ft'0. 36. Eerste Blad. 3de Jaargang. Zaterdag 6 Augustus 1904. BUITENLAND. FEUILLETON. GRAAF W. 62. AMERSFOORTSCH DAGBLAD. ABONNEMENTSPRIJS .'of 3 maanden voor Amersfoort f 1.25. Idem franco per post- 1.75. ifêónderlijke nummers0.05. leze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. dvertentiën, raededeolingen enz., gelieve men vóór 10 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers* VALKHOFF ft Co. Utiechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnutnmer 66. PRIJS DER ADVERTENTIÉN ▼an M regelsf f/flf» Elke regel meerwW Groote letters naar plaatsruimte. ▼oor handel en bedrijf bestaan voord pejjge bepalingen tot het herhaald advérteeren in dit BlAd bij aljonnement. Bóns circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht Het k&binet-Balfour. Voor de vierde maal in deze zitting van het Engieilsch© parlement heeft de oppositie liet kabinet aam den tand trach ten te voelen in de tariefkwestie. De aan'ei- ding daartoe verschafte ditmaal de reorgani satie, die tot stand gekomen is in de liberaal- unionistische veroeniging. De heer Jozef Chamberlain heeft kunnen bewerken, dat die vereeniging ï.u geheel in zijn zog vaart; hij is zelf voorzitter van het bestuur en als on der-voorzitters hebben daarin zitting geno men twee leden van de rogeering, die den rang hebben van kabinet-ministersde minis ter van buitenlandsche zaken, lord Lansdowne, en do minister van marine lord Selborne. Dit werd door de oppositie als stormram tegen het ministerie gebruikt; de door den leider van de oppositie voorgestelde motie had ten doel afkeuring uit te spreken, dat sommige ministers bestuursfiuictiën hadden aangenomen in eene vereeniging, die ten doel heeft in de fiscale kwestie te streven naar rechten - voorkeur en naar invoerrechten op levensmiddelen. De motie is verworpen met 288 tegen 210 stemmen. Dat werd bij voorbaat verwacht. Was do fiscale kwestie alleen op het tapijt geweest, dan zou liet resultaat van de stem ming allicht anders geweest zijn. Maar men moet niet vergeten, dat do vrijhandelaars onder de unionisten de zaken niet zoo ver wilden laten komen, dat het ministerie-Bal- four zou moeten heengaan zij hebben zi b van de stemming onthouden en ten dee'e zelfs voor het kabinet gestemd. Daaruit is het te verklaren, dat de regeering aan het einde van dezen parlementairen strijd met eene meerderheid van 78 stemmen overwin naar gebleven is. Niet naar net resultaat van deze stemming was men nieuwsgierig. Maar men meende, dat in tie discussie duidelijker zou aan dén dag komen waarin de politiek van Balfour eigenlijk verschilt met die van Chamberlain. In dat opzicht nu is men bedrogen uitgeko men men weet daarvan thans niets meer dan vroeger. Aan Chamberlain ligt de schu'd daarvan niet. De strijdbare oud-minister deed zijn best om zijn vroeapren ambtgenoot te bewegen, uit den hoek te komen. Hij deed uitkomen, dat Balfour zoowel in zijn brief yaw September jl. als in zijne te Sheffield en te Bristol gehouden redevoeringen sym pathie had uitgedrukt voor het door hem (Chamberlain) voorgestane denkbeeld van eene behandeling van voorkeur voor de kolo niën. zeifs al moest het daarbij komen tot een klein graanrecht. Het eenige, waarin de eerste minister van hem afweek, wat dat de lieer Baliour van meening wa9, dat de zaak niet uitvoerbaar was. Dat nu was Chamber lain volstrekt niet met hem eens; hij zeide: „Ik ben van meening, dat deze politiek rijp is aan het volk te worden onderworpen. Ik zeg niet, dat zij bij de eerst© aanbieding ter stond zal worden aaugeuomen. Dat zij echter zal women aangenomen, daarvan ben ik zoo vaet overtuigd als dat ik hier Sta.. De aan neming zal des te eerder gebeuren, naarmate de zaak eerder aan het land wordt voorge legd. Hoe spoediger het komt tot de verkie zingen, des