Donderdag 30 Juni 1904. BUITENLAND. FEUILLETON. GRAAF W. 62. STJ. 347. 8de JaargHu AMERSFOORTSCH DAGRLAD. ABONNEMENTSPRIJS Par 3 maanden roor Amersfoort f L25. Ic[em franco per post1.75. Wonderlijke nummers- 0.05. Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur *s morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uilgevers: VALKHOFF ft Co. Utiechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN To 1-» regalif O.TB, Elke regel taeer- wlw Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad bij aoonnemeht Eene circulaire, bevattende do voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht De oorzaak van Japan's succes. D© loop van den oorlog heeft bij de Ja panners hoedanigheden aan't licht gebracht, die nog slechts kort geleden alleen enkele ingewijden hun toekenden, maar die hen in de schatting van de groote massa zeer heb- beu deen rijzen. Een Engelsche militaire schrijver, dr. Miller Maguire, prijst hen als wetenschappelijke fanatieken" en zegt van hen, dat zij man voor man en stuk voor stuk ioderen tegenstander iu de wereld kun nen verslaan door hun overwicht van ken nis. Tot verklaring van het feit, waarom de Russen in dezen oorlog steeds aan de Japan ners het aanvallend optreden hebben moe ten oiverl&tea, zegt- deze Schr.„De staat, die als aanvaller zal optreden, is die, welke in vredestijd zich op den oorlog voor bereidt en handelt naar het inzicht, dat ver standelijke vermogens en uitmuntende uit rusting en met zorg bewerkte plannen, waarin met- alle omstandigheden rekening is gehouden, alsmede een uitstekende staf van meer beteekening zijn dan groote getal len of physieke kracht en moed." Intusschen is er nog iets anders wat den Japanners ten goede gekomen is in deze strijd tot dusver. Eigen verdienste, bekwaamheid en geestkracht hebben hun een groot voor deel versohaft op hunne tegenstanders. Maar zij zouden 't daarmee niet zoover gebracht hebben, wanneer hun niet te hulp gekomen was de uiterst geringe dunk, dien de Rus sen hadden van hunne militaire eigenschap pen. Hoe sleoht de Russische generale staf op de hoogte geweest iscn naar 't schijnt zelfs nu nog is van de beteekenis van den vijand, dien hij had te bevechten, blijkt uit een onderhoud, dat pen correspondent van de Petersb. Gazeta met den chef van de Nikolai-academie, geueraal N. P. Mioh- newitech, heeft gehad. Op de vraag hoe dé Japansohe generale staf georganiseerd was, antwoorddedeze generaal: „Japan was als militaire staat in onze oogen een zoo onbe- teekenende grootheid, dat wij 't niet noodig achtten ons met zijne militaire organisatie l>ekend te maken, waarin niets eigenaardigs of oorspronkelijks was." Verder sprak de generaal de raeening uit, I dat ook het tegenwoordige oorlogsplan niet door de Japanners uitgewerkt is, die hij j voor onbekwaam houdt iets te volbrengen, maar het product ia van bui'tenlandsobe stra tegen. Op de vraag hoe de Japansohe staf school ingericht is, antwoordde hij„Ik kan u niet precies zeggen of de Japanners te genwoordig hunne eigen stafschool hebben ecnige jaren geleden wa^ er bij de Japan ners zulk eene militaire hoogeechool niet; dat weet ik positiefToen vóór het uit breken van den Chineeschcn oorlog de Ja pansohe minister van oorlog Ojama met 28 officieren naar Petereburg kwam, moest ik de gele gezichten rondleiden. Onder hen be vond zicih ook kolonel, nu generaal Kocroki. Toen leerde ik onze vijanden goed kennen, van wie ik zelfs voor de hun betoonde op lettendheid een orde kreeg, dien ik natuur lijk bij het uitbreken van den oorlog heb afgelegd. Al deze beeren waren officieren Ivan den generalen staf, maar vöor zoover ik mij herinner, hadden zij allen hunne mili taire opleiding in verschillende Europee? o'ie academiën gekregen, omdat Japan destijds geen eigen academie bezat." Wat de kansen van Port Arthur betreft, is generaal Miehnewitsoh van meening, dat voor eene belegering