344.
Maandag 27 Juni 1904.
- r
BUITENLAND.
FEUILLETON.
GRAAF W. 62.
3de JuurgHtig'
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS
•r S maanden roor Amersfoort f L25.
Idem franco per post- 1.75.
Wonderlijke nummers0.05.
-eze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
dvertentiên, mededeelingen enz., geilere men vóór 10 uur
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF ft Co.
Utiechtschestraat t. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIÉN
Van 1—i
Elke regel meer
Qroote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot
het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement Eene
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
(en.
Z Aan hen, die mei I Juli a. s.
p dit blad inieekenen, worden
e nummers die gedurende de
laand Juni nog zullen ver-
chijnen, KOSTELOOS toege-
onden.
Kennisgeving.
r en Wethouders van Amers-
De Burgemeeste
prt,
Gelet op artt. 6 en 7 der Hinderwet,
'Brengen ter kennis van het .publiek, dat een
lor P. van Aehterbergh en J. It. van 't Hof
gediend verzoek, met bijlagen, om vergunning
it het plaatsen van een gasmotor van 4 p.k.
het perceel alhier gelegen aan de Pieter Both,
raat, bij het kadaster bekend, onder Sectie B,
2906, op de Secretarie der .gemeente ter visie
;t en dat op Donderdag, den 7. Juli aanstaan-
des voormiddags te half elf uren gelegen-
ïd ten ltaadhuize wordt gegeven om, ten over-
aan van het Gemeentebestuur of van een of
lx:r zijner leden, bezwaren tegen het oprichten
n de inrichting in te brengen.
Amersfoort, den 23. Juni 1904.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester,
W. Th. SAINDBERG. WUYHERS.
De Burgemeester en Wethouders van Amers-
ort brengen bij deze ter kennis van de be-
nghebbenden, dat de commissie, bedoeld by
tikel 15 der wet op de schutterijen van den
den April 1827 {Staatsblad no. 17) tot het
iderzoeken ran- en beslissen omtrent de rede-
in van vrijstelling en uitsluiting van den dienst
j de schutterij, te dien einde zitting zal hou-
n ten ltaadhuize dezer gemeente op Zaterdag,
n 9. Juli a. s.'s namiddags ten twee uur.
En dat zij, die recht verineenen te hebben op
ijstelling of uitsluiting van den schutterlij-
in dienst, op plaats en tijd voorschreven, in
rsoon voor gemelde commissie moeten ver
hij nen.
Amersfoort, 25 Juni 1904.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
De Secretaris, De Burgemeester,
W. Th. SANDBEttWk WUYTIERS.
Politiek Overzicht-
De kans op wrede.
Wanneer de mededeelingen. die de
apansche staatsman baron Suyematsu heeft
edaan aan een P.arijschen journalist over
e omstandigheden waarin eventueel eene
tem ten gunste van den vrede bij Japan een
unstig gehoor zou vinden, kunnen worden
angemerkt als een voeler, eene poging om de
temming aan Russische zijde te polsen, dan
raag men wellicht de opmerkingen, die de
lowoje Wremja naar aanleiding daarvan
leeft gemaakt, als een antwoord daarop
•eschouwen. „Mits de levensbelangen wor-
en beveiligd, voor welker verdediging wij
le wapenen hebben opgevat, zouden wij
linnen luisteren naai* de vredeswoorden, op-
echt uitgesproken door een loyalen vriend",
«er klaarde baron Suyematsu. Daarop ant-
voordde de Nowoje Wremja
„De Russische» kolos is opgestaan, en zal
ijne werkzaamheid niet vroeger staken dan
ot, niet het doel bereikt i3 dat de Japan
iers zich hebben gesteld, maar een geheel
nder, dat .dcor de Russische staatslieden is
formuleerd. De oorlog begint nog pas. En
ieder van ons zal met het gevoel van de
roots te voldoening tot zich zelf zeggen
"oddank, reeds in de vijfde maand hebben
Japanners* zoozeer de kracht verloren,
at zij niet teruggeschrikt zijn voor de van
WH
het standpunt van den diplomatieken bakt
ontzetbenue noodzakelijkheid om terstond na
.den zwaren slag, dien oe Russische kruisers
tegen hunne gemeenschapslinie gevoerd heb
ben, van den vrede te spreken. Onze
vloot behoefde slechts eenigszins tot werk
zaamheid terug te keeren, en aanstonds be
gonnen de Japanners van den vrede te spre
ken. Dat geeft ons eene voorproef hoe zij
later zullen spreken in de dagen, waarin zij
zich tusschen twee vuren het numeriek
absoluut de overmacht hebbende leger van
Koeropatkin en onze vereenigdc eskaders
zullen bevinden."
