X". 3ü9. Tweede Stlad.
2de Jaargang:.
Zaterdag 11 Juni 1904.
KOLONIËN.
BINNENLAND.
AMERS OORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.25.
Idem franco per post- 1.75.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 unr
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Van 1—5 regelsf 0.75.
Elke regel meer- 0.15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot
het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement. Eene
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
OOST-INDIË.
Geen -erlof aan officieren.
Men herinnert zich, dat met het oog op de
gebeurtenissen in het verre Oosten aan de
officieren en onderluitenants van het Ned.-
Indische leger de buitenlandsche verloven,
waarop zij door langdurigeu dienst recht zou
den hebben, voor eon zekeren termijn rijn
geweigerd.
Deze termijn is nu, naar wij vernemen,
door den gouverneur-generaal met nog drie
maanden verlengd, zoodat voorloopig voor de
officieren en onderluitenants van buiten-
landsch verlof nog geen sprake zal rijn.
Academie en Cadettenschool.
In de „Jav. Ct." wordt bekend gemaakt
dat: bot het examen voor toelating tot de
Koninklijke Militaire Academie zijn toegela
ten de jongeliedenR. W. Sibbald, F. C. J.
Sneep, H. Edwards van Muijne, C. L. Dank-
rueijcr, W. A. C. Ugen en V. L, A, Razoux
Schultzen tot het examen voor de cadet
tenschool do jongelieden: G. A. Ugen, K
W. F. van Langen, W. J. van der Est, J. F.
A. L. Wilkens, W. A. Harte, B. I. Wolff,
B. C. Volke, H. A. Tichelaar, G. F. V. Go-
Benson, A. F. W. B. E. von Seijdütz Kurz-
bach, A. E. E. van Aarem, H. A. Lincklaen
Westenberg, F. Dersjant, H. K. Franken,
R. K. Brunet de Rochebrune, C. Casten, J.
P. Cabri, J. G. Knopp, B. D. van der Palm,
F. W. Osten en S. Ketting Olievier; de laat
ste drie voorwaardelijk.
Militaire school. In het toela-
tingsexamjn tot den hoofd-cursus te Kampen
zijn geslaagd:
Voor de infanterie de élèves J. Debus en
H. F. S. R. Queck, voor de administratie de
lélfeves G. A. Hendriksz en H. J. F. Roqué.
B. N.
De ,,Ko n i n k 1 ij k e" naar de 6a-
j o e 1 a n d e n. Naar de Deli-Ct. verneemt
t er binnenkort een gezelschap onder lei-,
ding van d.e heeren dr. Hirschi en dr. Rueff.
beiden gecologen, naar de Gajoelanden, ten
einde daar opnemingen voor boringen te ver
richten.
Een vulkanische uitbar
sting in de Molukken. Aan een
onder dagteekening van 8 Mei van den resi
dent van Menado ontvangen telegram, wordt
het volgende ontleend:
In den nacht van 23 op 24 en 24 op 25
April hebben uitbarstingen plaats gehad van
vulkaan op onbewoond eiland Roeang, af-
deeling Sangi en Talauer eilanden.
Bij plaatselijk onder--ck bleek dat klap
peraanplantingen op hellingen vulkaan groo-
tendeels waren verwoest door uitgevloeide
lava en kokende modder, terwijl drie nego
rijen op het zeer nabij gelegen eiland Tagoe-
land. .g door uitgeworpen steenen en warme
asc1 schade hebben bekomen aan sago-, pi
sang- en cebi-aanplantingen en aan enkele
bouwvallige woningen. Persoonlijke ongeluk
ken kwamen niet voor.
WEST-iNDIË.
Curasao 20 Mei.
Door den Koning van Italië is aan den
heer Herman C. Henriquez op diens verzoek
ontslag verleend als consul van gemeld rijk
op het eiland Curasao als erkenning voor
dc door hem bewezen diensten, is de heer
Henriquez tot officier van de ordo van St.
Mauritius en St. Lazarus bevorderd.