van de vesting min stens 100,000 man. 1500 kanonnen cn eene beschieting van op zijn minst 3i maand noo dig is. Inmiddels zal het Russische leger in Mandsjoerije natuurlijk hulp brengen aan de belegerde vesting en den van kracht be roofden vijand verpletteren. Als aan dit oordeel evenveel zaakkennis ten grondslag ligt als aan dat oyer den Japansehen gene ralen staf, dan is er bitter weinig waarde aan te hechten. Van juister inzicht getuigt de opmerking van den hierboven aangehaal- don militairen schrijver, dat ére Japanners slechts hun nut dom met de lessen der ge schiedenis, daarbij tevens met zorg de nieu we toepassingen van de krijgskunst bestu- deerende. Dat heeft hen in de sedert 9 Fe bruari verloopen maanden reeds ver ge bracht en zal hen nog wel verder brengen. Duitsehland. Over het verblij-f van Koning Eduard VII in Duitsehland wordt nog bericht Kiel, 29 Juni. Heden avond had aan boord van de Hohenzollern een afscheids diner .plaats, waaraan deelnamen de beide souvereinen, de kroonprins, prins Eitel- Friedrioh, prins Hcinriah. do rijkskanselier, staatssecretaris Tirpitz, de gezant Lasoelles en het gevolg. Toen Koning Eduard de Hohenzollern verliet, werd een afsohcids-saluut gevuurd. Morgen vroeg te vijf uur gaat de Victoria and Albert in zee. Kiel, 30 Juni. Heden morgen even over half zeven aanvaardde Koning Eduard de terugreis aan boord van zijn iacht Victoria and Albert, dat door een torpedojager ver gezeld wordt. De overige schepen van het Engelsche eskader waren des nachts het ka naal binnengeloopen. Frankrijk. De baronnen Alfons, Gustaaf en Edmond Rothschild hebben den minister van koop handel mededeeling gedaan van bun voorne men om 10 millioen francs beschikbaar te stellen voor het bouwen van gcedkoope wo ningen en voor de verbetering van den cco- nomischen toestand der werklieden. Marokko. Aan den geeant van de Vereenigde Staten te Parijs is opgedragen, de Franscke regee- riug den dank van zijne regeering over te brengen voor den bijstand, verleend bij de bevrijding van den Amerikaanscheu burger Perdicaris. Perdicaris en Varley zijn met hunne ge zinnen te Genève aangekomen. Te Leuk, ec n herstellingsoord in het Berner Ober land, zullen zij een kuur doen. 0e oorlog in Oost'Azië. Over den oorlog zijn de volgende berich ten Tsjifoe, 29 Juni. Cbineezen die met een jonk hier zijn aangekomen, berichten dat een groot schip vermoedelijk een Russisch, op de rotsen ligt tien mijlen zuidwestelijk van Liautisjan. Nadat de Japansche oorlogs schepen zich den 24. van Port Arthur had den verwijderd, kwam de Russische vloot weer naar buiten en bleef een korten tijd buiten. Aan de landzijde wordt aanhoudend gevochten, terwijl van zee uit herhaalde aan vallen worden gedaan. Tokio, 29 Juni. Een niet-officieel bericht meldt dat de Japanners j.l. Zondag een aan val deden op drie forten in het zuid-ooste lijke deel der verdedigingslinie van Port-Ar thur, en dat die forten genomen werden. Het bericht is niet nader bevestigd. Tokio, 29 Juni. Volgens een niet-officieel bericht zijn de forten in het zuid-oosteluko dedl van het rayon van Peri-Arthur, Chik- wanshan, Chitausan en Sochosan, Zondag na een gevecht, dat den geheelen dag duur de, ingenomen. Het gevecht begon niet een artillerie^ duel. Het fort Sochosan werd het eerst ge nomen. De beide andere forten vielen spoe dig daarna. De Russen trokken in westelijke richting terug, veertig dooden schterlateu- de. Het aantal gewonden wordt niet be richt. De Japansche verliezen bedroegen drie officieren en honderd man gedood en ge wond. Twee Russische kanonnen met munitie werden buitgemaakt. Tientsin, 29 Juni. Het gerucht loopt, dat de Russen gisteren 25 worst oostelijk van Haitsjeng eene nederlaag leden. Tengevolge van liet- snelle voortrukken der Japanners trokken de Russen bij Ta- jitsjsao snel in noordelijke richting terug, uit vrees dat hun anders do rerugtocht