N\ 85. 3de Jaargang Maandag 26 September 1904. BUITENLAND. FEUILLETON. FASTE F0RLAND. AMERSFOORTSGH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.25. Idem franco per post- 1.75. Afzonderlijke nummers- 0.05. Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Advertcntiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C<>. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADYERTENTIÉNï f 0.75. - o.ir Van 15 regels Elke regel meer Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement. Een< cirenlaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Aan ken, die met I October a. s. op dit blad inteekenen, worden de nummers die ge durende de maand September nog zullen verschijnen, KOS TELOOS toegezonden. Kennisgeving. De Burgemeester van Amersfoort maakt be kend, dat in de gemeente Utrecht vlekziekte onder de varkens is geconstateerd. Amersfoort, 24 September 1904. De Burgemeester van Amersfoort, .VUIJTIERS. Politiek Overzicbt Het verlangen naar vrede. Bij duizenden en tienduizenden zijn in den bloedige» kamp tusschen Rusland en Japan de offera gevallen en schatten ge Ids heeft de oorlog reeds gekost, zonder dat nog het minste positieve resultaat is verkregen. Beide partijen strijden met de grootste ver bittering, en al heeft Japan overwinning op overwinning behaald, het heeft zijn tegen stander nog niet vernietigd, zoodat de strijd voortduurt, voortduren moet, tot één van beide een zoo groote overwinning behaalt, dat hij den ander de vredesvoorwaarden kan voorschrijven. De verschrikkingen van den oorlog zullen dus nog een tijd lang voortduren. Van wel ken aard die verschrikkingen zijn, heeft vorst Radziwil ons meegedeeld in zijn be schrijving van de wijze, waarop Russen en Japanners elkaar bij Port-Arthur bestrijden, waar 2elfs de witte vlag niet meer ontzien wordt en het menschelijke gevoel wordt af gestompt. In den strijd om Liaorang zijn aan Japan sche zijde alleen 21,000 man gedood of ge wond. Afschuwelijk moet het lijden der ge wonden zijn bij de uit den aard der zaak gebrekkige verpleging die hun geboden kan worden. Vóór de vestingwerken van Port- Arthur heeft men na een gevecht de ge wonden hooren kermen om hulp, dagen lang, tot de stem verzwakte en eindelijk bestierf... men kon eenvoudig geen hulp brengen, want de vijand deed een kogelregen neer dalen op hen, die ie gewonden zouden wil len gaan halen. Is het wonder, dat een verlangen naar den vrede begint op te komen en dat stem men worden gehoord, die om vrede roepen? Wij laten nog een oogenblik daar de ge ruchten omtrent een wenschelijke interventie door een neutrale mogendheid, die slechts verbreid worden met politieke bijlbedoelingen. Voor ieder, die zijn verstand laat werken, is het bij eenig dieper nadenken duidelijk, dat het tijdstip voor een bemiddeling door een derde mogendheid nog niet gekomen is, dat geen der strijdende machten die in dit stadium van den oorlog kan aanvaar den. De strijd is nog steeds onbeslist, noch Rus land, noch Japan denkt er aan de wapens neer te leggen, en elke poging tot bemidde ling zou met verontwaardiging als een be- leediging worden afgewezen. De eer als natie staat op het spel. Voor Rusland zou het aan vaarden eener bemiddeling gelijk staan met een verklaring van onmacht, op het eerzuch tige Japan, dat reeds éénmaal zeer tot zijn nadeel zich door de Europeesche mogendhe den een vrede zag opgedrongen, waarbij, het Port Arthur weer moest prijsgeven, zou zoo danig voorstel werken als een roode lap op een woedenden stier. De tegenstanders zijn thans in dat paroxys- me van strijdwoede gekomen, dat beiden slechts één wensch koesterenden ander te vernietigen. Eerst dan zal de overwinnaar van oordeel zijn, dat aan