te meer zal ik mij verheugen Op deze ïtnoodiging om het parlement te ontbinden, liet de heer Chamberlain nog eene tweede uitnoodiging volgen om eene confe- rentio van vertegenwoordigers der koloniën bijeen te roepen, ten einde zekerheid te ver krijgen wat door dezen werd gewenscht en wat. zij hunnerzijds daarvoor zouden willen terugdoen. Het heeft clus niet ontbroken aan aan drang tot den lieer Balfour, om duidelijk te kennen te geven, wat zijne voornemens wa ren. Maar de eerst© minister was niet gezind zich daarover uit t© laten. Zijn© red© was een opmerkelijk staaltje van beoefening der leer van Talleyrand, dat d© taal den mensch gegeven is om zijne gedachten te verbergen. Dat kwam ook uit in liet antwoord, dat hij aan Chamberlain gaf. Zinspelende op do be weging ten gunst© van rechten van voorkeur ten behoeve van de koloniën, zeide de heer Balfour„Het zou onder zekere omstandig heden d© plicht van het land kunr.en zijn, graanrechten op te legg©n. Ik zeg niet, dat deze omstandigheden zijin ingetreden. Ilc ge loof niet, dat zij. zijn ingetreden. Wanneer men een invoerrecht mag heffen om den staat inkomsten te verschaffen, dan mag men 't rok doen met een doel, dat van even groot ge wicht. is als het verschaffen van inkomsten aan den staaf'. Maar daarop liet de lieer Bal four terstond volgen, dat de invoer van rech ten va.ii voorkeur in het verkeer met de kolo niën hem voorshands niet uitvoerbaar oor- kwam, wegens den historischen afkeer van graanrechten. Eu over de uitnoodiging tot het bijeenroepen van eene conferentie met koloniale staatslieden, bewaarde de eerste minister het stilzwijgen. Voor 't oogenblik weet men dus niets meer da,n dat het kabinet-Bialfour blijft zitten, dank ?:j het votum van het. parlement, dat het dit mogelijk maakt. En overigens is dit kabinet liet best gekenschetst door de ver klaring van den premier in dit debat, dat hij vrijhandel aar is en altijd vrijhandelaar ge weest is, maar wanneer hij nu en dan vrij handelaars hoort, twijfelt aan de juiste be gripsbepaling. Frankrijk. De Osservatore Romano maakt over het- afbreken van de diplomatieke betrekkingen tusschen den Heiligen Stoel en Frankrijk 24 stukken openbaar, die van eene officdeele toelichting vergezeld zijn. Men vindt daar onder den, tekst van de geheime v'orrespon- dientie tusschen het Vaticaau en de bis schoppen van Laval en Dijon, waarin dezen ouder bedreiging van straf bevolen wordt- naar Rome te komen. Deze correspondentie, die door de bisschoppen aan de Fransche regeering werd medegedeeld, heeft het con flict in 't leven geroepen. In de toelichting wordt gezegd, dat ver scheidene malen, inzonderheid in de laatste maanden, eenige leden van het JVansche kabinet het voornemen hebben uitgedrukt tot de breuk met den Heiligen Stoel te komen. De beslissende stap op dezen weg is de terugroeping van den gezant Nisard geweest, waarbij men het voorwendsel ge kozen heeft van eenige op last van den Paus aan de bisschoppen van Laval en Dijon over eenkomstig zijne apostolische zending ge richte brieven. De Fransche regeering heeft, ondanks de bevredigende en vriendschappe lijke ophelderingen van den Heiligen Stoel, het oogenblik gekomen geacht om de diplo matieke betrekkingen af te breken. Al zou de Heilige Stoel er ook de voorkeur aan hebben gegeven volledig stilzwijgen ever de zaak te 'bewaren, hij gaat er toch toe over de stukken openbaar te maken, om de waar heid te doen kenncui en te doen zien, wie de verantwoordelijkheid in dezen draagt. Daarna wordt een historisch overzicht van de zaak gegeven, geklaagd dat de bisschop van Laval aan dc Fransche regecriug ge heime stukken heeft medegedeeld, en de be wering gehandhaafd, dat do Heilige Stoel nooit het concordaat geschonden heeft, maar zich in zijn recht bevindt en