af gesneden zou worden. Tokio, 29 Juni. (Morning Post). Het tweede Japansche Ie^cr avanceert -op den spoorweg ou bedreigt dc Russen in de richting van Tasjitsjao. Het heeft zijne vorceniging met het eerste leger tot. st ad gebracht en de gehoele strijdmacht heeft g-vechtlinien, die een front van 120 mijlen dekken. Londen, 29 Juni. Do Standard verneemt nit Tientsin en do Telegraph uit Tokio, dat er een ernstige strijd is geveerd bij Ka iping op den 25en, die tot resultaat Heeft gehad de bezetting vain de plaats op den 26en. Petersburg, 29 Juni. Het Russische tele- graafagentschap bericht uit Liaojang van den 28en Generaal Koeropatkin heeft het. bevel aan het leger uitgevaardigd om de gevallen of gevangen Japanners met- achting te behan delen, zooals aan een dapperen tegenstander toekomt, aan de gevallen soldaten militaire eer te bewijzen en de gewonden zoo te be handelen alsof het Russen betrof. Dit bevel zon dienen als antwoord op de uitmuntende behandeling, die gewonde Rus sen in de Japansche hospitalen gevonden hebben. Ongelukkig komen er in den laatst en tijd berichten over ruwe behandeling, mishan delingen en verminkingen, waaraan gewonde Russch zijn blootgesteld. Het legerblad deelt mede, dat den 21eu verminkte lijken van twee tirailleurs ziju gevonden. Het blad somt ver der verscheidene soortgelijke feiten op, vol gens welke zelfs officieren hebban te lijden onder de behandeling, die hun ten deel valt. Het blad veegt hieraan toe, dat de legercom mandant gelooft, dat de gemelde verminkin gen werden gepleegd door Chineezen, niet door Japanners. Wanneer echter blijkt, dat de Japansche Soldaten door hunne superieuren niet hierin belemmerd worden, zullen_ zij. zich volstrekt niet van de oude barbaarsche volken van Azië onderscheiden. Verder wordt opgemerkt, dat de Japanners zich nog altijd bedienen van granaten, die bij de ontploffing vergiftige gassen laten uit- stroomen, welke granaten bij internationale overeenkomst verboden zijn. Tokio, 28 Juni. (Times). Wanneer men de officieel© berichten bij elkaar voegt, dan blijkt, dat drie korpsen van het Japansohe leger thans eene frontlinie bezetten van 150 a 180 mijlen. De linkervleugel is voor Ivaiping, terwijl de rechtervleugel in de buurt van Tsjcntsjang is. Er is bericht gekoanen, dat het regen-sei zoen begonnen is in Zuid-Mandsjoerije. Dit brengt groote natuurlijke bezwaren mee in de twee eerste maanden, inzonderheid voor den Japansdhen rechtervleugel. Do bezet ting van Fensjwiling levert steun aan de theorie, dat gedurende de twee eerstvolgen de maanden de linkervleugel en de mid- dentocht van den Japansehen opmarsch de hoofdaandacht zullen vrageu. De Russische autoriteiten volharden in hunne houding om het bericht van Japan sche zijde, dat drie schepen van het eskader van Port Arthur zijn getorpedeerd in den zeeslag van 23 Juni. noch te bevestigen, noch te ontkennen. Geen enkel officieel rapport maakte tot dusver melding van de geleden verliezen. Te Petersburg hebben de berich ten uit het buitenland van zware verliezen der Russische - vloot groote ongerustheid on- dei het publiek verwekt. Men heeft daar den indruk, dat de regooring wel de volle waar heid kent, maar die voor het publiek ver bergt. Dat verwekt.neg slechts erger geruch ten. In marinekringen heet het. dat den 23en Juni de Pereswjet gezonken, de Sebastopol on de Aurora buiten gevecht gesteld zijn, dus juist de weinige groote schepen in Port Arthur, die tot dusver nog ongedeerd waren gebleven. Over de wijze waarop de zeeslag is ge veerd, merkt dc- Temps op, dat de beide ram pen, die de Russische vloot hebben getrof fen bij den ondergang van de Petropaw- lowsk en-den 23en Juni,'in oorzaak gelijk zijn en slecht!? in den vorm verschillende eerste maal bezaaide admiraal Togo den te rugweg van het Russische eskader met sla pende torpedo's, ditmaal viel hij het van achteren aan, terwijl het naar