r. us.
2^ Jaargang.
Vrijdag 23 October 1903.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
Rozenheuvel.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per S maanden voor Amersfoortf 1.85.
Idem franco per post.1.75.
Afzonderlijke nummers- «.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 nor
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERi'ENTIËN i
Van 1-t5 regels
Elke regel meer
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedriff bestaan voordeelige
het herhaald advèrteeren in dit Blad by abonnement,
circulaire, bevattende de voorwaardèn, wordt op
toegezonden.
0.79.
Kennisgevingen.
De Burgemeester van Amersfoort,
Gezien artikel 41 der gemeentewet,
Brengt ter kennis van de ingezetenen, dat de
Raad ilezer genievnte zal vergaderen op Dins
dag, den 27. October aanstaande, des namiddags
ten 1 ure.
Amersfoort, den 22. Octoiber 1903.
De Burgemeester voornoemd,
WUIJTIERS
ft) Burgemeester en Wethouders van Amers
foort,
Gelet op artt. 6 en 7 der 'Hinderwet,
Brengen, ter kennis van het pulbliek, dat een
door D. H. Eijsink: ingediend verzoek, met l>i>
lagen, om vergunning tot liet plaatsen van eene
gasmotor van 20 ip. k. in het perceel alhier ge
legen aan den Arnhemsdhenweg, biji het kadas
ter bekend onder Sectie B, no. 2176, op de
Secretarie der gemeente ter visie ligt, en dat op
Donderdag, den 5. November aanstaande, des
voormiddag» te 'half elf uren, gelegenheid ten
Raadlhuizo wordt gegeven om, ten overstaan van
het Gemeentebestuur of van een of meer zijner
leden, bezwaren tegen het oprichten van de in
richting in te brengen.
Amersfoort, den 23. October 1903.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester,
B. W. Th. SANDBER/G. WUUTEERS.
Politiek Overzicht
Chamberlain's propagandatocht.
De heer Jozef Chamberlain is den jicbt-
aanyal, die hem op het ziekbed wierp na zijne
reis naar Schotland, tijdig geaioeg te boven
gekamien ami op den daarvoor bepaalden dag
zij ie rede te Newcastle te houden. Wij. heb
ben moeien wachten tot de post ons de En-
geilsche bladen bracht, oan daarvan kennis te
nemen. Trouwens de eocmoani&oho strijd in
En gelaaid neeanit gaaaideweg zulk een omvang
aan, dlalt liet zelfs voor die meeste Engel solve
bladen, dile anders heel ,wat ruimte beschik
baar hebben, onmogelijk wordt van 'alle spre
kers behoorlijk notitie te nomen, Op één diag,
sprakeni in Bolton (Laaiöasihire) de leiider dier
oppositie Slir Ilenry Campbell Bannermiaii,
in Glasgow de heer Gibson Bawfles, de be
kende (dissident onder de coneerwatieveBV, in
Leeds looid Tweedanouth eau die heer Hei-beat
Gladstone, in Hackney lond Wolby, in Poplar
do lieer Sydney Buxto», in Bristol de heer
Birrell en in Leomwngton de nieuwe minister
van koloniën Lvtitelton. O1" die wijze kan
mten van het goede te veel krijgen.
Het, is inzonderheid als voorvechter van
de rijksadee, dat de heer Chamibertlain be
keerd is tot het protedtioTrisnne en de natie
opwekt hom in zijne bekeering te volgen.
Dit komt bijzonder duidelijk uit aan het
einde van zijne rede te Newcastle, waarin hij
zeide„Ik heb niet gedreigd met de onmid
dellijke ontbinding van het rijk, maar ik
geloof niet, dat wij het rijk bijeen kunnen
houden behalve op de lijnen, die begrepen
en aangenomen zijn door andere landen en
waarop deze met succes zijn voort gegaan.