dienovereen komstig gehandeld lieeft. Do Heilige Stoel, zoo wordt verder gezegd, heeft de hoop gekoesterd, dat de Fransche regeering zich met de ophelderingen tevreden zou stellen, omdat steeds eene tegemoetkomende hou ding in acht. genomen is. Tot besluit wordt gezegd: Alles was nutteloos. Le geschiede nis zal zeggen, dat de Franschregeering de eeuwenoude diplomatieke betrekkingen met den Heiligen Stoel heeft afgebroken, omdat deze, die in de hier in aanmerking komende zaak uitsluitend bevoegd was, twee bisschoppen ontbood om zich wegens ern stige aanklachten te verantwoorden, nadat de Fransche regecriug daarvan in kennis ge stold was. De gezondheidstoestand van den Fran- schen ex-premier Waldeck Rousseau, die tot herstel van krachten op zijn landgoed te Corbeil vertoeft, is weer minder goed. Vol gens den Parijschen correspondent van het „Berl. Tagebl." lijdt de heer Waldeck-Rous- seau aan milt-kanker. Engeland. Een van de storm achtigste tooneelen, die ooit iu het Lagerhuis zijn voorgeko men, had gisteren plaats bij de behande ling in comité van het wetsontwerp, dat de regeering heeft ingediemd, om maatregelen te nemen tegen de graafschapsraden in Wales, die hebben geweigerd uitvoering te geven aan de bepalingen van de onderwijswet. De radicalen, met de afgevaardigden uit Wales aan het hoofd, verzetten zich hard nekkig tegen dit ontwerp. Na een discussie van vijf uren, waren nog maar twee amendementen afgedaan, waarop minister Balfour sluiting der débatten voor stelde voer de eerste tien regels van het ont werp. De voorzitter Lowther wilde het voor stel tot sluiting in stemming brengen. De afgevaardigden van Wales weigerden echter aan de stemming deel te nemen, waarop de voorzitter verklaarde, dat hij hunne weigering ter kennis van den speaker zou bron gen. Daar deze afwezig was wegens ziekte, kwam dit hierop neer, dat de heer Lowther, die tevens plaatsvervangend speaker is, over het inci dent moest rapporteeren aan zich zelf. De oppositie uitte luide kreten van „foei"' en te midden van een tooneel van de groot ste wanorde verklaarde de afgevaardigde Lloyd George, dat de loden uit Wales niets meer te doen wi'lden hebben met het ont werp en de vergadering zouden verlaten. De afgevaardigde Asqujth zeide, dat indien de leden uit Wales dien weg uit gingen, de géheele opositie hen zou volgen. Daarop ver liet de oppositie, aangevoerd door Asquith, de zaal. De behandeling in comité liep daarna in enkele minuten af, waarna de oppositie weer verscheen in de vergadering, die kort daarna gesloten wend. Denemarken. Dé gezondheidstoestand van Koning Christiaan van Denemarken is niet meer zoo voortdurend gunstig als tot dusver het ge val was. Op grond au meermalen voorko mende ongesteldheden en met. het oog op zijn hoogen leeftijd, wordt thans met bijzon dere zorg op de verpleging van den ouden heer toegezien, en zoodra de geringste stoor nis zich voordoet, weiden geneeskundige specialiteiten ontboden, hetgeen vroeger niet liet geval was. Hongarije. Met toestemming van den Koning zal te gelijk met het gebeente van don nationalen held Rakoczy ook dat van Emorik Thököly naar Hongarije gebracht worden. Rakoczy zal te Kascha.u in den katholieken dom, Thö köly te Kesmark in de evangelisch© kerk bijgezet worden. Thököly stond aan het hoofd van den na de protestantenvervolgingen on der Leopold I in het jaar 1682 uitgebroken vrijheidsstrijd en liet zich eerst tot vorst van Opper-Hongarije, daarna tot vorst van Zevenburgen uitroepen. Hij stierf als balling in Konstantinopel. Rusland. Als opvolger van den vennoorden Russi- schen minister van biunenlalwdsoho zaken, Von Pleliwe, wordt volgens een bericht van Reuter uit Petersburg ook genoemd graaf Koetaissow, generaal van de infanterie en senator, militair gouverneur van