Tot consul van Italië te Curayao is be
noemd de heer H. Da Co6ta Gomez, die a)
verscheidene jaren vioe-consul van dat rijk
geweest is.
De heer M. de Sola is door den Presi
dent van de republiek Panama, tot consul te
Curasao van die republiek benoemd.
De Amerikaansche consul was tot nu toe
met de waarneming der functiëu van consul
van Panama belast geweest.
Met innig leedwezen wordt vernomen het
overlijden van don oud-gouverneur dor
kolonie Curasao, den Hoog Edel gest renge
lieer H. F. G. Wagner.
De heer Wagner, als jongeling uit Neder
land naar Curasao overgekomen, ten tijde
dat onder 'het bestuur van baron Van Raders
do cochenille-aanplant door het gouverne
ment ondernomen was, steeg vervolgens in
ambtelijke betrekkingen tot den hoogs ten
rang in de kolonie.
Hij was een ijverige bestuurder der kolo
nie, in do eerste tijden van zijn best-uur had
hij met moeilijikheden te kampen, tengo
volge van de houding door den toenmaligen
procureur-generaal der kolonie tegen hem
aangenomen
De overledene telde te Curasao vele vrien
den, die het bericht van rijn verscheiden zeer
zeker met leedwezen zullen vernemen.
Bij 'het binnenkomen raakte de Duat-
sdhe stoomboot „Alten-burg" door de hooge
zeeën en den hevigen wind vast aan den in.
gang van de haven te Curasao (ongeveer ter
hoogte van het riffort).
Dadelijk daarna begaf zich do garnizoens
commandant Van der Grinten, vergezeld van
•enige manschappen aan boord, ten einde zoo
mogelijk hulp en bijstand te verschaffen.
Door. zijn krachtig en tijdig optreden en
door de wijze, waarop hij en zijne manschap
pen de bemanning van dc boot hebben ter
zijde gestaan, gelukte het hun schip na ruim
drie uren arbeids, weer los te krijgen.
Kameroverzicht
Tweede Kamer.
Vergadering van Vrijdag 10 Juni.
Aan de orde is het ivetsontwerp tot wijzi
ging van art. 37 der wet op de Vermogens
belasting, en van art. 62 2 der wet op
de personeele belasting.
Goedgekeurd.
Aanvulling en verhoogi-- van het. VTIe
Hoofdstuk B der Staatsbëgrooting voor 1904
(afschaffing van tollen).
Goedgekeurd.
Onteigening voor het maken van boven-
grondsche werken voor het ontginnen van
mijnen en het maken van een spoorwegaan-
sl ui ting.
Goedgekeurd.
J achtwet.
Aan de orde is de wijziging der Jachtwet.
De heer l'asstoors betreurt de haast
die met dit wetsontwerp is gemaakt, terwijl
de toegezegde wil else hade wet die veel noo-
diger is, op zich laat wachten. Spr. misgunt
aan de jagers hun genot, hun hazen, snip
pen en patrijzen niet, maar hij komt er
tegen op dat men de boeren belet het wild,
dat hun schade toebrengt, van hun erf te
'houden Ook vreest Spr. dat deze wet te
ver gaat en aanleiding zaJ geven tot het
opmaken van onbillijke processen-verbaal,
vooral ten platten lande. Hij vreest, dat de
hier voorgestelde verscherping zal leiden tot
minachting voor de wet, vooral op het plat-
teland, daarom zal Spr. tegen het ontwerp
stemmen.
De heer Helsdingen herinnert aan de
door hem destijds voorgestelde motie tot af
schaffing der Jachtwet. Deze motie werd
toen verworpen, maar aangenomen werd een
motie-Kolkman tot herziening der Jachtwet.
Na hetgeen de minister toen gezegd heeft,
had Spr. heel wat anders verwacht dan nu
is voorgesteld, en hij heeft zich afgevraagd:
btoort de minister zich nu meer aan de hee-
ren jagers, of aan de uitgesproken wenschen
der Tweede Kamer. Toen Spr. de voorge
stelde wijziging voor zich kreeg, ontving hij
dadelijk den indruk, dat de minister dit
zaakje „bekankelemiend' had met de groote
heeren. Wederom heeft de Regeering hier
blijk gegeven va.n weinig wetgevend talent.
