BIJVOEGSEL Amersfoortsch Dagblad. Gemeenteraad AMERSFOORT. BIJ HST TAN Zitting van den gemeenteraad van Dins dag 24 November 1903, dies namiddags om half twee uur. Voorzitter de heer burgemeester jhr. J. W. A- Barchman Wuytiers. Tegenwoordig 16 leden en de secretaris, jhr. rar. B. W- Th. Sandbergafwezig de heer van Eek met kennisgeving. De notulen van de vorige zitting worden gelezen en goedgekeurd. Ingekomen zijn a. besluit vau den minister van binnen- landsche zakeu, houdlendè goedkeuring van liet besluit tot wijziging der vaste aanstel ling van den leeraar d!r. H. F. Nierstrasz iu eene tijdelijke; voor informatie; b. beschikking van Gedeputeerde Staten op bezwaarschriften in zake aanslagen in de inkomstenbelastingter secretarie; c. besluit van Gedeputeerde Staten, hor dende goedkeuring van het kohier der straat- belasting; voor informatie; d. schrijven van Gedeputeerde Staten, be richtende de ontvangst van eene verordening tot uitvoering van de woningwet; alsvo- ren; e. besluit van Gedeputeerde Staten, hou dende goedkeuring van de gewijzigde regeling van den borgtocht vam den g|emèente-ont- vanger en ontvangst berichtende Vau de gerwijzigde instructie vau den ontvanger; alsvoren f. missive vau dankbetuiging van ambte naren van dè secretarie voor de regeling Van hunne jaarweddenvoorinformatie; g. schrijven van dè directie vau de Ameis- foortsche tramwegmaatschappij, houdende be- riaht van de aanvaarding van het over 1904 aan de maatschappij verleende subsidie; alsvoren b. bezwaarschrift van de slagersvereeniging betreffende de outwerp-verordening tot keu ring van vee en vleesahwordt z. li. o. be sloten tot verzending van dè bedoelde ont werp-verordening met dit adres naar de af- deelingen; i. twee adressen van ingezetenen, houdende bezwaar tegen de door B. en W. ingediende ontwerp-verordening tot wijziging vau de verordening op de straatpolitiestraks te behandelen. Aan de orde is 1. Voorstel tot onderbandsche verhuring van de bouwmanswoning op bet buitengoed ,,Ma Retraite" tot 1 Mei 1904 aan G;. J. Nieuborg VOor f 25. Wordt z. h. o. conform besloten. 2. Voorstel in zake uitbetaling van de bij drage tot bevordering vau de opheffing vau de tollen op den straatweg van Arnhem tot de brug bij, Bavoort. B. eu W. vragen machtiging om, nu de op heffing van de beide tollen op dezeu weg, gelegen bij de Bavoörtsche brug en dè Alde- gondestraat, is verkregen, uit den post „On voorziene uitgaven." vau den dienst 1903 aan het bestuur der buurt EdeVeldhuizen, te Ede, uit to betalen de bijt besluit van 18 November 1902 toegezegde bijdrage voor dit doel, groot f 259.09. Wordt z .h. o. conform besloten. 3. Voorstel tot gratis ingjebmikgeving vau een lokaal van het voormalige schoolgebouw! in de Koestraat aan de A mersfoortsche tnu- ziekvereeniging tot het houden van repeti tion. De heer van Beek. Mijnheer de voor zitter, ik heb eene kleine opmerking, die niet betreft de aanvrage om dit lokaal te mogen gebruiken, maar de oonccrten vau deze vereeniging. Dia concerten worden 's avonds gegeven. Zou het niet beter zijn te bepalen, dat de concerten des Zondags na middags van 2 tot 4 uur moeten zijn? Bij dè oonèerten, die 's avonds gegeven worden, is meestal eene verschrikkelijke herrie, die maakt dat rustige mensdben er niet van kun nen profitecren. De Voorzitter. Ik moet opmerken, dat aan het geven van concerten op Zondag na middag moeilijkheden zijn verbonden met het oog op de kerkdiensten. Tusschen dè kerk uren in zou 't misschien minder bezwaar op leveren; maar daarentegen zijn er meerma len in de gemeente stemmen opgegaan, om des Zondags geen openbare muziekuitvoerin gen te geven. Intussclien wil ik gaarne den wenk van den heer van Beek nader overwe gen. De heer v ai n Beek. Mijnheer de voor zit tel', het bezwaar zit hoofdzakelijk in de herrie, die er op den Hof is gedurende die concer ten. De muziek wordt daardoor overschreeuwd zoodat de meuschen, die willen luisteren, er niets aan hebben. Dlaarom geef ik aan B. en W. in overweging) een ander uur voor deze concerten te bepalen. Wordt z. k o. conform het voorstel be sloten. 4. Voorstel tot het opnieuw vaststellen van de verordening tot heffing van rechten op de algemeene begraafplaats en van die op de invordering dier rechten. De vigeerende verordening op de heffing is bij koninklijk besluit van 10 Juli 1899, no. 34, goedgekeurd tot 1 Juli 1904. Voorge steld wordt haar ongewijzigd! op nieuwl vast te stellen. De artikelen worden z. li. o. voorloopig goedgekeurd, waarna de beide verordèningeu worden vastgesteld. 