j binnen Land.
K°. 136. Tweede «lad.
3d" Jaargang*
Zaterdag i4 November 1903.
KOLONIËN.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Amorsfoor' f 1.23.
Idem franco per post••<••••- 1.73.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur
morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgeversi VALKHOFF ft Co.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnnmmcr 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
f 0.73.
- 0.13.
Van 18 regels
Elke regel meer
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan voordoelige bepalingen tot
het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement. Eene
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
OOST-INDlË.
Uit Batavia wordt aan het „Handels
blad" geseind
Te Selong (Lombok) werd bij de aanstel-
liug van een districtshoofd oppositie ge
toond, eindigende met bedreiging tegen den
resident en deu controleur door een honderd
tal gewapenden. De ambtenaren vluchtten.
De Pradjoerits van Mataram en Praja zijn
derwaarts vertrokken.
De waterleiding te Soera-
ba j a. Onder dagteekening van 8 October
is uit Soerabaja aan het Bat. Nbld. geseind
Op grootsche wijze is heden de watervoor
ziening ingewijd.
Gisterenavond hield do ingenieur Weijs
iti het gebouw der loge een druk bezochte
voordracht, waarin hij een overzicht gaf van
de geschiedenis der Waterleiding.
Heden ochtend had de feestelijke opening
in den stadstuin plaats.
Overal in de s+ad werd gevlagd.
Het feestterrein was keurig verfraaid met
eerepoorten, trofeeën en guirlandesvooral
de weg tusschen bet taartjespaleis van Grinun
eii de stadstuin was prachtig versierd.
Een groot publiek was in den stadstuin
vereenig-d, waar om half acht heden ochtend
de opening zou plaats hebben.
In zijn openingsrede wees de resident op
het groote geschenk aan Soerabaja gedaan.
Daarna hield de ingenieur Lammin ga. een
gloedvolle rede, waarin hij de werkzaamheid
van den ingenieur Becking en de advïczeu
van den ingenieur Halbertsma memoreerde
en vooral hulde bracht aan de buitengewone
verdiensten van den ingenieur Weys en de
uitnemende plichtsbetrachting van liet ver
der pevsoneel, met de uitvoering der werken
be'ast.
Hierop werd voorlezing gedaan van een
telegram van den landvoogd, aan dén inge
nieur Weys, luidende
„Ontvang mijn gelukwensck met de ope
ning der waterleiding te Soerabaja. Mogen
de groote verwachtingen, welke van dit
werk voor de stad en inwoners gekoesterd
worden, alle worden verwezenlijkt en uw
onafscheidelijke aan het werk verbonden
naam, daardoor steeds in eere blijlven. Hoo
seboom".
Tegelijkertijd werd een gouvernementsbe
sluit bekend gemaakt, waarin een betuiging
van bijzondere tevredenheid aan de inge
nieurs Van Leeuwen en Cramer voorkomt
en gratificaties worden verleend aan de op
zichters Van Laar, Cramer, Dë Boer en het
v*»rdere personeel.
Vervolgens nam de assistent-resident
Arends namens de burgerij het woord en
bracht hulde aan de uitvoerdershij sprak
de verwachting uit, dat do watervoorziening
zal strekken tot heil van Soerabaja..
Daarna, las hij telegrammen voor, babe'-
zeude een dankbetuiging aan de Koningin
cn aan den gouverneur-generaal.
Hierop zijn reeds antwoorden ontvangen.
Vervolgens werd door den spreker een
sierlijke oorkonde met huldebetuiging aan
den ingenieur Weys aangeboden, waarop deze
liet woord nam, diep erkentelijk voor de
hulde door de regeering en het publiek hem
gebracht. Hij richtte het woord tot zijn hel
pers en reikte aan den resident den sleutel
over, waarmede de waterleiding kon worden
geopend.
Onder klokkengebeier en fanfares had
daarop de opening der leiding door den re
sident plaats.
