IlIJVOEttSKL
Amersfoorlsch Dagblad.
AMERSFOORT.
bij hkt
Gem ienteraad
vax
Zitting vasi cieai- gemeenteraad van Dins-
dag 27 October 1904, diss namiddags cm 1
uur
Voorzitter de lieer burgemeester jhr. J.
W A. Bairolimian Wuy tiers.
Tegeniwoord&g alle leden en d© secretaris
jhr. mr. B W. Th. Saradibeig.
De notulen van de vorige zitting worden
gelezen en goedgekeurd.
Ingekomen zijn
a>. een besluit van dein Minister van Bin-
nenilandtsdke Zaken, houdend© goedkeuring
van de benoeming van den tijdelijk en leer aar
J. J. Vermeulen voor informatie
b. een schrijvien van den minister van
Binnenlandsche Zaken, berichtende, dat
Z.Exc. berust, in de. bmocming van tijdelijke
leeraren aan de Burger - av c udsobooilals-
voren;
c. een sdhrijlven van den minister van
Binnenlamdsahe Zaken, berichtende, dat
Z.Exc. geen termen vindt oon af te wijken
van zijn voorgenomen plan, om het buiten
gewone subsidie voor de Hoogere Burger
school van f 5000 te verminderen tot f 4000
wordlt na voorlezing voor kennisgeving
aangenomen
d oen besluit van G-ed Staten tot goed
keuring van het raadsbesluit nopens de in-
gobruikgervting van heidegrondenvoor
informatie
e. het proces-verbaal dier opneimdng van
boekon en kas van den gemeente-ontvanger
alsrvoren
f. een voorstel tot reorganisatie van. de
vee- en vleeschkeuringter secretarie ter
behandeling in eeme volgende vergadering
g. een schrijven van den gemeente-archi
tect W, H. Kam, houdende dankbetuiging
voor hot besluit tot vedhooging van zijne
jaarwedde voor informatie
h. een schrijven van P. van Achterberg h
em J. R. van 't Hof, berichtende dat zij het
door hen ingediende stratenplan bij Mon
nikendam intrekkenvoor informatie.
Aan de orde is
1. Verzaak van de tijjdfeiijjke leeraren A.
Winter en W. G. A. Meijer, oon. wijziging
van de verordening, houdende regeling van
de jaarwedden van het personeel, verbonden
aan het gymnasium en de Hoogere Burger
school.
Het. verzoek van adrosaanten strekt oon
voor ben dezelfde gunstige bepaling te wil
len maken a's voor de bezitters der akte K5.
Wordit z. h. o. conform het adtvies van
B en W. afwijzend op het verzoek beschikt.
2. Yerzook van dr. H. F. Nï/eratraaz, om
zijne vaste aasiateiling tot buitengewoon,
leerajaa* in natuurlijke historie aan het gym
nasium in ©ene tijdelijke te veranderen.
Wordt z. h. ol, conform het advies van
B. en W., gunstig op het verzoek besahikt.
3. Voorstel tot bet rooien van zeven hoo
rnen oip den Zualdfjingel oa^ tot het, inpoten
va<9 jonge limiden aJdaar.
De heer Croookewit. Mijnheer de
voorzitter. ik zal niet voor dat voorstel kun
nen stemmen, omdat ik hot jammer zou vin
den als deac beamen gerooid werden. Ik kan
mij bij bet voorstel noorlieggen wat den eenen
boom betreft bij die brug, want die is m. i.
in zoo slechten toestancT, dlat liet noodig is
hetni op t© ruimen. Maar bet komt mij, niet
noodig voor do zes andere mooie boomen op
te ruimen. Die zijn nog niet in zoodanigen
staat, dat zij gevaar opleveren. Men zegt
Do boomen zijn hol. Ja, maar alle linde-
bootiniem van dim leetftijid zijn bod. Dan zoai
mem ze allen dus moeten opruimen.
De Voorzitter. B. em W. hebben ge
meend dit voorstel te moeten doen met het
oog op het gejvaar, dat de boomen opleveren
vcor de nabij, gelegen gebouwen. Er is on
langs een boom omgewaaid, gelukkig naar
de zijde van de gracht. Was die boomt tegen
de huizen gevaillon. dan zoude de schade voor
de gemeente aanziend ijk hebben kunnen zijn.
De heer K 1 e b e r Mijnheer de voorzit
ter, rk zou het ook bejammeren, wanneer die
zeven boomen allen gerooid werden. Ik heb
ze nauwkeurig nagezien, en mijn© bevinding
is, dlat zij wezesiilij'k niet in zoo'ix slechten
staat verkecren. Ja, zij) zijn hol, maar jui?t
bij d» booanen, die het- ergst, hol zijn, heeft
zioli een stam binnen in gevormd. De boom.
die omgewaaid was, wa3 totaal vermolmd.
Dat zijn deze boomen niet. Wat het gevaar
betreft, waarvoor men vreest, d© beuk bij
het politiebureau heette ook gewaar op te
leveren; niiaar men beeft een week noodag
gebald oon hem, om te hakken. Dat gevaar
kan dus zoo groot «dot. gcwee6t zijn. Mot
ctczo kndeboomen is hetzelfde hot geval. On
langs nog is die prcef op die scorn geleverd.
Wij hebban een hevigen storm, gehad, waar
bij: een winddruk was van 100 K G. op don
vierkanten meter. Dat wil voor deze streek
heel wat zeggen. Maar deze boomen hebben
dien storm met glans weerstaan, terwijl hier
en elders een aantal boomen zijn bezweken.