Ik geloof niet, dat de Yereenigde Staten hot
groote rijk gewonden zouden zijn. dat zij
zijn, zonder het corn (merci eole verbond tus-
sciheu de verschillende staten, die het samen
stellen. Ik geloof niet, dat Duntschlamd een
groote en machtige staat zou geworden zijn,
zonder het verbond op handelsgebied tus-
eciheni zijne verschillende staten, en ik ge
loof niet, dat wij] een machtig rijk zullen
ziin ilk geloof heeleniiaal niet, dat ,wij ,een
rijk zruilileaai zijlui waarneer wiji ruilet dergelijke
etappen doen. Wel ia waar hebben wij .con
staat, die van d© hunnen verschiltan de
eerste plaats omdat hij groot er en meer be
volkt La, in de .tweede plaats omdat hij meer
universeel is in zijn© producten van eiken
aaoid en ook bderi» verschilt, dat hij meer
homogeen is wat zijne blanke bevolking be
treft. Walt' wij ook ihopen te. verkrijgen door
eene heden aangenomen ras-paLitiek, wij
mogen mot grond; hopen veel .meer te ver
krijgen door ideze poEtiek, geldu rende ge
slachten mot gelijke voUhculdiWig voortgezet.
Daarom boni ik van meening. dat het tegen
woordige zoo belangrijk 'ifi. Ik vraag u niet
te schrikken over de cijfers, die door onze
tegenstanders worden gegeven, over het
schrikbeeld van idiuiur voedsel, dat niieb za.l
komen, luet schirilkboolld; van vergelding dioor
andere landen, die hun peker veel meer zon
kosten dan ons, door de vreeselijke gevolgen
der aanneming van eene politiek, die met
succes is voorgestaan iin, het, befllaug van elk
ander beschaafd land r der wereld. Neen, ik
vraag u niet te schrikken wegens bedreigin
gen van anrrtiilddellijtk gevaar aan mij toege
schreven of wegens gevaar in de toekomst,
imaar ik vraag u deze zaak te bekijken met
een ernstig gevoel van verantwoordelijkheid,
bedenkende dat dit ons rijk, waarop wij al
len in onze harten trotseh zijn, een groOften
last op ons legt. Het heeft dikwijls zware»
arbeid en zware verantwoordelijkheid op ons
gelegd, maar het heeft ons gemaakt tot wat
wij zijn, het heeft ons geleerd nationale op
offering als deugd aan te merken en wij
hebben in dé toekomst uit, te zien naar
vruchten van dezen boom, die alle moeite
welke wij oub geven am bean te kweeken, zul
len rechtvaardigen. Daarom, noodiig ik mijne
larldsflieden uit, thans nul ik ybellig gc-loof
dat zij eon va» die gelegenheden hebben
die zelden voorkomen, nul zijl de gelegenheid
hebben om, dit rijk duurzaam te vestigen,
dit niet te laten vallen als een iidelen droom.
Bedenk dat de verwezenlijking van dieai
Vlricom de grootste roem zal zij», die ooit een
staatsman of een geheel volk ten deel zal
vallen. Ik verzoek ben deze dingen in over
weging, 'te nemen otmi tot een juist, bedrit te
komen."
Het doel van dezen propagandatocht en
van al wat zich daaraaai vastknoopt, is de
zaa,k onder de aandacht van het volk te
brengen. Intusschen het volk wordt niet een
zijdig ingelicht; er wordt voor gezorgd, dat
het ook de inzichten van de andere partijl
leert kennen. Tegenover de lofrede, die
Chamberlain hield op het protectionisme als
middel tot bevestiging van het rijk, heeft
lord Rosebery zijne meening verkondigd, dat
de triomf van Chamberlain integendeel
den band zal losmaken tusschen moederland
en koloniën. In eene rede te Sheffield drukte
hij zich daarover aldus uit:
„Ik geloof heden evenzeer als twintig ja
ren ge'eden, toen wij ons met dit vraagstuk
bezig hielden in de Imperial Federation
League, dat elk stelsel van dien aard bestemd
is te mislukken. Ik houd vol, dat gij geen
rijks-tarief kunt opstellen, dat bevredigend
is. Nog minder kunt gij het rijk vestigen op
eene lijst van verboden industrieën. Al wat
u mogelijk is, is te trachten bijzondere ver
dragen te sluiten met elke van de koloniën.