Irkoetsk. Deze generaal is door den Czaar in audiëntie ontvangen, en dit wordt beschouwd als eene bevestiging van liet gerucht, dat hij zal worden benoemd tot minister van binnen- landsche zaken. De Petersburgsche correspondent van den Matin bevestigt het bericiht, dat aan den minister van justitie Moerawjew de porte feuille van biunenlandsche zaken is aange boden. Hij wil het echter slechte aannemen, wanneer de zaken van de politie en de gen darmerie aan zijne bemoeiingen onttrokken wordt. Uit betrouwbare bron wordt bericht, dat Rusland aan de Parte kennis gegeven heeft van zijn voornemlen om eenige schepen vam de vrijrwillige vloot, geladen met kalen, door de Darda nelles te laten gaan. Rusland heeft de ver zekering gegeven, dat doze schepen geduren de de reis het karakter van koopvaardijsche pen zullen behouden. Turkije. Op de hernieuwde voorstellen van de mo gendheden aan de Porte tot uitbreiding van liet aantal gendarmerie-officieren antwoord de de Turksche regeering, dat zij niet in staat was dezen eisch in te willigen, ge deeltelijk omdat zij de noodzakelijkheid niet inzag, deels uit financieel© overwegingen. De gezanten gaven echter te verstaan, dat dit antwoord niet- aanenielijjk was en dat zij in dezen'geest hun regeeringen verslag zou den doen. Vereenigde Staten. Staatssecretaris Hay keerde voor den tijd van eene week van zijn zomerverblijf naar Washington terug, in verband met een ge schil met de Turksche regeering. President Roosevelt en het Kabinet over wogen in oene heden gehouden bijeenkomst de zaak. Men maakt- er geen geheim van, dat de regeering ontevreden is over de zucht tot uitstel van de Porte. De oorlog in Oost-Azië. Over den oorlog zijn de volgende berichten Tsjifoe, 5 Aug. Een vluchteling uit Port Arthur bericht,Arthur bericht,' dat de Ja panners zich van den Wolfsheuvel en den Gi oenen heuvel hebben meester gemaakt, maai- niet om den Christus-heuvel, die de eenige voorpost is, welko nog door de Russen bezet wordt gehouden. Een blad te Port Arthur schat de ver liezen van de Russen op 200 dooden en 800 gewonden, de Japansche verliezen op 17.000 gedooden en gewonden. De Russische vloot deed den 26en Juli oen uitval en tastte Togo aan, die zioli terug trok aoliter de mijnen. Een Japansche ka nonneerboot werd door een mijn getroffen, en beschadigd, maar werden op sleeptouw geno men en weggevoerd. De hoofdmacht van de verdedigers is nu binnen de permanente forten, die de eigen lijke veiling uitmaken. 2000 kanonnen be- heerschen de vlakte, die de Japanners over moeten. De eind aan val wordt tegen den 15en Augustus verwacht. Allen vertrouwen, dat de vestiyg niet zal worden genomen, of schoon de onversaagde dapperheid van de Japanners volledig wordt erkend. De Japanners brengen zwaar geschut in stelling in de veroverde stellingen. Tientsin, 5 Aug. Donderdag werd een hevig aanhoudend vuren gehoord te Peitasho uit de richting van Port Arthur. Tientsin5 Aug. Admiraal Alexejew blijft te Moekden. Tokio, 5 Aug. De Russen hebben 700 doo den achtergelaten op het slagveld van To moetsjeng de verliezen van de Japanners bedroegen 800 man. De Japanners hebben zes kanonnen ver- meesterd bij Tomoetsjeng en twee kanonnen bij Koetejoe/lingtsoe en bij Yangtaoeling. Londen, 5 Aug. De Japansche legatie ont ving het volgende telegram van heden uit Tokio Het aanvallende leger bij Tomoetsjeng berioht, dat in dit gevecht de Japansclie ver liezen bedroegen 194 dooden en 666 gewon den, in 't geheel dus 860 man. Wij begroe- vei 700 lijken van den vijand met den ver- schuldigden eerbied. Wij maakten zes stuk ken veldgeschut, vele geweren en granaten, groote hoeveelheden meel, gerst, ammunitie enz. enz. buit. Generaal Koeroki meldt, dat in de ge vechten bij Yoeshoelintzoe on Yangtsoeling onze verliezen bedroegen 