Donderdag 30 Juni 1904.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
GRAAF W. 62.
STJ. 347.
8de JaargHu
AMERSFOORTSCH DAGRLAD.
ABONNEMENTSPRIJS
Par 3 maanden roor Amersfoort f L25.
Ic[em franco per post1.75.
Wonderlijke nummers- 0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur
*s morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uilgevers: VALKHOFF ft Co.
Utiechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
To 1-» regalif O.TB,
Elke regel taeer- wlw
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot
het herhaald adverteeren in dit Blad bij aoonnemeht Eene
circulaire, bevattende do voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht
De oorzaak van Japan's succes.
D© loop van den oorlog heeft bij de Ja
panners hoedanigheden aan't licht gebracht,
die nog slechts kort geleden alleen enkele
ingewijden hun toekenden, maar die hen in
de schatting van de groote massa zeer heb-
beu deen rijzen. Een Engelsche militaire
schrijver, dr. Miller Maguire, prijst hen
als wetenschappelijke fanatieken" en zegt
van hen, dat zij man voor man en stuk voor
stuk ioderen tegenstander iu de wereld kun
nen verslaan door hun overwicht van ken
nis. Tot verklaring van het feit, waarom de
Russen in dezen oorlog steeds aan de Japan
ners het aanvallend optreden hebben moe
ten oiverl&tea, zegt- deze Schr.„De staat,
die als aanvaller zal optreden, is die, welke
in vredestijd zich op den oorlog voor
bereidt en handelt naar het inzicht, dat ver
standelijke vermogens en uitmuntende uit
rusting en met zorg bewerkte plannen,
waarin met- alle omstandigheden rekening
is gehouden, alsmede een uitstekende staf
van meer beteekening zijn dan groote getal
len of physieke kracht en moed."
Intusschen is er nog iets anders wat den
Japanners ten goede gekomen is in deze strijd
tot dusver. Eigen verdienste, bekwaamheid
en geestkracht hebben hun een groot voor
deel versohaft op hunne tegenstanders. Maar
zij zouden 't daarmee niet zoover gebracht
hebben, wanneer hun niet te hulp gekomen
was de uiterst geringe dunk, dien de Rus
sen hadden van hunne militaire eigenschap
pen. Hoe sleoht de Russische generale staf
op de hoogte geweest iscn naar 't schijnt
zelfs nu nog is van de beteekenis van
den vijand, dien hij had te bevechten, blijkt
uit een onderhoud, dat pen correspondent
van de Petersb. Gazeta met den chef van
de Nikolai-academie, geueraal N. P. Mioh-
newitech, heeft gehad. Op de vraag hoe dé
Japansohe generale staf georganiseerd was,
antwoorddedeze generaal: „Japan was als
militaire staat in onze oogen een zoo onbe-
teekenende grootheid, dat wij 't niet noodig
achtten ons met zijne militaire organisatie
l>ekend te maken, waarin niets eigenaardigs
of oorspronkelijks was."
Verder sprak de generaal de raeening uit,
I dat ook het tegenwoordige oorlogsplan niet
door de Japanners uitgewerkt is, die hij
j voor onbekwaam houdt iets te volbrengen,
maar het product ia van bui'tenlandsobe stra
tegen. Op de vraag hoe de Japansohe staf
school ingericht is, antwoordde hij„Ik kan
u niet precies zeggen of de Japanners te
genwoordig hunne eigen stafschool hebben
ecnige jaren geleden wa^ er bij de Japan
ners zulk eene militaire hoogeechool niet;
dat weet ik positiefToen vóór het uit
breken van den Chineeschcn oorlog de Ja
pansohe minister van oorlog Ojama met 28
officieren naar Petereburg kwam, moest ik
de gele gezichten rondleiden. Onder hen be
vond zicih ook kolonel, nu generaal Kocroki.
