nr. i3i.
3d* Jaargang^.
Donderdag 10 November 1904.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
MIJN GODFRIED
AMERSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.25.
Idem franco, per post- 1.75.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertentie», mededcelingen enz., gelieve men vóór 10 nnr
'g morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C<>.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJ8 DER ADVERTENTIE»:
Van 1—«5 regels M
Elke regel meer 0.19.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan vootdeellge bepaling». Mi
het herhaald adverteeren in dit Blad by abonnement Sene
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht
De verkiezingen in Italië.
De uitslag der verkiezingen in Italië heeft,
>e de herstemmingen ook uitvallen mogen,
an het kabinet-Giolitti een besliste over
turning bezorgd, en in de nieuwe Kamer
al hij nog een grootere meerderheid hebben
au in de ontbondene. Zooals trouwens wel
c verwachten was hebben de groote werk-
takingen van September een reactie in het
even geroepen, welke ziek vooral sterk deed
evoelen in de centra., waai- toen de ongere-
eldkeden het grootst waren. En de sociaal-
emocraten, die met grooten opbef hadden
erkondigd dat zij hun aantal zetels verdub
den zouden, zijn wel zeer uit de ljjken
Klagen, want heel veel verder dan 33
et aantal zetels dat zij bezaten zullen
ij het wel niet brengen. Zelfs in Milaan
ebben zij zetels verloren, terwijl zij daar bij
e vorige verkiezingen er direct vijf van de
!3 veroverden.
G-iolitti's meerderheid zal hoogstwaarschijn-
jk ook nog versterkt worden door de radi-
tlen. die zich van de verbonden- partijen
ct uiterste linkerzijde hebben afgescheiden.
Uit d.t alles blijkt dus wel, dat de regee-
ng het juiste oogenbfik voor een Kamer-
ïtbindiug heeft gekozen en dat het goed
Bz.cn was om onmiddellijk na ac stakings-
ilusten een beroep op do kiezers t© doen,
11 te zien of de houding van het kabinet
ledgekeurd werd. Krachtiger dan t© voren
het ministerie uit do verkiezingscampagne
s overwinn. ar te voorschijn getreden.
Dit succes is vooral cp dit oogenblik van
el beteek en is ook ten aanzien van Italië's
ïitenlandsche politiek. Wij schreven giste-
n te dezer plaatse, dat tengevolge van de
nsbrucker relletjes de goeJe verstandhou-
ng tusschen Oostenrijk en Italië lijden
oest. Nu was juist tengevolge van de be-
otiingen va.n het ltaliaansch© ministerie
e verhouding zooveel gunstiger geworden,
samenkomst van Tittoni met Goludhowski
Abbazia en die van Giolitti met von
iilow te Homburg, hadden bet hare daar-
e bijgedragen. Dat thans in Italië deze
lfde bewindsmannen gehandhaafd zullen
orden, kan er veel toe bijdragen om de ge-
>lgen van d© Innsbrucker gebeurtenissen
io veel mogelijk te beperken.
De verkiezingen hebben niet alleen met
trekking tot den afloop, maar ook nog om
n andere reden veel belangstelling ge trok-
>n, en wel ten aanzicü van de vraag welke
i houding zou zijn der katholieken.
Eenige dagen voor de verkiezing verspreid-
zich het gerucht, dat de Paus den katho-
eken vergund had aan Je verkiezingen deel
nemen, onder voorbehoud, dat zij geen af-
ti.der lijk: caiucudaten als vertegenwoordigers
m een zelfstandige partij zouden stellen,
it was iets zeer bijzonders in de Italiaan-
he politiek, waar sedert Pius IX het pa-
>ol ,,ni eletti ni elettori" had uitgevaar-
igd aan het verkiezingswerk geen deel
iochten nemen, noch zich mochten laten
«kiezen. Van een samenwerking met de
cerkroovers" wilde het Vatikaan niets we-
m. Het verbod in cte politieke ge&chie-
enis bekend als „non expedit" werd
ider Leo XIII streng gehandhaafd. En nu
honk Pius X daarvan ir eens ontheffing?
at was een feit van groot gewicht, en te
eer was het dat, omdat eenigen tijd gele
den reeds berichten de ronde deden, die op
een betere verstandhouding tusschen Vati
kaan en Quirinaal schenen te wijzen.