Verder betoogt Spr. dat de bestaande straf
wetten voldoende wapenen bieden tegen de
stroopers; dsrrvoor is verscherping der
Jachtwet niet noodig. Spr. heeft waardee
ring voor de Staatscommissie tot onderzoek
der afschaffing van de heerlijke jacbtrech-
ten, maar hij betreurt het. dat het grootste
contingent dier commissie bestaat uit hee
ren jachtliefhebbers. Ook is het. wel eigen
aardig dat ons land nog het eenige is, waar
heerlijke jachtrechten bestaan. In Duitsch-
land, da,t ons hier zoo dikwijls wordt voor
gehouden, zijn rij al lang afgeschaft.
Duidelijk blijkt ock hier weer, dat er
anders wondt omgesprongen met de rechten
van de groote heeren, dan met die van den
kleinen man. Spr. wijst op de overdreven
klachten tegen de stroopers. Zij krijgen van
alles de schuld. Valt een boer over prikkel
draad, dan hebben de stroopers dat gedaan.
Wordt een kind buiten echt geboren, dan
hebben de stroopers het gedaanalles krij
gen zij op hun rekening. Al de slachtoffers,
die er onder de jachtopzieners on politiebe
ambten vallen, vallen niet als slachtoffers
van de stroopers, maar van de tegenwoordige
ongelukkige jachtwet, die eene groote be.
voorreohting is van de hoeren, ten koste van
don kleinen man, die mag toezien dat zijn
boeltje opgegeten wondt door het wild, dat
hij niet mag schieten. En als men spreekt
van de schade, die de stroopers aanrichten,
dan zegt spreker dat de heeren jagers zeker
niet minder schade toobrongen. Maar dat
doet er niet toe. Voor de heeren jachtlief
hebbers waakt de wet. Er worden zooveel
buitengewone vergunningen gegeven, zegt de
Minister, ja, maar om schadelijk gedierte te
schieten in het belang van den wildstand.
Voorts wijst spreker er op. dat de vier-
beenige stroopers de hazen en konijnen
veel meer schade aanrichten, dan de twee
been ige stroopers. Hij heeft dan ook geen
lust zich bij dit -ctsoutwerp neer te leggen,
omdat zij reactionnadr is en reactionnair zal
werken.
De heer Arts. hoewel ook behoorende
tot de teleurgestelden, had van dezen Min.
niet anders verwacht dan hiji thans heeft
voorgesteld Spr. herinnert aan 's Min rede
bij gelegenheid va:i de motie-Helsdingen,
toen weer tal van schoone zinswendingen
werden gehoord, -aar geen enkele toezeg
ging. Spr. hoorde voorden, mooie woorden,
maar den rin ontging hem Wat het stroapen
b'treft, meent Spr. dat stroopen zoowel met
als zonder lichtbak strafbaar is. In het
Voorloopigo Verslag wondt door sommige
leden beweerd, dat. het straffeloos gebruik
maken van den lichtbak leidt tot tal van
misdrijven als diefstallen en inbraken cn
Spr. meent dat hier overdreven wordt, even
zeer als er z. i. overdreven wondt met be
trekking tot de schade, die onder het voo
wordt toegebracht door het gebruik van den
lichtbak. Naar Spr.'s meennig maakt men
zich een geheel verkeerde voorstelling
van het gebruik van den lichtbak
en zal dit wetje niete uitwerken, dan
hoogstens ©enige scherpere controle. Boven-
I dien gebruikt men tegenwoordig geen
1 lichtbak meer, aar een fietslantaarn met
aocetyleengia», waartvan het licht zoo sterk is,
dat het 't licht van den lichtbak in den
schaduw stelt. Spr. is het eens met den heer
Helsdingen, dat het onderzoek der Staafs-
commissie, in zake de heerlijke jachtrechten
andere belangen aan den kapstok zal doen
i hangen. Hij dringt er bij den minister op
i aan, dit wetje terug te nemen en te ver-
j vangen door een •under, waarbij meer gelet
wordt op de belangen -an den landbouwer
en den landbouwersstand.