Dit antwoord kan strekken tot bevestiging
van de opvatting van de Köln. Ztg., die, ook
naar aanleiding van de mededeelingen '-an
baron Suyematsu, heeft opgemerkt, dat het
moeielijk is in te zien boe eene vreemde be
middeling succes kan hebben, ondanks Ja
pan ,s geneigdheid tot den vrede, zoolang
Rusland op zijn afwijzend standpunt vol
hardt. Dat is zóó waar, aat men t haast een
axioma zou kunnen noemen. De bemidde-
i.ng van een derde in 't belang van den
vrede kan natuurlijk alleen succes hebben,
wanneer bij beide partijen de geneigdheid
aanwezig is om naar hem te luisteren.
Minder juist is echter wat de Köln. Ztg
daaraan heeft toegevoegd „Juist de zwaarte
van de nederlagen, die Rusland zoowel ie
land alsook te water heeft geleden, maken
het thans de regeering van .den Czaar zoo
goed als onmogenjK den strijd te beëindigen,
al kan ook niet worden geloochend, dat er
in Rusland eene sterke onderstrooming be
staat voor wie de geheele Japansche oorlog
uiterst onsympathiek is en die hoe eerder
hoe liever er een einde aan zou willen ma
ken".
In d:e redeneering zit een logische fout.
Men zou eerder moeten zeggenDe door
Rusland geleden nederlagen zijn zwaar, maar
nog niet zwaar genoeg om de regecring van
den Czaar geneigd te maken het oor te leenen
aan eene stem, die aandringt op beëindiging
van den oorlog. Er zal heel wi.t toe noodig
zijn, om den Russischen trots te buigen, want
toont Rusland zich tot den vrede gezind, dan
ligt daarin de erkenning van zijne minder
heid in dezen oorlog tegenover den tot voor
korden tijd zoo diep geminachten tegenstan
der. Daartoe zal Rusland niet dan zijns on
danks en slechts in het uiterste geval komen.
Zoodra de krijgskans maar eenigszins voor
Rusland rijst, zal het dadelijk uit zijn met
alle hoop op den vrede. Men ziet dat uit de
hierboven aangehaalde woorden van de
Nowoje Wremjade strooptocht van het
Wladiwostok-eskader, die. hoe gevoelige
sohade daardoor ook den Japanners is be
rokkend, uit krijgskundig oogpunt volstrekt
niet van gewicht is, wordt geciteerd als een
motief tot verklaring van Japan 3 verlangen
naar den vrede. Wordt daarentegen het be
richt uit Tokio over de zware verliezen, die
verleden Donderdag weder aan het ramp
zalige Port Arthur-eskader zijn toegebracht,
gevolgd door verdere berichten over Russische
nederlagen, dan is er kans, dat men in Rus
land allengs tot den vrede zal gaan neigen.
Ook omdat- dan de den oorlog vijandige on
derstrooming, van welker bestaan de Köln,
Ztg. gewaagt, in kracht zal aangroeien en
zich niet meer nadruk zal kunnen doen gel
den.