Evenwel, het bericht werd al spoedig
tegengesproken. Niet officieel, maar door een
gewezen commandant van de pauselijke lijf
wacht, zicdat men feitelijk niet wist, waar
aan men zich te houden had. Volgens de
bcridhten schijnen cr in de omgeving van
den Paus twee stroomingen geweest te zijn,
een, die het verbod streng wilde handhaven
en een, die het wilde opheffen. De eerste
wensehte, dat de Paus het verbod nog eens
speciaal zou deen afkondigen. Dit is echter
niet geschied, en zelfs heeft naar beweerd
wordt de Paus op verzoeken van katho
lieke kiezers doen antwoorden, dat deelne
ming aan de verkiezingen geoorloofd was,
ten gunste van de regeering, mits geen eigen
candidaten gesteld werden. Indien dit wer
kelijk het geval is, heeft natuurlijk het „non
expedit" zijn kracht/ verloren.
Het is bovendien den katholieken kiezers
nogal makkelijk gemaakt om het verbod te
overtreden, daar op die overtreding geen
straf is gesteld. En reeds onder Leo XIII
hebben dan ook verscheidene katholieken
van hun kiesrecht gebruik gemaakt. Zeer
zeker hebben ook ditmaal velen dit gedaan,
en liet is wel aan te nemen, dat aan deze om
standigheid liet kabinet het mede te danken
heeft da.t het zulk een besliste overwinning
heeft behaald.
Hoe groot de invloed geweest is, die door
de atholieke kiezers is uitgeoefend, kan
eenigszius worden afgeleid uit de verlde-
zingsstati&tiek. In den regel werd slechts
door 50 a 60 percent vaa de kiezers aan
de stemmingen deelgenomen. Thans steeg het
percentage tot1 65 percent. Neemt men nu
aan dat wegens de stakings-ongeregeldbeden
de belangstelling der kiezers geprikkeld was
en er dus daarom meer ter stembus gingen
om tegen die feiten door het stembiljet te
protestee-ren, en dat derhalve zonder deelne
ming der katholieken het percentage 60 per
cent zooi zijn geweest, dan zou dus 5 percent
der kiezers gevormd worden door de katho
lieken die gestemd hebben. Dit is natuurlijk
slechts een globale schatting.
Maar een opmerkelijk feit' is bet, dat cr
ditmaal zuiver katholieke candidaten gesteld
zijn en dat er twee katholieken gekozen zijn,
zoodat om dat te bereiken velen het non
expedit-verbod moeten hebben overtreden.
Overigens valt omtrent die verkiezingen
nog op te merken, dat zij merkwaardig wa
ren met het oog op het groote aantal can
didaten. De sociaal-democraten hadden zoo
ongeveer overal een candid aat gesteld etal
hun leider Enrico Ferri was in meer dan
dertig districten gesteld. In 't geheel wa
ren er voor de 508 districten over de 3000
car.didaten.