de haven te rugkeerde en verdubbelde zijne aanvallen, terwijl het op de reede lag om den vloed af te wachten, ten einde den haveningang te kun nen passeoren. De droevige ervaringen, die zij tot drie malen toe voor Port Arthur hebben opge daan, zal waarschijnlijk de Rus?en bewegen de takliek van Makarow geheel op te geven en zich er toe te bepalen den uitgang van de haven zooveel mogelijk open te houden Het is voor hen van groot belang den uit gang naar buiten te behouden, want de loop van den oorlog te land kan 'maken, dat die vcor hen onvermijdelijk, noodig wordt om een uitval naar buiten te kunnen doen en oen laatslen wauhoopsstrijd te kunnen voe ren. Over den toestand op het hoofdtooneel van den strijd te land wordt aan de Temps uit Petersburg gemeld De aandacht van geheel Rusland is "met spanning gevestigd op dat deel van de kaart van' Mandsjoerije, waarvan de uiterste pun ten zijn in het westen Kaipiug en Haitsjeng en in het oosten de passen Tsipanling en Taling. In dien vierhoek schijnen de beide legers elkaar een der groote veldslagen in dezen oorlóg te zullen leveren. De vijf a zes Japansche divisiën, welke het spoor volgen van generaal Stackolberg, die nu buiten gevaar is om te worden af gesneden, bevinden zich dicht bij Kaiping. Generaal Koeropatkin heeft zijnerzijds zijn geheel© leger laten oprukken naar het zui den. zonder zich meer d.m 30 KM. van den spoorweg te verwijderen. Zij doel was waar schijnlijk de hand te reiken aan generaal Stackelberg en de vereeniging van de Japan sche legers te beletten, maar dit laatste beeft hij niet kunnen voorkomen. Is hij be sloten in het strijdperk te gaan en den slag aan te nemen, of zal hij trachten zijne tegen standers nog meer naar het noorden te trek ken tusschen Haitsjeng en Liaojang? Dit zijn de gewichtige vragen, die rijzen en die alle andere vragen op den achtergrond dringen. Zelfs Port Arthur is, daarbij ver geleken, van minder belang, te meer omdat de Japanners hunne werkzaamheid voor die vesting schijnen te hebben ingekrompen. Do schermutselingen om Fengwantjeng vallen ge heel in 't niet bij bet groote drama, waarvan nun de outknooping angstig tegemoet ziet. Wanneer generaal Koeropatkin den slag aanneemt, dan zal het eerste gedeelte van den oorlog worden afgesloten door een veld- sl 'g, waarin twee groote legers zich met el kaar hebben gemeten. Wanneer hij zich te rugtrekt, dan schijnt het weinig waarschijn lijk, dat de Japanners hem kunnen tot staan biergen vóór het regenseizoen, dat voor do deur staat en dat nog slechts een oorlog mei kleine middelen zal toelaten, omdat de wegen onbruikbaar worden voor groote colon nes en vooral voor artillerie. En juist aan de artillerie is sedert het begin van den oor log de hoofdrol ten deel gevallen. Vooral aan de overmacht van kunne artillerie, veel meer dan aan die -n hunne infanterie, hebben dc Japanners de voordcelen te danken, die zij tot dusver hebben behaald. Het aantal stukken veldgeschut, waar over het Russische leger beschikt, schat deze schr. op 448. Daarentegen bezitten de Japanners 648 stukken, dus 200 meer. Het Russische leger lelt vier batterijera per di visie, derhalve 32 vuurmonden, want een batterij bestaat uit acht kanonnen. De Ja pansche divisie heeft zes batterijen van zes stukken, dus 36 kanonnenmaar bij dit aantal moet nog gevoegd worden eene art.il- ierie-reserve van 36 batterijen, dus 216 stuk ken. De Japanners, die twaalf divisiën in het veld hebben, beschikken dus over min stens 50 stukken per divisie, wanneer men aanneemt dat zij hunne artillerie-reserve ge lijkmatig verdoelen, 'terwijl dezelfde Russi sche eenheden slechts 32 stukken hebben. Bij gevolg is, wat de artillerie betreft, do aankomst van de versterkingen voor generaal Koeropatkin eene onmisbare voorwaarde voor dooverwinbing. Want ondanks de terrein- bezwaren in deze voor de artillerie alleron gunstigste streek, heeft