De heer Pornpe van Meerde r-
voort heeft zelf schade ondervonden van
het wild. Hij had eens 2 H.A. met kool la
ten beplanten en toen hij na een paar dagen
eens kwam kijken, was alles opgevreten. Maar
al wordt er schade geleden dat niet is
tegen te spreken dan kan men daarom
maar niet met één pennestreek jachtrechten.
die een kwart eeuw en langer bestaan, schrap
pen. Het geldt hier geen regeling van scha
devergoeding, maar liet voorkomen van
schade, want men moet niet vergeten, dat
niet over dag door de jagers schade wordt
aangericht, maar 's nachts door de stroopers,
die alles plattrappen en groot nadeel toebren
gen aan het vee, dat zij schuw maken. Gaar
ne zal Spr. zijn stem aan dit ontwerp ge
ven, in afwachting van nadere bepalingen
Besloten wordt de beraadslaging Woens
dag 10 uur voort te zetten of eerder, wan
neer de behandeling der Drankwet mocht zijn
afgeloopen.
Drankwet.
Do behandeling der Drankwet wordt
voortgezet eu wel over artikel 36ter, als amen
dement voorgesteld door den heer Van By-
landt, luidende
„Op voorstel van den gemeenteraad, kan
door ons, Gedep. Staten gehoord, worden be
paald dat het 4e lid van art. 1 (de splitsing)
niet van toepassing zal zijn op een bepaald
aangewezen deel van eene gemeente met een
kom van meer dan 5000 zielen, voor zoover
dit deel ligt buiten bedoelde kom."
De Min. van Binoeal. Zaken (Dr.
Kuyper) beeft geen. principieel bezwaar te
gen het amendement, maar het zal in ande
ren vorm gegoten moeten worden. De mi
nister beeft eene redactie ontworpen. Hij
geeft in overweging die te doen drukken en
de beraadslaging inmiddels te schorsen.
Daartoe wordt besloten.
Aan de orde is nu art. 37 (tot invoering
van de artikelen 25a tot h. Overgangs-bepa-
lingen).
De heer V e r h e ij vraagt of de minister
nog bereid is een voorstel in te dienen in het
belang van de wijnkoopers met verlengbaar
crediet en de distillateurs 2e kl. of dat de
Kamer daartoe een voorstel moet doen.
Do Minister acht het beter dat het
voorstel van de Kamer uitga.
De heer Ver he ij kondigt alsnu een
nieuw artikel 25c bis aan.
Artikel 25a goedgekeurd.
Bij art. 25b (vergunningen blijven tot 1
Mei 1905 voor verkoop beneden 2 Liter van
kraoht. Zij kunnen daarna worden voortge
zet in den vorm van slijterijen of tapperijen
beneden de 10 Liter) vraagt do heer W i 1-
linge met welke vergunningen men hier
eigenlijk te doen heeft. Er moet z. i. eene aan
vulling aangebracht worden, om duidelijk te
doen uitkomen, dab men hier te doen beeft
met oude vergunningen, ook bij de gewij
zigde vergunningsacte, die men na 30 April
1905 kan krijgen.
De heer Van Karnobeek protesteert
er tegen, dat een niet gering aantal slijters
wordt overgebracht naar het gilde der tap
pers. Bij stemming zal hij tegen het artikel
stemmen.
De Minister antwoordt den heer Wil
ling©, dat z. i. het artikel zooals het is gere
digeerd, tot geen misverstand aanleiding kan
geven. Het. bezwaar van den beer Van Kar
nobeek is juist, maar niet te ontgaan
De heer Willing© blijft de voorgestelde
redactie niet duidelijk achten on stelt als
amendement voor om na de 2e zinsnede te
l«sen voor de toepassing van de bepalin *c-n
dezer wet wordt de vergunning geacht ver
leend te rijn op den dag, waarop .'.ij -»oor 1
Mei 1904 werd verleend.