Dat o. a. een man als do gewezen minister
Nasi die zich tijdens ziju ministerschap op
staatskosten zóó bevoordeeld heeft dat ©en
vervolging tegen hem werd ingesteld en hij
om die te ontgaan naar het buitenland
vluchtte, gekozen is, pleit niet voor de kie
zers die dit hebben bewerkt-
Frankrijk,
Het berioht, dat de nege&ringseommissa-
ris in de zaak-D'Autriche plotseling de be
schuldiging tegen de vier beschuldigde offi
cieren introk, heeft groot© verbazing ge
wekt. De mededeeling, welke de overste Ra-
bier voor den krijgsraad aflegde, luidde als
volgt
„Tot de vervolging, ingesteld tegen luite
nant-kolonel Rollin en de kapiteins Fran-
yois en Maresckal, was besloten op verkla
ringen vain de generaals de Lacrcöx en De-
lianno voor het Hof van Cassatie. Aangezien
nu diezo opperoffioieren bun verklaringen
aanmerkelijk gewijzigd hebben ten gunste
van de beklaagden, is mij van koogerhand
opgedragen, de klacht in te trekken. Naar
mijne opvatting geldt deze maatregel ook
den heer D'Autriche, wiens schuld met die
van de overige officieren zou samenhangen.
Ook de krijgsraad was hierover ten zeerste
verbaasd en de president-, generaal Bertin
oordeelde het noodig cm hierover in raadkan
nuer te oordeelen. Die bespreking duurde
twee uren.
Na hervatting van de zitting las de ad
vocaat Auffray een verklaring voor, waar
in hij protesteerde tegen de vervolging van
welke de vier officieren slachtoffers gewor
den zijn. Hij sprak er zijn verwondering
over uit, dat de beklaagden krachtens hun
verleden niet gewaarborgd waren tegietn deze
vervolging.
Hij beweerde verder, dat de aanleiding
tot de beschuldiging ongetwijfeld gezocht
moest worden in de hoop. dat de vervolging,
tegen do vier officieren ingesteld, zou leiden
tot ontdekking van het lang gezochte nieuwe
feit in een proces, waaraan al deze beschul
digde geheel vreemd- zijn gebleven.
Nadat de vier beklaagden nog ieder voor
zich hun onschuld aan die beweerde knoeie
rijen hadden volgehouden, volgdle hun vrij
spraak met algemeen e stemmen.
Engeland.
Londen, 0 Nov. Op het Lord-mayor's ban
ket in Guildhall, veerde de minister van
buitenlandsche zaken, lord Lansdowne, het
woord. Hij wees er op, dat het voor
naamste belang voor de City van Londen
ten aanzien van de buitenlandsche betrek
kingen van het land was het behoud van
den vrede.
Hij ging daarna aldus voortTerwijl wij
thans den voortgang aanschouwen van de
vreeselijke worsteling tusschen twee dappere
natiën in het Verre Oosten, begrijpen wij do
vreeselijke straf der wroeging, die eiken mi
nister of ministerraad moet treffen, welke
door gemis aan koelbloedigheid of begeerte
naar populariteit of het niet begrijpen van
tegenstanders over hun lan J! den geesel bren
gen "Van een noedeloozen jrlog.
Op dezen gelukkigen dag, den verjaardag
van den Koning, ben ik in staat hier mee
te deelen, dat de vrede v2-i ons land niet al
leen ongestoord is, maar dat er ook, voor zoo
ver een voorspelling mogelijk is, geen re
den is, te veronderstellen dat hij gestoord
zal worden.
Niet alleen hadden wij het geluk oorlog
te vermijden, maar door strikte onzijdigheid
en verstandige internationale schikkingen
deden wtij veel om het terrein der vijande
lijkheden te beperken.
Toch ontkwam ook dit land niet aan het
dreigend gevaar van een grooten oorlog. De
zer dagen deed zich een incident voor, dat
de bevolking van dit land als slechts weinig
andere incidenten in beroering bracht.
Op 21 October namelijk werd een aanslag
gepleegd op Britsche burgers en werd de
Britsche v'ag beleedigd. Er was geen sprake
van, dat dit met opzet was geschied; indien
dat zoo ware, waren verdere redeneeringen
overbodig, maar hier was eene betreurens
waardige, onverantwoordelijke dwaling be
gaan.