Toen leerde ik onze vijanden goed kennen,
van wie ik zelfs voor de hun betoonde op
lettendheid een orde kreeg, dien ik natuur
lijk bij het uitbreken van den oorlog heb
afgelegd. Al deze beeren waren officieren
Ivan den generalen staf, maar vöor zoover ik
mij herinner, hadden zij allen hunne mili
taire opleiding in verschillende Europee? o'ie
academiën gekregen, omdat Japan destijds
geen eigen academie bezat."
Wat de kansen van Port Arthur betreft,
is generaal Miehnewitsoh van meening, dat
voor eene belegering van de vesting min
stens 100,000 man. 1500 kanonnen cn eene
beschieting van op zijn minst 3i maand noo
dig is. Inmiddels zal het Russische leger in
Mandsjoerije natuurlijk hulp brengen aan
de belegerde vesting en den van kracht be
roofden vijand verpletteren. Als aan dit
oordeel evenveel zaakkennis ten grondslag
ligt als aan dat oyer den Japansehen gene
ralen staf, dan is er bitter weinig waarde
aan te hechten. Van juister inzicht getuigt
de opmerking van den hierboven aangehaal-
don militairen schrijver, dat ére Japanners
slechts hun nut dom met de lessen der ge
schiedenis, daarbij tevens met zorg de nieu
we toepassingen van de krijgskunst bestu-
deerende. Dat heeft hen in de sedert 9 Fe
bruari verloopen maanden reeds ver ge
bracht en zal hen nog wel verder brengen.
Duitsehland.
Over het verblij-f van Koning Eduard VII
in Duitsehland wordt nog bericht
Kiel, 29 Juni. Heden avond had aan
boord van de Hohenzollern een afscheids
diner .plaats, waaraan deelnamen de beide
souvereinen, de kroonprins, prins Eitel-
Friedrioh, prins Hcinriah. do rijkskanselier,
staatssecretaris Tirpitz, de gezant Lasoelles
en het gevolg.
Toen Koning Eduard de Hohenzollern
verliet, werd een afsohcids-saluut gevuurd.
Morgen vroeg te vijf uur gaat de Victoria
and Albert in zee.
Kiel, 30 Juni. Heden morgen even over
half zeven aanvaardde Koning Eduard de
terugreis aan boord van zijn iacht Victoria
and Albert, dat door een torpedojager ver
gezeld wordt. De overige schepen van het
Engelsche eskader waren des nachts het ka
naal binnengeloopen.
Frankrijk.
De baronnen Alfons, Gustaaf en Edmond
Rothschild hebben den minister van koop
handel mededeeling gedaan van bun voorne
men om 10 millioen francs beschikbaar te
stellen voor het bouwen van gcedkoope wo
ningen en voor de verbetering van den cco-
nomischen toestand der werklieden.
Marokko.
Aan den geeant van de Vereenigde Staten
te Parijs is opgedragen, de Franscke regee-
riug den dank van zijne regeering over te
brengen voor den bijstand, verleend bij de
bevrijding van den Amerikaanscheu burger
Perdicaris.
Perdicaris en Varley zijn met hunne ge
zinnen te Genève aangekomen. Te Leuk,
ec n herstellingsoord in het Berner Ober
land, zullen zij een kuur doen.
0e oorlog in Oost'Azië.
Over den oorlog zijn de volgende berich
ten
Tsjifoe, 29 Juni. Cbineezen die met een
jonk hier zijn aangekomen, berichten dat
een groot schip vermoedelijk een Russisch,
op de rotsen ligt tien mijlen zuidwestelijk
van Liautisjan. Nadat de Japansche oorlogs
schepen zich den 24. van Port Arthur had
den verwijderd, kwam de Russische vloot
weer naar buiten en bleef een korten tijd
buiten. Aan de landzijde wordt aanhoudend
gevochten, terwijl van zee uit herhaalde aan
vallen worden gedaan.
Tokio, 29 Juni. Een niet-officieel bericht
meldt dat de Japanners j.l. Zondag een aan
val deden op drie forten in het zuid-ooste
lijke deel der verdedigingslinie van Port-Ar
thur, en dat die forten genomen werden.
Het bericht is niet nader bevestigd.