5. Voorstel tot onttrekking aan den open baren dienst en ruiling van grond aan de Zuidsingelgracht. Door deze ruiling, waarbij dè gemeente 1.8 M2. grond verliest, zal de onregelma tige rooilijn van heb perceel van W. van Zalingcu, gelegen op den hoek van de Lange- straat eu den Zuidsingiel, aan de graohtzijde in eene rechte veranderd worden. Wordt z. h. o. conform besloten. 6. Voorstel tot het verleenen vau een ver lof van drie maanden, buiten bezwaar van de gemeentekas, aan de onderwijzeres der openbare lagere school 3o soort in de Koning straat A. P. Kley, met ingang van 1 Decem ber. Wordt z. h. o. conform besloten. 7. Voorstel tot heb verlengen van het ver lof, verleend aan den onderwijzer der open bare lagere school le soort L. A. Slot, met drie maanden. Wordt z. h'. o. conform besloten. 8. Vaststelling vau het tweed© aanvullings kohier der inkomstenbelasting, dienst 1903, op f 2237.75. Wordt z. h. o. conform besloten. 9. Voorstel tot wijziging vau de verorde ning betreffend'© de straatpolitie. Het voorstel strekt om te bepalen: In artikel 47 der Verordening betreffende de straatpolitie wordt in plaats van „rijwie len, kruiwagens" gelezen-. „rijwielen, wanneer diö dèor gemeente ambtenaren of gemeente-beambten bereden worden, kruiwagens". In het slot van artikel 86 dier Verorde ning wordt in plaats van „geldboete van vijf en twintig gulden" gelezen: „geldboete van ten hoogste rijf en twintig gulden". Op verzoek van den heer Visser worden de bedde adressen, die naar aanleiding van dit voorstel zijn ingekomen, voorgelezen. De heer Visser. Mijnheer de voorzitter, ik kan in de beide rekesten, die tegen dit voorstel zijn ingekomen, geen reden vinden om op het voorstel terug te komen. Die re kesten maken weinig indruk op mij- Wan neer een wielrijder niet meer door het plant soen mag rijjden, dan heeft hij ter rechter- en ter linkerzijde op korten afstand parallel wegen, die hem kunnen brengen waar hij wezen moet. Het rijwiel is een instrument om zich snel te bewegen. Ik zie geen raison d'etre, om daarvoor de wegen in het plant soen te bestemmen. Onder de onderteeke naars vau een der rekesten zie ik een hande laar in rijwielen. Ik kan begrijpen, dat die alles in het werk stelt om te beletten, dat eene bepaling tot stand komt, die het wiel- rijden beperkt; maar dat is niet het stand punt, waarop wij ons moeten stellen. De af standen zijn hier niet vau zoodanig belang, dat men de meuschen, ook de leveranciers, tot groote omwegen dwingt, door het plant soen voor rijwielen te sluiten. Dat is in de verste verte het geval niet. Daar komt bij, dat do rijwielen niet zoo onschuldig zijn als deze rekwestranten ze voorstellen. Vooral nu de motor-rijwielen meer en meer in gebruik kouien, zijp de rijiwielen in het plantsoen be paald eene oorzaak van gevaar. De wielrij ders ontzien zich niet in het plantsoen in vliegende vaart de hoogten af te rijden. Ik heb dat zelf gezien en ook, dat jongelieden geen gebruik maken van hunne pedalen. Dat levert inderdaad gevaar op voor de vrouwen, kinderen en ouden van dagen, die in het plantsoen wandelen. Wat ik met eigen oogen gezien heb, heeft mij aanleiding gegeven om de indiening van dit voorstel dcor B. en W. te bevorderen. In de bewoordingen van het vdorstel is echter iets, waarmee ik mij| niet kan ver eenigen. Wanneer de voorgestelde redactie ongewijzigd1 wordt vastgesteld, dan zouden allo ambtenaren der gemeente in het plant soen kunnen blijyen rij|den. De secretaris, de ontvangier, de onderwijizers zullen er onge straft kunnen rijden. Dat kaai zoo niet blij ven staan. Ik zou dè bepaling zoo willen wij zigen, dat alleen de ambtenaren van dè rijks- en de gemeente-politie door het plantsoen mogen rijden. Die kunnen dat noodig heb ben voor de uitoefening van hun dienst. Ik heb de uitdrukking rijks- en gemeente-politie gebruikt, omdat dan ook de ambtenaren van het bouwtoezicht er onder begrepen zijn, die beiden eene aanstelling hebben als onbezol digd rijks-veldwachter. Ik stel dus voor de twee eerste alinea's van het voorstel aldus te lezenIn artikel 7 der verordening betref fende de straatpolitie wordt in den aanhef in plaats van „trottoirs en wandelplaatsen" ge lezen „trottoirs, gemeente-plantsoenen en waoidelplaatsen". Sub a van dit artikel wordit in plaats van „de wandelplaatsen" gelezen „de gemeente-plantsoenen en wandelplaatsen" en in plaats van „rijwielen, kruiwagens", „rijwielen, wanneer die dtoor ambtenaren der politie bereden worden, kruiwagens". De Voorzitter. Het amendement van den heer Visser wordt door B. en W. over genomen en behoeft dus verder geen afzon derlijk onderwerp van beraadslaging uit te maken. De heer K1 e b e r. Mijnheer de Voorat- ter, is de commissie van wetgeving over deze verandering geraadpleegd De Voorzitter. Neen, dat is niet ge- sohied.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1903 | | pagina 5