Hier dient echter bij opgemerkt, dat vol
doe ndlo is gebleken., dat de Russische regoe-
ring in volkomen oprechtheid geloofde, dat
de feiten volkomen verschilden van de voor
stelling, welke wij er ons van maaikten. Elke
partij was overtuigd van de rechtvaardigheid
van hare zaak. Wij sloegen daarop den eeni
gen weg in, die voor ons open stond, en
stemden er in toe de zaak te onderwerpen
aan eene onafhankelijke, onpartijdige recht
bank, ingevolge de Haagsche conventie.
De commissie zal rapport uitbrengen over
alle omstandigheden van het geval en over do
verantwoordelijkheid hiervoor, en zal ©en
blaam uitspreken over hen, op wie deze ver
antwoordelijkheid zal blijker. te rusten.
Om de commissie in staat te stellen naar
de verantwoordelijkheid een onderzoek te
kunnen instellen, bleef een zeker aantal Rus
sische officieren te ^7igo achter. Men heeft
verwondering uitgedrukt over het feit, dat
het aantal van deze officieren zoo gering
was, maar het was* niet onze taak de verant
woordelijkheid voor de keuze dezer officieren
te aanvaardenbet zou een groote fout zijn
deze aan Rusland te ontnemen.
Wij ontvingen in de laatste paar dagen
verschil ende verzjxer ingen, dat de achter
gebleven officieren het meest :n de zaak wa
ren betrokken en Jat, indien bleek dat an
dere officieren schuldig waren, deze ook
hunne straf niet zullen ontgaan.
Resumeer e nde, vroeg lordl Lansdowne
Was het mogelijk, dat de regeering meer
had kunnen verkrijgen dan rij deed?
Gfeen rechtzoekende kan meer vertrouwen
hebben in de rechtvaardigheid van zijne zaak
dan wij. Het was een geheel onverwacht, on
voorzien incident.
Gewagende van verdere lastige, ergernis
wekkende incidenten in dezen oorlog, zeide
de minister verder nog: Gedurende een oor
log hebben de oorlogvoerenden rechten en
wij allen moeten toestemmen, dat het ver
keerd zou rijn, om aan eenig recht van den
oorlogvoerende te l aken, dat wij zelf zouden
willen uitoefenen, indien wij in een oorlog
waren gewikkeld.
Ik ben optimistisch genoeg om te zeggen,
dat er nog wel goeds uit deze worsteling kan
voortkomen. Ik hoop en geloef, dat deze
vreeselijke oorlog den bestaanden wensch zal
doen toenemen naar een minder slechte en
gewelddadige methode tot regeling van in
ternational© geschillen. Ik geloof, dat in
breed© kringen de wensch levendig is, dat
arbitrage meer en eer gewoonte zal worden.
In de laatste drie jaren onderwierp Groot-
Brittannië acht of negen belangrijke zaken
aan arbitrage. Ik zelf toekende vijtf arbitrage-
verdragen en over twee andere wordt onder
handeld. De heer Choate (de Amerikaansoho
gezant te Londen) vroeg gisteren nog of wij
bereid zouden zijn een dergelijk verdrag met
Amerika te sluiten, welk verzoek niet is ge
weigerd.
Wij weigerden ook niet het verzoek om
deel te nemen aan eene tweede Haagsche
conferentie. Is het niet beter de zaken zoo
te regelen, dat er in 't geheel geen geschil
len kunnen ontstaan?
In dit verband gewaagde lord Lansdowne
nog van het verdrag, dat met de bevriende
Fransche republiek gesloten is en dat, naar
hij geloofde, tusschen Groot-Brittannië en
Frankrijik de meest vriendschappelijke en
'hartelijke betrekkingen zoui in het leven roe
pen, een betere politieke atmosfeer zou schep
pen en de beide natiën in staat zou stellen
een nuttigen invloed in het belang van den
vrede uit te oefenen op andere mogendheden.
Wij kregen hiervoor reeds aanwijzingen door
don steun, die in Re laatste dagen van do
Fransche regeering ontvangen werd ter ver
krijging van een minnelijke schikking tus
schen Groot-Brittannië en Rusland.
