3»5 S',c Jnargunu. Dinsdag 17 Mei 1904. BUITENLAND. FEUILLETON. ZIJN WELDOENER. DAGBLA ABONNEMENTSPRIJS: 3 maanden roor Amersfoortf 1*23 dom franco per post- 1.75. sónderlijke nummers- 0.05. Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van Jon- en Feestdagen. vortentiön, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur '«morgens bij de Uitgevers in te zonden. Uitgevers: VALKHOFF C». Utiechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER AD VERTE NTIËN Van 1—5 regelaf 0,7». Elke regel meer- 5.11). Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Kennisgeving. "VVAJdtSöH'U WENK* )p uituoodiging van Zijne Excellentie den uster van Bmnenlandsche Zaken waarsch—wt burgemeester van Amersfoort jonge vrouwen, zich naar elders, bepaaldelijk naar een der oto steden in c-ns land in dienstbetrekking ischen te begeven, daarheen niet te vertrek- alvorens nadere inlichtingen te hebben in ruimen, waartoe zjj zich ten Raadhuize kun- i vervoegen. )e Nederland sche Yereeniging ter beharti- g van de belangen der jonge meisjes, de Ne- landsche Vrouwenbond ter rerhooging van zedelijk bewustzijn en de R.-C. V'ereeniging bescherming van meisjes, die in de meeste atsen afdeelingen of correspondentschappen )beii, zijn steeds bereid hulp en voorlichting verschaffen. Amersfoort, 14 Mei 1904. De Burgemeester van Amersfoort, WUUHEJKS. Poliuek Overzicbc Servië en Bulgarije. Sedert eeiiigc-n tijd reeds is er sprake van derhandelingen tuschen Servië en Bulga- b, maar wat het onderwerp daarvan was icf in het duister. Nu eens sprak men van derhandelingen over een nieuw handels- rdrag, dan veer vaxi een oorlog betreffen- i Macedonië. Dat er eene toenadering tus- hen de regeeringen van de beide landen left plaats geüad, blijkt uit de samen- mist, die Koning Peter van Servië verle- !n Zaterdag te Nisch met den vorst van ilgarije heeft gehad, toen deze op zijne is naar Weenen. door het Servische geb'.td cam. Althans er wordt naar toenadering ge reefd, en. de loop van de zaken aan deD ilkan toont duidelijk genoeg, welke ge- achten en bedoelingen daarbij voorzitten, o betrekkingen tusschen Belgrado en Sofia jn langen tijd niet geweest zooals zij tus- len vriendschap houdende buren be hoer en te zijn. Men was in Servië altijd be- ttgti, dat de Bulgaarsche pogingen tot uit- ftung van ae sfeer der bemoeiingen afbreuk tmdeii doen aan de eigen Oud-Servische Bpiratiën. „Het was, zegt de Neue Freie een wederzijdscfi diep wantrouwen, at de betrekkingen tusschen Belgrado en ofia ook tijdens den ganscihen uuur van den lacedonisclïen opstand beheerschte. Bulga- ije stuurde met zijne Macedonische politiek p het Groot-Bulgaarsche doel af, zonder ich te bekommeren om de aanspraken, die ervië maakte op het Servische volkselement n Macedonië, en het iou die ook eker niet in aanmerking genomen heb- en, wanneer het den moed ede kracht iad gehad, in strijd met den wil van Oos- •nrijik-Honganje en van Rusland den oor- og met Turkije te ri&keeren. Maar evenzeer ils Bulgarije voor zich alleen ten slotte is eruggedeinsd voor het gevaar van een Tuik- chen oorlog en er de voorkeur aan gaf, zich net Turkije te verstaan, was Servië zich be- vaist. van zijne zwakte naar binnen en naar luiten." Nu door de bemoeiingen van Oostenrijk en Rusland het Macedonische vuur is be dwongen en Bulgarije bewogen is vrede met Turkije to {.luiten, cht men zoowel in Bel grado als in Sofia het oogenblik gekomen om toenadering te zoeken, en om dat aan de buitenwereld te verkondigen, is de samen komst tussohen Koning Peter en vorst Fer dinand to Nisch beraamd. De Servische pers scbnjft- eene groote beteekeuis toe aan deze gebeurtenis. Men spreekt zelfs van 't sluiten van een of- en defensief verbond en van een accoora, dat gesloten zal worden betreffende Macedonië. Zoo'n vaart zal het echter wel niet loopen. In eene mededeeling, die