aankoopt van levensmiddelen, ten behoeve van de noodlijdende bevolking in de af doe ling Kraksaan. De Java Bode van Maandag 16 Februari meldt Vrijdag jl. is de verdachte Herman Gentis ter observatie opgenomen in heit militaire hospitaal alhier wegens voorgewende zwak heid van geestvermogensZijn broeder Cor nelis ia, met hot oog op do verdere instructie der zaak, heiden naai' do gevangenis alhier (Batavia) overgebracht. Wijl namen, hier nog een uitvoerig overzicht op van hot afdeolingsverslag dar Tweede Kamer, betreffende het eersite der bekende regeerüigsvOoretellen dat strekt tot aanvulling en wijziging van het Wetboek van Strafrecht. Verscheiden© leden waren van oordeel, dat het voor de beoordeeling van dit en de beide) andere gelijiktijdig ingediende wetsontwerpen van belang is nadere inlichtingen te verkrij gen omrient de gebeurtenissen, welke tat die indien.ug aanleiding hebben gegeven. De commissie van rapporteurs merkt in verband hiermede op, dat, ofschoon na heft afdeelingsondlerzoek interpellaties betreffende deze gebeurtenissen hebben plaats gehad, zij geen voldoenden grond gevonden heeft van hetgeen daairomibrent lijn de afdeelingen isJ voorgevallen, in haar verslag geen melding te maken. Men had met eenige bevreemding verno men de regeeringsverklaring, dat de stoornis» einde Januari in het spoorwegverkeer teweeg gebracht, de regeering geheel onverhoeds over viel. Betoogd weid d'at herhaaldelijk in en na 1891, van dè zijde der arbeiders tal van grieven ter kennis van die besturen! der groo te spoorwegmaatschappijen-gebracht zijn, ter wijl bij de in 1901 aan de regeering en ook aan dè Kamer medegedeelde vertoogen totl het bestuur der H. IJ. S. M. gericht, reed^ op de mogelijkheid eener spoorwegstaking werd gezinspeeld. Men achtte heb niet te verwon deren, dat uit het uitblijven van voldoende! tegemoe+koming aan de grieven van het per soneel zekere spanning is ontstaan.. Mem be treurde dat die regeering niet onmiddellijk in overlieg is getreden met de directiën bdji del berichten omtrent beweging onder do werk lieden, die reeds seidert 25 Januari in de pers waren te vinden en in de volgende diagen) steeds ernstiger karakter aannamen. De re- georing schijnt echter, zelfs in de conferentie, die eindelijk op 31 Januari, niet op haar ver zoek, maar op verzoek van het bestuur der H. IJ. S. M. plaats had, eene volkomen lijde lijke houding fce hebben aangenomen. Omtrent hetgeen in die conferentie plaats had. zou! men gaarne nauwkeurig worden ingeliahri Had toen do Min. van W., H. en N. aam het bestuur der Maatschappij verzekerd, dat dè regeering bereid was de maatschappij te steu nen, met al de haar ten dienste staande mid delen, dan ware het, meende sommigen, niet gekomen tot dè gehoede inwilliging dor eisahan van dè stakende werklieden. Sommige leden begrepen niet, waarom de spoorwegmaatschappijen, al werden zij op het o|ogenblik look niet) door de regeering g)e>! steund, tot die inwilliging hebben besloten. Men onderstelde dat het ongerief, hewelk het publiek tengevolge van tijdelijke stremming van het verkeer zou hebben ondervonden, voor de maatschappijen geen Voldoende reden kan geiweest zijn om zulke eischen in te wil ligen en meende dat, indien zij allechte hadden volgehouden, vele harer beambten spoedig tot inkeer zonden gekomen zijn- Men vroeg lioa die regeering oiver de dooi' die maatschappijen aangenomen houding dacht. Men zou gaarne vernemen wat dé regeering, tea' vervuiling van haar plicht, om te zorgen diat de maatschap pijen aan har© wettelijke verplichtingen vol