In den stadstuin was voor deze gelegenheid
een afsluiter aangebracht. Nauw was de
sleutel omgedraaid of zestien fonteinen de
den hun waterstralen springen, terwijl op
hetzelfde oogenblik alle hydranten water ga
ven.
De gezondheidstoestand te
Soorabaya, Het ziet. er trëlirig uit met
den aljgcurjeenein geaonldlhjerildisitoesbaiiid te
Soerabaya.
In verschillende buurten hecrschen de
pokken en mazelen.; op Sawahan, Pesapen,
KobaJleai enz. vindt men hier en daar de
bekende bourijew met hot opschrift „besmet
tel ijike ziekte."
Tctcili zeulden volgens de rapporto... van de
kamponghoofden, meer gevallen vati water
pokken on mazelen voorkomen als wel peet-
pokken.
In de naburige dessa's is het met den ge-
Z(!aildiiieidsiboeöban.d ook ongunstig gerateld.
„Soer. Ct."
De resident van Banjoemas deelt mede,
dat op 2 September in de dessa Bakol, dis
trict, Batoer, afdeeling Ban dj ar negara, ten
gevolge van het inademen van schadelijke
gassen, in de nabijheid van eeu sinds lang
niet meer werkenden krater, 6 personen zijn
omgekomen
Deze krater, een komvormige holte van pl.
rn. 2 M. middellijn en ]J M. grootste diepte,
bij de bevolking bekend onder den naam van
Kawah Gasiran, is gelogen pl. m. 6£ paal ten
Oosten van Batoer en pl. m. IJ paal ten Zui
den van den heerendienstweg van Batoer naar
Diëng op de helling van den goenoeng Pan-
gonan en is uit eerstgenoemde plaats te paard
te bereiken.
Hiermee wordt niet bedoeld het z.g.n. doo-
dendal, dat veel dichter bij Batoer en teD
Noorden van genoemden weg gelegen is.
De uit den bodem door spleten stijgende
gassen, vermoedelijk: koolzuurgas, schijnen
doorgaans nauwelijks merkbaar te zijn, doch
blijkbaar heeft zich op den dag van het on
geluk zooveel gas ontwikkeld, dat dit boven
den rand der kom een vrij aanzienlijke hoog
te bereikte. De lijken werden althans op
a 1 meter buiten den rand gevonden.
De plaats des onheils ligt pl. m. 6000 voet
boven d.e oppervlakte der zee. Java Ct.
Do Merapi. Ui't Bojolali vernann
„Het Centrum" dat. de Merapi werkt en het
vuur aan die zijde van den berg duidelijk
is waar te nemen.
In het „Soer. Handelsblad" schrijft men
over de werking van de Merapi 't volgende
Het geval van de verduistering van gel
den uit s lands kas verdrong voor eenigen
tijd de andere zorgen waarmede wij ons het
leven lastig maken.
In de eerste plaats mag ik nu wel noemen
de vrees voor uitbarsting van de Merapi, die
niet in gewonen doen is. De top veranderde
en dit gaat toch zoo geleidelijk, zonder aard
schokken of erupties; alleen is de werking
zeer onregelmatig, soms ziet men niets dan
weder stoot de berg rook uit en 's avonds is
dikwijls vuur waar te nomen. Dia „prop" ver
heft zich meer en meer, zal die de krater-ope
ning versperren of op een goeden dag wor
den uitgestooten en zich in steenmassa s
rondom verspreiden!
Kameroverzicht.
Tweede Kamer.
Vergadering van Vrijdag 13 November.
Aangenomen wordt het wetsontwerp tot
beschikbaarstelling van gelden ten behoeve
van verstrekkingen aan het departement van
Oorlog.
Wijzigingder Militiewet 1901.
Algemeen© beschouwingen.