In verband hiermede verdient de volgende
mededeeliug de aandacht, die de Daily Tele
graph heeft ontvangen van haren correspon- I
dent te PetersburgI11 alle kringen heerscht j
diepe neerslachtigheid, behalve onder de 111- j
tieme raadslieden van den Czaar. die besloten
zijn den oorlog voort te zetten, zoolang
Frankrijk bereid is geld te leenen. Reeds
zijn de onderhandelingen voor eene nieuwe
leening begonnen, en uit geloofwaardige bron
wordt gemeld, dat er pogingen zijn aangewend
om do Frausche financiers to bewegen, dat
zij aan 'de Russische regeer.ug zullen voor
stellen aan het nuttelooze bloedbad een einde
te maken. Zelfs onder de ambtelijke raads
lieden van den Czaar mosten er twee ziju, die
voor den vrede zijn, maar geen heeft den
zedelijken moed dit den ^zaa. voor te stel
len, die gelooft, dat de Russische nederlagen
zijn toe te schrijven aan geheel buitengewone
incident's, die weldra zullen verdwijnen. De
door Skrydlow behaalde vocrdeelen hebben
er veel toe bijgedragen om de hoop van den
Czaar te verlevendigen.
Duitschland.
Over het verblijf van Koning Eduard VII
in Duitschland wordt bericht:
Holtenau, 25 Juni. Tot ontvangst van ko
ning Edward w;.s, even na twee uur, Keizer
Wilhelm, in de uniform van Engelsch admi
raal, met het lint van de Bath-orde, aan de
sluis aangekomen, waar de kroonprins, de
prinsen Eitel-Friedrich, August Wnhelm,
Oscar, Joachim, prins Heinnch, de heeren
van het hoofdkwartier, de chef van het ma
rine-kabinet, de ministers van oorlog en m-,
rino aanwezig waren.
Aan den noordelijken oever waren opge
steld een eere-compagnie uit de eerste afdee-
ling marine-artilleristen, aan den zuidelijken
oever de lijf-compagnie van het eerste garde-
regiment met vaandels en muziek.
Toen het koninklijk jacht „Victoria and
Albert" de sluis binnenstoomde, speelde de
muziek het Engelsch© volkslied. Koning
Eduard, in de uniform van Duitech admiraal
met het lint van den Zwarten Adelaar sa
lueerde.
Dadelijk nadat de brug gelegd was ging
do Keizer op het jacht over, en begroette ko
ning Eduard allerhartelijkst met herhaalde
kussen op beide wangen.
De monarchen verlieten daarop heb schip.
A-ning begroette do prinsen eu het ge
volg.
Nadat de eere-compagnie geïnspecteerd
was, waarbij de Koning den dienstdoende»
prinsen, die daarbij waren aangetreden, -'e
hand reikte, keerde de beide gekroonde hoof
den met den kroonprins, prins Heinrich, en
de eere-adjudantcn, terug naar Engelsche
koningsjacht, dat hierop geschut werd en
de haven binnenstoomde, gevolgd door acht
Engelscho torredojagers.
In de haven hadden alle schepen de riag
in top, de kustbatterijen en de oorlogssche
pen vuurden het koninklijk saluut.
Ofschoon het regende dat het goot, was
een talrijke menigte aanwezig op den oever
en op stoombooten.
Kiel, 25 Juni. Nadat het Koninklijk jacht
„Victoria and Albert" was vastgemaakt aan
den wal, begaven II.H. M.M. zich aan boorc
van de „Hohenzollern", waar koning Eduard
door de Keizerin ontvangen werd, en hit
gevolg en de omgeving van het Keizerspaar
aan hem voorgesteld werden.
Hierna had een defileer-cour plaats voor
den Koning van de commandeerende officie
ren van leger en vloot en de bevelvoerenden
over de c .«re-compagnie.