Tokio, 29 Juni. Volgens een niet-officieel
bericht zijn de forten in het zuid-oosteluko
dedl van het rayon van Peri-Arthur, Chik-
wanshan, Chitausan en Sochosan, Zondag
na een gevecht, dat den geheelen dag duur
de, ingenomen.
Het gevecht begon niet een artillerie^
duel. Het fort Sochosan werd het eerst ge
nomen. De beide andere forten vielen spoe
dig daarna. De Russen trokken in westelijke
richting terug, veertig dooden schterlateu-
de. Het aantal gewonden wordt niet be
richt.
De Japansche verliezen bedroegen drie
officieren en honderd man gedood en ge
wond.
Twee Russische kanonnen met munitie
werden buitgemaakt.
Tientsin, 29 Juni. Het gerucht loopt, dat
de Russen gisteren 25 worst oostelijk van
Haitsjeng eene nederlaag leden.
Tengevolge van liet- snelle voortrukken
der Japanners trokken de Russen bij Ta-
jitsjsao snel in noordelijke richting terug,
uit vrees dat hun anders do rerugtocht af
gesneden zou worden.
Tokio, 29 Juni. (Morning Post). Het tweede
Japansche Ie^cr avanceert -op den spoorweg
ou bedreigt dc Russen in de richting van
Tasjitsjao. Het heeft zijne vorceniging met
het eerste leger tot. st ad gebracht en de
gehoele strijdmacht heeft g-vechtlinien, die
een front van 120 mijlen dekken.
Londen, 29 Juni. Do Standard verneemt
nit Tientsin en do Telegraph uit Tokio, dat
er een ernstige strijd is geveerd bij Ka iping
op den 25en, die tot resultaat Heeft gehad de
bezetting vain de plaats op den 26en.
Petersburg, 29 Juni. Het Russische tele-
graafagentschap bericht uit Liaojang van den
28en
Generaal Koeropatkin heeft het. bevel aan
het leger uitgevaardigd om de gevallen of
gevangen Japanners met- achting te behan
delen, zooals aan een dapperen tegenstander
toekomt, aan de gevallen soldaten militaire
eer te bewijzen en de gewonden zoo te be
handelen alsof het Russen betrof.
Dit bevel zon dienen als antwoord op de
uitmuntende behandeling, die gewonde Rus
sen in de Japansche hospitalen gevonden
hebben. Ongelukkig komen er in den laatst en
tijd berichten over ruwe behandeling, mishan
delingen en verminkingen, waaraan gewonde
Russch zijn blootgesteld. Het legerblad deelt
mede, dat den 21eu verminkte lijken van twee
tirailleurs ziju gevonden. Het blad somt ver
der verscheidene soortgelijke feiten op, vol
gens welke zelfs officieren hebban te lijden
onder de behandeling, die hun ten deel valt.
Het blad veegt hieraan toe, dat de legercom
mandant gelooft, dat de gemelde verminkin
gen werden gepleegd door Chineezen, niet
door Japanners. Wanneer echter blijkt, dat
de Japansche Soldaten door hunne superieuren
niet hierin belemmerd worden, zullen_ zij. zich
volstrekt niet van de oude barbaarsche volken
van Azië onderscheiden.
Verder wordt opgemerkt, dat de Japanners
zich nog altijd bedienen van granaten, die
bij de ontploffing vergiftige gassen laten uit-
stroomen, welke granaten bij internationale
overeenkomst verboden zijn.
Tokio, 28 Juni. (Times). Wanneer men de
officieel© berichten bij elkaar voegt, dan
blijkt, dat drie korpsen van het Japansohe
leger thans eene frontlinie bezetten van
150 a 180 mijlen. De linkervleugel is voor
Ivaiping, terwijl de rechtervleugel in de
buurt van Tsjcntsjang is.
