IS0. 167. 3" Jaargang. Donderdag 17 December 1903. BUITENLAND. FEUILLETON. Rozenheuvel. ERSFOORTSCH DAGBLAD. ABONNEMENTSPRIJS: Par 8 maanden Yoor Amersfoortf 1.25, Idem franco per post. 1.75. Afzonderlijke nummers0.05. Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van Zon- on Feestdagen. Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgeverai VALKHOFF ft O. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DEB ADVKRi'KSHIiN Vm 1—S r.g.1.f O.W, Elk. r.g.1 moerMIK Groot, lett.n uv pU.tsr.lsit.. Yoor handel en bedrijf bwtun rnordnel||. bepslipger. tot het herbuld adrerteeren in dit Blad bij abonnement. Ken. oironlaire. berattende de roorvaarden, vordt op saarrnif toegeaonden. Aan hen die met I Jan. a. s. op dit blad inteekenen, wor den de nummers die gedu rende de maand December nog zullen verschijnenKOS TELOOS toegezonden. Politiek Overzicht De Oostenrijkeche Rijksraad. Met stilie trom is de Oostenrijksche rijks raad naar huis gegaan. Weken lang is het huis van afgevaardigden bijeen geweest, maar er is niets, letterlijk .niets uitgevoerd. De obstructie van de Czechcn heeft eiken posi- 1 leven arbeid in dit huis onmogelijk gemaakt. Nu is de volksvertegenwoordiging naar *uis en kan de regeering met toepassing van art. 34 der grondwet doen wat noodig is om do zaken gaande te houden. Een licl van den rijksraad, baron d'Elvert, maakt in de Neue Freie Presse aldus de balans van deze zitting op: ,,Wel draaide de parlementaire molen, maar onder den druk van de Czechische obstructie maa'de hij niet. Zoo eindigde ook deze ritting zonder vrucht en met minder resultaat dan ooit, en ver schafte rij het voor de regeering gewensch- te voorwendsel voor de schijnbare wettig heid van het op den aanstaanden oudejaars dag in kracht tredende artikel 14. Bezield door de lust om te leven, zal zit zich zelf ongecontroleerd credietwetten toestaan en clen zwaar zieken staat geen y>nees- maar slaapmiddelen toedienen, om zich weer over de verlegenheid van het oogenblik heen te helpen. Juist thans, nu Oostenrijk in ieder opricht, niet alleen tegenover Hongarije, maar ook tegenover de handelsverdragstaten de beteekenis van een niet gering te schat ten, innerlijk krachtig georganiscerden staat be-boorde te openbaren, vertoont het zich als prijsgegeven aan do vernielende in vloeden van een troosteloos innerlijk kra keel. van eene zwakheid die te exploiteeren Js. Met lamheid geslagen zijn parlement, ho peloos verdeeld zijne partijen, verscherpt ziin nationale twist, verergerd rijn economisch^ toestand, onzeker de toekomstige regeling van zijne handelsbetrekkingen tot het bui tenland. dat is het ziektebeeld van Oos tenrijk. En nu nog de. ondanks alle mooie voorstellingen, ondanks alle verbloemings kunsten der regeering. in den strijd met Hongarije om de beteekenis en de strekking van onze souvereine rechten wat aangaat het - ondeelbare karakter van het leger geleden nederlaag!" Die nederlaag geeft men in Oostenrijk slechts zeer ongaarne toe. Het bewijs daar van heeft het heerenhuis geleverd, dat ver leden Zaterdag, toen het huis van afgevaar digden reeds naar huis gegaan was, ziine eerste en eenige vergadering in deze zitting hield om de mededeeling in ontvangst te Jiemen. dat de zitting verdaagd was Tn die vergadering werd eene zeer opmerkelijke in terpellatie tot de regeering gericht. Het verzoek daartoe was gedaan door den voor zitter van het huis, den gewezen minister president vorst Windischgratz. met onder steuning van 65 leden, behoorende tot alle partijen die in het huis vertegenwoordigd zijn. Doel van de interpellatie was van do regeering authentieke en geruststellende me dedeelingen te verkrijgen over de op het gemeenschappelijke leger betrekking hebben de hervormingen, welker uitvoering de Hon- gaarsche minister-president den Hongaar- schen rijksdag in uitzicht heeft "esteld. De minister-president antwoordde