De heer Mees heeft bezwaar tegen het
noemen van termijnen in dit artikel, waar
de invoering der wet zal geschieden op na
der bïj Kon besluit te bepalen tijdstiu.
De heer T a 1 m a geeft de Region ig in
overweging, om het amendement over te ne
men. Er kan niet over gestemd worden. Be
ter is het dat de Regeering de gewilde wij
ziging aanbreng©.
De Minister herhaalt dat geen twijfel
mogelijk is omtrent do bedoeling. De acte
van vergunning die do vergunninghouders
moeten gehad hebben vóór 1 Mei 1904, is do
acte die gewijzigd wordt. Wanneer de nood
zakelijkheid maar wordt aangetoond, is de
Minister bereid het amendement over te ne
men.
De beer W i 11 i n g e meent, dat er geen
bezwaar bestaat om nog eens in wet te herha
len, wat een oude en wat een nieuwe
vergunning zal rijn.
De heer Okma acht verduidelijking niet.
noodig, maar wordt dit amendement aange
nomen of door do Reg. overgenomen, dan zal
dezelfde verduidelijking ook eldere in die wet
moeten worden aangebracht.
Do Minister brengt alsnu eene wijzi
ging aan, waardoor voldaan wordt aan den
wensch van den heer Willinge, waarop deze
rijn amendement intrekt.
De Minister antwoordt aan den beer
Mees, dat zonder data geen overgangsbepalin
gen t© maken zijn. Men kan er vrijwel zeker
van rijn, dat voordat de termijnen verstre
ken zijn, bet besluit van invoering er zijn
zal.
De heer Mees blijft er bij, dat het niet
aangaat aan den eenen kant data vast te
stellen, terwijl aan den anderen kant de da
tum van de invoering der wet in de lucht
hangt.
De artt. -o b en 25 b 1 worden goedge
keurd.
Bij art. 25 c komt de heer F o o k terug
op de quaestie der dierentuinen, en dringt
hij aan op een nadere definitie van het be
grip „sociëteit", waaraan de minister wei
gert te voldoen.
Na eenige wijzigingen (die niet rijn te om
schrijven) wordt art. 25 o goedgekeurd.
Op art. 25 d (regelende den handel bij
hoeveelheden van ten minste 2 Liter) is een
amendement voorgesteld door den heer
Talma, strekkende om de hier bedoelde
jiersonen gelegenheid te geven gewone ver
gunninghouders te worden, zonder dat daar
door bet aantal vergunninghouders toe
neemt.
Dit amendement wordt z. li. s' aangeno
men.
De artt. 25de goedgekeurd.
Door de heeren Bolsius en Van Sasse van
Ysselt is voorgesteld aan art. 25 f een nieuw
lid toe te voegen, strekkende om bestaande
bierhuishouders niet te verplichten bepaal
de verbeteringen aan te brengen voor licht,
lucht enz. voor 1 Januari 1916.
D© heer F e r f acht het niet consequent,
om aan de vcrlofhouders een concessie te
doen, welke men niet doet aan de vergun
ninghouders. ine concessie acht Spr. niet
gerechtvaardigd. Het getuigt van gemis aan
zedelijken ernst, wanneer uien een wet niet
dadelijk durft in.t© v<ieren.
De heer Okma oppert bedenkingen togen
het amendement. Het is, vooral op het plat
teland, mocielijk uit te maken wie op 1 Ja
nuari 1901 het. bedrijf van bierhuishouders
uitoefenden. Bovendien zou het de werking
belemmeren van een vroeger aangenomen
amendement.
In stemming gebracht wordt bet amen-
dement-Bolsius aangenomen met 60 tegen
10 stemmen. (Onder de voorstemmers be
hoorde ook de heer Ferf).
Op artikel 25g (bepalende dat do vergun
ningen verleend aan vennootschappen, zede
lijke lichamen of aan de besturen van deze
gehandhaafd blijven tot 192Ö) wordt een
amendement voorgesteld door den heer
Rink, om die vergunningen te handhaven
tot 1935.
