Woensdag 27 Juli 1904. rip BUITENLAND. FEUILLETON. GRAAF W. 62. i*!u. 27. 3de «iHargHng. AMERSFOORTSCH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS Pot 3 maanden roor Amersfoort L85. Idéin franco per post- 1.75. Afsonderlijke nummers0.05. Déze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Advertention, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur 'b morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgever»: VALKHOFF Co. Utiechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTTÊN Van lo^ö regels i régel meer II. Elke Groote léttera naar plaatsruimte. toot handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement. Bene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht Aan den Balkan. Terwijl aller blikken gericht zijn op de ge beurtenissen in Oost-Azië en op de inciden ten, die daaruit voortvloeien, is het gemak kelijk te verklaren, dat men aan 't geen er voorvalt in de Balkanlanden niet de aan dacht schenkt, die onder gewone omstandig heden er aan ten deel zou vallen. Misschien zal dat spoedig anders worden, wanneer wordt bewaarheid wat een brief voorspelt, die in de Daily Express is opgenomen. De brief is uit de pen gevloeid van den rebellen aanvoerder Tsontscheff en zegt met ronde woorden, dat de mogendheden zich maar niet moeten vleien met de hoop, dat hunne her vormingen iets hebben bijgedragen om de gemoederen tot rast te brengende thans aan den Balkan heerschende rust is veeleer slechts te vergelijken met de stilte voor den storm. De schr. zegt: „De Oosten rij ksche en Russische agenten zijn volkomen machteloos, en de hervormin gen in de gendarmerie, waarvan men zich zoo veel beloofd had, zijn slechts eene klucht. De Europeesehe officieren hebben geen con trole en zijn slechts technische instructeurs. Wij hebben ons gedragen naar de beloften van de Europeesehe diplomaten, om het be wijs te leveren, dat wij niet voor ons ge noegen vechten, en omdat wij wilden too- nen, dat de Macedoniërs steeds bereid zijn de wapenen neder te leggen, wanneer zij den waarborg krijgen van eene goede regeering. Ook de Bulgaarsche regeering, die men zoo dikwijls beschuldigd heeft van heimelijke ondersteuning der opstandelingen, kwam de Europeesehe diplomatie te hulp, door een verdrag met Turkije te sluiten. Maar wat gebeurde er? Hilmi Pacha, do inspecteur- generaal, is in het volle bezit van de macht en Macedonië is evenzoo bestuurd a.ls te voren. De Oostenrijksche en Russische civiele agenten zijn. slechts toekijkers bij het Turk sche wanbeheer, en in het bestuur r,i et men geen verbetering. De Turksche ambtenaren leven verder van omkooping en bedrog en de soldaten, die hunne soldij niet krijgen, ver woesten het land. De vrede is slechts voorbij gaande, eene stilte voor den storm, en dat is de reden waarom Bulgarije en Servië, on danks de Turksch-Bulgnarsc^ overeenkomst, hun best doen om tot overeenstemming te geraken. Inmiddels versterken de Macedo niërs hunne revolutionaire organisatie." Reeds meermalen is er voorspeld, dat in den nazomer de opstand op nieuw zou uit barsten. Eüer beeft men eene herhaling van deze voorspelling. Dultschland. In het proces tegen een aantal sociaal democraten te Koningsbergen, die wegens deelneming aan het binnensmokkelen van revolutionaire geschriften in Rusland terecht hebben gestaan, beschuldigd van hoogver raad en samenzwering, is thans uit spraak gedaan. De aanklacht wegens hoogverraad betrof niet het Duitsclie rijk, maar den Russisehen Czaar en zijn rijk. Van deze aanklacht zijn de be schuldigden vrijgesproken, omdat die slechts dan kon gelden, wanneer door een in den ver- eischten vorm afgekondigd staatsverdrag den vreemden staat wederkeerigbeid gewaar borgd was. Zulk een verdrag bestaat echter niet