de Politiscno Correspondenz uit Belgrado heeft ontvangen, wordt de aard van deze out moetiug als volgt toegelicht: „Het zou stellig voor carïg zijn, uit deze samenkomst te conclude&ren tot het tot stand komen van eenig politiek accoord tus schen Servië en Bulgarije. Men kan deze ontmoeting wel als het begin, maar niet als de oekromtig van eene toenaderingspolitiek beschouwen. De samenkomst moet nog pas het ijs tot smelten brengen, dat tot dusver in ue Deirekkingeu tusschen Servië en Bul garije heerscuGe. Deze betrekkingen waren namelijk zoo gespannen, dat zelts officie use Bulgaarsche en Servische bladen nog onlangs artikelen trachten, die alles behalve er op uit waren, eene vriendschappelijke richting in de politiek van de beide ragceringen te bevorderen. Daar zulk eene verhouding niet alleen op de betrokken staten een onaange name n indruk maakte, omdat er gemakke lijk botsingen en wrijvingen uit konden voortvloeien, niaar ook op de binnenland- sche ontwikkeling van de beide landen sto rend werkte, is het gemakkelijk te begrijpen, dat de hoogst geplaatste organen van het ge zag in do beide landen hun invloed aanwend den om hieraan een einde te maken, en in dezen zin voortdurend werkzaam zijn, zon der dat dit zou beteekenen, dat men tot een positief resultaat gekomen is. Men kan dus deze ontmoeting beschouwen als een gunstig bewijs voor de vele bemoeiingen tot verbetering van de wedcrzijdsche verhoudin gen, maar enkel als dat en niets meer." In overeenstemming hiermede is ook de Neue Freie Press» van oordeel, dat deze samenkomst, ook al heeft zij eene toenade ring tusscihen Bulgarije en Servië ten ge volge, een rechtsGeekschen invloed op den loop der zaken aan den Balkan vooreerst toch slechts in dezen zin zal hebben, dat de ijverzucht en de rivaliteit van deze beide Balkanstaten wordt verzacht. Duitsehland. Do Koning van Engeland heeft aangekon digd, dat hij den Duitschen Keizer zal be zoeken tijdens de Kiclsche week, aan water sport gewijd. In het Pruisische huis van afgevaardig den is een voorstel aangenomen, dat was in gediend gezamenlijk door de beide oonservar tievc partijen en de nationaal-liberalen, met het doel eene regeling te verkrijgen van de sints lang reeds hangende kwestie van het onderhoud der scholen. Het voorstel strekt om de regeering uit te noodigen in de vol gende zitting een wetsontwerp in te dienen over het onderhoud van de openbare volks scholen op de volgende grondslagen: 1. De onderhoudsplicht van de openbare volksscho len rust op de burgerlijke gemeenten, onder eeno bijdrage van den staat tot bestrijding van do kosten. 2. Tot uitvoering van art. 24 J der grondwet, waarbij is bepaald dat bij de inrichting van de openbare volksscholen do confessioneele toestanden zooveel mogelijk moeten worden in acht genomen, worden do j volgende regelen vastgestelda In den regel moeten de leerlingen van eene school tot de zelfde godsdienstige gezindte behooren en door ouderwijzers van. hunne gezindte onder wezen worden, b. Uitzonderingen zijn slechts toegelaten om bijzondere redenen, inzonder heid om nationale overwegingen of daar, waar dit beantwoordt aan de historische ont wikkeling. Onderwijzers, die tot het verlee- neu van godsdienstonderwijs voor confessio neele minderheden aan soliolen van eene an dere confessie zijn aangesteld, kunnen voor volledig onderwijs in aanmerking komen, c. Wanneer het aantal schoolplichtige Kinde ren van eene ooilfe&sioueele minderheid eeno behoorlijke hoogte bereikt, dan heeft deze minderheid aanspraak op inrichting van eene school van hare gezindte, d. Tot regeling van de sohoolzaken moeten in de steden en op het platteland schoolbesturen worden opge richt, waarbij aan de kerk, de gemeente en de onderwijzers eene behoorlijke vertegen woordiging moet worden verleend. Verder wordt de regeering uitgenoodigd bij