Wat zou dan uw handelsstelsel zijn en waar
zou de eenheid van uw rijk zijn? Alles zou
periodiek, misschien jaarlijks, herzien moe-
ten worden in uwe handelsbetrekkingen met
iedere kolonie. In 't eind zouidt gijl u in de
onderhandelingen moeten onderwerpen aaai
de bedreiging, die zoo onaangenaam is om
te hooren, dat het toch maar beter zou zijn
het tafellaken door te snijden. Uw minister
van financiën zou aanhoudend zich moeten
bezig houden met de taak, om onvereenig-
bare en tegenstrijdige belangen tot elkaar te
brengen. De hemel beware ons voor het booze
bloed, dat onder zulk een stelsel zou worden
gekweekt. Dat is het plan, het geheele plan,
dat bestemd is het tegenwoordige stelsel te
vervangen, hetwelk gegrond is op volkome»
vrijheid van handelen cn volledige verzoening
van de individueel© belangen. Wel verre
van het rijk ongeschonden te bewaren, ge
loof ik in alle oprechtheid, dat eene politiek
a,ls die welke de oud-minister van koloniën
voorstaat, onvermijdelijk tot zijne ontbin
ding zal leiden. Nog een laatste bezwaar
blijft er voor mij over; het is dit: Ik ben
een overtuigde imperialist, en daarom
wensch ik niet, dat in een tijdivan schaarsch-
te of depressie of hongersnood het volk in
het moederland er toe zal komen de belan
gen van zijn stoffelijk welzijn te doen we
gen tegen de instelling van het rijk. Het
zal een booze dag voor Groot-Brittannië en
een nog boozere dag voor het rijk in zijn
geheel zijn, wanneer de werkman, thuis ko
mende voor een maaltijd, dien de belastin
gen hebbeu beknibbeld, tot zijn gezin zal zeg
gen „Ach, het zou anders zij(n, als wij niet
zoo zwaar belast waren voor de instandhou
ding van het rijk". Men moet hopen, dat
nooit dit belang en de riiksidee met elkaar
in botsing komen. Zij zijn nu in volkomen
harmonie. Laat ons om Godswil die harmo
nie niet verstoren."
De Spectator voegt aan deze waarschuwing
van lord Rosebery voor de toekomst eene her
innering uit het verleden toe. „Wijf hebben
eenmaal" zulk een rijk gehad, schrijft het
blad, een rijk waarin de koloniën ver
plicht waren te koopen van ons en wij van
hen. Wat was de uitkomst? Vóór den vrijhan
del waren de koloniën in eene voortdurende
gisting van naijver en verdenking en erger
nis over wat zij onredelijke beperkingen
achtten. Dat was kwaad. Even kwaad was de
uitkomst in heb moederland. Daar kwam
men er toe het rijk te verfoeien, omdat het
een voortdurenden dwang op den handel bet
oogde. Onze kooplieden konden deae of gene
grondstof niet koopen, omdat wij gehouden
waren onze grondstof uit de koloniën te be
trekken. Dit was oorzaak van de impopula
riteit der koloniëu en die misnoegdheid met
het rijk, die zulk een bijfeondër kenmerk was
van een groot deel onzer openbare meening
van zestig jaren geleden." Het blad besluit
met een klacht, dat de heer Chamberlain
blind is voor de geschiedenis, door te verlan-,
gen, dat in het onderstelde belang van het
rijk een stelsel zal worden verlaten, „dat ons
een tevreden rijk gegeven heeft, het volk in
het moederland, liefde voor en trots op de
koloniën heeft ingeprent- en de koloniën
trouw heeft gemaakt aan het moederland."
Zoo uitcenloopend luidt het oordeel over
de strijdvraag, die aan do beoordeeling van
het land ia onderworpen. Iuderdaad, ernstige
overweging is hier wel van pas, om tot een
juist besluit te kunnen komen.
Frankrijk.
De Matin schrijft: Wij gelooven te weten,
dat de langdurige besprekingen van den
Koning en den minister va» Buitenlandscho
Zaken. Morin, met den heer Combes en den
heer Delcassó tot practi9che resultaten voor
beide partijen hebben geleid. De overeen
stemming (accord) die tusschen beide naties
sedert verscheidene maanden bestaat en die
de gewichtigste levensquaesties van beide
landen betreft, i9 tengevolge van het jongste
bezoek op weg, een definitieven cn tastba
ren vorm aau te nemen."