blijkens de officieele kennisgeving van het departement van buitenlandsche zaken en van de Russische regeering. Wel zijn de beschuldigden veroordeeld wegens samen zwering; de daarvoor opgelegde straffen var rieeren tusschen acht weken en drie maan den. Frankrijk. Naar aanleiding van de verklaring van de „Vooe della .Verita", dat de door de „Ma- tin" gepubliceerde brieven, die het Vaticaan gericht heeft tot den bisschop van Dijon, valsch -waren, schrijft de Matin"„Wij staan in voor de letterlijke juistheid van den brief van kardinaal Vanutelli en voor de strekking der beide brieven van kardi naal Merry del Val. Wij wedden dat zij die de brieven schreven en zij, die ze ontvingen, dit niet kunnen tegenspreken." Uit Rome wordt aan de „Figaro" bericht, dat het Vaticaan naar een middel zoekt om tot een minnelijke schikking te kunnen gerakenmet de Fransche regeering. Men zou willen toegeven, dat de nuntius Loren- zelli door zijn ingrijpen in de quaestie van den bisschop van Dijon buiten rijine bevoegd heid is gegaan. De nota, die de heer de Couroel, de Fransche zaakgelastigde, verleden Zaterdag aan het Vaticaan heeft aangeboden, handelt naar 't schijnt over deze twee punten1. het zenden door den nuntius van een brief aan mgr. Le Nordez, bisschop van Dijon, hetgeen eene in menging van den diplcnnatieken vertegen woordigen van den Heiligen Stoel in dè bin nen landsche aangelegenheden van Frankrijk uitmaakt2. de rechtsmacht van het Heilige Officium, die niet door de Fransche regeering kan worden erkend. In hot Vaticaan bestudeert men de oplos sing, die aan het geschil gegeven zou kun nen worden. Sommigen zeggen, dat men zal toegeven, dat de nuntius buiten zijn boekje ging, door als geestelijk rechter in Frankrijk op te treden; In ieder geval wil men blijk baar do zaken niet overhaasten. Zoo is tegen mgr. Geay, den bisschop van Laval, nog niet de excommunicatie uitgesproken, waaraan die prelaat zich heeft bloot gesteld door aan de regeering de bijeenroeping van het Heilige Officium mede te deelen. Engeland. Minister Balfour zeide gisteren in het Lagerhuis, in antwoord; op een aantal vragen, dat door de Engelsche regeering geeno stappen, zijn gedaan betreffende de Dardanellen-quaestie vóór de doorvaart van de „Petersburg" en „Smolensk Sedert de nota van 1 Januari 1903 betreffende de door vaart van Russische torpedo-booten aan de Por te overhandigd werd, hoorden wij niets van eenige inbreuk op dit verdrag. Aan de regeering is niets bekend van eene overeenkomst tusschen Rusland en Turkije, waarbij bijzondere bepalingen zijn gemaakt voor do vaart door de Dardanellen van spe ciale Russische schepen. In antwoord op eene vraag, drê in verband met het jongste optreden van de vrijwillige vloot van de regeering verlangde, dat zij zou verklaren, dat zij zich niet langer ge bonden achtte door de verklaring van Parijs en het recht voor zich opeischte om het eigendom van den vijand, dat vervoerd wordt onder neutrale vlag, te nemen, zeide minis ter Balfour, dat over de quaestie van den staat van de vrijwillige vloot besprekingen gaande zijn tusschen de beide regeeringen. Hij kon echter geen hoop geven dat de re geering in de jongste gebeurtenissen aanlei ding zou vinden tot het houden van vortoo- gen aan andere mogendheden. De minister kon niet beloven thans de stukken over te leggen omtrent de principieele quaestie. Wat het in den grond boren van het Britsche schip „Kuight Commander betreft, zeide minister Balfour, dat de regeering zich zoo volledig mogelijk op de hoogte tracht te stellen. Uit de antwoorden, die minister Balfour eergisteren in het lagerhuis gaf op de vra gen, welke gedaan werden naar aanleiding van het optreden der Russische vrijwillige vloot, releveeren wij nog, dat op eene vraag