Ik geloof dus, dat hot gevaar-, dart deze
boomen zouden opleveren, denkbeeldig is.
Over 't geheel springt men hier mot de
mooie boomen nog al lichtvaardig om. Wan
neer iemand zegt-, dat een boom in den weg
staart,, dat is men hier veel t© spoedig gereed
om hom om te kakken of af te hakken. In
andere plaatsen beeft men dat vandalisme
tegen cle oude boomen aan kaait gezet; men
'beeft ei" meer respect voiorhier en daar
ziet niion zelfs, diart oude boomen ondersteund
worden. Ik zou willen, diart; bier- ook een
andere weg werd ingeslagen dan die, welke
nu wordt gevolgd. Deze boomen leveren vol
strekt geen gevaar voor de omgeving op,
behalve een enkeledie staat schuim: over dc
grachtdie kan langzamerhand meer gaan
overhellen, waardoor bijl gevaarlijk kan wor
den Ik ben zeer zokea- tegen hert voorstel
van B. en W. Ik st-el voor, als amendement
op het voorstel van B. en W om alleen den
tweeden baant te doen vellen van de Hee
renstraat af iu de richting van dc Sint-
Andriiesstraaten die anderen niet te rooien.
D© heer van Eek. Mijnheer d© voorzit
ter, ik was aanvankelijk voor het voorstel
van B. en W. gestemd. Maar ik ben daarvan
teruggökoimion TJit particuliere gesprekken
hob ik gemerkt, dat eene massa ingezetenen
zeer gehecht zijn aan da© oude boomen en ze
hoogst ongaarne zouden üe'n verdwijnen.
Hert voorstel wordt gemotiveerd met het ge
vaar voer omwaaien. Dat gevaar zou eeüiter
voorfleoman kunnen worden, door die boomen
te loten staan en de hoog© toppen er uit te
kappen. Dan groeien de booanen op nieuw
urit en mem krijgt joaige takken. Wooden die
takken te groot, dan kan men ze weer weg
kappen. Ik zooi dus willen voorstellen de
beamen te larteni staan, .maar de hooge toppen
er uit te hakken. Daardoor zal ieder berei
ken wat hij, verlangt. Er zal geon gevaar
meer zijn van omwaaien, de oude stammen
blijfi-en staan en aan de buren wordt het
licht niet benomen.
IX1 heer van Beek. Mijnheer d© voorzit
ter, ik moet over de wijze, waarop
men in deze dagen bezag i-> boonman te
snoeien, ecnage bevreeamniiing to kennen geven.
Deze boomen zijn op zidh zelf mooi. Juist de
sierlijk neerhangende takken gewen het
pittoreske aan den b. eiu Maar verleden
jaar is er reeds zonder oordeel iu gebakt,
on in deze dagen geschiedt dat weer, o. a.
bij de boomen bij bet r.-k. pensionaat. Ik
mioiert ten sterkst© protesteeren tegen eene
wijze van snoeien vasi do boomen, waardoor
het schilderachtige, dat de boomen hebben,
woijdifc weggenomen. Ik beo tegen het voor
stel van hert dagelijlksch bestuur om deze
bommen te vellen. Maar meent hert, da-go'ijksch
bestuur te moeiten voortgaan mert liet snoeien
van do boomen op d'e wijse, waarop zc nu
gesnoeid zijn, waardoor al het mooie wordt
weggenomen, dan is het beter ze allen
weg to maruui. Van d© booanen die reeds
gesnoeid zijn. is ai! het mooie weggenomen.
De heer Plomp Mijnbeer de voorzit
ter. mag i.k vragen:: Is de opzichter, die
den toestand van dozo boomen heeft onder
zocht, een deskundige
De Voorzitter. De le geaneente-op
zichter. aan wietn het onderzoek is opgedra
gen, heeft verklaard, dat d© boomen bol en
verrot zijn. De boomen leveren gevaar op voor
de omgeving. Daarom is het voorstel oan ze
te rooien, gedaam.
De heer Croockewit, Wat het hol zijn
van de boomen betreft, daarover is de opinie
gevraagd van den bekenden tuin-architect,
den heer Springer uit Haarlem. Die kent
deze boomén en hij zegt,, dat het niet noo
dig is ze te vellen. Alle oude lindeboomen
zijn hol. De kwestie van gevaar bestaat ook
bij vele jongere boomen. ook doordat in vele
boomen dood hout zit. dat niet is wegge
nomen. Dat is ook een reden van gevaar.
De heer Hamers. Mijnheer de Voorzit
ter, ik ben ook tegen het voorstel van B. en
W. Ik zie het het gevaar niet in dat deze
boomen heeten op to leveren. Ik kan mij
best vereenigen met den weg, die door den
heer van Eek is aangewezen. Als de botJhien
opgesnoeid worden, dan zullen wij geen last
van ongevallen hebben
De heer Jorissen. Mijnheer d© Voor
zitter, aanvankelijk was ik er voor om de
zoven boomen te rooien. Nu ik echter hoor,
dat een deskundige met alle respect voor
onzen opzichter, meen ik toch, dat hij
op dit gebied geen deskundige is het niet
gevaarlijk vindt do boomen te laten staan,
zou ik er voor zijn zes van de boomen te
laten staan en alleen den zevende, die juist
op een gevaarlijk punt staat, te rooien.
De heer Visser. Mijnheer de Voorzitter,
ik geloof, dat B. en W. met hun voorstel
om deze zeven boomen te rooien, niet andere
11