de eer is voldaan. Zóó is de oorlog nu eenmaal't is geen kinderspel of blufferig vertoon, zooals het bij een duel tusschen twee personen zoo dik wijls vertoond wordt, waarbij de strijd ge staakt wordt zoodra het eerste bloed is ge vloeid, al is het ook uit nog zoo'n onbedui dend schrammetje aan arm of hand. Tegenover de trotsche verklaring van den Czaar: „Zoolang er nog één Russisch sol daat beschikbaar en nog één roebel in de schatkist over is, zal ik den oorlog voortzet ten tegen hen, die mij gedwongen hebben de wapens op te vatten", staat een even hoogmoedig woord van den Japanner: „Zoo lang Rusland vecht, zoo lang zal ook Japan blijven vechten." En bovendien zijn de eischen, die blijkens verklaringen van verschillende Japansche staatslieden door Japan gesteld worden, zóó hoog, dat Rusland er niet aan denken kan ze in te willigen. Dat men in Engeland gaarne zou zien, dat Duitschland aan Rusland zijn goede diensten aanbood om den oorlog te beëindi gen, is niets vreemds. De Engelsche pers is op dit oogenblik sterk anti-Duitsch en de politici, wier meening de ngelsohe bladen vertolken, zouden niets liever wenschen dan een verkoeling tusschen Duitschland en Rus land. En daar Engeland hoewel de bondgenoot van Japan, verschrikt is geworden door de geweldige kracht, die het eilandenrijk van Oost-Azië heeft getoond te bezitten en welke het onderschat had, zou bet eveneens on gaarne zien, dat Japan zich al te groot gaat gevoelen. Zoo zou het berekenende Albion twee vliegen in één klap slaan. Aan dit ver langen is ook de campagne in de Engelsche pers speciaal in de Times tegen Duitsch land over een beweerd geheim verdrag tus schen dat rijk en Rusland, niet vreemd. Merkwaardiger ecbter is het feit, dat in Rusland zelf een stem is gehoord, die den vrede predikte. En niet alleen vrede, maar tegelijkertijd een verbond van houw en trouw met Japan. Alsof dat nu mogelijk ware! Het is Vorst Mesjtsjerski, die in zij|n blad, de Grashdanin, dat denkbeeld beeft bepleit. Hij meent dat Rusland tot nog tee door den loop der gebeurtenissen niets heeft ingeboet aan eer en waardigheid. Het ondervond slechts de gevolgen van de numerieke meer derheid zijns tegenstanders. Het kan thans dus zonder schade voor eigqn aanzien den vredë aanbieden aan den dapperen tegenstan der, ten einde aan het afschuwelijke bloedver gieten een einde te maken. Neemt Japan de aangeboden voorwaarden aan, dan opent zich een toekomst, waarin vrede en rust zullen heerschen. Dan moet met Japan een bond genootschap gesloten worden, oprecht en duurzaam, tot regeling van den toestand in Oost-Azië, onder gemeenschappelijk toezicht. Wijst Japan echter den aangeboden vrede af, dan is verder alle verantwoordelijkheid voor de regeering van den Mikado en komt het verder te vergieten bloed over diens hoofd. 't Is eigenaardig, dat het juist. Vorst Mest- sjerski is, die deze idealen zijn landgenooten voorhoudt. Van hem toch had mqn dit aller minst verwacht. Algemeen bekend was het immers, dat hij vóór den oorlog de politiek van Alexejew in Oost-Azië krachtig heeft ge steund on feitelijk op oorlog heeft aange stuurd. Men wil echter weten, dat hij ook nu heerschen. Dan kan met Japan een bond- de spreekbuis is van denzelfden groep man nen, die eerst den oorlog wilden, doch nu terugdeinzen voor de vreeselijke gevolgen er van, en na de eindbeslissing ook een gron dige herziening van den inwendigen toestand van Rusland, die hun positie benadeelen zou, kunnen vreezen. Mestsjerski's artikel is door de Russische pers overgenomen en besproken. Op zich zelf reeds een bijlzonder feit. Dat zijn denkbeeld veel bijval heeft gevonden kan echter niet worden getuigd. Sommige bladen trekken tegen