over de doorvaart van de schepen dezer vloot door de Dardanellen geantwoord werd„De ze vraag roert datgene aan wat ik voor het tegenwoordige oogeublik als verboden terrein moet beschouwen. Zij werpt eene strijdvraag op, die naar ik geloof beter zal worden op gelost, wanneer het huis zich voor 't oogen- blik tevreden stelt met datgene wat ik ge zegd heb." Op eene vraag of de minister niet de vraag wenschte gesteld te zien, die betrekking had op het feit, dat een schip op één tijd de han- delsvlag voert en op een anderen tijd het ge zag van een oorlogsschip uitoefent, merkte Balfour opDit is eeno vraag van algemeen recht en ik ben er zeker van, dat niets zou worden gewonnen door eene poging mijner zijds om er op te antwoorden. Italië. Het derde maf ia-proces te Florence, tegen Palizzolo en zijn medebeschuldigden wegens moorcl op Notarba.rt.plo, is geëindigd met vrij spraak van alle beschuldigden. De moord is tien jaar geleden gepleegdhet tegenwoor dige proces heeft meer dan tien maanden geduurd. Turkije. Uit Saloniki wordt berichtEene afdeeling Turksche troepen verraotte .gisteren bij; Koe- mauova een Biulgaarsohe bende va.n 52 man, dito "bezig was 'korenschuren te beschieten, waarin de oogst w'as geborgen. Dto bende wend vernietigd op twee man na, die konden vluchten. Korea. Reuter verneemt uit Seoel, dat er eene beweging onder de Koroanen ontstaan is te gen land-oonoessiën aan Japanners, die ecu ernstig karakter aanneemt. Men zegt ook, dat de Fransche gezant bij het Koreaansche hof tegen deze conoessiën verzet heeft aan- geteekend. Als maatregel van voorzorg tegen deze be weging hebben de Japanners in Seoel bekend gemaakt, dat zijl zelf zich zullen belasten met het politietoezicht tot beschermiug van hunne belangen en vooral streng er op zullen letten, dat er geene anti-Japansche bijeen komsten gehouden worden. De oorlog in Oost-Azië. Over den oorlog zijn de volgende berichten Petersburg, 26 Juli. Het Russische tele graaf agentschap bericht van gisterenVol gens geruchten rukken kleine Japansche af- deelingen op naar Szensihu, gelegen op 10 werst ten oosten van het station Jantan en naar Sinsintioe. Deze geruchte;, zouden, wan neer zij bevestigd worden, de bedoeling van do Japanners verraden om Liaojaug in de richting naar Moekden om te trekken. Heden passeerde hier de naar het noor den gaande sanitaire trein van de Keizerin met 314 gewonden uit een gevecht hij Tasji techias op 24 dezer. Bij het vertrek van den trein duurde de strijd, die van 's morgens 6 uur tot laat in den avond woedde, nog voort. De Russen handhaafden zich in hunne ^tel lingen tien .c-rst ten zuiden „van Tisji- techias. Den 25en werd de strijd, die aan beide zijden voornamelijk door de artillerie gevoerd werd, hervat. Over den uitslag en over de verliezen is nog niets bekend. Londen', 2G Juli. Eene dépêche van Lloyd uit Nioetsjwang van heden bericht: Vijftig man Japansche cavallerie kwamen in Nioet sjwang binnen. De Fransche vlag waait van do Russische gebouwen. De Japansche voorhoede kwam heden mor gen aan. De stad is rustig. Tientsin, 26 Juli. De Japanners bezetten Nioetsjwang gisterenavond om vijf uur. Tientsin, 26 Juli. Er wordt bericht, dat een hevig gevecht plaats heeft tusschen Liao- jang en Moekden. De Japansche verliezen in het gevecht om Nioetsjwang van den 24. en 25. bedroegen 380 man. Petersburg, 26 Juli. Generaal Koeropatkin seinde gisteren aan den Czaar: Verkennin gen, die in den laatsten tijd dagelijks onder nomen werden in de richting van Kaitsjou en Liahotan, deden zien, dat de vijand den bergrug en de hoogten ten noorden van Kai tsjou tusschen de spoorweglijn en het Tsin- sahé-dal krachtig had versterkt. Bij Hotsiatoen rukte den 23en 's morgens om vijf uur de vijand tot den aanval op