De lieer Troeistra zal zooveel moge
lijk de ai-tikelen bij de algemeene beschou
wingen buiten bespreking iaten. Gaarne nad
Spr. gezien dat de minister de regeling der
scnaüfelooastellingeu. afzonderlijk had gelaten
en niet had vastgekoppeld aan den dieusstijd
in dit ontwerp, bpr. ziet in hetgeen de minis
ter nu doet een reactionnair voorstel. Een
tweede bezwaar is het tijdstip van indiening
vein dit wetsontwerp in een tijd dat Kamer
en Grifiie overladen zijn met werk. Zeven
tien dagen voor de wet moet werken komt
ziji nu in openbare behandeling. Spr. keurt
dien spoed af. Hij: heeft gehoord dat de
Eerste Kamer zich zelfs bereid heeft ver
klaard het ontwerp nog af te doen en dus
het college, dat moet waken voor overijling,
op „spoedbestelling" zal werken. Een gevolg
van die overhaasting zal zijn nachtwerk.
Spr. komt nu tot de reactionnaire kern
van het ontwerpde versterking van het
blijvend gedeelte, en de verlenging van den
duur van den diensttijd voor het blijkend
gedeelte althans voor 8t)00 man. Beweerd
wordt dat het nielJ de bedoeling is het blij-
vend^gedeelte te versterken, er wordt een
ethisch sausje over het gerecht gedaan, maar
toch staat het vast dat het blijvend gedeel
te versterkt wordt. Laat men die waarheid
toch niet verbloemen en ronduit zeggen
waar het op staat, cn dat is, dat wij nier
een voorstel hebben, waarbij het aankomt
op verzwaring van dienst en een grooter
i contingent.
De V oorzitter meent, dat Spr. nu
toch de artikelen behandelt.
De heer Troelstra meent dat hetgeen
hij zegt, tot de algemeene opmerkingen be
hoort, maar hij wil zijne opmerkingen gaar
ne bewaren tot bij. het artikel. Hij volstaat
dus met nu te constateeren, dat er een reac
tionnaire maatregel wordt voorgesteld in-
plaats dat er gelijk is toegezegd wordt
gestreefd naar sociale rechtvaardigheid.
Spreker komt alsnu tot hetgeen vroeger
gezegd is omtrent, de taak van de viermaan-
ders en het blijvend gedeelte. Dlat het plan
van minister Eland niet is uitgevoerd ten
aanzien van de viermaander9, hebben wij
voor een groot deel te danken aan den beer
Tydeman. die genoemden minister er in heeft
laten loopen, en de Kamer van den goeden
weg heeft, afgebracht.
De Voorzitter verzoekt Spr. de be
schouwingen over het blijvend gedeelte te
houden bij art. 149.
De heer Troeistra. zegt, dat het on
mogelijk is op die manier een goede rede
voering te houden. Het is toch maar een
formeel© quaestio. Of het nu gezegd wordt,
of bij het art'kei, is toch vrijwel hetzelfde.
Spr. neemt gaarne aan dat er zoowel aan
rechter als linkerzijde leden zijn die liever
de geschiedenis der wot v:<n 1901 niet meer
boor en, maar hB zal toch voortgaan met die
uiteen te zetten.
De Voorzitter wil niet nksverèflaan
worden. Het is volstrekt zijne bedoeling niet
het debat te b or,neer en,
Dë heer Troelstra vervolgt da,n zij|Uie
uiteenzetting der geschiedenis van. de wet
va-i 1901. Spr. kan in het voorstel der
schadevergoedingen niet anders zien dan liet
vergulden van een bitteren pil om de anti
militaristen te vangen.
De hoer D ul y mi a e r van Twist vraagb
of de minister bcreidl .is de toegezegde ver
lichting der berhalingsoefentingen dn die wet
vast te leggen.
De lieêr F o c k vraagt terugkeer tot de
vrijstelling va.n jongelieden, wier ouders in
Indië vertoeven, en aan die bepaling terug
werkende kradht te geven voor de jongelie
den, diie thans ini dienst zijn.
De heer Verhey betuigt zijne instem
ming met de nota van. den heer Van Vlij
men en wijst op de mioedelijkhedeu, die ont
staan bij afkeuring van miliciens in dë'.r loop
van licit jaar.
De heer V a n V 1 ij m e n sluit aidh hier
bij aan.