de artillerie tot dus ver do hoofdrol in een strijd vervuld. De aankomst van ce korpsen no. 10 en no. 17 op het oorlog-tooneel zal er toe bijdragen om in dit opzicht het evenwicht aan Russi sche ziide te herstellen, en de balans zal on getwijfeld ten hunnen gunst© overslaan, wan neer van de reeerve-divisiën, welker mobili satie wordt voorbereid, vier zich bij het leger in het uiterste oosten zullen hebben gevoegd. Een groot deel van deze troepen zal op het oorlogstooneel aanwezig zijn, wanneer na hot einde van den regentijd de operation krach tig zullen wórden hervat. De minister van openbare werken, vorst Chilkow, die per soonlijk de werkzaamheden heeft bestuurd ROMAN vax MOBITZ VON BEICHEKBACH dook HERMAN LIND. HOOFDSTUK IV. De gravin von Welleamp stond twee mi nuten lang zwijgend bij de groote tafel in de kamer van haar man en zeide ten slotte iets, wat zdj eigenlijk t-oefti niet bad willen ieggeu. „Maar, lieve Edmund, dat zijn immers weer van die vreeselijk dure sigaren, die ze thuis bezorgd heibben!" „Wat ik je bidden mag, Marie, vergal mij 't leven niet! Op zoo'n paar kistjes sigaren komt bet toch niet aan!" „Dat doet bet wel, Edmund! Het een komt bij 't ander en. per slot van rekening vormen al die zoogenaamde bagatellen een som, waar van men de handen ineen slaat." „Als ik niet eens meer een behoorlijke sigaar mag rooken, dan hale de koekoek het hcele huishouden!" Do gravin zweeg. Een oogonblik verwijlde zij nog bij de tafel, waarop het pas geopende kistje sigaren stond en zag naar haar man, die, op een laag wipstoeltje gezeten, de cou rant wijd opengevouwen in handen hield. Zij zag het hooge voorhoofd, dat door zijn op welling van drift edn weinig rood was gewor den en het duuno witte haar aan de slapen, dat nu door de beweging met de courant zacht scheen te trillen en cr kwam een teedere, medelijdende uitdrukking op haar gelaat. Zij verliet de kamer en toen zij de deur achter zich dicht had gedaan, zuchtte zij diep Met een resolute beweging greep zijl niettemin op hetzelfde oogenblik naar haar sleutelbos, die over haar boezelaar hing en daalde de breede trappen af, welker gebeeldhouwde leu ning en met wapens gekroonde stijlen zon derling afstaken ii>ij-de zoo hoogst eenvoudige hiriskleeding der slotvrouw. „Lenhard," riep zij aan de onderste trap gekomen, terwijl zij haar boezelaar afdeed, „Lenhard, mijn overschoenen en mijn oude mantel Een bediende, in een kiel, die al zeer weinig op een livrei geleek, kwant haastig met het. gevraagde aanloopen. ,,'t Zal buiten wel weer erg vuil zijn na al dien •regen,*' meende de gravin. „Ja, mevrouw, en bovendien erg glad, want 't heeft van morgen weer flink gevroren. Als mevrouw een oogenblikje geduld beeft, zal ik even den stok halen.' „Gauw dan maar wal, Lenhard, en zeg meteen aan Fina, dat ik klaar ben." „Final is ook al klaar, mevrouw!" „Best" Een windvlaag stootte het raampje in de vestibule open en enkele vlokken sneeuw vlogen naar binnen. Maar onverschrokken stapte mevrouw de gravin op haar over schoenen naar buiten, gevolgd door een dienstmeisje, dat een mond aan den arm droeg, langs dc gladde en de vuile hoopen sneeuw, die door den regen nog niet Vcr- dwencra on in deze afgelegen straat, ook niet opgeruimd waren. Een geruimen tijd bleef Lenhard dc arme gravin met een meewarig hoofdschudden na kijken en toen zij uit. het gezicht verdwenen was, bleef hij nog een 'poosje naar buiten kij ken, want .met het weinigje werk, dat hij te doen had, was volstrekt geen haast. „Wel heb ik van mijn leven." riej> bij op eens uit. ..daar komt een rijtuig hierheen Wie krijgt het ,nu in zijn hoofd om op dit nur Hij sprak dc-m zin niet uit, maar dc vele rimpels iu zijn oud gezicht werden nog tal rijker en lachend voegde hij cr bij „Waarachtig 't- is de jonge,heer! In een wip was de deur open cn ook het portier van 't. huurrijtuig, dat nu voor het huis stilstond. „Oraderdaraigst