met ongeveer acht divisiën. Zijn hoofdmacht trok hij in de richting van Datsjapoe samen. Dto opraarsch geschiedde langzaam. Dertig stukken geschut dekten hem met een.hevig vuur, dat door de batterijen van onze achter hoed© met succes beantwoord werd. Onze achterhoede opende een geweervuur op do vooruittrekkende Japansche infanterie. Tegen half tien 'a morgens rukten drie bataljons uit het Tsinsahé-dal in de richting van Tasjitsjao op. In den verderen loop van het gevecht brachten de Japanners in de richting van Tasjitsjao ongeveer een brigade infanterie in het vuur, en zonden bovendien een regiment langs Tsinsahé naar Tantsji. Tegen vier uiur 's middags staakte de vij and den opmarsch. Onze verliezen zijn nog niet vastgesteld, maar zijn, naar gemeld wordt, onbeduidend. Daar het dien dag echter warm was, kwa men gevallen voor van zonnesteek. Do nacht van den 24en ging kalm voorbij, 's Morgens om vijf uur begon een voorposten schermutseling in de omstreken van Tantsji. Petenbr.rg, 26 Juli. Uit Moekden wordt geseind, dat ter hoogte van Inkau een Ja- pansch eskader kruist, dat 20 troepen-trar*- portschepen escorteert. Tokio, 26 Juli. De militaire attachés bij het1 derde legercorps zijn heden van Tokio vertrokken. Tokio, 26 Juli. De Britsche gezant Mac- donald stelt een grondig onderzoek in naar de redenen van het in den grond boren van het stoomschip de „Knight-Commander." Londen, 26 Juli. Volgens een Lloyd-be- richt uit Liverpool, ontvingen de reeders van het stoomschip Oalchas uit- Hongkong telegrafisch bericht, dat de Calchas in be slag genomen is door de Russische vloot. De Calchas vaart van Pugetsund op Japan en Hongkong. Sues, 26 Juli. Het stoomschip ..Formosa" van de Peninsular and Oriental Steam-Na vigation Company is in beslag genomen door do Russen in de Roode Zee. Het schip kwam 'te Suez aan met eene Russische bemanning en varende ander de Russische vlag. Sues, 26 Juli. De „Formosa" werd in bo- slag genomen door de „9molensk". Do con sul wacht instructiën betreffende do vrijla ting. Cairo, 27 Jult. (Telegraph). Een officieel bericht, dat gisterenavond laat uit Suez ont vangen werd, houdt in, dat do Formosa he den morgen om zes uur zou worden vrijge laten. De zaak van den Duitschen mailstoomer Prinz Heiurich is nu ook definitief geregeld. De Russische regeering heeft zich bereid verklaard de beide in beslag genomen post zakken terug te geven en zoowel in dit geval als in dat van de inbeslagneming vau de Scandia eene billijke schadevergoeding te ge ven. De Nordd. Allg. Zeitung schrijft hierover „Het strekt ons tot voldoening, dat de zaak van de inbeslagneming van de stoomboot Scandia in de Roode zee zoo vlug en grif bijgelegd is. Zaterdagavond kwam het be richt, dat de Scandia van de Hamburg-Ame- rikalijn door den Russisehen hulpkraiser Smolensk was opgebracht en onder Russische bemanning door het Suezkanaal terugge bracht werd. Volgens de verklaring van do Hainburg-Amerikaliju bracht de Scandia wel munitie voor de Zuidzee en voor Chinee- sche rekening naar Sjanghai, maar had zij overigens slechts koopmansgoed en in 't ge heel geen contrabande aan boord. Nog den zelfden dag kreeg de Duitsche gezant te Pe tersburg aanschrijving, onverwijld protest bij de Russische regeering in te dienen en cte vrijlating van de stoomboot te verlangen. Zondag berichtte do gezant terug, dat er volgens de verklaring van minister graaf Latnsdorff reeds bevel was uitgevaardigd om terstond het schip vrij te laten, en dit ge schiedde daarop nog denzelfden avond te Port Said. Gelijktijdig kon de gezant berich ten, dat voortaan de hulpkrudsers van do vrijwilligersvioot niet meer gebruikt zouden worden om neutrale schepen in de Roode zee te onderzoeken en in beslag' to nemen. „In de zaak van