Aan het diner aan boord van de „Hohen
zollern" hield do Keizer den feestdronk, nij
gaf zijn hooge voldoening te kennen, dat hij
koning Eduard voor de eerste maal aan boord
van een Duitsch oorlogsschip het welkom
kon toeroepen. De Duitsche vloot is verheugd
haren eere-admiraal te zien. Deze vloot is de
jongste schepping on~.r de vloten \an de
wereld en tevens het bewijs van de opnieuw
versterkte macht ter -zee van het nieuwe
Duitsche Rijk. Bestemd tot bescherming van
den Duitschen handel en het Duitsche grond
gebied, is zij evenals het Duitsche leger, ge
roepen tot handhaving van den vrede, dien
het Duitsche rijk reeds meer dan dertig jaren
heeft' gehandhaafd en waardoor het heeft
bijgedragen tot het behoud van Europa.
Het is aan een ieder bekend, dat het gan
scho streven van den Koning ook gericht Is
op dit doel, de handnaving van den vrede
Daar ook hij de Keizer steeds al zijne
krachten gegeven heeft voor dit doel, hoopte
de Keizer, dat God deze pogingen moge doen
gelukken.
De Keizer herinnerde daarna aan de ge
zamenlijk doorleefde uren aan het sterfbed
van koningin Y"ictoria, en eindigde met een
dronk op het welzijn van den Koning.
Koning Eduard dankte, in zijn antwoord,
allereerst voor de vriendelijke woorden van
den Keizer en voor de schitterende ontvangst
hem bereid. Hij drukte zijne vreugde uit
dat het hem mogelijk geweest is thans den
Keizer een bezoek to brengen, op een tijd
waarop in den regel het vaderland hem in be
slag neemt. Maar de deelneming, die hij sinds
lange jaren gewijd heeft aan de zeil9port,
had te groot e aantrekkingskracht op hem
geoefend, om zich niet deze gelegenheid ren
nutte te maken om zich te overtuigen hoe
het den Keizer gelukt is, voor deze sport ook
in Duitschland aanhangers te winnen. Daar
bij is gekomen de wensch om de innige be
trekkingen van bloedverwantschap, als di'
mogelijk is, te versterken door hernieuw le
persoonlijke ontmoeting.
De waardeereude herinnering van den Kei
zer aan 'sKonings aanhoudend streven tot
handhaving van den vrede had hem zeer ge
troffen, en hij wenschte zich geluk met de
zekerheid, dat ook de Keizer dat doel voo'
oogen heeft-.
Mogen de beide vlaggen tot in lengte van
dagen, evenals op dit oogenblik, naast el
kander waaien tot heil van dien vrede, tot
welzijn niet alleen van onze landen, doch ook
van alle volkeren.
Hij de Koning is er trotsch op dit
hij als eere-admiraal deel uitmaakt van de
Duitsche vloot, evenals de Engelscho vloot
het een groote oer acht dat do Keizer 6©
Britsche zee-uniform draagt1, die hem aorv
Koningin Victoria geschonken werd, wier
aandenken beiden even heilig is.
De Koning besloot zijn toast met een Le
ven de Keizer en Keizerin."
Kiel, 2G Juni. Aan boord van het jacht
„Victoria and Albert" had hedenavond een
feestmaal van 42 couverts plaats, waaraan
o. a. deelnamen de Keizer en de Keizer'.n,
de Kroonprins, prins Heinrich, prins Eitel
Fritz, de groothertog van Oldenburg en de
vorst van Monaco. Alle schepen in de haven
prijkten weder in verlichting.
Frankrijk.
Op de vraag van een diplomaat hoe liet
nu stond met de betrekkingen van den Hei
ligen Stoel met Frankrijk, heeft, de kardi
naal-staatssecretaris Merry del Val aldus ge
antwoordWij wachten af, dat de heer de
ROMAN
VAN
MDR1TZ VOX BEICHEKBACH,
I OOK
HERMAN LIND.
Maar die gedachte liet haar niet los. Ja,
t was waar, die voorname cavalier zocht ook
een rijke vrouw maar hij kwam er althans
rond voor uit... Ook had hij niet de eerste
de beste genomen hij verlangde een onbe
sproken naam, dat beviel Wanda. In dat open
lijk vermelden van zijn armoede lag, gelijk
het Wanda toescheen, een verontschuldiging,
3 aelf.i de beweegreden, waarom hij een
rijko vrouw zocht.