doen, op 30 en 31 Januari gedaan heeft, be paaldelijk met betrekking tot heb vervoer van de post en van troepen. Is door het aan bieden van. poststukken tot Vervoer geconstar teerd, dat de maatschappijen zicB niet in staat gevoelden voor dat vervoer te zorgen of heeft het bestuur der posterijen het vervoer zelf bezorgd zonder zoodanig aanbod? Hebben de maatschappijen rich ten deze op overmacht beroepen en is daarbij gehandeld in overeen stemming met aart. 55 der spooarwegovereeai- komsten Gevraagd werd, of da stakende spoorweg arbeiders zich aan buitensporigheden hebben sdhuldKg gemaakt, en zoo jaj, welke? Eenige leden waren van meening. diat dè «taking in het spoorwegverkeer en de daarop gevolgde gebeurtenissen geen grond oplever den tot bijzondere maatregelen, onder betoog dat de beteekenis èn van het manifest van het hoofdbestuur der Vereeniging van spoor- eml tramwegpersoneel, waarin een nieuw© staking werd aangekondigd, indien binnen betrekke lijk korten tijd geen zeer gro#te verbeteringen werden aangebracht, èn van het manifest van hetzelfde hoofdbestuur, waarin met een nieu we staking werd gedreigd, can te voorkomen! dat de volksvertegenwoordiging een wet aan neemt, waarbij het recht tot staken ontnomen) wordt, gering was. Het tweede manifest was enkel een ve rwee nmaddei tegenover de in scan- mige dagbladen, bepaaldelijk in de Nederlan der van 3 Februari voorkomende aansporing tot het vaststelt sn van wettelijke bepalingen, tegen de vrijheid' van staking gericht. Da be doeling was overigens nie, dat spoorwegar beiders zich naar den Haag zouden begeveini om de werkzaamheden der Kamers te benwxa- lijkïn, maar om aldaar eene protestmeeting te .houden op dezelfde wijze, als vroeger her haaldelijk ia geschied. Ook in de feiten te Durgerdam kon geen reden zijn voor buitengewono maatregelen. Deze leden waren om de genoemde redenen van gevoelen dat voor de oproeping van twéé lichtingen van miliciens geen voldoende reden bestond. Zij betreurden die oproeping, omdat daardoor de rustige ontwikkeling der vak beweging is belemmerd. De groote meerderheid der ledien was Van Oordeel, dat de omstandigheden in het begin van Februari inderdaad buitengewone maatre- gelou tot handhaving van gezag en arde nood zakelijk maakten. Zij keurden het goed dat de regeering ten deze krachtig was opgetre den, onder uiteenzetting dat eene spoorweg staking een zaak is van zeer ernstige beteeke nis. Yrij algemeen was men van gevoelen, dat de plaats gehad hebbende staking geen zoo groote beteekenis zou hebben verkregen, in dien daarbij alleen sprake ware geweest vaan solidariteit der spoorwegbeambten mjètl dJe| arbedldleirs in diet verwante trarspontbeidrij(v e n BreédMöeriig werd de meemiinig uiteengezet, cat, do eigenlijke oozaak van dJe uitbreiding dor staking gelegen1 is in de grieven vam het persou tel ten aanzien van loonon, arbeidstij den en vooral tien aanzien van onvoldoende! behadcling der klachten. De staking werd' begonnen niet op initiatief van de leiders de»- arbeiders, maar door eenige werklieden in de K -etlandten te Amsterdam, die uit eigen beweging het werk noderlegdien. Hierdoor wer den anderen en ook de leiders meegesleept. Dc onverwachte gmakkelijke overwinnig leid de tot overmoed, vooral toen anarchisten meer en meer invloed op dè beweging begonnen ta verkrijgen. Dè poging om liet voor te steHemi alsof aan de (hierboven genoemde) twee mani festen slechts geringe beteekeniia ware te hech ten, kon mm. niet als geslaagd beschouwen. Daarin wordt toch op zeer duidelijke wijze eene nieuwe