Do Minister van Oorlog (de heer
Bergansius) ontkent ten stelligste dat de be
doeling mót d© samenkoppeling der sohadë-
looesitcUfciig is geweest de Kaaner een ver
gulden pil te laten slikken. Dat is geen
oogenblik ld© bedoeling geweest cn die minis
ter zou voor zoo iets niet te v raden zijn
geweest. De minister zet voorts uiteen, dat
hot niet zijpi schuld is geweest, dat. wijzigin
gen moesteen worden aangebracht. Omstandig
hcidcoi die de minister nu niet zal her
halen hebben dit' noodlig gemaakt. Overi
gen is de Min. voor een groot deel sdhuki
aan de lat© indiening. Nogmaals, niet d' j
minste neve.ubadJoeJing hoeft, geleid tot de
samenkoppeling der beide ontwerpen. I)e
minister ontkent ten -sterkst© dat hier ©en
reactionnair voorstel wordt igedaan. De vraag
van den lieer Duymaer van Twist omtrent,
de heathafalgaoefcni.ngen, zal de minister
overwegen, eveneens die vani den heer F«xk
's Ministère inzicht omtrent de keuring, heeft,
hij in de stukken uiteen gezet. Er is maar
een middel oni aan de mooicilijkheden bijl .af-
keuring te gomioeb te komen ©n idiajt is, over- j
eenikccnstig het denkbeeld van den. heer Ver-
hoy, om het contingent te verlioogen met.
liet. gemiddeld percent der in het jaar af go-
keurden. Op de historische beschouwingen
gaat de Minister niet in. Hij staat buiten
die geschiedenis detr Militie wc
De lieer T roei s tra handt zijne be
zwaren. Hij .neemt aata, diet d© r. tor geen
kWad© bedoelingen hali. Ldei di'.ent het
vaderland op zijn manier. Spr. ook. (Gelach).
Van het verband met de gebeurtenissen vau
het voorjaar,, waarop de minister zinspeelde,
heeft Spr. in de stukken nic-ts geziem en hij
vraagt daarom: bjoe staat het nu, hebben
wij nog meer wijzigingen te wachten cf is de
kailrate .na do Aprildiagen teruggekeerd. Is
het gfamizoenl in Amsterdam fcliaus greet
gei«o3g of staan nieuwe lasten voor de deur.
De heer Dl e Savoi'nin Lobman
komt op tegen de absurde beschuldiging van
deu heer Troelstra, dat de minister van
oorlog den pil zou verguld hebben, om hem
te doen slikken. De redevoering van den
'heer Troelstra scheen geen ander doel te heb
ben dan hier eene slechte opinie omtrent
den minister van oorlog te vestigen, welke
deze bewindsman niet verdient. (Bravo's).
De minister dankt den heer Lobman
voor diens woorden en had gehoopt, dat de
heer Troelstra meer waarde had gehecht aan
zijne verklaring, dat hij er geen oogenblik
aan gedacht heeft om een misschien minder
gewcnschte zaak er dooi* tc sleepen. Dit is
geen oogenblik in zijne gedachte geweest.
De minister heeft de omstandigheden van
het voorjaar buiten het debat gelaten, om
niet het verwijt te hooren, dat die overal
bij gehaald worden.
Do heer Troeistra ontzegt den heer
Lobman om hier als censor morum op
te treden. Spr. heeft hem geen opdracht ge
geven om toezicht te houden op de manieren
van zijne mede-afgevaardigden. Spr. is ze
ker, dat wauneer hij met den heer Lohman
onder vier oogen was, deze zelf zou erken
nen, dat niet altijd waarde is te hechten aan
verklaringen van de regeeringstafel. Het
protest van den heer Lohman en dat van
den minister legt opr. naast zich op den
grond en hij. kijkt er niet meer naar om.
Hij handhaaft hetgeen hij gezegd heeft om
trent zijn wantrouwen.
Spreker heeft nog geen antwoord ontvan
gen op zijn vraag of er nog versterkingen van
garnizoen te wachten zijn.