Honderd excuses vond Wanda voor dien
armen edelman en honderd beschuldigingen
voor de menschen, die bij haar ouders aan
huis kwamen. Ook aan het avontuurlijke,
dat er in de zaak gelegen was. verleende re
een eigenaardige bekoorlijkheid. Het meisje
sliep dien nacht niet zoo rustig als gewoon
lijk en toen zij den volgenden morgen wak
ker werd, was haar besluit genomen. Zij had
met haar moeder enkele inkoopen in dc stad
te doen en vond daarbij de gelegenheid om
liet briefje, dat zij zorgvuldig onder haar
mantel had verborgen gehouden, in een bus
te werpen. Dat briefje droeg het vereischte
adres en de iuhoud bestond slechts uit deze
woorden
„Een meisje, dat- jong, Van burgerlijke
familie en rijk is, wenscht met iemand uit
den voornamen stand te trouwen. Zij is al
leen genegen in nadere correspondentie te
treden, wanneer graaf W. er toe besluiten
kan, overmorgen, des voormiddag om twaalf
uur, met een „Maarschalk-Niel-roos" in het
knoopsgat de tentoonstelling in het Museum
voor Beeldende Kunst te bezoeken. Kan Lij
daartoe niet besluiten, dan ontvangt, hij ook
geen verder adres."
HOOFDSTUK III.
Het streelend' en toch zoo angst-ig-druk-
kend gevoel, dat zij ïcta gedaan had en iets
voornemens was te doen, wat van het groot
ste belang en daarbij vreeselijk geheimzin
nig was, maakte, dat voor Wanda de uren
van den volgenden dag letterlijk voortkro-
pen. Eindelijk was het beslissende oogenblik
in aantocht. Om half elf had. Wanda muziek
les in de Wilhehnstrasse en 11a afloop daar
van zou haar moeder haar met het rijtuig
komen afhalen om dan gezamenlijk op
Wauda's dringend verlangen de nieuwe
groote beeldengroep van Marr in het Museum
te gaan bezichtigen.
Wanda had gedacht, dat er om dien tijd
waarschijnlijk veel menschen 111 het Museum
zouden zijn, en dat do graaf, zoo hij daar
werkelijk verscheen, meer het oog zou hebben
op dames, die daar alleen, dan die daar on
der geleide waxen, terwijl zij daarentegen
van haar kant hem dadelijk aan de roos zou
herkennen. Zij gevoelde zich derhalve veilig
genoeg, en bijaldien zijn voorkomen haar met
beviel, kon zij zich heel goed houden, alsof
zij nergens iets van wist en daarmede zou
de zaak zijn afgedaan. Maar als zijn uiterlijk
haar nu eens wel bevoel? Wanda's hart klop
te en het bloed steeg haar bij deze gedachte,
<lie zij nochtans dadelijk ook weer verwierp,
naar de wangen. O neeu, hoe meer het ge
wichtige oogenblik naderde, des te meer
hield zij er zich van overtuigd, dat hij vol
strekt niet in haar smaak zou vallen. Het was
immers ook maar eon scherts, een spel ge
weest en 't was wel zeker, dat die man met
zijn advertentie hoegenaamd geen indruk op
haar zou kunnen maken.
Slechts enkele minuten over half twaaif
hield het rijtuig van <ien handelsraad Diral-
ler voor het Museumgebouw halt en de da
mes gingen langs de monumentale trap naar
binnen.
„Nu, een bagatelletje is het zeker niet,"
luidde de critiek van mevrouw Draller, ter
wijl 'zij zich op den met fluweel bokleeden
divan tegenover de kolossale, nieuwe beel
dengroep neervlijde, ^.maar dat electrisch©
licht bij zooveel wits vind ik afschuwelijk
Lees nu maar eens voor, wat er op het pro
gramma staat, Wanda, want een mensch «dl
toch ook wel weten, wat hij eigenlijk ziet'"
Wanda, dio zich mot een haastigen blik
111 't rond had overtuigd, dat er nergens
een Maarschalk-Niel-roos bloeide, begon vlug
en rnet half luide stem de op het program^
ma gedrukte verklaring van den beelden
groep voor te lezen.