946, waaronder 40 officieren. D'e verliezen van den vijand worden op minstens 2000 geraamd. Wij namen gevan gen 8 officieren en 149 man en maakten bud twee stukken veldgeschut, vele geweren, granaten, tenten, enz. enz. Volgens een nader uitvoerig berioht van ge neraal Koeroki werd een der zwaarste slagen, die de vijiand tijdens het gevecht bij Yoes hoelintzoe van den 31 en Juli leed, hem toe gebracht bij Pijenting, vijf mijden zuidelijk van Yoeshoelintzoe. Eene Japansche afdee- ling viel daar eene terugtrekkende Russische colonne, bestaande u t drie infanterie-regi- menten met vier kanonnen, in de flank en nam die onder hevig vuur op een afstand van 200 tot 1000 meter op de geheel© linie. In den namiddag naderden de Russen het tooneel van den strijd met de vlag van het Roodt- Kruis, om de gewonden weg te dra gen. Wij lieten dit toe, door met vuren op te houden. Petersburg, 5 Aug. Volgens inlichtingen uit goede bron bedroegen de Russische ver- ROMAN 37 van MORITZ VON REICHENBACH DOOR HERMAN LIND. DPoolsche min bracht den kleinen Edmund «binnen en „oom Edward" begroette den. jeugdigen kroonprins mét een zekere plechtigheid. „Wat heeft die jongen toch verbazend groote oogen!" riep hij uit. „Drallerschc oogen zijn dat niet." „Neen, ze lijken meer op die van Fred's vader." „Grappig eigenlijk" hij wees op het kind „joui daarmee te zien! Maar ik moet Keggen. Wanda, alles is hier stijlvol, echt grafelijk 1" „Spot maar, Kronau is toch. mooi „O zeker, on ik kan mij zoo voorstellen, hoe welbéhagelijk jelui in de groote zaal aan den mouuime n t a 1 e haard moet zitun, jij en je Fred!" Wanda boog zich neer over het,kind om iets aan dc kleeding te verschikken. Het was haar pijnlijk, dat zij Edward's woorden niet in bevestigenden zin kon beantwoorden en zijn spot gevoelde zij veel dieper, dan waarschijnlijk in zijn bedoeling had gelegen. „Heeft Fred geen plan," vroeg Edwau weer, „om van den winter met vrouw en kind een poosje te Berlijn te komen?" „Ik -weet het nog niet; voorloopig valt r nog veel te jagen en dan. wensoht Fred, dat wiv een paar groote officieele recepties te Breslau zullen gaan bijwonen." „Erg amusant, zulke groote, officieele re cepties, niet waar?" ..Dat wel niet, maar het hoort er nu een maal bi)." „Hm heb moet hier anders heel gezellig zijn, als de wind oni het huis loeit, de sneeuwvlokken langs de ramen dwarrelen en de slotheer van do eene jacht naar de an dere trekt! Eerlijk gezegeals ik een vrouw was, zou ik aan hot loven op een mooie villa bij de stad verreweg de voorkeur geven." „Overal is licht en schaduw 1" „O ja!" „Als ik het voor het wensolien had, Ed ward, zou ik liet liefst zoo'n heelen winter in het Zuideu doorbr ngen." „Uitgaande van het bekende spreekwoord, dat het overal beter is dan thuis, een spreek woord, dat tegemwoort ig liet „Oost west. eii2." met succes vervangen heeft." ,,Lach er maar mee, hel moet daar ver rukkelijk zijnHcrtha is met haar man te Kaïro." „Hertha O ja, dat is de vrouw van dien groote» Nimiod. Wat voeren zij daar m Kaïro uilt? Lijdt er een.van die twee aan shelite longen?" „Neon. maar zij. kunnen zich daar nog verheugen in den zomer, als wij hier onder de sneeuw begraven zitten „Ook al een bezigheidzich verheugen in den zomer!" Wanda haalde haar schouders eens op. maar antwoordde niets. De kleine Edmund werd naar zijn bedre gefbraohb en broeder en zuster bleven alleen, doch er wilde maar g:en warmte of hartelijkheid in 't onderhoud komen. Wanda voelde, hoe Edward's rustige blikken critiseereud tegenover haai- persoon en haar leven stonden en dat maakte haai bedremmeld, zoo niet angstig. Zij1 gingen dien avond vroegtijdig van elkander af. „Kolossaal gemoedelijk, die landeenzaam- heid zoo met zijln beidjes als men name lijk razend op 1 kander verliefd is of ook