In antwoord op do interpellatie
van Gauthier over de algeaneene poli
tiek, verklaarde min.-pres. Combes in du Ka
mer, dat de reg. trouw zal blijven aan haar
program. De regeeriiig kent als volkslied de
„Maraedilati.se," maar niet de „Internatio
nale." D© onlLiustte». tie Apmieavtnèrcs kwamen
onverwachts op. D|eze negeering heeft ech
ter geen bloed doe» vloeden, zoolang ziji aan
het luestuiur is.
Waarneer de regecring haar tegenwoordig
prograan heeft afgewerkt, zal zij een nieuw
program voorstellen, dat eene voortzetting
aal zij» va» het huidige, m zal bevatten ecu
nieouwo legerwet e» de verdwijning va» het
oongiregaaiishisohe onderwijs.
Mot 332 tegen 233 stemmen nam do Kaon er
eene motie aam, voorgesteld door Sarricn en
die de regeering had aanvaard'. De mot-io
luidt„De Kamer, de verklaringen dor n-
geering goedkeure«de. wijst alle toevoegsels
af «iii gaat over tot de orde van den dag."
De vergadering werd daarna gesloten.
De afgevaardigde d'Estournelles verklaarde
eenen vertegenwoordiger van den New-York
Herald, dat 't Fransch-Engelsche scheids
gerecht s-t r a c ta a t slechts een eerste
stap was; vier andere gelijksoortige verdra
gen van Frankrijk met Italië, Holland en
Zweden en Noorwegen waren in bewerking.
Het Frausch-ItaUaansche verdrag zal nog
voor de reis van president Loubet naar Rome
gepubliceerd worden de onderteekeniug van
de overige zal binnenkort volgen.
Noorwegen.
Het nieuwe kabinet in Noorwegen is aldus
samengesteld
Dr. Hagerup, voorz. en justitie; dr. Si
gurd Ibsen, minister va» Staat te Stockholm
ds. Nielvenhauge, ©eredienst en onderwi js
postdirecteur Schöning, handel cn nijyer
beid'; groothandelaar Birger Kild'al, finan
ciën en douane; ingenieur- Hansen, openbare
werkengrondeigenaar Matheeeen, land
bouw luit.-kolonel Strugstadt, oorlog; ree
der Miohel9en e» officier van justitie Vogt,
leden van den stantsrmaad te Stockholm.
Het ministerie bestaat uit vijf leden van
de linker- en evenveel van do rechterzijde.
Italië.
Men verwacht te Rome de aankomst, van
den Koning uit het slot San Rcesore. Zanar-
delli zail rich, zoodra dit mogelijk is. naar
Madera*) begeven en de aangevangen c kuur
voortzetten. De Tribunal keert zich heftig
tegen de tegenstanders van Zanardelli, "die
trachten hem voor het uitstellen van de reis
van den Tsaar verantwoordelijk te maken
het blad beweert dat mot dit voorval, nvaar
alleen Zaaiairdelli's gezondheidstoestand' hem.
tot aftreden noopte.
De e n q uête-coommiss ie Voor het be
heer der M ar i no heeft gisteren liane werk
zaamheden begonnem en besloten, haar oti-
dlerzioek zonder verzuim, over de geheele
Marino uit te breiden. Hot. onderzoek
zal vooraf miet de in Juli jl. in hot
Parlement ter sprake gebrachte voorvallen
beginnen on dfen tijd sedert 1884, en zoo
noodig zelfs den tijd voor 1884 omvatten.
Oostenrijk-Hongarlje.
De Keizer ontving gisteren Lord
M e t h u e n, die hem in opdracht van Ko
ning Eduard den maarschalksstaf overhan
digde.
Rusland.
Men is begonnen mot den verderen aanleg
van den spoorweg van E r i w a n in den
Kaukasus naar Dsjoclsa in Perzië.
Turkije.