„Naar t geen ik er van begrijp", meende
haar moeder, „is het dus niets anders dan
een nieuwe illustratie van het oude spreek
woord „Nood leert bidden Als die mijn
heer Marr zijn werk zoo had geroemd, dan
waren wij dadelijk klaar geweest, zonder al
dien omhaal. ,<u, Wanda, ik heb, om u do
■waarheid te zeggen, hier al ruim mijn deel
van het kunstgenot ©n van het elect rise he
Navenne (de eerste gezantschaperaad) naar
Rome komt of dat. bij gebreke daarvan, de
regeering der republiek een zaakgelastigde
benoemt. Wat den nuntius te Parijs betreft,
die zal op zijn post blijiven, zoolang minister
Delcassé ons niet officieel clc terugroeping
van den heer Nisard zal hebben bericht, die
ons niet medegedeeld is cu die wij ziju ge
censeerd niet te weten.
Dc onlangs door den krijgsraad te Tours
vrijgesproken vijf officieren van het 11e »n
fanterie-regiment, die hadden geweigerd me
de te werken bij de uitzetting van de con-
greganisten van Ploermal, zijn door den mi
nister van oorlog op non-activiteit gesteld.
Rusland.
Dte Keizer verleende aan grootvorst Cyril-
lus voor zijne zelfopofferende houding in don
strijd voor Part Arthur van 13 April een
gouden sabel met het opschrift„Voor dap
perheid'
De. Finsche Senaat heeft eene ken
nisgeving uitgevaardigd Waarin glezegdl
wordt „De Senaatvoor de eerste
maal vergaderd sedert den dood van
zijn president, generaal Bobrikow, gevoelt
behoefte zijne diepe verontwaardiging uit
te spreken over de door haat ingegeven, af-
scihuwelijlke miedaad, zonder voorbeeld in de
geschiedenis van het land, waarvan de gou
verneur-generaal het slachtoffer is geworden.
Alle welgezinde inwoners spreken in hooge
mate hunne afkeuring uit over deze gru
weldaad.
„De Senaat wil het Pinsdhe volk duide-
lijik maken tot welke diep treurige gevolgen
■do agitatie van plecht-gezinde, in dwaling
bevangen menschen, die aanspoorden tot on
gehoorzaamheid aan de overheid, in de laat
ste jaren geleid heeft en welke gevaren
het land en zijne toekomst bedreigen, wan
neer deze agitatie voortgezet wondt, zonder
op tegenstand te stuiten.
„De Senaat richt een ernstige aansporing
tot alle weldenkende inwoners, opdat een
ioder, in zijn kring, met alle krachten zioh
beijveren zal mede te werken tot het her
stel van de rust en orde in het land, opdat
een ieder tradht hot .vertrouwen te recht
vaardigen, dat het Fin-sche ,volk sedert de
honderdjarige, on verbreekbare vereeniging
met het machtige Russische rijk, het geluk
heeft gehad te mogen genieten van zijne
Souvereinen, <>nder wier welwillende be
scherming Finland zich op geestelijk en
stoffelijk gebied allergelukkigst heeft ont
wikkeld."
Do Senaat heeft bevolen, dat deze kennis
geving in het Staatsblad zal worden opge
nomen en dat de notulen van deze zitting
aan den waarnemenden gouverneur-generaal
zullen worden voorgelegd.
Marokko.
Do lieer Perdiearis en Varley zijn Zater
dagnacht te Tanger aangekomen.
De oorlog in Oost-Azië.
Over den oorlog zijn de volgende berich
ten
Tokio25 Juni. Betreffendo het reeds ge
melde zeegevecht bij Port Arthur wordt be
richt, dat de Russische vloot Donderdag uit
Port Arthur naar buiteu kwam en de vloot
van admiraal Togo aanviel.
licht, L: ga nog maar eens in de andere
zalen rondkijken, want hier krijg ik hoofd-
pijn".