terstond. Hij stelde op deur voorgrond, dat de regee ring, met de meeningen van het hecienhuis bekend, daaruit dc kracht put om zich be slist te verzetten, tegen alle pogingen, die gericht zijn. op eene eenzijdige verandering van de compromis-wetten. Ziji blijft onver anderd vasthouden aan haar standpunt, clat eene verandering vanu die wetten slechts in o-verleg van dc beide rijkshelften en alleen langs den door de constitutie voorgeschreven weg kan worden verkregen. Wat m 't bij zonder de legerkwcstie betreft, ook hier is natuurlijk niets veranderd in de oorspronke lijke mccning van. de regeering, dat de een en ondeelbare leiding, bestuur cn inwendige organisatie van het leger- uitsluitend toe komen aan don Keizer. „Dat ook voor daden van de Kroon bmncn deze hare competentie de verantwoordelijkheid der regeering- geidt, volgt uit de constitut'ioneele instellingen in bedde staten, en ik geef niet alleen, toe, dat ieder van de beide mi nastenen. het recht heeft dc gevolgen- vau binnen de bevoegdheid van het hoogste legergczag aan te brengen ver anderingen. in de instellingen der monarchie te overwegen, maar ik reken dit. ook tot de dringende plichten van dc regeeri ng. Mij waren dus dc maatregelen bekend, die nu zoo veel besproken worden, zonder dat het- nu- bliek den inhoud nauwkeurig kon kennen, omdat zij grootcndcels nog niet definitief vaststaan. Ik wil echter ook in den onafge- daneu toestand hunne- waarde niet schat ten en- verklaar slechts dc uitwen dige cn inwendige eenheid van bet leger, zijne grondslagen c-.i tradition zul len niet veranderd wardenhet leger zal het oude blijven, enkel vc-rvuld van het ge voel en den plicht om- troon en rijk met den laatsten druppel bloeds te verdedigen. Alles wat zal gebeuren, zal bestaan in be schikkingen, die in geen- enkel opzicht in strijd zijïi' met de gegeven staatsrechtelijke toestanden. Zeer ver moet ik echter iedere gedachte wegwerpen aan eeno splitsing van het leger; ja. ik mag die ais eene misdaad togen het rijk in zijn geheel kenschrrtni Deze splitsing kaar cn zal met komen, zoo lang de compromis-wetten gelden gecue nationale aspiration kunnen tot zulk eou avontuur leiden. Daartegen staat ons recht, dat ook hot recht van de monarchie is om in ongebroken volle kracht voort ie leven." Geheel gerust gesteld was vorst Windisch gratz, die namens de iuterpellaiiten via den minister-president- het woord voerde, door deze verklaring blijkbaar niet. Hij baalde het woord aan, door den leader der oppositie in het Ilongaarsohe. lagerhuis gesproken, dat het programm a van zij ne nart i j voor en na is het het verkrijgen van een „Zelfstandig Hongaarseh leger" en dat hij dc obstructie heeft laten varen, omdat ex resultaten zijn verkregen, waarvan m<m nog voor weinige jaren nauwelijks had durven droomen. Dit, gevoegd bij de verklaring van dien leider, dat de opporitie er op zou toezien, dat de her vormingen loyaal cn consequent worden uit gevoerd, had hem met de ernstigste bezorgd heid vervuld. Die bezorgdheid zal er wel niet op zijn verminderd, ma wat d-- Ilon- gaarsche minister-president verleden Maan dag in den Hongaarschen rijksdag heeft ge zegd als antwoord op de verklaringen van zijn. Oostenrijksche ambtgenoot in het hoe renhuis. Daarin toch straalt, duidelijk de op vatting door. dat de in dc organisatie van het Hongaa>"sche leger voorgeaiouien hervor mingen liggen buiten de invloedssfeer vau de regeering der andere rijkshelft. Hier bestaat verschil van opvatting, en bij een dergelijk verschil is 't gewoonlijk do sterkste, die zijne meening doet zegevieren. Hoe nu vorst. Windischgratz denkt over de vraag: Wie is hier de sterkste? blijkt uit den vvensoh, dien hij- aap het einde van zijne rode in deze woorden /uitdrukte „Opdat men voor de belangen en ineeningeu der bevolking van deze rijkshelft, kunne op komen. is het bovenal «oodig, dat er weder