N\ 85.
3de Jaargang
Maandag 26 September 1904.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
FASTE F0RLAND.
AMERSFOORTSGH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.25.
Idem franco per post- 1.75.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertcntiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C<>.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADYERTENTIÉNï
f 0.75.
- o.ir
Van 15 regels
Elke regel meer
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen
het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement. Een<
cirenlaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Aan ken, die met I October
a. s. op dit blad inteekenen,
worden de nummers die ge
durende de maand September
nog zullen verschijnen, KOS
TELOOS toegezonden.
Kennisgeving.
De Burgemeester van Amersfoort maakt be
kend, dat in de gemeente Utrecht vlekziekte
onder de varkens is geconstateerd.
Amersfoort, 24 September 1904.
De Burgemeester van Amersfoort,
.VUIJTIERS.
Politiek Overzicbt
Het verlangen naar vrede.
Bij duizenden en tienduizenden zijn in den
bloedige» kamp tusschen Rusland en Japan
de offera gevallen en schatten ge Ids heeft
de oorlog reeds gekost, zonder dat nog het
minste positieve resultaat is verkregen.
Beide partijen strijden met de grootste ver
bittering, en al heeft Japan overwinning op
overwinning behaald, het heeft zijn tegen
stander nog niet vernietigd, zoodat de strijd
voortduurt, voortduren moet, tot één van
beide een zoo groote overwinning behaalt,
dat hij den ander de vredesvoorwaarden kan
voorschrijven.
De verschrikkingen van den oorlog zullen
dus nog een tijd lang voortduren. Van wel
ken aard die verschrikkingen zijn, heeft
vorst Radziwil ons meegedeeld in zijn be
schrijving van de wijze, waarop Russen en
Japanners elkaar bij Port-Arthur bestrijden,
waar 2elfs de witte vlag niet meer ontzien
wordt en het menschelijke gevoel wordt af
gestompt.
In den strijd om Liaorang zijn aan Japan
sche zijde alleen 21,000 man gedood of ge
wond. Afschuwelijk moet het lijden der ge
wonden zijn bij de uit den aard der zaak
gebrekkige verpleging die hun geboden kan
worden. Vóór de vestingwerken van Port-
Arthur heeft men na een gevecht de ge
wonden hooren kermen om hulp, dagen lang,
tot de stem verzwakte en eindelijk bestierf...
men kon eenvoudig geen hulp brengen,
want de vijand deed een kogelregen neer
dalen op hen, die ie gewonden zouden wil
len gaan halen.
Is het wonder, dat een verlangen naar
den vrede begint op te komen en dat stem
men worden gehoord, die om vrede roepen?
Wij laten nog een oogenblik daar de ge
ruchten omtrent een wenschelijke interventie
door een neutrale mogendheid, die slechts
verbreid worden met politieke bijlbedoelingen.
Voor ieder, die zijn verstand laat werken,
is het bij eenig dieper nadenken duidelijk,
dat het tijdstip voor een bemiddeling door
een derde mogendheid nog niet gekomen
is, dat geen der strijdende machten die in
dit stadium van den oorlog kan aanvaar
den.
De strijd is nog steeds onbeslist, noch Rus
land, noch Japan denkt er aan de wapens
neer te leggen, en elke poging tot bemidde
ling zou met verontwaardiging als een be-
leediging worden afgewezen. De eer als natie
staat op het spel. Voor Rusland zou het aan
vaarden eener bemiddeling gelijk staan met
een verklaring van onmacht, op het eerzuch
tige Japan, dat reeds éénmaal zeer tot zijn
nadeel zich door de Europeesche mogendhe
den een vrede zag opgedrongen, waarbij, het
Port Arthur weer moest prijsgeven, zou zoo
danig voorstel werken als een roode lap op
een woedenden stier.
De tegenstanders zijn thans in dat paroxys-
me van strijdwoede gekomen, dat beiden
slechts één wensch koesterenden ander
te vernietigen. Eerst dan zal de overwinnaar
van oordeel zijn, dat aan de eer is voldaan.
Zóó is de oorlog nu eenmaal't is geen
kinderspel of blufferig vertoon, zooals het
bij een duel tusschen twee personen zoo dik
wijls vertoond wordt, waarbij de strijd ge
staakt wordt zoodra het eerste bloed is ge
vloeid, al is het ook uit nog zoo'n onbedui
dend schrammetje aan arm of hand.