de regeling van den onderhoudsjilicht van de scholen tegelijk te zorgen voor het weg nemen van onbillijke ongelijkheden in den op verschillende gemeenten rustenden last en in het bedrag der bezoldiging van de ouderwij zers. Namens de regeering zeido de minister van eeredienst, tot wiens ressort de onder wijszaken behooren, welwillende overweging van dit voorstel toe. In de eenstemmigheid, die over de hoofdzaken bleek te bestaan, zag de minister een gunstig voorteeken voor het tot stand komen van eene wet tot regeling van de onderhoudsplicht van de volksschool. Frankrijk. Bij twee senator-verkiezingen, die verle den Zondag hebben plaats gehad, z;jn geko zen in Belfort de heer Philippe Berger, lid van het Instituut en hoogleeraar aan het Collége do Fr4nce, in Ille-et-Vilaino do heer Brager do la Villemoysan. De eerste is minis terieel, de tweede anti-ministerieel. De Humanité bevat den tekst van het rpotest van den Paus tegen de reis van president Loubet naar Rome- De Paus zegt, dat deze reis eene buitenge woon ernstige zaak is. Hij beroept zich op zijne onvervreemdbare rechten, die Frank rijk meer dan de andere natiën moest er kennen. Wanneer de muntius is Parijs bleef, dan was dat om ernstige redenen. Het bezoek were door Italië nagestreefd om de rechten van den Heiligen Stoel te verzwakken en zijne waardigheid te krenken. De Paus protesteert om een precedent te vermijden. In eene bespreking van dit protest zegt Jaurès, dat hiermede de diplomatieke breuk tusschen Frankrijk en het pausdom eigenlijk voltrokken is. Italië. In antwoord op eon© interpellatie in de Kamer, verklaarde de minister president Giolitti wat Bcnadir betreft, dat de regeering bovenal het oog moet hebben op voorziening in de binnenlandsohe behoef ten van het land. Wij kunnen geen imperia listische politiek volgen. Dat. zou zijn op nieuw m Bcnadir den misslag begaan, dien men in Eritrea heeft bedreven. Oostenrijk-Hongarije, In zijn eocposé van den politieken toestand aan do delegation deelde minister Coluchows- ky mede, dat in dien toestand ternauwernood een verandering is gekomen, die de moeite waard is genoemd te worden. Onze betrekkingen zijn zonder uitzonde ring zeer goed zoowel met onze bondgenoo- ten als met' do andere mogendheden, speciaal met Rusland. Bon. gedachten wisseling mot don Italiaan- schen minister van buitenlandscho zaken Tit- toui vormt een nieuwe waarborg voor d© handhaving van den orde. Goluchowsky betreurt de gebeurtenissen iu het uiterste Oosten, omdat die noodlottig zijn voor den handel. Hij vraagt zich af, of er geen middel zou zijn, dat er maatrege len genomen werden om te ontkomen aan clc buitengewoon scherpe bepalingen betref fend© do oorlogs-contrabande door gemeen overleg der mogendheden. In het vervolg van zijne hede ver klaarde minister Goluchowski, dat de handhaving van de stiptste onzijdigheid in het Oosten een onderwerp van voortdurende zorg der regeering zal zijn. Men mag wel aannemen, dat do strijd gelocaliseerd zal blij ven. De vorderingen, die do hervormingen op het Balkan-schiereiland maken, zijn aanzien lijk en bevredigend, ondanks dc bezwaren, door Turkije veroorzaakt. De hervorming van do gendarmerie is, dank zij onze vasthoudendheid, thans prac- tisch begonnen. Wij zullen niet rusten voor dat het programma der hervormingen in al zijne bijzonderheden is uitgevoerd en zoolang niet do geregelde werking van de door ons iu het leven geroepen instellingen is verze kerd. Turkije zal, naar wij hopen, begrijpen, dat wij alleon handelen in het belang van zijn behoud. Rusland. Voor de reis, die keizer Nikolaas thans doet door het land, zijn langs den geheelen weg en op alle stations omvangrijke veilig heidsmaatregelen genomen. De keizerlijke trein zal slechts 40 K.M. in het urn- afleggen. Eerst neemt de Czaar afscheid van het 17e, daarna van het 10e legercorps. In