De heer Okma stelt als amendement,
voor om te bepalen, dat wanneer nieuwe ver
gunningen vervallen krachtens Kon. besluit,
do vervaJlen-verklaring ook toepasselijk is op
de vergunningen verleend aan corporation.
De heer Schaper wil een middenweg
kiezen tusschen de Regeoring en den heer
Rink, en stelt voor den termijn te bepalen
op 1930.
De minister neemt dit amendement
over.
Do heer Talma verklaart, dat de Comm.
van Rapp. geen bezwaar heeft tegen deze
overneming. Het amendesment-Okma acht de
Comm. te ingrijpend, terwijl bovendien ge
reageerd zou worden op eene reeds door de
Kamer genomen beslissing. Spr. geeft den
heer Okma in overweging zijn amendement in
te trekken.
Do beer Okma geeft hieraan geen ge
volg en verdedigt nader zijn amendement,
dat, in stemming gebracht, wordt verworpen,
met 65 tegen 5 stemmen.
Op art.. 25h (bepalende dat vergunningen
voor don verkoop en ten dienste van het
publiek bestemde localiteiten van openbare
middelen van vervoer vervallen op 1 Mei
1906) is een amendement voorgesteld door
den hoor Van Raalte c. 8., om in plaats van
1 Mei 1906 te lozen 1 Mei 1915.
Dc heer Talma vestigt er de aandacht
op, dat <le groote spoorwegmaatschappijen in
de eerste plaats belanghebbenden rijn cn van
0112e groote spoorwegmaatschappijen is het
.niet aan te nemen, dat zij oen ïlloyal© hou
ding zullon aannemen tegenover de pach
ters der buffetten. Zij zullen in hun bedrijf
niet benadeeld worden, maar do maatschap
pijen zullen veel minder pacht ontvangen.
Die worden dus getroffen en niet de pach-
ters. Ook wijst Spr. er op, dat het verbod
voor de stoonibooten om er sterken drank to
schenken, dadelijk intreedt bij in werking-
stelling der wet. Waarom dan voor do tweo
machtige spoorwegmaatschappijen het verbod
10 jaar uitgesteld?
De minister bestrijdt mede het amen
dement, cr op wijzende, dat wij hier volstrekt
niet te doen hebben met menschon die hun
broodwinning zullen verliezen. Er is hier
geen sprake van eerbiediging van verkregen
rechten.
Do heer Van Raalte vraagt of do mi
nister hetzelfde bezwaar zou hebben tegen 5
jaar.
De minister verklaart zich bereid in
plaats 1906 te lezen 1910, waarop de heer
Van Raalte zijn amendement intrekt.
Artikel 25h wordt goedgekeurd.
Regeling van werkzaamheden.
De Voorzitter stelt de Kamer voor
de keuzo of eerst de Arbeidswet dan wel
de Tariefwet in do afdeelingen zal onder
zocht worden. Neemt de Kamer aan, dat de
Arbeidswet zal voorgaan, dan is daarmede
beslist dat de lariefwet niet onderzocht zal
wordenverwerpt rij dat, dan is beslist dat
de Tariefwet zal onderzocht worden.
De heer Troelatra betwijfelt het, of
de Kamer geschikt, zal zijn om hot groote
ontwerp als de Arbeidswet nog behoorlijk
te onderzoeken, maar gaat toch mee met'
het voorstel van den Voorzatter.. Hij geeft
de voorkeur aan het eerst behandelen der
Arbeidswet, omdat dit ontwerp ook eerder
is ingediend.
De Voorzitter zegt dat eenvoudig
beslist wordt, of eerst de Arbeidswet dan
wel de tariefwet zal behandeld worden, zon
der het aangeven van een tijdstip.
De heer Lobman vraagt wat er gebeu
ren zal met de Tariefwet, wanneer besloten
wordt de Arbeidswet het eerst te onderzoe
ken t Hij geeft, den Voorzitter in overweging
gebruik) te maken van zijne bevoegdheid om
eene Commissie van Voorbereiding te benoe
men tot het. nagaan der détalis.