Wanda sloeg een haastigen blik op het
horloge, dat zij in haar armband droog, 't
Was nog drie minuten voor twaalven. Zij
>wiandelde mot haar moeder op naar de
groote zaal, waar men zich juist tegenover
den ingang bevond.
„Zie jij maar wat rond, kind, als jc daar
pleizier in hebt; wat. mij betreft ha.
daar hebben wij die groote mevrouw Brell-
dorfen ook! Wel. hoe maakt go 't, sinds een
paar dagen Goed, ja, dat is u aan to zien
Hebt ge ook al genoeg van die witte poppen,
die daar ginds zoo angstig liggen te bidden V'
De tcegesprokene, een goede bekende van
de Drallers, verzekerde op haar beurt, dat
zij die scherpe, electrische verlichting op
klaarlichten «ag al even onaangenaam vond
als mevrouw .^iraller. maar verzekerde de
laatste, dat ev m de nevenzaal een prachtige
JCnaus was ten toon gesteld, die mevrouw
Dr aller 'vooral niet verzuimen moest eens te
gaan zien.
De bedoelde „Knaus kon inderdaad wel
een prachtstuk zijn, maar in do nevenzaal
verloor men den ingang geheel en al uit het
gezicht, en zoo vond Wanda het voor haai*
persoontje maar beter om nogmaals terug te
keeren tot de biddende groep van den beeld
houwer Marr. Nu was het al over twaalven.
Neen, hij kwam niet! Maar misschien
misschien liep hjj. ook in dc andere zaal op
en neer. Het- was dom. van haar geweest,
hem juist in dit museum te bestellen, waar
zooveel kans bestond elkander mis te loopen.
Zij wendde het hoofd van de beeldengroep
af daar stond een heer van jeugdigen
leeftijd tegenover haar en deze had een
Ma a rsc h al k-N lel-roos m het knoopsgat.
Wanda werd zoo ro«id als vuur en in do
grootste verlegenheid stond zij tegenover
uen vreemdeling, die haar wel glimlachend,
maar tevens met de grootste beleefdheid,
gepaard met- eenigo verwondering, aanzag. Op
dat oogenblik verlieten ook de t.wee of drie
laatste bezoekers dat vertrek en het paar
stond aJlecn onder het scherpe licht tegen
over de witte groep. Wanda. had wel door
den grond willen wegzinken, of althans als
een stormwind naai- haar moeder willen te-
rugkeeren. Maar zr kon geen voet verzetten
en ook d© aarde opende aich niet.
Wat zich daarentegen wiel opende, het wa
ren do lachende, half achter den blonden
knevel verborgen lippen van den jongen man
en hij zcide, onder het afnemen van de roos,
die hij Wanda aanbood: „Ik vergis me wel
met, mejuffrouw, als ik veronderstel, u deze
Maaxschalk-Nicl-roos te mogen aanbieden?"
Wanda zag hulpeloos in het rond, maar
ze stond daar alleen tu-«chen die onbewege
lijke beeldengroep en den jongen vreemde
ling.
„Mag ik u onderdanig verzoeken, mejuf
frouw, deze roos van mij te willen aanne
men?" vroeg hij weder.
„Neen waarlijk ik weet van irets,
van niets hoegenaamd kwam er in doode-
lijke verlegenheid uit Wanda's mond.
Nu verdween het innemende lachje van
zijn gelaat.
„Pardon zeide hij. „maar ik verbeeld
mij, dat voor een spel de zaak te ernstig is!
U is ik kan het niet ontkennen jon
ger, o veel jonger, dan ik mij de bedoelde
tl ante had voorgesteld, en ik begin te geloo
ven, dat hier een zeer ernstig gemeende
vraag met een geheel ondooiHacliten scherts
is beantwoord geworden."
Wordt vervolgd.