góeden morgen, mijnheer de graaf! Neen, maar dat zal me een blijdschap zijn voor den ouden mijnheer en mevrouw! „Goeden morgen Lenhard' Alles wel hier? Mij had je niet verwacht, is t wel? Waar ia mama?" Lenhards gezicht.nam weer die medelijden de uitdrukking aan. „Ja, waar zou zo zijn, mijnheer Itikoopen gaan doen, zooals zij 't op alle werkdagen doet en dat met zulk oen weer' Ik. zeg het zoo dikwijls, dat mevrouw de gravin haar fatsoen cr nog bij verspelen zal, maar „Eu papa?" „Bove-i. op zijn kamer' jlk zal mijnheer onmiddellijk aandienen „Bewaar ons, Lenhard, dat zal 'k zelf wel doen." „Wel F'c l, Vn j:j'#hr?" ri 7 A rvle graaf, door 't haastig openen van zjjra kamer deur uit zijn loet,uur opgeschrikt. Met jeug dige veerkracht sprong hij, op, sloot zijn zoon in zijn armen en riep toon, terwijl hij hem stralend van vreugde in t- gelaat zag: „Do duivel haal je, mijn beste jongen!" Fred was t roods lang gewoon om dien zonderlingen uitval als de hartelijkste b< jegc- nijjg van zijn vader te beschouwen en daar hij zijn vader zag lachen, lachte hij ook on riep hem .toe ,.Ja, daar ben ik nu, papa, en wel met dc hoop, dat alles zich veel beter zal schikken dan wij ooit hadden verwacht De oude graaf zag zijn zoon aan en be greep er niet? van. „Hoor eens. jongen, uw komst is altijd goed, cn daar het betere dc erkende vijand van liet goede is, moet me ra mij maar met dat „betere" van den hals blijven, want -wij houden het bij het goede. „Ja, maar uit mama's brieven ,.Och. die goede mama met haar brieven Zwaartillend niet waar? Wat zal ik je zeggen? Fred, de vrouwen hebben altijd zoo'n beetje neiging tot enge begrippen, de beste niet uit gezonderd. en dat uw moeder een bovenste beste is. lichort ik u wel niet to zeggen „Neen, natuurlijk niet, maar uit mamas brieven blijkt toch, dat.het zoowel uw als Haar wensch is, dat ik zal verzoeken om bij de infanterie te worden overgeplaatst.' „Maar, mijn lieve jongen, dat hoeft im mers niet. act> cp stel en sprong te gebeuren Uw goede moeder ziet de dingen altijd een j beetje te veel van den donkeren kant in. Lie ve hemel, de fondsen staan niet meer zoo als j zo een dertig jaren geleden st.ouden. Dertig 1 jaar goleden was ik ecu bemiddeld man en tegenwoordig enfin, dat zijn van die din v: - nar. nu c-CMnrn' n' U tc v::: ulo- ren valt. Hebt ge al ontbeten, Fred? Neen, dat spreekt vara zelf, want ge zijt den hbelen nacht, op reis geweest." „Breng iets behoorlijks te eten voor graaf Fred, zeide hij tot Lenhard, die'dadelijk op het hem gegeven signaal was boven geko men, „fricandeau of een reebout of iets van dien aard, met een flescb Bordeaux. Hebt ge soms liever madera of sherry, Fred?" ,,'t. Komt er allemaal niets ot> aam, papa, als ik maar wat tc eten cn te drinken krijg! Ja, nu zou ik eigenliik. vóór alles het liefst plie reisstof van het lijf schudden „Neen maar, daar heb je gelijk in! Lieve hemel, wat zie je er uit, FredLenhard zal je wel voorloopig in mi in kamer brengen, tot ze de uwe hebben aara kant gemaakt." „Heel goed, papa! Doe geen moeite, Len hard, ik weet den weg in huis!" Hij sloot dc deur achter zich toe en gevoel- dn zich zonderling te moede. Het volle hart drong hem om over zijn leigeh zaken te spre ken. maar de ontvangst van zijn vader was zoo geheel anders geweest dan hij zich die hao teld. dat hij cr niet toe had kunnen komen. Hij kwam in zijns vaders kleedkamer en dompelde, na zicli ©enigszins ontkleed tc hebben, hoofd en handen in frisch water. Ilij zag de ruime kamer eens rond cn vond op een lange plank, waaronder klccdingstukkcu hingen, wel twintig of dertig paai- laarzen staan. Het was een eigenaardigheid van zijn vader, nooit eenig schoeisel tc kunnen vin den, dat hem goed paste en. het dan maar weer met een ander paar en een nieuwen schoenmaker te probeeren, Worut vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1904 | | pagina 1