ecu geregelde parlcraeijtairo arbeid bij ons. tot stand komt voor het afdoen van de groote en gewichtige vraagstukken, die op hunne oplossing wachten. Ik geloof, dat ook dan slechte deze regeeri ng iji do gelegenheid zal zijn het- volle gewicht van haren invloed bij dc voor do gemeenschappelijke aangelegen heden van het rijk verantwoordelijke raads lieden van de Kroonv roet klom te doen gel den. Oprecht wensrib ik daarom den minister president toe, dat. het heen moge gelukken de nu reeds al te lang tot stilstand gekomen, wel is waar zeer samengestelde, maar hem* welbekende machine wqer in gang te bren gen, opdat het kostbare! goeddat een hoog hartig besluit, van onzen edelen monarch in handen van zijne volken1 .gelegd heeft' fTfoyi hij hun parlementaire instellingen gaf, niet moge verderven, maar gedijen en zic.h tot welzijn van het geheel cn van aj zijne deel vu ontwik kelen cn ontplooien." Duitsehland. Koning Christiaan van Denemarken eay zijn zoon prins Waldemar kwamen gisteren avond te Berlijn aan, en namen Htm in trek in het Koninklijke slot. orgen zullen zij het dejeuner gebruiken bij het Keizers- paar in heb Nieuwe Paleis. Frankrijk. Iu den gisteren gehoudon ministerraad diende de minister-president het ontwerp 'eener w' e t in, die alle o r d e g e e s t e 1 ij ken het geven van oudenvijs verbiedt. Het ontwerp zal Vrijdag aan de Kamer wor den toegezonden. Het bevat de volgende be palingen Alle vroeger aan congregaties verleende machtigingen tot het geven van onderwijs zijn opgeheven. De alleen tot het geven van onderwijs opgerichte" ordeu worden ontbon den de liquidatie hunner vermogens ge schiedt overeenkomstg de vereenigingswet van 1901. Do gemengde orden, d. z. zooda nige dio zich buiten het geven van onderwijs ook nog aan andere beroepen wijden, kun nen voor dit andere doel' voortbestaan. Den minister van onderwijs wordt vijf jaren tijd gelaten voor de uitvoering dier wet. Dc heer Combes schat de bijdrage van den staat, dio door toepassing dier wet voor on- derwijs-doeleinden noodig zal zijn. op 25 mil- lioeu francs. Het ontwerp verbiedt uitdruk kelijk den or dénsgeestelijken het geven van onderwijs op alle scholen, zoowel voor ager. middelbaar of booger onderwijs. Practisch wordt echter slechts het lager onderwijs ge troffen, daar voor de beide andere hoogere scholen de uitvoering van do vereenigings wet alreeds liet einde van het onderwijs ge ven door ordensgee6telijken bewerkstelligd heeft. De nationalisten hadden beproefd kapitaal ie slaan uit cone verklaring van het in poli tiek opzicht met hen op een lijn staande lid van het Hof van Cassatie, Valentin, volgens welke verklaring het Hof zich in 3899 niet. eenstemmig voor bet ver wijzen van Dreyfus voor den krijgsraad in Rennes verklaard had. Thans verklaart, de advocaat-igieneraa.1, dat het wel mogelijk was, dat de verwijzing niet eenstemmig was ge schied, maar dat was een ondergeschikte quaestie geweest; men had bij de beraadsla ging tusschen Bonnes en Torus geaarzeld; wel echter was tot opheffing van het vonnis van het eerste Parijscho militaire gerechtshof met aJgemeene stemmen bedoten. De revisie-commissie zal ook nu nog niet bijeenkomen, daar, naar men zegt, de rapporteur Mercier niet licht voor het einde van deze maand met zijn verslag ge reed zal komen. Engeland. Verscheidene Londensche bladen berich ten, dat de regeering besloten heeft tot de oprichting van 26 regimenten „volunteers" in Ierland, waar tot heden dat stelsel van vo'kswecrbaarheid niet toegelaten was. Italië. Dé Italiaansche Kamer heeft het voorstel tot conversie van de 41- procents schuld goed gekeurd. Portugal. Koning Alfons, Koning Carlos,, de Koning in en de Kroonprins jaagden Dinsdag in hel woud van villa Vi£osa. De meeste Por- tugeesche bladen wenrchen Portugal met het bezoek van den Koning vau Spanje geluk en uitten de hoop, dat do tusschen de