staking in uitricht gesteld, en wat nog veel ernstiger is, met bemoeilijking van den arbeid der volksvertegenwoordiging gedireigd, indien deze wetsbepalingen betref fende staking mocht willeni aannemen. Heb ware inderdaad merkwaardig, indien een en kel artikel in een dagblad ala voldoende redeh ia beschouwd tot uitvaardiging van zulke stuk ken. Verder wordt getwezen op het gebeurde te Durgerdam, met die kraanwerkera te Am sterdam, de belegering van eene fabriek té Zaandam enz. Dat in deze omstandigheden de regèering voor versterking der militaire macht zorgde, ten einde voor handhaving der orde en rust te kunnen instaan en maatregelen nam ten einde de veiligheid van het spoor wegverkeer te verzekeren, kon, meende men, slechts goedgekeurd worden. Onder de leden die tot deze conclusie kwaimen, waren er in- tuaschen die moerden, dat aan de manifesten hoe afkeuri ngswaardig ook van toon ©n in houd, toch voor de toekomst niet. al te groote beteekenis is te hechten. Zij oordeelen tevens) dat die stukken blijk geven van een gevóél van zwakheid, d'at zich onder gyoote wooideni verbergt. Zij vertrouiwdën, dab bij beleddtvol optreden van regeering en werkgevers de ontwikkeling der werkliedenbeweging woldra in goedé banen zou terugkeer en. Gevraagd werd of de te Durgerdam gepleeg de misdrijven niet door krachtiger optreden der politie voorkomen hadden kunnen wor den. Omtrent dè vraag, of het gebeurde aanlei ding behoort te geven tot eene aanvulling van heb Strafwetboek, liepen de gevoelen af uiteen. Betoogd! wérd door ©enige leden, dat de regeering tengevolge vtan de sreasie van vele persorganen, die klaagden over de zwak heid harer houding en over verplaatsing van het gezag, naar het schijnt, van standpunt) veranderd is ent strafbepalingen heeft ontwor pen, welke voor de ontwikkeling der vakor ganisaties zeer bedenkelijke gevolgen kunnen hebben. Deze leden noemden de voorgestelde bepalingen eene wraakneming van het bale©- dfigdè gezag en waren van meening dat zij strekken tot eenzijdige bewondering van dè be langen dier werkgevers. Zijl ontzegden aan den wletgever het recht dienstweigering al® misdrijf te qualificeoremi en meenden dat eene uitbrei ding van het bestaand art. 284 niet moaht worden aangenomen, omdat rij dè ontwikk© ling van vakvereenigingen te zeer zou belem meren. Aangevoerd werd, dat tegen aanne ming van dit, den vrijheidszin van het Ned. volk geweld aandoende wetsontwerp, zelfs is geprotesteerd door de Prov. Chr. vereen, vau spoorweg- en Trampersoneel, t© Zwolle. Voorts werd betoogd, dat thans allereon gezorgd behoort te worden voor wegneming' van de grieven dier spoorwegarbeider. Benoe ming eener staatscommissie van enquête zool hiervoor weinig nut hebben. Immers ke©ft) de Staat naar de geldlende spoorwegavereen- komsten geen recht voorschriften te gevent omtrent de regeling van de loouen der spoor- wegbelamibten. Dergelijke enquête zou slechts resultaten kunnen opleveren, indien tot in voering van staatsexploitatie werd overge gaan. Meer zouden deze leden gevoelen vcor eene enquête betreffende de vakorganisatie, met het doel, om over beteekenis en werking dér vakvereenigingep Tich|fc te verspreide^ waarbij men wees op het door den Beer Mïl- lèrand' bij de Franjsche Kamér i'ngedietafdt? wetsontwerp „Sur lé reglement amiable des différenda relartifs aiux conditions dU travail," w'aalritai oe.no bépalimg Wordftj aangetroffen* voorschrijvende dat in inrichtingen, wélké tengevolge van eene ttusschen dien patroon eg zijne werklieden gesloten overeenkomst onder de wet zijn