Er is bericht gekoanen, dat het regen-sei
zoen begonnen is in Zuid-Mandsjoerije. Dit
brengt groote natuurlijke bezwaren mee in
de twee eerste maanden, inzonderheid voor
den Japansdhen rechtervleugel. Do bezet
ting van Fensjwiling levert steun aan de
theorie, dat gedurende de twee eerstvolgen
de maanden de linkervleugel en de mid-
dentocht van den Japansehen opmarsch de
hoofdaandacht zullen vrageu.
De Russische autoriteiten volharden in
hunne houding om het bericht van Japan
sche zijde, dat drie schepen van het eskader
van Port Arthur zijn getorpedeerd in den
zeeslag van 23 Juni. noch te bevestigen, noch
te ontkennen. Geen enkel officieel rapport
maakte tot dusver melding van de geleden
verliezen. Te Petersburg hebben de berich
ten uit het buitenland van zware verliezen
der Russische - vloot groote ongerustheid on-
dei het publiek verwekt. Men heeft daar den
indruk, dat de regooring wel de volle waar
heid kent, maar die voor het publiek ver
bergt. Dat verwekt.neg slechts erger geruch
ten. In marinekringen heet het. dat den 23en
Juni de Pereswjet gezonken, de Sebastopol
on de Aurora buiten gevecht gesteld zijn,
dus juist de weinige groote schepen in Port
Arthur, die tot dusver nog ongedeerd waren
gebleven.
Over de wijze waarop de zeeslag is ge
veerd, merkt dc- Temps op, dat de beide ram
pen, die de Russische vloot hebben getrof
fen bij den ondergang van de Petropaw-
lowsk en-den 23en Juni,'in oorzaak gelijk
zijn en slecht!? in den vorm verschillende
eerste maal bezaaide admiraal Togo den te
rugweg van het Russische eskader met sla
pende torpedo's, ditmaal viel hij het van
achteren aan, terwijl het naar de haven te
rugkeerde en verdubbelde zijne aanvallen,
terwijl het op de reede lag om den vloed af te
wachten, ten einde den haveningang te kun
nen passeoren.
De droevige ervaringen, die zij tot drie
malen toe voor Port Arthur hebben opge
daan, zal waarschijnlijk de Rus?en bewegen
de takliek van Makarow geheel op te geven
en zich er toe te bepalen den uitgang van
de haven zooveel mogelijk open te houden
Het is voor hen van groot belang den uit
gang naar buiten te behouden, want de loop
van den oorlog te land kan 'maken, dat die
vcor hen onvermijdelijk, noodig wordt om
een uitval naar buiten te kunnen doen en
oen laatslen wauhoopsstrijd te kunnen voe
ren.
Over den toestand op het hoofdtooneel van
den strijd te land wordt aan de Temps uit
Petersburg gemeld
De aandacht van geheel Rusland is "met
spanning gevestigd op dat deel van de kaart
van' Mandsjoerije, waarvan de uiterste pun
ten zijn in het westen Kaipiug en Haitsjeng
en in het oosten de passen Tsipanling en
Taling. In dien vierhoek schijnen de beide
legers elkaar een der groote veldslagen in
dezen oorlóg te zullen leveren.
De vijf a zes Japansche divisiën, welke
het spoor volgen van generaal Stackolberg,
die nu buiten gevaar is om te worden af
gesneden, bevinden zich dicht bij Kaiping.
Generaal Koeropatkin heeft zijnerzijds zijn
geheel© leger laten oprukken naar het zui
den. zonder zich meer d.m 30 KM. van den
spoorweg te verwijderen. Zij doel was waar
schijnlijk de hand te reiken aan generaal
Stackelberg en de vereeniging van de Japan
sche legers te beletten, maar dit laatste
beeft hij niet kunnen voorkomen. Is hij be
sloten in het strijdperk te gaan en den slag
aan te nemen, of zal hij trachten zijne tegen
standers nog meer naar het noorden te trek
ken tusschen Haitsjeng en Liaojang?