bedde volkeren bestaande nauwe vriendschapsban den de ontwikkeling der beide monarchieën op het schiereiland •bevorderen zal. Oosten rij k-Hongarije, Iu de Keizerlijke rede ter beantwoording v;lfl <W der voorzitters, de delegatien wordt gezegd: De betrekkingen van de monarchie met het buitenland zijn zeer bevredigend, ten gevolge van de berniewing van den Drie bond. Wij zijn besloten trouw te blijven aan dit bondgenootschap en het te versterken. De nauwe verstandhouding met Rusland naar aanleiding van den toestand op het Balkan-schiereiland wordt met zorg onder houden en draagt bij tot eene vredelievende oplossing van de geschillen, die daar onrust brengen. In de gewichtige en moeilijke taak. welke Oortemijk-Hongarije en Rusland hebben aanvaard om den vrede en den status quo in dit gebied te handhaven, worden de beide regeeringen krachtig gesteund door de ove rige mogendheden. Oostenrijk en Rusland, vrij van elke zelf zuchtige neiging, en alleen bedoelende vrede te brengen in bet belang van geheel Europa, trachten gemeenschappelijk de Turkscbe regeering te bewegen tot het nemen van die maatregelen, welke noodig zijn om verbete ring to brengen in den toestand der Chris tenen. De betrekkingem met de buitenlandsche mogendheden zijn op bevredigende wijze ver sterkt, dank zij de ontmoetingen van den Keizer met de keizers van Duitsehland en Rusland en den koning van Engeland. De hoop wordt uitgedrukt, dat Servië on der zijn nieuwen vorst zijne moreele weder geboorte zal beleven in een voorspoedige toe komst na de schandelijke misdaad. Het legerbestuur handhaaft zijne aisehen binnen de perken van het afgeloopen jaar. Do rijksminister van buitenlandaeae za ken, graaf Golnchowski, gaf beden in de Hen- gaarsche delegatie-commisvBe een ave.-richt» van de betrekkingen met het buitenland. Zij ne verklaringen waren meerendeela eene na<- dere omschrijving van wat te dezen opzichte te vinden is in de Troonrede. Hij legde inzonderheid den nadruk op de vredelievende gezindheid, die alle lauden be zielt, en verzocht de begrooting van buiten landsche zaken met wel willend h ,-id t6 willen goedkeuren. Griekenland. In. Griekenland heerscht eene ministeri- eele crisis. De minister-president Ralli diende heden zijn ontslag in. Hij ontried de ontbinding van de Kamer en gaf in over weging de meerderheid aan het bewind te roepen. Theotokis is ten paleize ontboden en kreeg de opdracht een nieuw ka,bi net- te stellen. Hij gaf den raad een cabinet d'affaires te vormen1, welk denkbeeld echter door den Koning verworpen werd; daarna vroeg h 24 uren uitstel om met zijtne vrienden te raadplegen. Oost-Azië. Naar uit Tokio gemeld wordt, eou giste ren de „raad der oude staats lieden" kortweg de raad der ouderen ge* noemd, vergaderen om het docr Rus land aan Japan gegeven antwoord te onder zoeken. De toekomst is donker, de koers daalt hier steeds. Do stakende koelies, wier buiten sporigheden Maandag aanleiding gaven tot het landen van Japansche mariniers in Mok- pho, stonden in dienst van Japanners. De Koreaansche regeering toonde rich over het optreden van den commandant der Japan- •Kche-kanonneerboot Saiyen, die op de volks menigte liet vuren, opgewonden men gelooft echter dat de zaak slechts plants,ijk be lang heeft-. Aan do staking in Mokpho was een algemeen boycot van Jaipan sell o koop lieden door de Koreaansche expediteur» voor afgegaan. Men gelooft in Tokio, dat een der thans voor Tsjemoelpo liggen de Russische oorlogsschepen bevel ontvangen heeft, naar Mokpho te vertrekken. Het is aan geen twijfel onderhevig, zegt de Petersibuigsche correspondent van de Köln. Ztg. in ceno corespondent ie, gedateerd gisteren, of de ontbind ng van het japansche Parlement heeft hier do gemoederen een massa opgelucht. Natuurlijk ia daarmede niet alle zorg verdwenen. De Nowoje Wreroja verklaart: echter nu, dat thans het Japansche volk het. woord