hem te velde als had hij landverraad gepleegd. Spottend voert hem o. a. de heer Souworin in de Nowaje Vremja toes dat hij, Mestsjerski zelf, de zaak spoedig even in 't reine moest brengen met den Mikado. Mis schien zou die dan wel iets van zijn eisch van duizend millioen roebel schadeloosstel ling laten vallen. Men mag dan ook veilig aannemen, dat de stem van den vrede-prediker gelijk zal zijn aan die des roependen in de woestijn. Japan heeft eischen gesteld, die Rusland onmoge lijk inwilligen kan, en alleen door af te zien van zijn invloed op Korea en in Mand&joe- rije, door Port-Arthur aan Japan af te staan zou het zich vrede kunnen verzekeren. Nog andere stemmen om den oorlog met Japan zoo spoedig mogelijk te beëindigen hebben zich doen hooren. Maar die willen slechts vrede in Oost-Azië om zich onmid dellijk tot een nieuwen oorlog voor te be reiden in Thibet tegen Engeland, dat in die landstreek van Rus land'9 oogenblikkelijke onmacht om daaraan aandacht te schenken heeft geprofiteerd door het Anglo-Thibe- taansohe verdrag. Ook dit pogen is natuurlijk niet. ernstig op te vatten. Al moge dus in sommige kringen het ver langen naar vrede wakker worden, vooreerst is er geen kans op dat die wensch in vervul ling zal komen. Duitschland. De conferentie vanu directeuren van Noord- At! antisohe. stodmvaarb-maatschappijlen, be sloot in hare heden géhouden vergadering den prijs voor tusschendekpas3agiers voor de Hougaarsche landverhuizers tot 40 mark te I Zwitserland. Het gerechtelijke onderzoek naar het ge beurde te Lugano, waar het wapenschild van het Itauaansche consulaat werd afge rukt, heeft geleid tot de arrestatie van vijf tien Italiaansche anarchisten. Den hoofd schuldige, den blikslager Cesar© Rarenghi ge lukte het over de Italiaansche grens te ont snappen. Rusland. Bij de ontvangst vam die vertegen woordigers der pers hield' del minister van binnenlamdsohe zaken, vorst- Swiato- polk Mirsky een toespraak, waarin hij wees op de groote beteekenis van de pers, vooral van de provinciale. Hij zeide steeds van oordeel te zijn geweest, dat de pers, die op recht de ware behoeften der bevolking aan toont, zeer groot nut kan stichten en de regeering in haar moeilijke taak ondersteunt. Ik was altijd een vriend van de provinciale pers, besloot de minister; wanneer zij steeds oprecht en goedgezind de ware behoeften vertolkt, zal ik verder haar vriend blijven. De spoorweg om het Balkalmeer is heden geopend. Het telegraaf-agentschap meldt uit Odes- sa, dat de dader \iaai den aanslag op den' gouvorneur Neidlhart gebleken is te zijin een 19-jarige boer uit het gouvernement. Cher- son, Wassdlii Poliakof genaamd. Marokko. De jl. Zondag bij Rabat door Arabieren gevangen genomen Engelsche koopman Lee, is door de bemoeiingen en het protest vau den Engelschen sonsul weer vrijgelaten. VereenIgde Staten. In antwoord op de mcdedeeling van het besluit der interparlementaire unie, die hier vergadert, waarin zij zich ten gunste van een tweede Haagsche vre desconferentie verklaart, zeide president Roosevelt„Ik zal spoedig de andere mo gendheden uitnoodigen, mede te werken aan een tweede Haagsche conferentie. Onze po gingen moeten er op gericht zijn het werk, dat reeds in Den Haag begonnen is, een schrede verder te brengen en te voltooien." Zuid-Amerika. Uit Montevideo wordt uit officieuse bron gemeld, dat de vrede tussohen de regeerings- partij en de revolutionairen is geteekend. De oorlog in Oost-Azië. Bij Port-Arthur. De berichten, welke in dit blad voor komen over den jongsten aanval op de be legerde stad geven genoegzame bijzonderhe den om te besluiten, dat de positie van de vesting steeds hachelijker wordt. De belege raars winnen langzaam