het gevolg gaan mede de troonopvolger, groot vorst Scrgius, de minister van oorlog en ecni- ge hooggeplaatste militairen. Dinsdag wordt do stoet te Charkof verwacht. Daarna wor- deu achtereenvolgens Poltawa, Orel, Kaloe- ga, Toela aangedaan, waarna de Czaar twee dagen te Moskou blijft. Do heele reis zal een dag of tien duren. Uit Kroonstad meldt het Russische tele- graaf-agentschapMaandag werden aan boord van het Eugelsche stoomschip „Cam- ross", komende van Cardiff, twee bedienden en een machinist gevangen genomen. Heden werd aan boord van een Duiteche stoomboot een verdacht persoon gearresteerd. De gear resteerden, die uit Indo-China beweren af komstig te zijn, schijnen Japanners te zijn. Zij gedragen zich zeer onbehoorlijk. Thibet. Volgens een bericht uit Gyangtse wordt de beschieting van het Eugelsche kamp dooi de Tibetancn voortgezet. Het land voor het kamp is in een toestand van gisting. Lama's doortrokken het land en prediken den heili gen oorlog. Het land achter het kamp is ge heel open. De Engclschen nemen aHe voor zorgsmaatregelen Midden-Amerika. Tol hoofdingenieur voor den aanleg van het Panamakanaal is benoemd de heer Wal lace, directeur-generaal van den Illinois Cen tral-spoorweg. Voor de voorbereidende werk zaam heden, wawrp<*ssingen en hygiënische maatregelen rekent men twee jaren noodig te hebben, voor do werkzaamheden aan het kanaal zelf tien jaar. Zuid-Afrika. Do Engelsche bezettingstroepen in Zuid- Afrika zijn van 1 April af tot op 21.500 man verminderd. De oorlog in Oosf-Azië. Uit Tsjifoe wordt bericht: Men verwacht een gecombineerden aanval op Port-Arthur door de zee- en de landmacht tusschen 20 en 23 Mei. De Japanners hopen Dalni binnen enkele dagen te kunnen bezetten. Na het vernietigen der mijnen voor Tar lienwan zijn de Japanners voornemens daar nog meer troepen aan land te zetten en dan den aanval op Port-Arthur te beginnen. Een Japauscli officier heeft verklaard, dat de Japanners bereid zijn 2000 man bij den aanval op te offeren. Chineezcn, die het weten kunnen, verkla ren dat de haveningang van Port-Arthur niet versperd is. Men bericht, dat Port Arthur geen gebrek ean provisiën lieeft en dat een goede geest heorscht, zoowel onder do burgerlijke als onder do militaire bevolking. Van Russische zijde wordt ten stelligste verzekerd, dat de toegang tot do haven van Port Arthur niet versperd is en dat de krui ser Askold meermalen zonder eenige moeie- lijkheid in- en uitgegaan is. De commando's te Port Arthur zijn als volgt verdeeldAlgemeen bevelhebber van do verdediging van het schiereialnd Liaotong generaal Stoessel, commandant van do ves ting Port Arthur generaal Smyrnow, com mandant van do artillerie generaal Belik. commandant van de genietroepen generaal Boelewsky, commandant van do troepen voor de buitenversterkingen generaal Fock. De aanwezigheid van een zoo aanzienlijk aantal opperofficieren duidt aan, dat do ver dediging met ernst zal worden gevoerd. De Petit Parisien verneemt uit Tokio, dat de Japansche torpedo-flottielje, blijkens oen officieel rapportop den 11. mijnen gelegd heeft ter roede van Port Arthur. Het Journal verneemt uit Petersburg dat de trein met munitie, die kolonel Spiridonof nog naar Port Arthur heeft kunnen bren gen, ook een ondcrae-oscke boot, in sectiën, meevoerde. Het garnizoen van Dalni moet, na al wat don Japanners van dienst had kun nen zijn, vernield te hebben, behouden to Port. Arthur aangekomen zijn om de bezet ting van die plaats te versterken. De Japansche dépêche-boot Miyako ia eer gisteren in do Kerrbaai op een mijn gestoo ten en vernield. Acht personen zijn daarbij verongelukt. Over het. vergaan van de Miyako wordt nader uit Tokio bericht, dat dit is geschied bij het opruimen van Russisch» mijnen in dc Kerrbaai. Admiraal Kataoka was giste ren daarheen teruggekeerd met eene afdee- ling van