gesteld!, het besluit vam de meer derheid der werklieden om te staken ook dé minderheid verplicht het werk neer te leggen. Men wees er verder op, dat ook in andere landen spoorwegstakingen hebben plaats go- had, zonder dat men daar tot vaststelling vau strafbepalingen als de voorgestelde is overge gaan. Men wees op de groote overhaasting, waarmede de regeer ing strafbepalingen heeft voorgesteld, die, meende men, scherp afstak bij de langzame wijze van werken, die ge volgd wordjt) waar het aankomt op| soèiaile! hei-vormingen. Hoe gevaarlijk het is strafbe palingen als de voorgestelde tè maken bleek! overigens well uit het feit, dab in Duitschlandl zelfs misbruik ia gemaakt van 253 van het Dtuitschè strafwetboek om' leiders, die met staking dreigden ten einde loonsverhooging te verkrijgen!, wegens „Erpressung" te straf fen. Overigens achtten deze leden de Kamer on bevoegd strafbepalingen als deze vaat te stel len, omdat rij, zoolang algemeen stemrecht' niet. is ingevoerd, niet als een ware volksver tegenwoordiging kan worden beschouwd. Hier tegen werd opgemerkt dat de leden der Ka mer zijn gekozen ingevolge de bestaande wet telijke bepalingen omtrent het kiesrecht en) dat de Kamer mitsdien ala deel der volksver tegenwoordiging beschouwd! en erkend dient) te worden. Personen die dit niet inzien, b©- hooren, naar men meende, het lidmaatschap der Kamer niet aan te nemen. Vele leden waren van oordeel, dat in be ginsel het maken van strafbepalingen ter zake van bemoeilijking van arbeidswilligen en van dienstweigering door ambtenaren, personen Auteursrecht uitdrukkelijk voorbehouden. U We treffen hot nietbijjzonder mot liat woei'. Dè stormwind 1 eit, de zee staat hol en onze boot maakt allerlei rare bewegingen, dio voor vele passagiers noodlottig wonden. Het is voor een nieuweling dan ook wel wat har ooui reeds zoo dadelijk met een achten WffldjWestersborm. kennis te maken. Ik voor nujk houd anders wel van zoo'n beetje dei ning. De aanblik der kokende watermassa is "rerweldigend schoon, ja met geen pen te beschrijven. Jammer dat dit gezicht heden veigald werd door een vinnige kou, die het 'pa onmogelijk maakte op het deik de noo- "'ge observaties to doen. Het loopen op con schip hoeft ziju eigen aardige mooiolij|kheden, doch men is er spoe dig achter. Het slapen daarentegen gaat best, vooral doordat het stampen dor machine ala een soort wiegelied wenkt. Zoo'n zeer-eis moet van een sjagrijaiig menscTi wel een vroolijken kerel maken. De gezonde, versterkende zeelucht vult do lon gen met zuurstof en is een geneesmiddel tegen alle kwalen behalve de zeeziekte, die echter al zeer gemakkelijk te bezweren is. De heer van Kol sprak indertijd van banden om de maagstreek, doch ik voor mij ben overtuigd, dat de patiënten onmiddellijk genezen, wan neer ze maar uit volle borst een vroolijk lied aanheffen. Of dit wetenschappelijk te verdedigen is, weet ik niet, doch ik heb al menig zeereisje achter don rug en nam steeds zeer goed geslaagde proeven bij de soldaten. Heden heb ik het ook eens met burgers geprobeerd. Toen orni 12 uur vele jongelui aan tafel mankeerden, bob ik ze boven op dek opgezocht. Een van hen, een verdienste lijk bespeler van de mandoline, wist ik te bewegen rijp instrument te halen en weldra weerklonken boven het geraas van wind en golven vroolijk© liedjes, die alle benauwdheid deden verdwijnen en voor de zooveelste maai werd het bewijs geleverd, dat mijn genees methode de beste en goedkoopste is in het gebruik. Wij rijm intusschen de kust vau. Engeland genaderd, 't Is wel historisch