Tweede telegram. Over de uitnoo-
diging van president Roosevelt tofc deelne
ming aan een tweede Haagsche conferentie,
zeide lord Lansdowne: Ik behoef u niet 19
zeggen, dat deoe uitnoodiging niet ia afge
slagen. Wij wenschen ons het recht voor tm
behouden om te overwogen welke onderwer
pen aan de conferentie kunnen worden on
derworpen en op welken tijd zij kan worden
gehouden Wij hebben geen oogenblik ge
aarzeld om do Amerikaansche regeering te
verwittigen, dat wij bereid waren aan het
onderzoek deel te nemen, en Wij wenschen
den president voorspoed toe in het nuttige
werk, dat hij heeft ondernamen.
Spanje.
Madrid, 9 November. De Kamer zette heden
de beraadslaging voort over het wetsontwerp
op den wisselkoers. Minister-president Maura,
verklaarde, dat do regeering 't niet eens is
over het wetsontwerp, dat aanleiding gege
ven heeft tot eene hevige discussie in den
ministerraad.
De minderheden weigeren deel te nemen
aan do debatten. De voorzitter schorst de
zitting^
Hongarije.
Minister-president Tisza heeft een voorstel
ingediend in de Hongaarsobe Kamer o/m
een oommissie vam 21 leden te benoemen
voor de herziening van het reglement van
orde.
Zaterdag is dit voorstel in behandeling
genomen. Kossuth verklaarde al dadelijk,
dat zijn partij strikt wensehte vast' te hou
den aan het tegenwoordige reglement ea dat
de minister-president zich vergist had toen
hij de hoop uitgesproken had, dat de ee-
rïeuse elementen der oppositie hem ditmaal
zouden volgen. De leider de onafhankelijk-
heidspartij diende ten slotte een motie in,
waarbij de Kamer werd uitgeoioodigd het
ontwero van Tisza niet te aanvaarden en de
regeering om onmiddellijk een ontwerp in
te dienen tot herziening der kieswet.
Graaf Tisza nam, zonder den verderen
loop der discussie af te wachten, dadelijk
na Kossuth het woord om zijn ontwerp te
verdedigen. De oppositie trachtte wel hem
het spreken te beletten, maar hoe moer zij
zich opwond, hoe kalmer Tisza werd.
Hij verklaarde ten slotte dlat hij, in het be
lang van het land, zijn ontwerp zou doen
aannemen of er mee zou vallen. Deze krach
tige en onverwachtsche houding, alsmede do
algemeene instemming, die het ontwerp
daags te voren bij de meerderheid had ge
vonden, hebben in de gelederen der oppositie
eenige angst veroorzaakt, terwijl de oppo
sitie bovendien niet op haar gemak ia, met
het oog o/p de steeds dreigende Kamer-ont
binding, waartoe Tisza wel te vinden is.
Rusland.
Uit Abo wordt gemeld, dat de vroegere
Finsche senator, generaal Schaumann, do
vader van den moordenaar van Bobrikof, uit
I Naar het Engolsch
van
JOHN STRANGE WINTER.
„Gij rijt een dwaas, romantisch kind,"
tide Barones d'Ecie eenigszins ruw. „Gij'
fcet niet wat goedl voor u is, gij kunt in
Ct drukke Londen niet op uzelf passen. Gij
loet die menschen onmiddellijk verlaten."'
,Dat kan ik onmogelijk doen,'" zeide ik
Nig.
„En dat waarom niet?"
„Omdat i'k een dame, die buitengewoon
Eendelijk voor mij geweest is, in groote
in gelegenheid! zou brengen, en dlat zonder
enige geldelijke reden," antwoordje ik flink.
„Ongelegenheid bah.! Die menschen
lebben geen gevoel voor gemak of ongele
genheid," zeide zij met een air van voor-
Ume onverschilligheid.