de Prinz Heinrich is de officieele Russische verklariug ontvangen, dat de beide achtergehouden poststukken zoo spoedig mogelijk teruggegeven zullen worden en dat voortaan zulke handelingen van de Russische hulpkruisers niet meer zul len voorkomen. In dit geval zoowel als in dat van de Scandia is nog de regeling van de materieele aanspraken op schadevergoe ding voorbehouden en van Russische zijde toegezegd." Allerlei v Te Chicago staken thans ongeveer 54,000 arbeiders der fabrieken vau verduur zaamde levensmiddelen en 35,000 arbeiders in aanverwante vakken van nijverheid. Daar bij komen dan nog 50,000 werkstakers in an dere plaatsen. Het dagelijksch loonverlies, alleen te Chi cago, bedraagt 74,000 dollars, en de schade der patroons zal millioeneu bedragen. ROMAN 29 tas MORITZ VOH REICÏÏENBACH DOOR HERMAN LIND. „Maar dat is verschrikkelijk» kind! Heb je daar nooit mei- Fred over gesproken?" „Neen, want hij kan er toch niets aan ver anderen. O, het leven wordt mij ook niet on aangenaam gemaakt in een vorm, waarover ik mij ernstig zou kunnen beklagen, maar dit neemt niet weg, dat het mij zeer doet. Ik weet wel, dat het bij velen slechts jaloe zie is. Zij komen ook allemaal 'bij ons aan huis, zoo dikwijls wij1 ze maar hebben willen, eigenlijk nog meer, omdat hier altijd veel jongelui zijn en men zich 'bij ons altijd ver maakt. Doch ik ben en ik blijf voor hen een indringster en als de dames onder elkander rijn, l>en iE zeker, dat zij mij bespotten en uitlachen." „Maar kind, hoe kunt ge zoo wantrouwend zi jin „De gravin Egdoff heeft het mij ge leerd, enj „De gravin Egdoff? Die lieve eoht-voorna- me dame?" „O neen, dc oude gravin is altijd goed en liratelijk voor mij geweest, evenals nertha en haar zuster. Maar dat rijn ook vrijwel de eenige uitzonderingen. Ziet ge, mama, als men zoo vroolijk voortleeft, altijd het huis vol menschen heeft en de heeren uit be leefdheid niet Weten wat ze doen zulleD, dan komt men niet veel tot nadenken en telt men alles licht, maar nu, in dezen stillen tijd, heb ik vaak met een bekleand hart over heel veel dingen nagedacht en ik wil u wel zeg gen, dat ik ook een beetje tegen het samen zijn met u opzag, want ik kende u nog zoo weinig „Waart "ge 'bang voor mij, ISnd? Had Fred mij dan als een lastige schoonmama bij u afgeschilderd „O, Fred spreekt van u als van een heilige, doch over 't algemeen spreekt hij niet veel, dat wil zeggen, over zulke dingen." Do oude gravin knikte. „Ja, kind, de mannen schijnen andere be hoeften te he"bben dan wij, maar ik geloof toch, dat ge over alles wat u bedrukt eens openhartig met Fred moest spreken. Het is niet goed, mijn sekatje, daar zoo alleen onder gebukt te gaan/' „Ach, mama, Fred heeft voor al mijn ge dachten geen tijd!" ..Hij kan daarvoor tijd genoeg vinden want hij heeft u lief!" „Mama," Wanda bloosde en haar stem daalde tot een zacht gefluister „heeft hij u dat gezegd?" Ei was iets medelijdends in de wijze, waar op de gravin Wanda het haar van 't voor hoofd streek. „Maar kind, hoe kom je aan zulk een vraag? Ge hadt eens moeten zien met welk een stralend gezicht hij bij 't af halen van 't. station tot ons zeide„Mijn Wanda is een prachtstuk van een lief vrouw tje!" En wat heeft hij in den tijd van 't en gagement niet met u gedweept Wanda verborg haar gelaat in do handen der oude dame, sloeg daarop hare oogen op en zeide: „Vergeef me, mama, zoo had ik het niet bedoeld." De deur werd geopend en Fred zag naar binnen. „Hier zoo alleen?" vroeg hij, in de kamer komend. „"Waar is uw vader, Wanda?" En terwijl Wanda hem antwoordde, trad hij op rijn moeder toe en greep haar hand, die hij zachtkens streelde. „Is u tevreden, ma maatje „Ik ben gelukkig, Fred, want ik zie, dat gij het rijt en dat jelui elkander liefhebt!" „Dat 