terrein, waar op wc ons nu bevinden. Zoo zijn we langs de Doggers bank gevaren, waar onze Zoutman in 1781 den Eingedscheix dapper het hoofd1 bood, e,n daar bij Duins leerde do oude Tromp in 1639 onzen erfvijanden de kracht der Hol- landsche wapenen 'kennen, die hen in 1666, na een vierdaagschen zeeslag, met waar ont zag zou vervullen. Een jaar later zeilde onze Mich iel de Rudjter den Theems op en bracht de bewoners van bet tratsohe Engeland de bibberage op bet lijf. Ginds aan onze lin kerhand, aan Frankrijks kust-, zou! Duinker ken u van onzen Piet Ho in kiunuen verha len. We zïen verder in onze verbeelding de machtige vloot, dio Willem d UI, deal grooten Stadhouder, in 1688 naai: Engeland over bracht, meer dan 600 groote schepen sterk, liior de straat inzeilen en deze over haar geheelo breedte beslaande, zoodat ze Dover en Calais, Engeland, en Frankrijk, op het zelfde OogeniBli'k passeerde. O, liet Noder- lamdsoh© hart zwelt van trote, wanneer het terugdenkt aan die schooue dagen, to ca enze vlag wijd en zijd' gevreesd, werd, en tl wordt zij dit misschien nu niet meer, steeds wordt zij toch nog hoog geëord. Heden bleek dit nog treffend, toen een groote Djuitschc mail boot ons voorbij stoomde en eerbiedig het eei"st mot de vlag sahuoerde. Do Duitschor ontving een hartelijk driewerf hoera van on ze manschappen en <lo Dkiitscike' passagiers zwaaiden hun stam/verwante brooders een goede reis toe. Terwijii wij ons deze uitweiding veroorloven, komt heit schilderachtige eiland Wiglit in 't gezicht. Links dait eiland met steile rot sen, rechts Engeland glooiend en bedekt met groen. Er komt een kotten* op ons af. Dè Koning Willeon II stopt, de botter zot een sloep uit en na eenige oogenblikken klimt een Engelsche loods aan boord. Langs Portsmouth en Gos- port met hun schepen, arsenalen, forten en werven aan do Engelsche kust en het schil derachtige tegen de bergen gebouwde stadje Ryde en vVight, gaat de tocht verder. Ook het koninklijk slot Osborne wordt zichtbaar. Dé boot stuurt naar het Sauthaimptou-water. Hoewel dè storm nog steeds hevig loeit, wordt hi ar de golfslag reeds kalmer. Dit komt omdat wi]"| nu we^r binnengaats rijjn. Een m'eulwè loods komt aan boorcL en zal ons in de haven brengen,. Wijl zijp. thans ter hoogtè van het meer dan schoono „Royal Victoria Military Hospital", een reusachtig gebouw en voor koloniale troepen bestemd. Het water wordt langzamerhand smaller, de indruk steeds grootacher. Op het voordek sfaan soldaten en passagiers 1ste en 2de klas van al hot nieuwe te genieten. Een plechtige stilte wordt bewaard en alleen de Engelsche commando's van don loods op do brug worden gehoord. Langs tal van reusachtige stoomboo- teu en eenige Engelsche oorlogschepen gaat de tocht verder, tot wijl oindclijjk aan de zoo genaamde dakkem van Southampton bomen, waai' wij worden aangemeerd. Dédelijk komen douanen aan boord, of er ook onverzegelde tabalk, sigaren, eau-de-co- logna en andere, aan inkomende rechten on derworpen artikelen, aanwezig rijm. Natalies Is reeds aan den administrateur afgegeven, opgeborgen en verzegeld. Mem heeft alleen sigaren voor oigen gebruik voor zich en dat is niet verboden. Jammer, dat het nu zoo regent en dus weinig pleizier hebben om aan wal te gaan. Laat het ons hopen dat het morgen ©en beetje schappelijkerzal zijfn, opdat wei dan samen eons een kijjkje in de drukke Engel sche havenstad ncmien kunnen. Lt. Olockener Brousson b. d. Southampton, a/b ft S. Koning Willem II. 1 Maart 1903.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1903 | | pagina 1