terrein en al moet het dan misschien ook nog een geruimen tijd duren en veel moeite kosten, de stad zal wel moeten vallen. In aansluiting aan die berichten vo'- gen hieronder nog eenige mededeelingen van den Petersburgschen oorrespondent van het Parijsohe blad ,,Le Matin", die wij overigens geheel voor rekening van dien zegsman la ten „Telegrammen, van welke niet eens de generale staf kennis draagt, zijn heden nacht tegen vier uur bij den Czaar aangekomen. Ik kan u verzekeren, dat zij op Port Arthur betrekking hebben en dat van ochtend ten hove angstige onrust heersohte. De Japan nors leveren op dit oogenblik een hoofdslag. die nog vermeteler is dan alle aanvallen tot nu toe. Zij vallen de stad van drie kanten tegelijk aan, hebben al hun strijdkrachten samengetrokken en zijn besloten, een eind aan de zaak te maken. Mijnen hebben heele bataljons in de lucht doen vliegen. Generaal Fock heeft zich in het bijzonder onderschei den door zelf bevel te voeren van de muren af, tot welke de Japanners na een onbeschrij felijk bloedbad genaderd waren. Alle sche pen van Togo en Kamimoera, die geen oog meer behoeven te houden op de schepen van het Wladiwostok eskader, nemen aan de zen strijd deel, die, naar men vreest, he laatste bedrijf vormt. De belegerden vechtei op dit oogenblik te midden van een vuur poel. Van den Wolfsberg en van de reed« regent het granaten op de stad, de haven ei de vesting. Generaal Stoessel snelt van het eene fort naar het andere, om de strijdei in dezen laatsten kamp op leven en dooc aan te moedigen. Te Petersburg weet het publiek nog niets van de tragische gebeurt© nissen, die misschien zullen eindigen met den roei. -n val van Port .Arthur Tei hove het- nog niet opgehouden te ho pen aat uv ed van Stoessel eti vai zijne troepen ook drmaal nog de ver»' Japanners zal keerec. Bij Moei Het reeds een paar dagen geleden ontvan geoi telegram, waarin melding werd gemaakt- dat de slag bij Moekden ieder oogenblik kou beginnen en dat de Japanners reeds begon nen waren Koer opat kins linkervleugel om te trekken, is sedert niet gevolgd door een bericht, dat werkelijk de slag begonnen is. De Russische opperbevelhebber seinde, dat zoowel Vrijdag als Zaterdag alles rustig was aan het front, t Is voor hem te hopen, dat hij zich daardoor niet zal laten verleiden tot geringere waakzaamheid, want oostelijk van zijn stelling dreigt gevaar. Het bericht, dat een Japansche ,,afdeeling" den 23. dezer slaags is geweest bij Talin en Saloengkoe en er in slaagde de daar in gevecht gewikkelde Russische troepen terug te drijven, eischt eeui nadere beschouwing. De sterkte der Russische troepen wordt door den Japansche general en staf opgegeven als bij Taling één compagnie infanterie, een detachement- cavalerie en een machinege weer, en bij Saloengkoe een bataljon infan terie 500 man cavalerie, zes snel vuur kanon nen en oen machinegeweer, terwijl over de eigen troepen gesproken wordt van „een af- deeling". Zulk een afdeeling moet dan toch minstens even sterk geweest- zijn als de troepen, die teruggedreven werden en men mag daaruit afleiden, dat men hier te doen heeft gehad met de voorhoede eener divisie, misschien van wel meer dan oen divisie, in caeu dus met het leger vau Koe rok i, dat den Russi- schen linkervleugel tracht te omsingelen. De rust bij het Japansche leger, waarover generaal Koeropatkin seint, is daardoor ver klaarbaar, dat- de opperbevelhebber Koeroki behoorlijk tijd wil ge-ven zijn omtrekkende beweging te voltooien, om daarna gelijktijdig de Russische stelling aan te vallen. De Japanners hebben tot nog toe steeds getoond zich niet te willen overhaasten Met groote acuratesse worden de genomen dispo sities uitgevoerd, doch