Dit zijn de gewichtige vragen, die rijzen en
die alle andere vragen op den achtergrond
dringen. Zelfs Port Arthur is, daarbij ver
geleken, van minder belang, te meer omdat
de Japanners hunne werkzaamheid voor die
vesting schijnen te hebben ingekrompen. Do
schermutselingen om Fengwantjeng vallen ge
heel in 't niet bij bet groote drama, waarvan
nun de outknooping angstig tegemoet ziet.
Wanneer generaal Koeropatkin den slag
aanneemt, dan zal het eerste gedeelte van
den oorlog worden afgesloten door een veld-
sl 'g, waarin twee groote legers zich met el
kaar hebben gemeten. Wanneer hij zich te
rugtrekt, dan schijnt het weinig waarschijn
lijk, dat de Japanners hem kunnen tot staan
biergen vóór het regenseizoen, dat voor do
deur staat en dat nog slechts een oorlog
mei kleine middelen zal toelaten, omdat de
wegen onbruikbaar worden voor groote colon
nes en vooral voor artillerie. En juist aan
de artillerie is sedert het begin van den oor
log de hoofdrol ten deel gevallen. Vooral aan
de overmacht van kunne artillerie, veel meer
dan aan die -n hunne infanterie, hebben
dc Japanners de voordcelen te danken, die
zij tot dusver hebben behaald.
Het aantal stukken veldgeschut, waar
over het Russische leger beschikt, schat
deze schr. op 448. Daarentegen bezitten de
Japanners 648 stukken, dus 200 meer. Het
Russische leger lelt vier batterijera per di
visie, derhalve 32 vuurmonden, want een
batterij bestaat uit acht kanonnen. De Ja
pansche divisie heeft zes batterijen van zes
stukken, dus 36 kanonnenmaar bij dit
aantal moet nog gevoegd worden eene art.il-
ierie-reserve van 36 batterijen, dus 216 stuk
ken. De Japanners, die twaalf divisiën in
het veld hebben, beschikken dus over min
stens 50 stukken per divisie, wanneer men
aanneemt dat zij hunne artillerie-reserve ge
lijkmatig verdoelen, 'terwijl dezelfde Russi
sche eenheden slechts 32 stukken hebben.
Bij gevolg is, wat de artillerie betreft, do
aankomst van de versterkingen voor generaal
Koeropatkin eene onmisbare voorwaarde voor
dooverwinbing. Want ondanks de terrein-
bezwaren in deze voor de artillerie alleron
gunstigste streek, heeft de artillerie tot dus
ver do hoofdrol in een strijd vervuld. De
aankomst van ce korpsen no. 10 en no. 17
op het oorlog-tooneel zal er toe bijdragen
om in dit opzicht het evenwicht aan Russi
sche ziide te herstellen, en de balans zal on
getwijfeld ten hunnen gunst© overslaan, wan
neer van de reeerve-divisiën, welker mobili
satie wordt voorbereid, vier zich bij het leger
in het uiterste oosten zullen hebben gevoegd.
Een groot deel van deze troepen zal op het
oorlogstooneel aanwezig zijn, wanneer na hot
einde van den regentijd de operation krach
tig zullen wórden hervat. De minister van
openbare werken, vorst Chilkow, die per
soonlijk de werkzaamheden heeft bestuurd
ROMAN
vax
MOBITZ VON BEICHEKBACH
dook
HERMAN LIND.
HOOFDSTUK IV.
De gravin von Welleamp stond twee mi
nuten lang zwijgend bij de groote tafel in
de kamer van haar man en zeide ten slotte
iets, wat zdj eigenlijk t-oefti niet bad willen
ieggeu.
„Maar, lieve Edmund, dat zijn immers
weer van die vreeselijk dure sigaren, die
ze thuis bezorgd heibben!"
„Wat ik je bidden mag, Marie, vergal mij
't leven niet! Op zoo'n paar kistjes sigaren
komt bet toch niet aan!"
„Dat doet bet wel, Edmund! Het een komt
bij 't ander en. per slot van rekening vormen
al die zoogenaamde bagatellen een som, waar
van men de handen ineen slaat."
„Als ik niet eens meer een behoorlijke
sigaar mag rooken, dan hale de koekoek het
hcele huishouden!"