De heer Borgesius is tegen het be
noemen va.n zulk een commissie. Hij is in
bet algemeen voorstander van Commissies
van Voorbereiding, maar niet waar het wet
ten gemt met een politiek karakter, zooals
de Tariefwet. In den regel dienen zulke com-
mi/asies, 0111 d©, zaak op de lange baan te
schuiven. De Kamer, in alle partijen, is ver
plicht tot de behandeling van zulk een ge
wichtig wetsontwerp mede te werken.
De V o-orzrtter dankt voor het gege
ven advies.
De heer L o k m a n .veraoekt bij het trek
ken der afdeelingen aan tien leden
gelegenheid tegewen zelf een voorstel te
doen
De Voorzitter wil gaame daartoe de
gelegenheid geven maar merkt op dat het on
derzoek in geen geval voor September zal
kunnen plaats vindon.
Zonder hoofdelijke stemming wordt be
sloten de arbeidswet het eerst in de aftDj'iu-
gen te ondereoeken. Het tijdstip te bepa» n
w<rdt overgelaten, aan de nieuw te bcnoe nen
•entraio sectie.
Do beraadslaging wordt verdaagd tot Dins
dagmiddag half twee precies.
School- en Kerknieuws.
Het classical© bestuur ven Wijk bij Duur
stede zal op Woensdag 22 Juni a. e. in de kerko-
kamer van <1© Ned. H©rv. veineen te aldaar har©
voorjaarsvergadering houden.
In dezo vergadering zullen idaats hebben de
verkiezingen, ontstaan door het aftreden van d©
heaven G. B. Boomer, pred. te Driebergen,
sec J. t'. Schuller, pred. te Amerongen G. J.
d. Waal, ouderi. te Rhenen, sec. F. Labou-
ohere. oud-oudcrl. te Doorn W. A. Sandbrink,
ouderl. te Rhenen, sec. W. A. van Beeok Cal-
koen, oud-oud er I. t© Cothen.
Verder zullen in behandeling komen d© voor
stellen voor do Algemeen© Synode, welke zijn
L Invoeging van een© nieuw© tweede alinea
in Art. 17 van het Algemeen Regiem., welke
luidt: „Gemeenten met drie of meer predikan
ten kunnen worden gesplitst in' zelfstandige
wijk-gemeenton."
2. „Om ouderlingen en diakenen niet meer
op tweo achtereenvolgende Zondagen, maar op
tweo Zondagen, aan de gemeen ie te doen voor
stellen, nadat, zij verklaard hebben hunne In
diening te aanvaarden, en hen t© doen bevesti
gen binnen ©op maand na de eerste af
kondiging."
3. Aan lidmaten een termijr to stollen bin
nen welke cn zich hij con hoogcr bestuur kun
nen beklagen, maar niet, ten. aanzien van Be
sturen en Ringen.
4. Do onbillijkheid weg te nemen, dat zij,
die over eene 'mitenlandsuho universiteit onze
kork binnen komen een veel kortoren en veel
goedkooperen weg kunnen bewandelen, dan zij.
die aan onee ui versa teiten gevormd worden.
5. De Synode wil overeenstemming gebracht
zien, wat. betreft den tydi van mievering der ver
zoekschriften, stukken en inliohtingcn, tusschen
liet Fonds ter verbetering der schraalste predi-
kams-tractamenten on do overige, door de Sy
node beheerde fondsen.
6. Dat voortaan door de Ringen in plaats
van 6 pet., 10 pet. aan de Ale. Weduwen- en
Weezenbeur» der Ned. Ilerv. kerk »„1 worden
betaald van het bruto-hedrag der v. aturegel
den.
7. Reglement op de, pastorie-goederen in do
Ned. Hcrv. Kerk.
8. Algem. Regl. op de organisatie van het
Beheer der kerkelijke coederen. in de gemeenten
der Ned. Horv.herk.