Volgens de bewering van een. diplomaat te
Konstantinopol zijn do meeste Europeesehe
staten het eens, dat Turkije in haar eerstvol
gend tarief van invoerrechten, waaraan op
het oogenblik gewerkt, wordt, ten aanzien va»
den benarden financierden toestand, bet tar
ricf va» acht op elf procent verhoogt.
Over den toestand aan don Badkan wordt
bericht
Sofia, 22 Oct. De minister van oorlog heeft
do reservisten tweede klasse met groot ver
lof gezonden.
Konstantinoj>el, 22 Oct. De gezanten van
Oostenrijk en Rusland hebben heden aan de
Porte de nota's overhandigd, die gegrond zijn
op de instruction, die zij hebben ontvangen
als resultaat van de conferentie te Mürzsteg.
Azië.
Aan den New-York Herald wordt uit
Washington gemeld, dat Rusland's verzet,
om Moekden voor den buitenlandschen
handel open te stellen, daar zeer de aan
dacht heeft getrokken. Het staatsdeparte-
ment polstde Russische regeering in zake
hare houding jege»3 de quaestie van instand
houding van het principe van de ope» deur
in Mantsjoerije.
Volgens berichten uit Port Arthur heeft
de stadhouder generaal Alexejef het plant
opgevat, om binnen do grenze» van het ont-
eigeningsgebied van den O o s t-C hinee-
schon spoorweg de ambten van direc
teur-generaal va» dien spoorweg en van gou
verneur, te vereenigen. Twee assistenten met
den titulairen rang van vice-gouverneur zou
de» het technische gedeelte en de civiele-
aangelegenheden te leiden hebben, de alge-
meene spoorwegpolitie evenwel zou komen
onder leiding van een bijzond oren, den stad
houder cramiddelijk ondergeschikten beamb
ten.
Het Japansche gezantschap in Italië logen
straft het nieuws der terugroeping van do
Japansche officieren, die de school van Tu
rijn volgen. Het gezantschap voegt er bij,
dat het geschil tusschen Rusland en Japan
langs diplomatieken weg zal geregeld worden.
Zuid-Afrika.
Uit Kaapstad wordt bericht: Do vergader-
ring van de Synodo van de Nederlandscha
hervormde kerk, dia werd bijgewoond door
220 gedelegeerden, besloot met algemeen©
stemmen de aandacht van de Britscho regee
ring te vestigen op de handelingen van dd
militairen onder du Krijgswet De sprekers
haalde» talrijke gevallen van hardheid aan.
Do correspondent, van de Standard seinde:
De handelingen van de synode der Holl. kerk:
kwamen liede» tot het uiterste. Ondanks de
waarschuwingen van de inecr gematigde
leden, werden redevoeringen gehouden, diie
Utt het Engelsch
9 VAN
FLORENCE MARRYAT.
„Och, tantelief, tob daar maai- niet over.
Dat zal wel in orde komen", gaf Eveline met
een gelukkig glimlachje ten antwoord „Ik
zou alleen maar zoo dolgraag willen weten,
wat oom aan mij»lieer Gamble te schrijve»
had betreffende Will."
„Je zult je nieuwsgierigheid! toch, tot mor
genochtend dienen te bedwingen, Eveline,
want nu moet je naar bed daar helpt geeni
lieve moedertje aan", hernam, haar tante,
terwijl zij),het meisje met zacht geweld; de
trap opduwde.
Eva, wierp nog een laatste» dirOeven blik
op mijnheer Gambles geslote» kamerdeur,
waarachter zij de» kassier op ernstige», afge
meten toon hoorde spreken, en liet zich met
oen zucht naar haar kamertje brenge». Toen
zij daar was aangekomen, ging zij, in plaats
van zich van hoed en mantel te ontdoen, op
den rand van haar ledikant zitten, om naar
Will's voetstap te luisteren, als hij) de trap
opklom. Zij gevoelde maar al to wel, dat zij
toch niet den slaap zou kunnen vatten, vóór
zij haar neef gesproken had en een verslag
van zijn onderhoud met mijnheer Gaanble
had gehoord. Zij was gejaagd en zenuwach
tig zij wist zelf niet waarom. Zij had! Will
zielslief, maar zij stelde niet veel vertrouwen
in hiein. Hij nam dikwijls de meest ernstig©
dingen volgens haar meening veel te luchtig!