Tegenover de trotsche verklaring van den
Czaar: „Zoolang er nog één Russisch sol
daat beschikbaar en nog één roebel in de
schatkist over is, zal ik den oorlog voortzet
ten tegen hen, die mij gedwongen hebben
de wapens op te vatten", staat een even
hoogmoedig woord van den Japanner: „Zoo
lang Rusland vecht, zoo lang zal ook Japan
blijven vechten."
En bovendien zijn de eischen, die blijkens
verklaringen van verschillende Japansche
staatslieden door Japan gesteld worden, zóó
hoog, dat Rusland er niet aan denken kan
ze in te willigen.
Dat men in Engeland gaarne zou zien,
dat Duitschland aan Rusland zijn goede
diensten aanbood om den oorlog te beëindi
gen, is niets vreemds. De Engelsche pers is
op dit oogenblik sterk anti-Duitsch en de
politici, wier meening de ngelsohe bladen
vertolken, zouden niets liever wenschen dan
een verkoeling tusschen Duitschland en Rus
land. En daar Engeland hoewel de bondgenoot
van Japan, verschrikt is geworden door de
geweldige kracht, die het eilandenrijk van
Oost-Azië heeft getoond te bezitten en welke
het onderschat had, zou bet eveneens on
gaarne zien, dat Japan zich al te groot gaat
gevoelen. Zoo zou het berekenende Albion
twee vliegen in één klap slaan. Aan dit ver
langen is ook de campagne in de Engelsche
pers speciaal in de Times tegen Duitsch
land over een beweerd geheim verdrag tus
schen dat rijk en Rusland, niet vreemd.
Merkwaardiger ecbter is het feit, dat in
Rusland zelf een stem is gehoord, die den
vrede predikte. En niet alleen vrede, maar
tegelijkertijd een verbond van houw en trouw
met Japan. Alsof dat nu mogelijk ware!
Het is Vorst Mesjtsjerski, die in zij|n blad,
de Grashdanin, dat denkbeeld beeft bepleit.
Hij meent dat Rusland tot nog tee door den
loop der gebeurtenissen niets heeft ingeboet
aan eer en waardigheid. Het ondervond
slechts de gevolgen van de numerieke meer
derheid zijns tegenstanders. Het kan thans
dus zonder schade voor eigqn aanzien den
vredë aanbieden aan den dapperen tegenstan
der, ten einde aan het afschuwelijke bloedver
gieten een einde te maken. Neemt Japan de
aangeboden voorwaarden aan, dan opent zich
een toekomst, waarin vrede en rust zullen
heerschen. Dan moet met Japan een bond
genootschap gesloten worden, oprecht en
duurzaam, tot regeling van den toestand in
Oost-Azië, onder gemeenschappelijk toezicht.
Wijst Japan echter den aangeboden vrede af,
dan is verder alle verantwoordelijkheid voor
de regeering van den Mikado en komt het
verder te vergieten bloed over diens hoofd.
't Is eigenaardig, dat het juist. Vorst Mest-
sjerski is, die deze idealen zijn landgenooten
voorhoudt. Van hem toch had mqn dit aller
minst verwacht. Algemeen bekend was het
immers, dat hij vóór den oorlog de politiek
van Alexejew in Oost-Azië krachtig heeft ge
steund on feitelijk op oorlog heeft aange
stuurd. Men wil echter weten, dat hij ook nu
heerschen. Dan kan met Japan een bond-
de spreekbuis is van denzelfden groep man
nen, die eerst den oorlog wilden, doch nu
terugdeinzen voor de vreeselijke gevolgen er
van, en na de eindbeslissing ook een gron
dige herziening van den inwendigen toestand
van Rusland, die hun positie benadeelen zou,
kunnen vreezen.
Mestsjerski's artikel is door de Russische
pers overgenomen en besproken. Op zich zelf
reeds een bijlzonder feit. Dat zijn denkbeeld
veel bijval heeft gevonden kan echter niet
worden getuigd. Sommige bladen trekken
tegen hem te velde als had hij landverraad
gepleegd. Spottend voert hem o. a. de heer
Souworin in de Nowaje Vremja toes dat hij,
Mestsjerski zelf, de zaak spoedig even in 't
reine moest brengen met den Mikado. Mis
schien zou die dan wel iets van zijn eisch
van duizend millioen roebel schadeloosstel
ling laten vallen.