het derde eskader ter bescherming van tweo torpedoflottillcs, aan wie het werk der opruiming was opgedragen. Vijf mijnen waren ontdekt en vernield en het werk was juist voor dezen dag gestaakt, toen do „Miyako" op een verborgen mijn stiet, die met geweldige kracht onder het schip ont plofte. De romp werd vreeselijk beschadigd, maar fcodh bleef het schip nog twee en twintig minuten drijvende. Tweo matrozen werden gedood, zes gewond. De overige leden der be manning werden gered. ROMAN 21 VA s ALEX. RÖMER. Voor haar moeder had zij weinig respekt zij gaf dikwijls norsche antwoorden. Zij keek Ellen, haar toekomstige leer arcs, onderzoe kend, half sahuw, half wantrouwend aan, maar verklaarde ten slotte, dat zij het goed vond nog wat te leereu, als de juffrouw haar niet wou plagen. Ellen kreeg den indruk, dat haai- taak bij dit verwende poppetje niet gemakkelijk zou zijn. Seuorita Angela groette bevallig haar bewegingen waren bekoorlijk en ging do kamer uit. Haar moeder zag haar met eon gelukkigen, trotschen blik na. „Zij is mooi eu elke weusch van haar is steeds vervuld; ik zou haar in 't geheel niet meer willen plagen met stu- deeren, als niet haar toekomstige verloofde, die nu nog op reis is. heel dringend had te kennen gegeven, dat hij wenschte, dat er iets voor haar wetenschappelijke opleiding zou worden gedaan. Hij is een Duitsoher, weet u, eu Duitscher3 houden van grondige kennis. Een Spanjaard zou nooit op zoo'n denkbeeld zijai gekomen." „Is de jonge dame dus al verloofd?" riep Ellen verrast uit, „dat wist ik niet". „Ja, verloofd, zooals men dat hier noemt. Do heer Adolf Weioord is de zoon van den compagnon van mijn overleden ma-n en kwam pas te Valparaiso, toen wij reeds van daar wanen gegaan. Het plan van het huwelijk waa reeds lang geleden door de vaders ge maakt dat geoeurt dikwijls daax ginds de beide vermogens kwamen overeen en het was aan alle kanten geschikt." Don Adolfo werd juist verwacht, toen mijn man plotseling stierfik was geheed versla gen en had maar een, weusch naar het va derland terug te keeren. Wij zijn dus op reis gegaan vóór Don Adolfo aankwam en zoo doende hebben c elkander nog ni:t-ontmoet Hij is uu te Napels en wij zullen hem. hoop ik, spo:dig hier zien. Hij is een voortreffelijk man en heel rijk." „U kent mijnheer natuurlijk", merkte El ien op, om toch iet» te zeggen. Die geschie denis van de verloving van twee elkander geheel onbekende menrchen interesseerde haar weinig. Zij kon zich geen voorstelling makeu, hoe een volwassen meisje toestem men kon in plannen, die haar persoon aan een volkomen vreemde overleverden. „Ik?" vroeg mevrouw verwonderd, „neen, ik 'ken hem ook niet Hoe zou ik? Hij was n' t to Valparaiso, zoolang ik daar woon de; hij woonde te Hamburg, later te New- York, in Wert-Indië, langen tijd op Haïti o! hii was overal, bi» heeft de halve we reld rondgereisd. Hii is heel verstandig en heel goed'" Zij zei dat laatste zoo beslist, alsof zij daarvoor den besten waarborg had, alleen niet diie van haar eigen oordeel, waaraan trouwens niet veel te hechten was. „Ik heb hier zijn portret, dat hii onlangs aan Angela zond. Wilt u het eens zien?" Mevrouw nam van de étagère, naast do sofa. een portret in kabinetformaat, in een fraai lijstje, ©n reikte het Ellen over. Deze wierp er een vluohtigen blik op eu kreeg toen een pbotselingen schrik. Dat wat» 1 immers hetzelfde gelaat-, dat zij nog zoo dik- wijls voor zich zag; het gelaat van den on- bekende, dien zit clueu nacht op do „Vienna" gezien had! Zij kreeg een kleur als bloed, die gelukkig niet door mevrouw Rose werd opgemerkt 1 haar 'hart klopte onstuimig; dat was toch zeker wel vreemd on onverklaarbaar. I Haar handen beefden, toein zij het portret teruggaf en op den «meest onverschilligen toon zet; „een heel prettig gezicht". 