op en het was best mogelijk, ofschoon zij dit
natuurlijk niet met zekerheid wist, dat hij
met zijn kantoorwerk wat al te veel de hand
lichtte. Het gesprek duurde vrij lang. De
stemmen in de kleine zijkamer klonken al
luider en luider het leek wel, of mijnheer
Gamble en Will samen aan 't kibbelen war
ren. Eindelijk scheen dto kassier iets te zeg
gen, dat hem meester van het terrein deed!
worden, want even, daarna hoorde zij allee»
zijn harde, snijdende stem, terwijl Will blijk
baar zwijgend luisterde.
Eveline's hart werd van deernis met haar
neef vervuld.
Wat had die vervelende mijnheer Gamble
haar lieven Will toch te zeggen, dat hij zoo
geheel en al uit het veld! werd geslagen? Als
zij de inspraak van haar hart had moge» vol
gen, zou zij naar benedon gegaan zijn, oan
tegenwoordig te zij|n bij het onderhoud!. Gaf
liet verbond, dat zij| dien avond met Will
gesloten had, haar daartoe niet het volste
recht? Zijl zag echter terstond in, dat dit ceni
onmogelijkheid was. Elr zat niet anders op
dan diait zij geduldig wachtte tot Will naar
zijn eigen kamer ging, die zich aain de ach-
terzijjde van het huis, vlak naast de hare, be
vond. Zoodra zijl hem hoorde, zou zij op hrim
toesnellen om hem nogmaals de verzekering
harer oprechte liefde en innige sympathie te
•geven- Om haar giedaclilongaiig in een andere
richting te leiden, doorleefde zij in den
geest voor die tweede maal dat onvergelijke»-
lij'k zalig uur, toen zij met hem uit den
schouwburg naar hui9 ging, en met al den
deemoed en nederigheid van haar eenvoudig,
liefhebbend hart vroeg zij zichzelf af, hoe
het mogelijk was, dat zulk eeu groote zegen
baar ten deel was gevallen.
Intusschen zeide mijnheer Gamble tot den
afgod van Eveline's hart
„Het is cn blijft een geheimzinnige histo
rie, ïnijinheer William, waar wij alles be
halve over gesticht zijn".
„Ik weet niets van de zaak af, mijnheer."
..Dat is het juist. U behoorde er wel wat
van te weten. Door er niets van af te weten,
hebt gij u aan oen schandelijk plichtsver
zuim 9ebuldiig gemaakt. De uitgifte va» pa
pier en postzegels behoort tot uw departe
ment en mijnheer Caryll oisclrt hiervan
nauwkeurig rekening en verantwoording. Uw
oom hoeft groot gelijk Als een zaak op den
duur zal blijven bloeien, moet elke uitgave
nauwkeurig geboekt, worden. Er is nog nooit,
iets dergelijks op het kantoor voorgevallen.
De eer van het geheele bediendenporsoneel is
er mede gemoeid."
,,'t Is me ook een baantje, dat oom mij
heeft opgedraaid', riep de jonge Caryll uit.
„Ieder oogenblik heb ik aanvraag om post
zegels het is oen totale omnogel ijjkhcid
om elk postzegeltje, dat gebruikt, wordt, af
zonderlijk te boeken. Ik zit geen vijf minu
ten lang rustig; en ongestoord aa», mij» lesse
naar. Het is met mij die» godgaaischen dag
wip-op-'t stooltje. Hoc kan ik er in 's hemel*
naam aansprakelijk voor zij», als dè anderö
bedienden tijdons mij» afwezigheid papier en
post zegels vyegnoine n
„Wij zijn in Water Street geen diefstallen
gewoon, mijnheer William", heraam de kas
sier droogjes, „al 0112e bedienden zijn eerlijke»,
vertrouwbare mannen, die voor het meeren-
deel al jaren lang iu dienst der firma zijn
geweest,"
„Ieder mensch is eerlijk, zoolang hij niet
als een dief gebrandmerkt Ls gioiworde»", zeödet
Will met teigondé onbeschaamdheid.