Men mag dan ook veilig aannemen, dat de
stem van den vrede-prediker gelijk zal zijn
aan die des roependen in de woestijn. Japan
heeft eischen gesteld, die Rusland onmoge
lijk inwilligen kan, en alleen door af te zien
van zijn invloed op Korea en in Mand&joe-
rije, door Port-Arthur aan Japan af te staan
zou het zich vrede kunnen verzekeren.
Nog andere stemmen om den oorlog met
Japan zoo spoedig mogelijk te beëindigen
hebben zich doen hooren. Maar die willen
slechts vrede in Oost-Azië om zich onmid
dellijk tot een nieuwen oorlog voor te be
reiden in Thibet tegen Engeland, dat in die
landstreek van Rus land'9 oogenblikkelijke
onmacht om daaraan aandacht te schenken
heeft geprofiteerd door het Anglo-Thibe-
taansohe verdrag. Ook dit pogen is natuurlijk
niet. ernstig op te vatten.
Al moge dus in sommige kringen het ver
langen naar vrede wakker worden, vooreerst
is er geen kans op dat die wensch in vervul
ling zal komen.
Duitschland.
De conferentie vanu directeuren van Noord-
At! antisohe. stodmvaarb-maatschappijlen, be
sloot in hare heden géhouden vergadering
den prijs voor tusschendekpas3agiers voor de
Hougaarsche landverhuizers tot 40 mark te
I
Zwitserland.
Het gerechtelijke onderzoek naar het ge
beurde te Lugano, waar het wapenschild
van het Itauaansche consulaat werd afge
rukt, heeft geleid tot de arrestatie van vijf
tien Italiaansche anarchisten. Den hoofd
schuldige, den blikslager Cesar© Rarenghi ge
lukte het over de Italiaansche grens te ont
snappen.
Rusland.
Bij de ontvangst vam die vertegen
woordigers der pers hield' del minister
van binnenlamdsohe zaken, vorst- Swiato-
polk Mirsky een toespraak, waarin hij wees
op de groote beteekenis van de pers, vooral
van de provinciale. Hij zeide steeds van
oordeel te zijn geweest, dat de pers, die op
recht de ware behoeften der bevolking aan
toont, zeer groot nut kan stichten en de
regeering in haar moeilijke taak ondersteunt.
Ik was altijd een vriend van de provinciale
pers, besloot de minister; wanneer zij steeds
oprecht en goedgezind de ware behoeften
vertolkt, zal ik verder haar vriend blijven.
De spoorweg om het Balkalmeer is heden
geopend.
Het telegraaf-agentschap meldt uit Odes-
sa, dat de dader \iaai den aanslag op den'
gouvorneur Neidlhart gebleken is te zijin een
19-jarige boer uit het gouvernement. Cher-
son, Wassdlii Poliakof genaamd.
Marokko.
De jl. Zondag bij Rabat door Arabieren
gevangen genomen Engelsche koopman Lee,
is door de bemoeiingen en het protest vau
den Engelschen sonsul weer vrijgelaten.
VereenIgde Staten.
In antwoord op de mcdedeeling van
het besluit der interparlementaire unie,
die hier vergadert, waarin zij zich ten
gunste van een tweede Haagsche vre
desconferentie verklaart, zeide president
Roosevelt„Ik zal spoedig de andere mo
gendheden uitnoodigen, mede te werken aan
een tweede Haagsche conferentie. Onze po
gingen moeten er op gericht zijn het werk,
dat reeds in Den Haag begonnen is, een
schrede verder te brengen en te voltooien."
Zuid-Amerika.
Uit Montevideo wordt uit officieuse bron
gemeld, dat de vrede tussohen de regeerings-
partij en de revolutionairen is geteekend.
De oorlog in Oost-Azië.
Bij Port-Arthur.
De berichten, welke in dit blad voor
komen over den jongsten aanval op de be
legerde stad geven genoegzame bijzonderhe
den om te besluiten, dat de positie van de
vesting steeds hachelijker wordt. De belege
raars winnen langzaam terrein en al moet
het dan misschien ook nog een geruimen
tijd duren en veel moeite kosten, de stad
zal wel moeten vallen.