Die Minister antwoordt hierop beslist,
dat daartoe geen wetsvoorstellen te Wach
ten zijn.
Het algemeene debat wordt gesloten.
Daarna wordt overgegaan tot het trekken
der afdeelingen.
Do afdeelingen hebben tot voorzitters ge
le ozen dc heeren Heemskerk, Miehiels van
Verduynen, Van Gijn, Nolons en Van Vlij
men, en tot onder-voorzitters do heeren Van
Limburg Stirum, v. cl. Velde, Smidt, Scret
en De Savornin Lohman.
Besloten wordt Dinsdag a. s., 11 uur, ver
schillende wetsontwerpen van kleinen om
vang in de afdeelingen to onderzoeken.
Na de Indisch© begrooting zal de wijziging
Drankwet in de afdeelingen worden onder
zocht.
Militiewet.
D© behandeling der wijziging van de Mili
tiewet wordt voortgezet.
Bij de wijziging van art. 95 dringt de heer
Van V 1 ij m e n aan op maatregelen om te
voorkomen dat wauneer twee broeders ruilen,
een ander militieplichtigei ei* dupe van.
wordt.
D© Minister antwoordt., dat daartoe
zooveel mogelijk maatregelen zijn genomen.
Verder dan wordt voorgesteld meent de mi
nister niet te kunnen gaan.
Da heei* Verhey vraagt of voor hen, die
uitstel van opkomen krijgen, ook de gunstige
bepaling zal gelden die wordt voorgesteld1
voor hen die ontheffing vragen.
1)3 Minister antwoordt, dat hieraan
mociedijk to voldoen is. Uitstel wordt gege
ven aan geschikt bevondene en aan hen kan
men geen vrijstelling geven.
Bij art. 96 (duur van den ocfeningstijfd)
dringt de heer Marchant aan op liet ge
ven van zekerheid omtrent den duur van
den oefeningstijd, hetgeen niet geschiedt
wanneer men de regeeriug vrijheid geeft de
ïngelijfden dadelijk na hun opkomst met ver
lof t© zenden en dat verlof niet mede te
rekenen als diensttijd maakt men deu duur
van den oefeningstijjd onzeker, waartegen
Spr. opkomt.
De hoer Verhey dringt aan op eene
aanvulling van het artikel, waardoor die
strekking minder ruim wordt. Spr. zou wil
len dat bepaald worde, dat de duur van bet
verlof kan wordo medegerekend bij den duur
van deu diensttijd of daarvan kan worden
afgetrokken, naar gelang van omstaudighe
den.
Da heer Ter Laan wijst op d© vaagheid
van dc uitdrukking „bijzonder© omstandig
heden". Wanneor dit artikel zóó wordt aan
genomen weten wij, niet wanneer de bijzon
der© omstandigheden beginnen cn wanneer
zij eindig'.mi, en dan kvijjgen wij weer dezelfdte
geschiedenis als in bet voorjaar. In elk geval
mag deze zaak niet aan den minister van
oorlog alleen worden overgelaten, want dat
kan aanleiding geven tot willekeur.
De heer Heemskerk kan niet toega
ven, dat de zaak wordt afhankelijk gemaakt
van de willekeur der regeering. Eike rege>
ring zal toch trachten eene beslissing te ne
men die het best aanpast bij de omstandig
heden. Wanneer die Kaaner eene beslissing
neemt, zal zij: dat ook doen naar beste weten
en dan zal men toch ook niet spreken van
willekeur. De heer Marchant wil, naar Spr.
oordeel, een fictie in de wet brengen.
De lieter Duymaer v. Twist zou be
paald willen zien, dat do maatregel nooit kan
worden toegepast op het blijvend gedeelte.
Dte lieer S e r e t betoogt., dat de dienst in
het leger ook in het belang is van den soldaat
zelf.
De Minister van Oorlog begrijpt
de oppositie niet. De bijpondere omstandig
heden zij)n niet te omschrijven. Het kunnen
zij|U de omstandigheden bedoeld bijl art. 10,
het kunnen zijn besmettelijke ziekte, enz.