1 „Niet waax? O! hij gaat ook door voor een moöien man. Hij was ook verrukt van Angela s portret, dat wc hem te Napels zon- 1 denz»j. is ook zoo mooi als een sprookje". Uiterlijke schoonheid was hier dus do hoofdeisch. Ellen had een onbestemd gevoel, dat zij van den vreemdeling, wiens trekken eu wiens stem haar zoo sympathiek waren geweest, iets anders had verwachthot was alsof zij een teleurstelling ondervond. Zij had plotseling een gevoel van leegte, dat zij niet begreep I en nam, spoedig afscheidover de lessen was I needs het noodige afgesproken. Toen zij -beneden onder dc veranda kwam, hield een cavalcade stil voor net naburige huis. Luid gelach en vroolijk gestherts drongen in haar oor er waren bekende i-rtemmen bij. De ruiters waren meest-al officierenslechts één heer in burgeik leoding, een slanke, ele gante verschijning, die haar den rug toekeer de, was onder hen. Hij lachte en boog zich over tot zijn buur vrouw, een trotsclie amazone, in een groene japon, met wie hij vertrouwelijk fluisterde. Ellen stond als versteend dat was Leo pold, zeker zij za.g nu zijn gelaat- en profil en do dame was Adino vou Rodenfels. Zij kon zich geen rekenschap geven, van da •gedachten, die haar bestorinden. Het groepje klapte in de handen en riep luid: „Mevrouw Lodoiska, mevrouw v. Trembow!" en allen zagen -omhoog, ifaar het mooie huis. Nu veracneen do dam» in de veranda on -kwam in den voortuin; zij was eveneens in amazone kostuum en nag bezig haar hand schoenen d'icht te knoopen Haar kolossale figuur kwam niet voordeelig uit. Om den lioogen hooa, die haar dik h'oofd bedekte, was een -grijze sluier gewenden, dien zij vast knoopt». „Bedaard, dames en lueeron ge duld riep zij met krijschende stem en op vallend buitonla-ndsch accent. „Mijnheer Kramer, u bewijst me wel Weer den dienst u is steeds de „chevalier saus peur et saus rcproche' Bonjour, Adientjc hm! Bloedrood© anjelieren in liet knoops gat vandaag bet zinnebeeld van -een ge lukkig huwelijk." Zij lachte luid en leclijk. Leopold was van zijn paard gesprongen en hielp behendig de niet -zeer vlugge amazone in den zadel. Grappen en plagerijen worden gcWiveKi, die Ellen van uit haar hoek en aoor liet getr;i-pj»el dor hoeven met meer kon verstaan. De ruitergroep zette zich in beweging. Leopold reed tusscihen do beid» dames, tij k wannen n,iicn, die zich achter een pilaar verborgen had, voorbij. Adine zag er frisch en heel mooi u)it; zij had bloedrood© anje lieren op de ixirst gestoken en onderhield zich zeer levendig mot haar buurman en met I do achter haar rijdend» officieren. „Wat was dat?" vroeg Ellen zioh af. „AdineGing die met mevrouw Lodoiska om? En haar hoofd -duizeldezij waagde l*t niet door te denken. In gedachten verdiept ging zij naar huis. Zij had heel wat onvoorziens ondervonden. Zij zou dus haar onbekende van de boot hier weer ontmoeten. Waarom kwam zijn beeld onder au» indrukken en aorgen weer boven? at- ging hij, de verloofd© van dat mooie, oppervlakkige meisje haar aan? Hoe kw.un htet, flat zijl zich zooveel mot hem bezighield? Zij had op reis vele vreemdelingen ont moet zij kon zich daarvan gceai enkele her inneren. Waarom bleef deze dan zoo iu haar geheugen Zij schudde het hoofd over zichzelfdat kwam van het niots doen, waaraan zo niet gewend was. Nog vóór Kerstmis begon Ellen met An- gelita's onderwijs. Da moeder der jonge dar me maakte er haast meezij beschouwde het als een onaangenamer plicht, die zoo spoedig en zoo snel mogelijk moest worden vervuld. Men verwachtte van Ellen, dat zij het meisje de noodige wetenschap bij groote hoe voel heden zou inpompen cn dat er bin nenkort schitterende resultaten zouden wor den bereikt. Ellen stond verstomd van de ongeloofelij- ke onwetendheid der jonge dame. Ondor het oppervlakkige vernisjc was oen absoluut le dige ruimte. Hoe een begin te maken? Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1904 | | pagina 1