In aansluiting aan die berichten vo'-
gen hieronder nog eenige mededeelingen van
den Petersburgschen oorrespondent van het
Parijsohe blad ,,Le Matin", die wij overigens
geheel voor rekening van dien zegsman la
ten
„Telegrammen, van welke niet eens de
generale staf kennis draagt, zijn heden nacht
tegen vier uur bij den Czaar aangekomen.
Ik kan u verzekeren, dat zij op Port Arthur
betrekking hebben en dat van ochtend ten
hove angstige onrust heersohte. De Japan
nors leveren op dit oogenblik een hoofdslag.
die nog vermeteler is dan alle aanvallen tot
nu toe. Zij vallen de stad van drie kanten
tegelijk aan, hebben al hun strijdkrachten
samengetrokken en zijn besloten, een eind
aan de zaak te maken. Mijnen hebben heele
bataljons in de lucht doen vliegen. Generaal
Fock heeft zich in het bijzonder onderschei
den door zelf bevel te voeren van de muren
af, tot welke de Japanners na een onbeschrij
felijk bloedbad genaderd waren. Alle sche
pen van Togo en Kamimoera, die geen oog
meer behoeven te houden op de schepen van
het Wladiwostok eskader, nemen aan de
zen strijd deel, die, naar men vreest, he
laatste bedrijf vormt. De belegerden vechtei
op dit oogenblik te midden van een vuur
poel. Van den Wolfsberg en van de reed«
regent het granaten op de stad, de haven ei
de vesting. Generaal Stoessel snelt van het
eene fort naar het andere, om de strijdei
in dezen laatsten kamp op leven en dooc
aan te moedigen. Te Petersburg weet het
publiek nog niets van de tragische gebeurt©
nissen, die misschien zullen eindigen met
den roei. -n val van Port .Arthur Tei
hove het- nog niet opgehouden te ho
pen aat uv ed van Stoessel eti vai
zijne troepen ook drmaal nog de ver»'
Japanners zal keerec.
Bij Moei
Het reeds een paar dagen geleden ontvan
geoi telegram, waarin melding werd gemaakt-
dat de slag bij Moekden ieder oogenblik kou
beginnen en dat de Japanners reeds begon
nen waren Koer opat kins linkervleugel om
te trekken, is sedert niet gevolgd door een
bericht, dat werkelijk de slag begonnen is.
De Russische opperbevelhebber seinde, dat
zoowel Vrijdag als Zaterdag alles rustig was
aan het front, t Is voor hem te hopen, dat
hij zich daardoor niet zal laten verleiden tot
geringere waakzaamheid, want oostelijk van
zijn stelling dreigt gevaar. Het bericht, dat
een Japansche ,,afdeeling" den 23. dezer
slaags is geweest bij Talin en Saloengkoe en
er in slaagde de daar in gevecht gewikkelde
Russische troepen terug te drijven, eischt
eeui nadere beschouwing.
De sterkte der Russische troepen wordt
door den Japansche general en staf opgegeven
als bij Taling één compagnie infanterie, een
detachement- cavalerie en een machinege
weer, en bij Saloengkoe een bataljon infan
terie 500 man cavalerie, zes snel vuur kanon
nen en oen machinegeweer, terwijl over de
eigen troepen gesproken wordt van „een af-
deeling".
Zulk een afdeeling moet dan toch minstens
even sterk geweest- zijn als de troepen, die
teruggedreven werden en men mag daaruit
afleiden, dat men hier te doen heeft gehad
met de voorhoede eener divisie, misschien
van wel meer dan oen divisie, in caeu dus
met het leger vau Koe rok i, dat den Russi-
schen linkervleugel tracht te omsingelen.
De rust bij het Japansche leger, waarover
generaal Koeropatkin seint, is daardoor ver
klaarbaar, dat- de opperbevelhebber Koeroki
behoorlijk tijd wil ge-ven zijn omtrekkende
beweging te voltooien, om daarna gelijktijdig
de Russische stelling aan te vallen.
De Japanners hebben tot nog toe steeds
getoond zich niet te willen overhaasten Met
groote acuratesse worden de genomen dispo
sities uitgevoerd, doch als dan alles volgens
het opgemaakte plan gereed is, volgt de aan
val met des te grooter hardnekkigheid.
Die tactiek heeft zich tot nu toe als doel
treffend bewezen.