Do gravin zweeg. Een oogonblik verwijlde
zij nog bij de tafel, waarop het pas geopende
kistje sigaren stond en zag naar haar man,
die, op een laag wipstoeltje gezeten, de cou
rant wijd opengevouwen in handen hield. Zij
zag het hooge voorhoofd, dat door zijn op
welling van drift edn weinig rood was gewor
den en het duuno witte haar aan de slapen,
dat nu door de beweging met de courant
zacht scheen te trillen en cr kwam een
teedere, medelijdende uitdrukking op haar
gelaat.
Zij verliet de kamer en toen zij de deur
achter zich dicht had gedaan, zuchtte zij diep
Met een resolute beweging greep zijl niettemin
op hetzelfde oogenblik naar haar sleutelbos,
die over haar boezelaar hing en daalde de
breede trappen af, welker gebeeldhouwde leu
ning en met wapens gekroonde stijlen zon
derling afstaken ii>ij-de zoo hoogst eenvoudige
hiriskleeding der slotvrouw.
„Lenhard," riep zij aan de onderste trap
gekomen, terwijl zij haar boezelaar afdeed,
„Lenhard, mijn overschoenen en mijn oude
mantel
Een bediende, in een kiel, die al zeer weinig
op een livrei geleek, kwant haastig met het.
gevraagde aanloopen.
,,'t Zal buiten wel weer erg vuil zijn na al
dien •regen,*' meende de gravin.
„Ja, mevrouw, en bovendien erg glad, want
't heeft van morgen weer flink gevroren. Als
mevrouw een oogenblikje geduld beeft, zal ik
even den stok halen.'
„Gauw dan maar wal, Lenhard, en zeg
meteen aan Fina, dat ik klaar ben."
„Final is ook al klaar, mevrouw!"
„Best"
Een windvlaag stootte het raampje in de
vestibule open en enkele vlokken sneeuw
vlogen naar binnen. Maar onverschrokken
stapte mevrouw de gravin op haar over
schoenen naar buiten, gevolgd door een
dienstmeisje, dat een mond aan den arm
droeg, langs dc gladde en de vuile hoopen
sneeuw, die door den regen nog niet Vcr-
dwencra on in deze afgelegen straat, ook niet
opgeruimd waren.
Een geruimen tijd bleef Lenhard dc arme
gravin met een meewarig hoofdschudden na
kijken en toen zij uit. het gezicht verdwenen
was, bleef hij nog een 'poosje naar buiten kij
ken, want .met het weinigje werk, dat hij te
doen had, was volstrekt geen haast.
„Wel heb ik van mijn leven." riej> bij op
eens uit. ..daar komt een rijtuig hierheen
Wie krijgt het ,nu in zijn hoofd om op dit
nur
Hij sprak dc-m zin niet uit, maar dc vele
rimpels iu zijn oud gezicht werden nog tal
rijker en lachend voegde hij cr bij
„Waarachtig 't- is de jonge,heer!
In een wip was de deur open cn ook het
portier van 't. huurrijtuig, dat nu voor het
huis stilstond.
„Oraderdaraigst góeden morgen, mijnheer de
graaf! Neen, maar dat zal me een blijdschap
zijn voor den ouden mijnheer en mevrouw!
„Goeden morgen Lenhard' Alles wel hier?
Mij had je niet verwacht, is t wel? Waar ia
mama?"
Lenhards gezicht.nam weer die medelijden
de uitdrukking aan.
„Ja, waar zou zo zijn, mijnheer Itikoopen
gaan doen, zooals zij 't op alle werkdagen doet
en dat met zulk oen weer' Ik. zeg het zoo
dikwijls, dat mevrouw de gravin haar fatsoen
cr nog bij verspelen zal, maar
„Eu papa?"
„Bove-i. op zijn kamer' jlk zal mijnheer
onmiddellijk aandienen
„Bewaar ons, Lenhard, dat zal 'k zelf wel
doen."