als dan alles volgens het opgemaakte plan gereed is, volgt de aan val met des te grooter hardnekkigheid. Die tactiek heeft zich tot nu toe als doel treffend bewezen. Van den oorlog zijn de volgende beriahten: Petersburg, 25 Se.pt De geueraai-comman dant van het militaire district van Wilna Gri pen berg is tot commandant van het twee de MuudsjoerijBohe leger oenoemd. De Ozaar zond aan generaal Gripenberg een eigenhan dig schrijven van den volgenden inhoud „De groote hardnekkigheid waarmee de Ja panners den oorlog voortzetten, zoowel als de volharding en de hooge militaire eigenschap pen hunner troepen deden mij besluiten on- zo strijdkrachten op het oorlogstooneel aan- Uit het Noorsch 31 VAM JONAS LIE. „Beste Faste, je ziet zooveel verder dan mijn brij. en ook de verstandkijkers van an deren reiken," stelde mevrouw Forland hem gerust. „Als je slechts zelf dé zekerheid hebt...'\ „Maar het geeft niets om de zaken alleen van den idyllischen kant te bekijken, moe der," zeide Solvi. „Zoolang de uiterst soliede Waggesen eigenaar was van het grootete aantal aandeelen, vonden de menschen, aat er geen risico kon zijn Falkenberg en ik spraken, er den geheelen morgen over. En als de dokterswoning niet nog zoo on voltooid was geweest, zouden wij er dadelijk zijn ingetrokken, daar wij het grootste ge deelte van ons meubilair in orde haaden. Dat zou als het ware, in alle stilte ons en uw eigen vaste vertrouwen in de geheele zaak hebben bewezen „Ja, er moet- nu behoorlijk spoed achter de zaak worden gezet," vervolgde Faste met vuur... „En ik denk, dat wanneer zij over een paar maanden de badgasten in levenden lijve voor zich zien, dit wel voor zich zelf zal spreken." XII. Faste had geruimen tijd zwijgend en som ber thuis gezeten in de huiskamer. ,,Ik heb een gevoel, alsof ik een molen steen om mijn hals heb en daarmede naar de diepte wordt getrokkenbarstte hij los, terwijl hij driftig opsprong en de kamer be gon op en neer te loopenvan tijd tot tijd bleef hij stilstaan en staarde uit het raam. ,,God bewaar je, Faste, wat praat je tochi... Is er weer iets verkeerds, iets nieuws?" Die duivelsclie wandelpier, die geld in het oneindige verslindt!" zeide hij. „Van dien kant ook al moeilijkheden vroeg mevrouw Forland bezorgd. „Niets dan modder en los zand, om de steenen op te laten zinken nog nergens vaste grond! De pier heeft al driemaal zoo veel verslonden als berekend was. Ik ver trouwde natuurlijk op den havenmeester en de menschen die op de hoogte waren en die het toezicht over het uitbaggeren hadden. Ik kon zelf niet als een duiker naar beneden gaa.n en den bodem onderzoeken." „Je moet je daarover niet ongerust- maken, Faste Je weet, wanneer de nood- het hoogst gestegen is, dan vindt jij er altijd iets op," troostte mevrouw Forland „Er iets op vinden? Geld, geld," riep hij cit, „waar kan ik dat vinden!" „Arme jongen, je hebt- het Zwaar to ver antwoorden," zuchtte de moeder. ,,Het aandeolkapitaal moet- vergroot wor den Men moet over de tegenwoordige moei lijkheden on onaangenaamheden heenstappen. John Berg zit vast met rijn oeluloïde, Her man Wiik is klaar en de spuitwater- en blik- jesfabriek staat stil. Natuurlijk alles over dreven speculatie. Geen reden om zich daar over te verontrusten' in een tijd van schaarsch- te aan geld... En dan heeft men mannen als Wulff Kluwer Luiders Breder. Zij moesten doorzicht genoeg hebben om de mid delen te verstrekken, dat het bad, als het seizoen begint, niet al te onvoltooid is en er geld geïnd in plaats van uitgegeven wordt. Er moet bij de heeren worden aangeklopt! Zij zijn toch zelf aandeelhouders en kunnen toch niet geheel en al gek zijn. Ik heb vroeger loopen bedelen!... Ik zal die bezigheid