Van den oorlog zijn de volgende beriahten:
Petersburg, 25 Se.pt De geueraai-comman
dant van het militaire district van Wilna
Gri pen berg is tot commandant van het twee
de MuudsjoerijBohe leger oenoemd. De Ozaar
zond aan generaal Gripenberg een eigenhan
dig schrijven van den volgenden inhoud
„De groote hardnekkigheid waarmee de Ja
panners den oorlog voortzetten, zoowel als de
volharding en de hooge militaire eigenschap
pen hunner troepen deden mij besluiten on-
zo strijdkrachten op het oorlogstooneel aan-
Uit het Noorsch
31 VAM
JONAS LIE.
„Beste Faste, je ziet zooveel verder dan
mijn brij. en ook de verstandkijkers van an
deren reiken," stelde mevrouw Forland hem
gerust. „Als je slechts zelf dé zekerheid
hebt...'\
„Maar het geeft niets om de zaken alleen
van den idyllischen kant te bekijken, moe
der," zeide Solvi. „Zoolang de uiterst soliede
Waggesen eigenaar was van het grootete
aantal aandeelen, vonden de menschen, aat
er geen risico kon zijn Falkenberg en
ik spraken, er den geheelen morgen over.
En als de dokterswoning niet nog zoo on
voltooid was geweest, zouden wij er dadelijk
zijn ingetrokken, daar wij het grootste ge
deelte van ons meubilair in orde haaden.
Dat zou als het ware, in alle stilte ons en
uw eigen vaste vertrouwen in de geheele
zaak hebben bewezen
„Ja, er moet- nu behoorlijk spoed achter
de zaak worden gezet," vervolgde Faste met
vuur... „En ik denk, dat wanneer zij over
een paar maanden de badgasten in levenden
lijve voor zich zien, dit wel voor zich zelf zal
spreken."
XII.
Faste had geruimen tijd zwijgend en som
ber thuis gezeten in de huiskamer.
,,Ik heb een gevoel, alsof ik een molen
steen om mijn hals heb en daarmede naar
de diepte wordt getrokkenbarstte hij los,
terwijl hij driftig opsprong en de kamer be
gon op en neer te loopenvan tijd tot
tijd bleef hij stilstaan en staarde uit het
raam.
,,God bewaar je, Faste, wat praat je tochi...
Is er weer iets verkeerds, iets nieuws?"
Die duivelsclie wandelpier, die geld in het
oneindige verslindt!" zeide hij.
„Van dien kant ook al moeilijkheden
vroeg mevrouw Forland bezorgd.
„Niets dan modder en los zand, om de
steenen op te laten zinken nog nergens
vaste grond! De pier heeft al driemaal zoo
veel verslonden als berekend was. Ik ver
trouwde natuurlijk op den havenmeester en
de menschen die op de hoogte waren en die
het toezicht over het uitbaggeren hadden. Ik
kon zelf niet als een duiker naar beneden
gaa.n en den bodem onderzoeken."
„Je moet je daarover niet ongerust- maken,
Faste Je weet, wanneer de nood- het hoogst
gestegen is, dan vindt jij er altijd iets op,"
troostte mevrouw Forland
„Er iets op vinden? Geld, geld," riep hij
cit, „waar kan ik dat vinden!"
„Arme jongen, je hebt- het Zwaar to ver
antwoorden," zuchtte de moeder.
,,Het aandeolkapitaal moet- vergroot wor
den Men moet over de tegenwoordige moei
lijkheden on onaangenaamheden heenstappen.
John Berg zit vast met rijn oeluloïde, Her
man Wiik is klaar en de spuitwater- en blik-
jesfabriek staat stil. Natuurlijk alles over
dreven speculatie. Geen reden om zich daar
over te verontrusten' in een tijd van schaarsch-
te aan geld... En dan heeft men mannen als
Wulff Kluwer Luiders Breder. Zij
moesten doorzicht genoeg hebben om de mid
delen te verstrekken, dat het bad, als het
seizoen begint, niet al te onvoltooid is en er
geld geïnd in plaats van uitgegeven wordt.
Er moet bij de heeren worden aangeklopt!
Zij zijn toch zelf aandeelhouders en kunnen
toch niet geheel en al gek zijn.
Ik heb vroeger loopen bedelen!... Ik
zal die bezigheid mijmer jeugd weer opvat
ten..."
Mevrouw Forland keek hem treurig aan.