„Wel F'c l, Vn j:j'#hr?" ri 7 A rvle
graaf, door 't haastig openen van zjjra kamer
deur uit zijn loet,uur opgeschrikt. Met jeug
dige veerkracht sprong hij, op, sloot zijn zoon
in zijn armen en riep toon, terwijl hij hem
stralend van vreugde in t- gelaat zag: „Do
duivel haal je, mijn beste jongen!"
Fred was t roods lang gewoon om dien
zonderlingen uitval als de hartelijkste b< jegc-
nijjg van zijn vader te beschouwen en daar
hij zijn vader zag lachen, lachte hij ook on
riep hem .toe
,.Ja, daar ben ik nu, papa, en wel met dc
hoop, dat alles zich veel beter zal schikken
dan wij ooit hadden verwacht
De oude graaf zag zijn zoon aan en be
greep er niet? van. „Hoor eens. jongen, uw
komst is altijd goed, cn daar het betere dc
erkende vijand van liet goede is, moet me ra
mij maar met dat „betere" van den hals
blijven, want -wij houden het bij het goede.
„Ja, maar uit mama's brieven
,.Och. die goede mama met haar brieven
Zwaartillend niet waar? Wat zal ik je zeggen?
Fred, de vrouwen hebben altijd zoo'n beetje
neiging tot enge begrippen, de beste niet uit
gezonderd. en dat uw moeder een bovenste
beste is. lichort ik u wel niet to zeggen
„Neen, natuurlijk niet, maar uit mamas
brieven blijkt toch, dat.het zoowel uw als
Haar wensch is, dat ik zal verzoeken om bij
de infanterie te worden overgeplaatst.'
„Maar, mijn lieve jongen, dat hoeft im
mers niet. act> cp stel en sprong te gebeuren
Uw goede moeder ziet de dingen altijd een
j beetje te veel van den donkeren kant in. Lie
ve hemel, de fondsen staan niet meer zoo als
j zo een dertig jaren geleden st.ouden. Dertig
1 jaar goleden was ik ecu bemiddeld man en
tegenwoordig enfin, dat zijn van die din
v: - nar. nu c-CMnrn' n' U tc v::: ulo-
ren valt. Hebt ge al ontbeten, Fred? Neen,
dat spreekt vara zelf, want ge zijt den hbelen
nacht, op reis geweest."
„Breng iets behoorlijks te eten voor graaf
Fred, zeide hij tot Lenhard, die'dadelijk
op het hem gegeven signaal was boven geko
men, „fricandeau of een reebout of iets van
dien aard, met een flescb Bordeaux. Hebt
ge soms liever madera of sherry, Fred?"
,,'t. Komt er allemaal niets ot> aam, papa,
als ik maar wat tc eten cn te drinken krijg!
Ja, nu zou ik eigenliik. vóór alles het liefst
plie reisstof van het lijf schudden
„Neen maar, daar heb je gelijk in! Lieve
hemel, wat zie je er uit, FredLenhard zal
je wel voorloopig in mi in kamer brengen,
tot ze de uwe hebben aara kant gemaakt."
„Heel goed, papa! Doe geen moeite, Len
hard, ik weet den weg in huis!"
Hij sloot dc deur achter zich toe en gevoel-
dn zich zonderling te moede. Het volle hart
drong hem om over zijn leigeh zaken te spre
ken. maar de ontvangst van zijn vader was zoo
geheel anders geweest dan hij zich die hao
teld. dat hij cr niet toe had kunnen
komen. Hij kwam in zijns vaders kleedkamer
en dompelde, na zicli ©enigszins ontkleed tc
hebben, hoofd en handen in frisch water. Ilij
zag de ruime kamer eens rond cn vond op
een lange plank, waaronder klccdingstukkcu
hingen, wel twintig of dertig paai- laarzen
staan. Het was een eigenaardigheid van zijn
vader, nooit eenig schoeisel tc kunnen vin
den, dat hem goed paste en. het dan maar
weer met een ander paar en een nieuwen
schoenmaker te probeeren,
Worut vervolgd.