Het woord willekeur laat de minister rusten
voor hetgeen zij is. Niet dan in de grootste
noodzakelijkheid zal de maatregel toegepast
worden, wiant hij geeft niets dan nadeel.
De Kamer kan dus in dat opzicht gerust
zijn. De Minister blijft van oordeel, dat de
diensttijd van 8i maand niet kan worden be
perkt. Hetgeen door den heer Duymaer van
Twist werd gevraagd, acht de minister niet
noodig, ofvonmin hetgeen de heer Verhey
hoeft gevraagd. Men kan cjit gerust aan de
Regeering overlaten, die de dienst voor onze
jongelingen niet noodcloos zwaarder zal ma
ken
De hoer Marchant licht nader zijne
bedoeling toe. Hij wil de beslissing of het
verlof in bijzondere omstandigheden gege
ven, al of niet zal meetellen voor den duur
van den diensttijd aan de Kamer overlaten.
De heer Ter Laan betoogt do wensche-
lijkheid, om zoo weinig mogelijk over tö
laten aan de Regeering. Beslissingen die het
volk raken behooren bij de afgevaardigden
van het volk, bij de Kamer.
De heler Heemskerk meent dat de
Kamer niet kan beslissen of de miliciens
voldoende geoefend zijn. Zou zij ze dan hier
moeten laten komen, in de Kamer of op het
Binnenhof om te ©xierceeren. De rechtsze
kerheid, die de heeo* Marchant wil, slaat hij
met do andere hand weer weg. Juist het
amendement van de comm. van rapport wil
de rechtszekerheid geven die de heer Mar
chant verlangt.
De minister zegt, dat zijn ontwerp do
getuigenis aflegt, dat hij even veel voor hot
volk gevoelt als de heer Ter Laan, al is het
dan ook op andere wijze en niet alleen denkt
aan ext rcceren.
De heer Marchant antwoordt, dat het
amendement van de Comm. van Rapp eene
rechtszekerheid geeft alleen in hun nadeel.
Hij adviseert de Kamer om liet artikel te
verwerpen.
De beraadslaging wordt gesloten en het
artikel aangenomen met 46 tegen 28 stem
men.
Voor stemden de rechterzijde met de hee
ren Tydeman, Van Karnebeek, Roëll, Van
der Vlugt, Verhey en Goekoop.
's Tegen stemde de linkerzijde met den heer
1 Staalman.
Bij art. 109 vestigt de heer Marchant
de aandacht op de twee hoofdpunten, nl.
j het aantal manschappen, dat het blijvende
gedeelte zal uitmaken en de afschaffing van
het ploegen-stelsel. De twee ploegen toöh
zullen vervangen worden door één ploeg van
8000 man, die gedurende 8 maanden onder
de wapenen zullen komen.
Wat de verhooging betreft., het blijvend
gedeelte wordt met 500 man verhoogd, wat
voor velen, een onbeduidend cijfer schijnt.
Afgescheiden van de kosten nog is het niet
te motiveeren weer 500 jonge mannen uit hun
betrekking te nemen of te houden, waar de
geest van de militiewet was om de jongelie
den zoo min en zoo kort mogelijk aan hun
werkkring te onttrekken. Moet dan niet er
kend worden, dat het voorstel, dat nu ge
daan wordt, reactionair is. Ook Spr. vraagt
Staat ons nog meer te wachten. Het ant
woord heden door den minister gegeven, was
hem nog niet beslist, genoeg. Zal de Reg.
nogmaals met een Wetsontwerp komen oni
haar die middelen te geven, welke zij des
tijds noodig achtte, o. a. voor Amsterdam.
De verhooging van 500 man kon daarvoor
niet voldoende zijn.