Zij had ineengedoken gezeten en zijn ge-
dachtengang gevolgd-
„Ja zeker, moeder, hier zijn verscheidene
uitwegen!" klonk het plotseling met over
tuiging. „Nu ga ik naar de benedenstad om
met de matadors te spreken, evenals Kos
suth met de Magyaren. totodat het geld
uit de kist springt. Zij moeten een voorloo-
pige verzekcringvereeniging vormen voor de
loopende uigaven..."
Op hetzelfde oogenblik was liij de straat
deur uit en wandelde naar beneden, met een
glimlach van zelfbewustheid en met van trots
schitterend© oogen.
Hij ging rechtsstreeks naar consul Luders.
Iloe zonderling toch Mina trok snel haar
hoofd van het raam terug, toen zij hem zag
aankomen.
„Natuurlijk badinrichtingszaken, consul,"
begon hijtoen hij liet kantoor in
kwam.
„Ja, de tijden zijn ellendig," viel de con
sul hem in de rede.
„Ik bedoel alleen, dat de oogenblikke
lijke moeilijkheid moet worden uit den weg
geruimd, voor dat het seizoen geopend wordt
en wij ontvangsten krijgen, opdat het bad
zich niet al te moedernaakt en onklaar voor
doet."
„Ja, je hebt groot gelijik. Er is veel, dat
men zou wenschen gedaan te hebben, maar
ook zou men veel ongedaan willen maken,
Forland! Wanneer in deze ernstige tijden
de zaak door een fijne zeef wordt gezift...
Hier is bijna geen geld te krijgen," zeide de
oonsul, hoofdschuddend.
„Mlaar de aandeelhouders kunnen er toch
niet 'mede gediend zijn om de badplaats te
laten staan als iemand, die een bal wil ge
ven, maar op hqt laatste oogenblik geen licht
wil opstekenDaarom hadi ik gedacht-, dat
U en Wulff en Morland en eenige andere aan
deelhouders.
„Aandeelen, jawelals er maar niet zoo
veel van onwaarde lagen in de failliete boe
dels vooral in den inventaris van Wagge
sen. Zij noemden hem toch in uw verheven
stijl: „de balk, waarop de badplaats rustte."
En nu blijkt het, dat deze sterke rots in
het district, die gezegd werd van gedegen
goud te rijn, gedurende bijna rijn geheele le
ven aan den rand van den ondergang heeft
gedobberdZijn plotseling wilde speculatie
in badaandcelen was slechts do laatste kramp
achtige poging naar een uitweg. Hier staan
nuna zijn dood, genoeg kale balken langs
de bocht.
Ja, mijnheer Forland, zoo is het!" De oon
sul stond terughoudend stijf op, om hem
tot aan de deur uitgeleide te doen. „Onmo- j
gelijk, geheel onmogelijk, om u te antwoorden, I
vóór dat ik het oordeel van de andere heeren
heb gehoord."
Er heerschte een koele beleefdheid door het 'J
geheele huis. Geen vriendelijke deur opende
zich daarbinnen met de gewone vraag naar
zijin moeder en Mina had...
Hij ging weg en overdacht het antwoord1
dat hij had gekregen. Het was ja noch neen, i
maar het dwong hem om dadelijk naar ij
Wulff en Morland te gaan.
Beneden aan het douanekantoor, vanwaar j
hij zich moest laten roeien naar den land-
tong, streek hij, haastig groetend, het gewo
ne kletsgezelschap voorbij. Hij had een ge- H
voel, of rij zich aaneensloten en hem liefst 1
den rug zouden toekeeren; rij hadden het I
blijkbaar over hem en over het bad...
Hij stond reeds in de boot en zou juist van j
wal steken, toen de dikke agent Mo over de H
brug kwam aanhollen en hem, met een brief jl
in de hand, wenkte...
„Reeds een aanvraag uit Amsterdam, aan
het bestuur, meneer Forland, om kamers en ]l
zoo voorts in het hotelZij zijn er vroeg bij n
om zich plaats te verzekeren. Zie hier!" Hij J
liet denbrief ricn aan het gezelschap, dat na-
derbij kwam „En met dezelfde post kwa- j|
men er t drie brieven aan den dokter jl
met stempels, geadresseerd aan 'i
v aai.c H iets om onderzoek n H
te doen..."
TotxIt wrt*.