mijmer jeugd weer opvat ten..." Mevrouw Forland keek hem treurig aan. Zij had ineengedoken gezeten en zijn ge- dachtengang gevolgd- „Ja zeker, moeder, hier zijn verscheidene uitwegen!" klonk het plotseling met over tuiging. „Nu ga ik naar de benedenstad om met de matadors te spreken, evenals Kos suth met de Magyaren. totodat het geld uit de kist springt. Zij moeten een voorloo- pige verzekcringvereeniging vormen voor de loopende uigaven..." Op hetzelfde oogenblik was liij de straat deur uit en wandelde naar beneden, met een glimlach van zelfbewustheid en met van trots schitterend© oogen. Hij ging rechtsstreeks naar consul Luders. Iloe zonderling toch Mina trok snel haar hoofd van het raam terug, toen zij hem zag aankomen. „Natuurlijk badinrichtingszaken, consul," begon hijtoen hij liet kantoor in kwam. „Ja, de tijden zijn ellendig," viel de con sul hem in de rede. „Ik bedoel alleen, dat de oogenblikke lijke moeilijkheid moet worden uit den weg geruimd, voor dat het seizoen geopend wordt en wij ontvangsten krijgen, opdat het bad zich niet al te moedernaakt en onklaar voor doet." „Ja, je hebt groot gelijik. Er is veel, dat men zou wenschen gedaan te hebben, maar ook zou men veel ongedaan willen maken, Forland! Wanneer in deze ernstige tijden de zaak door een fijne zeef wordt gezift... Hier is bijna geen geld te krijgen," zeide de oonsul, hoofdschuddend. „Mlaar de aandeelhouders kunnen er toch niet 'mede gediend zijn om de badplaats te laten staan als iemand, die een bal wil ge ven, maar op hqt laatste oogenblik geen licht wil opstekenDaarom hadi ik gedacht-, dat U en Wulff en Morland en eenige andere aan deelhouders. „Aandeelen, jawelals er maar niet zoo veel van onwaarde lagen in de failliete boe dels vooral in den inventaris van Wagge sen. Zij noemden hem toch in uw verheven stijl: „de balk, waarop de badplaats rustte." En nu blijkt het, dat deze sterke rots in het district, die gezegd werd van gedegen goud te rijn, gedurende bijna rijn geheele le ven aan den rand van den ondergang heeft gedobberdZijn plotseling wilde speculatie in badaandcelen was slechts do laatste kramp achtige poging naar een uitweg. Hier staan nuna zijn dood, genoeg kale balken langs de bocht. Ja, mijnheer Forland, zoo is het!" De oon sul stond terughoudend stijf op, om hem tot aan de deur uitgeleide te doen. „Onmo- j gelijk, geheel onmogelijk, om u te antwoorden, I vóór dat ik het oordeel van de andere heeren heb gehoord." Er heerschte een koele beleefdheid door het 'J geheele huis. Geen vriendelijke deur opende zich daarbinnen met de gewone vraag naar zijin moeder en Mina had... Hij ging weg en overdacht het antwoord1 dat hij had gekregen. Het was ja noch neen, i maar het dwong hem om dadelijk naar ij Wulff en Morland te gaan. Beneden aan het douanekantoor, vanwaar j hij zich moest laten roeien naar den land- tong, streek hij, haastig groetend, het gewo ne kletsgezelschap voorbij. Hij had een ge- H voel, of rij zich aaneensloten en hem liefst 1 den rug zouden toekeeren; rij hadden het I blijkbaar over hem en over het bad... Hij stond reeds in de boot en zou juist van j wal steken, toen de dikke agent Mo over de H brug kwam aanhollen en hem, met een brief jl in de hand, wenkte... „Reeds een aanvraag uit Amsterdam, aan het bestuur, meneer Forland, om kamers en ]l zoo voorts in het hotelZij zijn er vroeg bij n om zich plaats te verzekeren. Zie hier!" Hij J liet denbrief ricn aan het gezelschap, dat na- derbij kwam „En met dezelfde post kwa- j| men er t drie brieven aan den dokter jl met stempels, geadresseerd aan 'i v aai.c H iets om onderzoek n H te doen..." TotxIt wrt*.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1904 | | pagina 1