heeft, cn dat dient clen fina-ncieelen toestand van Japon tot- uitgangspunt van zijn beslissing te nemen. Om die ied©n meent- het blad, dat den vrede in Azië geen gevaar dreigt. Japan en masse moet begrijpen, dat. welk een treu rig beeld zijne begrooting ook oplevert, toch de mogelijkheid tot- verbetering aanwezig is cn dat daartoe betere middelen zijn, dan een oorlog. Het blad wil niet gelooven, dat Japan's financieel© toestand tot een punt is genaderd, waarop alleen nog een oorlog eone outknoopiug kan vormen. De Rccgering der Vereenigde Staten zal een oorlogsschip, waarschijnlijk de kanon* 58 Uil hel Engelsch vak FLORENCE MARRYAT. „Je dient- nu toch to zorgen, dat je op en top een Engelscbman wordt, beste jon gen," liet mijnheer Feotherrtone rich la chend booren. „Mijn vrouw en ik zijn niet voornemens, onze lieve Agnies zonder ons het Kanaal te laten oversteken. Zij is onze e&nigc' schat, zooals ge weet. Wij kunnen haar evenmin missen als het licht onzer oogen." „D'an hadt> ge nooit uw toestemming moe ten geven tot haar huwelijk met iemand, die maar voor de kleinste helft een Engelsch- man is," merkte juffrouw Macdonald scham per aan. „Jasper heeft ous plechtig beloofd, dat hij Agnes nooit van haar ouders zal scheiden," bracht-mevrouw Featherstone in 't midden. „En aan dio belofte zal ik mij ho-uden." verzekerde mijnbeer Lyle. „Agnes is oen En gelsch© van geboorte zij moet in haar vaderland blijven wonen." ,,En jij moet je uiterste best doen, om tot in merg en been een Engelscbman to worden, Jasper," sprak zijn fiancee. „Het. is nicer dan ergje» uitspraak van het Engelsch wordt er eerder slechter dan beter op. Je bent vandaag meer dan ooit een Fransch- man. Eveline weet niet, hoe zij hot met je heeftzij zit je vol verbazing aan te sta ren. Ik wed, dat zij nog nooit iemand ter wereld zulk afschuwelijk Engelsch heeft hooren spreken, wel, Eveline?" Juffrouw Rayne hield inderdaad haar blik ken onafgebroken op Jasper Lyle gevestigd. Het was haar, alsof zii haar cogen niet kon afwenden vafr den man, die tegenover haar zat, en toon Agues' woorden haar uit haar gepeins deden opschrikken, keek zij min of meer onthutst op haar bord. „Je vriendin kan mij. niet uitstaan ik had er al wel een voorgevoel van." fluisterde mijnheer Lyle zijn meisje in het oor, zoodra het gesprek aan tafel zoo algemeen en leven dig was, dat hij: dit ongemerkt kon doen. „Onzin, Jasper." antwoordde Agnes, met een blik vol di c efheid en onsteltenis. „Haal je toch niet zulke dWaze dingen in het hoofd. Als je Eveline beter hebt lccren ken nen, zult gc zelf inzien, dat zij de laatste is. om ooit een voorbarig oordeel aangaande iets of iemand te vellen. Zij verbaast zich alleen over je Franseh accent anders niet." Maar hetzij, dit aan de tegenwoordigheid van Jasper Lyle was toe te schrijven of niet, juffrouw Rayne was veel stiller en afgetrok- kener dan gewoonlijk dit viel niet te ont kennen. In diep gepeins verzonken, hield rij haar oogen strak op haar bord gericht. Van tijd tot tijd hief zij haar hoofd' even op, om tersluiks een blik te werpen naar de overzijde der tafel, waar Jasper cn Agnes op ge demp ten toon met elkander spraken. ;,Zeg toch eens wat, Eveline!" riep Agues haar vriendin vroolijik toe. „Wat ben je stil Dat zijb wij niet van je gewoon Je bent an ders altijd! zoo levendig en opgewekt. Heb je ons niets te vertellen na. zoo'n lange schei ding?" „Wat moet ik zeggen sprak Eveline, door de vriendelijke aanmaning barer vriendin uit haar mijmeringen gewekt „Jij bent de ko ningin van het feest, Agnes op jou rust der halve de taak, om het gesprek te leiden. Als ik op komraando spreken moet, weet ik heuscb niets te vertellen. Maar mag ik je aanstaan den heer en meester eens een vraag doen. Bent u wel eens in Amerika geweest, mijn heer Lyle V' Deze vraag kwam even onverwacht- als een pistoolschot cm scheen iedereen aain