wel zijn zenuwen een beetje moet ontzien, zeide Edward, toen Wanda hem tot aan e deuir zijner kamer geleidde. „Voor normale mimschen. anders wel wat moeielijk uit te staan op deni duur. Vind je ook niet?" „Wijl hebben 't hier niet zoo eenzaam, Edward." „O „wij" dat sluit de eenzaamheid al •buiten, anaaar jij', Wanda, jij?" „Ook, dat komt niet al te diktwijls voer. •De jachtpartijen gaan gewoonlijk gepaard niet diners, waarop ook dames worden uit- genoodigd." „Wat moet dat aangenaam zijnDé liee- ren .vermoeid van 't jagen of door den wijn verhit, de dames in groot toilet met de noodige dosis verveling, die zij thuis heb ben opgedaan en die zij éérst kwijt moet n raken, voordat er van eenige opgewektheid sprake kan zijnJongens, wat moet dat aangenaam wezen!" „Je hebt er geen begrip van, Edward." „Ik kan 't me zoo'n beetje voorstellen WandaNu, goeden nacht-, zuster gravin Slaap wel n laat het je in je droometv niet al te zeer hinderen, dat je Edward Dralier zoo onmiddellijk na Zijn Koninklijke Hoog heid onder je dak hebt." HOOFDOTUK XXVII. Den volgenden: dag. nog voor liet middag uur, keerde iFVed Wellcamp huiswaarts. Wanda ging hem te gemoet. „Dag nicht!" klonk het op eens dn 't ooi en met Fred stapte Bertram uit het- rij tuig. „Neef Bertram Waar komt u zoo op eens vandaan?" „Van de jacht niet den prins, net als uw main." „En wij dachten, dat ge te Kairo zat-!'' „Daar ben lilt ook geweest, maar toen ik in de couranten, die ciins geregeld van huii9 werden toegezonden, de laatste jachtberich ten las, had ik geen rust meer. Dag enjiacht door stof en hitte rond te dwalen en dan zoo'n paar armzalige jakhalzen neer te leg gen, dat's een liefhebberij, waar liet genot- der nieuwigheid al heel spoedig af is. ik kon het daarginds niet meer uithouden en in onzen tijd bestaan ©r, zooals gc weet, geen afstanden meer.'' „Maar Hert-hal?' „Hcrt-ha is dn Kairo gebleven, dat- wil zeggen, ze zal nu wel te Helua» zijn Heluan is nl. liet Afrikaansehe Nizza. het bad der baden, bij de Arabisch woestijn, een heel mooie streek Ha, mijnheer Dralier, krijgt, men u eindelijk op do vaderlandse he jachtgronden ook eens te zien „Nu, het zijn niet bepaald dc jachtgron den, die ik hier ben komen opzoeken, mijn heer von Wellcamp!' „Ja, dat 's waar, u doet niet aan jagen.' Bertram zag den ander oenigsziujs medelij dend aan en liet zich verklaren, waarom Ed ward Dralier naar :Sil©alë was gekomen. Toen ging men aan de ontbijttafel zitten en de heeren Hadden het nog al druk over de resultaten van de laatste jacht en de prin selijke aneodoten, wait echter niet verhin derde, dat- neef Bertram in tusschen ook Wanda's vragen beantwoordde „Of het te Kairo» mooi iis?... Ja, de sma- ken verschillen, ziet ge1 Ik voor mij vond liet daar een afmattend klimaat, maar Her tha zegt, dat zij er zich bijzonder wel ge voelt."... „AlleenilNeen, alleen is Hertha niet. Voor eerst heeft zij' haar kamenier en mijn ouden Joseph bij zich, en dan zijn. er ook een macht van muiischen daar. Wat Heluan is?... Heluan is een heel aardige badplaats met. een flink, hotel, goede baden, electrisch licht en Fralnsohe kei luws. Wal ter Pappen-hei m en zijn vrouw .zijn daar ook. eu dan Hans Oei ten „Hans Oclten herhaalde Wanda ver schrikt, „Hans Oelteu?" „Jat, hij had bij de laatste- Wissmanti-ex- pediiit© een leclijke pijlwond opgedaan en moest daarvoor naar t, herstellingsoord blijkbaar met goed' succes, want men merkt nu niets meer aan hem. ,.En is hij te Heluan met Hertha samen? „Natuurlijk, want hij was daar in 't hotel on zij wilde met dc Pappeiilicüns mee „Maar maar als hij nu tooh beter is. moet hii; weer naar Oost-Afrika terug, want daar is hij tot ik weet niet welken post. be noemd." Wendt vei volgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1904 | | pagina 1