's weer net iets voor mama!" Hij sloeg zijn aim om Wanda's hals en drukte haar hoofd tegen rijn schouder. „Zoo is t goed! Houd haar vast iu uw arm! Wanda is een lief, lief kind, en nooit mag jo het dulden, Fred, dat haar ecnig leed. wordt aangedaan 1" „Haar? Eenig leed, mama? Wat is er da» gebéurd, Wanda?" „Jftets» Fred werkelijk niets." Zij lachte tegen haar man en de oude gra vin knikte haar toe. Toen Fred weg was ge gaanom den commercieraad op te zoeken, zeide zij: „Kom, kind, ga nu weer hier zit ten, net als daareven. Zie zoo! Wil ik u nu eens zeggen, Wat mij bij alle moeilijkheden van 't leven en die waren niet weinig of niet licht heeft staande gehouden, en mij telkens op nieuw met levenskracht en levens vreugde heeft bezield, zelfs in do donkerste diagen Zij bracht het grijze hoofd dicht hij, de blonde lokkeu der jonge vrouiw om fluisterde haar toe„Ik heb mijn man altijd onuit sprekelijk liefgehad, van den eersten dag af, dab onze harten elkander hadden leeren ver staan. Hij is een mensok met mensohelijfce 'zwakheden, tekortkomingen wellicht, maar ik heb hem nu nog even lief als voor dertig jaar, met zijn zwakheden en met zijn tekort komingen, ja, misschien juist omdat ik die zoo goed ken. Ziet ge, kind, de liefde maakt niet blind, maar als ik het zoo eens zeggen mag, verstandig, toegeeflijk, en boven alles gelukkig! Al klinkt het op mijn jaren wat dwaas, ik kan u toch verzekeren, dat mijfn liefde mijn talisman is geweest en ge bleven en de innigste wensch van mijn hart is, dat het bij u ook zoo zijn moge!" „Een talismanMet schitterende oogen zag Wanda de moeder aan van den man, dien zij liefhad. „Ja, ge heb gelijk, duizend maal gelijk HOOFDSTUK XVHI. De commercieraad was zijp; vrouw gevolgd naar de eetzaal, waar een ontbijt gereed stond. „Mijnheer mijn schoonzoon maak fchet zich gemakkelijk met zijn plichten als gastheer," luidde zij,nc opmerking, terwijl hij het ont plooide servet met een dot tussohen zijn boord stopte. Movrouiw Draller had meer aandacht op het servet dan voor de woorden van haar man. „Maar Draller, 't is hier in huis de ge- woouto niet om het servet als een slabbetje voor te doen!" ,,'t Is mij totaal onverschillig!" „Ja, maar mij niet! Ik pas hier goed op mijn tellen, en we hebben ook haast altijd bezoek, meest heeren natuurlijk, die om Fred komen. Toen heb ik gastvrouw ge speeld, want Wanda kon niet, en ter dego op alles gelet. "t. Waren altijd fijne lui, Dral- ler, graven, baronnen, en officieren, maar nog nooit heb ik er een zóó zijn servet in zijn hals zien steken en daarom moet jij het ook niet doen. Met grenzeulooee verbazing zag do oom mercieraad rijn vrouw aan, die nu voor 't eerst, zoo lang als rij getrouwd waren ,zich veroorloofde een aanmerking op zijn manie ren te maken. De ergernis won het ten slotte van do verbazing. ..Laat mij met rust met uw graven- en haronneukoorts, dio je hier naar 't hoofd schijnt te zijn gevlogen „N, nu, bedaar maar manIk meen alleen dat wij, burgermenschen, verstandig doen, met ons zoo'n beetje te schikken naar die meer deftige omgeving." „Hier heeft men zich' meer te schikken naar mij begrijp dat goed1, vrouw! dan ik het mij naar anderen heb te doen. Ik heb trouwens met mijnheer mijn schoon zoon nog een paar ernstige woorden te spre ken!" Hij dronk rijn glas in een teug leeg, zette een gezicht, alsof de wijn bitter ware, on verschrikt zag zijn wederhelft hem aan. ,,Kom, kom, Draller, jo moet niet dadelijk zoo kwalijk nemend rijnFred had bij je komst juist iets to doen. Daar was, geloof ik, een koopman met een pr'aard, waarover hij al lang in onderhandeling was een raspaard, weet jo, „Luohtschippcr" noemen rij het." Wordt vei volgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1904 | | pagina 1