Ei* is nog een tweede aanleiding voor
Spr.'s vraag, nl. dat jteze Regeering een
voorstandster schijnt van partieele herzie
ningen. Er is nog een aanleiding. De minis
ter Kool zeide bij; zijne berekeningen voor
het blijvend gedeelte dat het aantal eenhe
den niets te maken had met het aantal re
gimenten. en deze Regeering zegt het tegen
deel. Spr.'s wantrouwen is gewekt door «Ie
wijze waarop de Regeering het beantwoor
den der in het V. V. gestelde vragen ont
wijkt. De naïviteit der Regdering maakt
Spr. ongerust, doet hem. vree zen voor de
waarheidsliefde der Regeering. Die waar
heidsbetuiging is hem nog gruwzamer wan
neer hij hetgeen hier wordt gevraagd als
een kleinigheid wordt voorgesteld. Is, vraagt
Spr. aan dep. minister, uwe berekening de
zelfde als die van. don, minister Kool?
Spreker bestrijdt daarna het voorstel der
regeering ami het tweeploogen-stelee!waar
van elke ploeg 4 maanden diende, te v<v-
vangen door één ploeg die 8 maanilen zal
dienen. Odk komt hij cp togcwi het stelsel
van afkaaping, dlat wordt toegelaten, waar-
dlo'cxi* hot. stelsel van plaatsvervanging door
een adhterdeur weer wtordt binnen gevoerd.
Spr. bestrijdt ook 's Ministers stelsel tot
kadervorming. Men moet hebben eon stel
sel, waarbij kader en miasasdhappen gelijk
tijdig worden geoefend. Niet de geschikt
heid, maa.r hot. lot wijst, aan wie tot kader
zuil on worden opgeleid. Wedea*óim d'ringt
spreker aan op het dóen verrichten van c«r-
veediiensten door burger-arbeiders Zij die deu
weg op willen van een volksleger, kun'.ven
naar .Sprekers moeniing met dit. ontwerp
niet meegaan. Odk vestigt Spreker er de aan
dacht op, .dlat door dit ontwerp het voorbe
reidend! militair onderwijs den doodsteek
wartit toegebracht. Zij die voor een mi li tic-
leger hier in de Kamer hebben geijverd, kuv.-
neti met d'it ontwerp niet modegaan.
Waemskiag voortzetting.
Berichten.
Men schrijft aan de „Nederlander"
..In de laatstgehouden vergadering van
den raad van Philippine werden de notulen
der vorige vergadering niet goedgekeurd
omdat, volgens een der raadsleden, er niet
alles in stond wat de burgemeoster gezegd
had en deze, die tevens secretaris is, weiger
de de notu'en te veranderen.
Bij een voorstel tot wijziging der gemeen-
te-bcgrooting voor 1903, vroeg een der wet
houders: „wanneer hij nu zijn geld kreeg
van toen hij iu 1902 met de lotelingen naar
Ter Neuzen was geweest."
De burgemeester; „Vent! jij komt altijd
met datzelfde gezanik voor den dag."
i Oct wethouder„ligt komt me toch eer-
i lijk toe
Bij de behandeling der gemeente-begroo-
ting voor 1904, zegt do heer Wijnnc, dat
hij die f 200 verhooging voor burgemeester
en secretaris er af hebben wil.
i De burgemeester„Waarom hebt u daar
vroeger zelf vooi* gestemd!"
Wijnne „Omdat wij toen beter© verwach
ting van u hadden."
De burgemeester: „Jelui kunt er nu alle-
i maal niets meer aan doen, het is eenmaal
vastgesteld en het blijft zoo."
i GevolgenAfkeuring der begrooting met
j 4 tegen 2 stemmen.
Dc heer Wiskcrke wil de f 15 voor het
i klokluiden Zondagsavonds maar besparen.
Dat kan volgens hem de veldwachter wel
doen.
De burgemeester: „Wiskcrke! u weet hier
veel te vertellen daar ui aan mij. hebt te
danken, dat u lid van den raad geworden
zijt-, valt u mij erg tegen."
De heer Wiskcrke zegt te willen dat hij
't nooit geworden was.
Een ander lid wil een plaats voor berging
van vuil.