tafel té doen ontstellen, inzonderheid den man, tot wien zij. gericht was. „Hoe kom je op dat denkbeeld1?" zeide Ag nes met opgetrokken wenkbrauwen. „Hij is daar natuurlijk nooit gèwecst." „Ik zie niet in, waarom dat zoo natuurlijk ia," hield juffrouw Rayne vol. „Een reisje naar Amerika heeft in onze dagen niets to bctcekencn eu iemand, die meer gereisd heeft, zooals mijnheer Lvle. heeft hoogst waarschijn lijk meer dan eens den oceaan overgestoken Ik interesseer mij altijd bijzonder voor de Vereenigde Staten ik heb daar familie wo nen Misschien heeft mijnheer Lyle mijn bloedverwanten wel eens ontmoet, of hebt gij op uw verschillende zwerftochten Amerika nog nooit met een bezoek vereerd, mijnheer Lyle In dén toon barer stem lag een zeker on beschrijfelijk iets, dat Jasper Lyle een on bestemd gevoel van vrees inboezemde en hein zijns ondanks dwong, zijn oogen op te slaan. Toen Eveline en bijt elkander thans voor de eerste maal vlak in 't gelaat zagen, scheen de kamer met haar rond te draaien. „Ik ben nooit, in Amerika geweest, made moiselle," stamelde hij. „Nooit vroeg zij wederom, zonder haar oogen van hem af te wenden. Plotseling zag mevrouw Featherstone, dat alle kleur van Eveline's gelaat week cn baar wangen vaalbleek werden. „Eveline, lieve," riep rij ontsteld, terwijl zij haastig opstond en op haar gast toetrad, „wat scheelt er aan'? Ben je niet recht wel?" „Een duizeling overviel mij," gaf Eveline gejaagd) ten antwoord. „Daar heb ik in het voorjaar wel meer last van. Als u) 't goedvind'. mevrouw1 Featherstone, zal ik van tafel op staan en mij vast vooruit naar net talon begeven." „Ik ga met je mee, Eveline!" sprak Ag nes. terwijl rij* van haar stoel overeind sprong. Juffrouw Rayne weerde haar af met een handgebaar, dat niet geheel en al van wrevel was vrij te pleiten. „Maak het mij toch niet zoo lastig. Ag nes. Ik wil liefst alleen zijn", zeide zij. Nau welijks had zij deze woorden geuit, of zij had reeds berouw over haar barschheid en voegde er op vriendelijlker toon bij: „Het heeft niets te bet eekenen. lieve Agnes, ik ben alleen maar een beetje duizelig. Het zal wel weer overgaan." Ondank*» haar herhaalde verzekeringen, dat zij niet gaarne eenige drukte wilde ver oorzaken en dat haar ongesteldheid! van zeer voorbijgaanden aard was. bracht haar aanval van flauwte tooh een algemeen© op schudding en ongerustheid to weeg, want Eveline was op Featherstone Hall een wel kome, bijzonder geliefde verschijning. Zelfs tante Sophie wa? een cn al hartelijkheid en. belangstelling. Niemand bezat tact en .fijm gevoeligheid genoeg, om te zien, dat Bve- lino's plotselinge ongesteldheid meer aan een geestelijke dan Mn oen physieke oorzaak te wijten was. Al dc vensters werden vagewijd open gezet iedereen was druk in de weer, om Hoffmann- rpiritua, vlugzout en eau-dc-colognë voor haar tc halen, zoodat het niet lang duurde, of al de knechts en meiden wisten, dat juf frouw Rayne van het. heerenhuis „flauwge vallen" was. Hoe vaak gebeurt het niet-, dat. onze vrienden ons. in hun. onhandige' wel- mecnendheid', op een dergelijke wijze plagen ou martelen. Zij gunnen ons niet. dei voldoe ning van onzen eigen strijd in een hooghar tig stilzwijgen te strijden, om later het volste recht te hebben te zeggen„Ik heb alleen den zwaren kamp doorstaan." Zij rukken ons het outbloote zwaard uit de hand, het vizier van het' aangezicht, het harnas van de borst en stellen ons ontwapend en weer loos tegenover den vijand. Zij verstaan niet de taal enzor zacht «meekeiide oogen en be grijpen niet, wat wij bedoelen, als wij onze gevouwen handen tot hen opheffen. Zij gaan maar steeds voort met vragen docu en op merkingen maken eu raad geven, tot einde lijk het laatste stuk onzer wapenrusting ons ontrukt is en wij ons in al ouzo zwakheid vertooneü. WtrêU vervol**.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1903 | | pagina 1