„Bedoelt- go met dezso woorden awius, dat.
ge een bepaald persoon verdenkt, mijnheer
„O neen. ik zeg dit alleen om mijzelf to
verontschuldigen. Mijjn oom werpt mij voor
de voeten, dat ik mij» boekon sheht heb bij-
gehouden. Deao aanklacht- verklaar ik als
ten eencumale ongegrond De postzegels, dio
ik zelf gebruikt heb, zijn alle door mij ge
boekt. geworden, maar ik ben niet verant
woordelijk voor hetgeen anderen doen."
„Nu. mijnheer, ik raad u sterk aan in het
vervolg oen beetje nauwkeuriger te zijn",
sprak de kassier weer „Do zaak is mijnheer
Caryll ter oore gekomen en urw oom ziet
hoogst zelden voor den tweeden koer iet3
door de vingers."
Will's gelaat was tijdens dit gesprek lioog-
rood gekleurd' en zij» oogon gaven duidelijk
wrevel en ergenis te kennen.
„U «ohijtnt te vergeten, dat ik mijnheer
Caryll's neef en naaste bloedverwant ben",
zeide bij, op hrtogen toon. „U spreekt tot. mijl,
mijnheer Gamble, alsof ik dc kantoorlooper
was."
„Neen. nvijjnheer Williaan, ik vergoot, niots,
maar mijinhcor Caryll evenmin, al zijt g«
ook duizendmaal zij» naaste bloedverwa»t,.
Hij is een strikt rechtvaardig patroon, maar
tevens uiterst streng. Ik raad u derhalve in
uw eigen welbegrepen belang aa», om uw
boeken voortaan beter bil te houden. Meer
heb ik u niet te zeggen."
„Ik heb uw goeden raad niet noodig. mijn
heer. Morgen zal ik mijn oom oen bezoek
gaan brengen, om hem in persoon over d<v.e
netelige kwestie te spreken." hernam Will,
terwijl hi; de kamer verbet en do deur met
een harde» slag achter zich. dichttrok. Zooi-
lang mijnheer Gamble's oog op hem rustte,
had hij zich kordaat gchoudtu. maai' nu hij
alleen in de gang stondl, zonk het hart. hem
in de schoenen.
De kassier had brui, zij het ook in bedekte
termen, een tamelijk dreigende aanklacht
naar het hoofd geslingerd cn een gevoel va»
angst greep hem aan, toon hij zich gejaagd
de gebeurtenissen van de laatste dag of wat
te binnen riep en zich verbaasde over het
feit, hoc hijj zoo onvoorzichtig had kunnen
zijn va» zoo onbetoonnen te werk te gaan.
Zijn welgevormd, jeugdig gelaat was doods
bleek en vertcfcnde een uitdrukking va»
troostelooze neerslachtigheid, toen hij lang
zaam de smalle trap opklom en Eveline's
kamertje al meer en mrer naderde. Nauwe
lijks liad hij het kleine portaal bereikt, of
de deur van Eva's heiligdom werd onhoor
baar zacht geopend!. Eveline verschoen op
den dre»ipel van haar armzalig slaapvertrek,
brandend va» begeerte» o»n hom te troosten
en op te beuren. Maar Will verkeerde in
een; allee behalve rooskleurige gemoedsstem
ming. De gedachte aan het vorlxmd, dat
dien avond tusschen hem e» lianr geslote»)
was e» gehleel haar denken en gevoelen inl
beslag nam, was uit zijn herinnering weg
gevaagd door de groote mooiolijlkheid'', Waarin
hij zich op het alleronverwachtst, gewikkeld:
zag. Hij wias diep tenwergodrukt. cn o»t>-
stemd cn wenschte niets liever dan alleen te
zij», oim op zij|n gemak over do zaak na te
deuken. Eva's van vreugde stralend, onschul
dig gezichtje scheen hetn een verwijt too on
hij wilde haar voorbijgaan mot een kort
„goeden nacht", zooaLs hij altijd placht td
doen.
Wordt vervolgd