Ik dacht aan een voorval met een Fran-
che gravin, die zich kleedde, terwijl haar be-
iiende in de kamer was. „Noemt ge dat een
nan?" vroeg de groote dame, toen iemand
fe opmerking maakte, dat die manier van
doen wel watonwelvoegelijk was. Klaarblij
kelijk woonde dezelfde geest in Barones
i'Eciede tijiden mogen veranderen, maar
rangen en standen zullen er altijd blijven
in de lengte van dagen.
„Ge moest- nu! terugrijden en uw koffer
gaan paikken, en dan aan mevrouw Poplin
Browne zeggendat gij; eeui poosje bijj mij
blijft logeerem. Zij' -zal er geen drukte over
maken, omdat het mijn wensch is."
Op dat oogeniblik had ik met het groox-
s te p lei zier Barones d'Ecie een klap in haar
gericht gegeven. Tot dien tijicL was zij altijd
zoo zachtzinnig en lief en vriendelijk ge
weest, dat men haar leelijk haviksgezicht,
dan kouden glans van haar grijze oogen en
den vast gesloten mondi, die van groote
onbuigzaamheid) geturigdJo, over liet hoofd
had; gezien! En! dit zou mijin schoonmoeder
worden, dit wel als ik nu toegaf, wist ik,
dat ik voor mijn gehecle - leven mijn zelf
standigheid verloren zou hebben, en, hoe
volkomen' ik mijn hart. aan Godfried ge
schonken had', was i k niet" van plan
mijn vrijen wil aan ziju moeder af te
staan.
Ik „gordde mijj dus aan en. sprak," zoo-
als de keukenmeid' bij; ons altijd zeide.
„Het ia zeer vriendelijk van ul, zooveel be-
laing in mijl te stellen, Barones dJ'Ecie," zei-
dle ïlrf, een moedig gezicht clp een ©enigs
zins popelend hart. zettend „en moeder
zal u zeker zeer dankbaar zijn maar
zelfs voor u kan ik er niet in toestemmen
iets te doen, wat ik voor laag en onedel
houd. Ik ben zeer gelukkig bij mevrouw
Poplin.Browne en word er zeer goed be
handeld ik kan geen enkele geldige reden
vinden-, om hen te verlaten, en ik wensch
hen ook niet te verlaten. Spreek er dus, als
liet u belieft, niet meer over."
Ik sidderde bijna, daar ik een vloed van
booze verwijtingen verwachtte, maar niets
van dien aard volgde. Barones d'Ecie ver
kropte haar woede indien zij) die ge roeide,
en zeide, dat, als ik van die meening was,
er niets meer viel te zeggen. Toen zeide zijl,
dat het dejeuner klaar was, en dat we nu
maar naar beneden moesten gaan- en be
ginnen. En alzoo (geschiedde.
Ik kan juist nlièb zeggen, dat het een
zeer vroolijk maal was, maar we waren toch
vrij vriendelijk en spraakzaam. En toen wij
gereed waren, zeide ik, gedachtig aan do
2 uren, waarom.' zij' verzocht had, dat ik
moest vertrekken. Zijl deed geen pogingen,
om mij te /weerhouden, evenmin liet ziji mij
per rijjtuig gaan of presenteerde riji mij
daarin een eindje weg te brengen.
Neen, zij zeddè mij judst goeden dag, of
ik een gewone kennis was, en ik verliet
stil het huis, naar den Rozetten/weg terug
gaand. evenals ik gekomien was, nl. per
trein. Ik was een weinig troteoh, dat ik den
slag gewonnen) had; want, weet g|e hot
was geen geringe zaak am staande te blijt-
■ven tegenover zulk een eigenzinnige en aan
matigend! trotsdhe vrouw, als Barones d'Ecde.
Edhteat voelde ik, dat onze. vriendschap voor
goed uit was, enj dat het meer dan) waar-
sohSUnlijk was, dat de gevolgen van indjn
verzet- van heden met verjubelde kracht op
mijn eigen hoofd zouden neerkomen. Nu «is
dit het geval mocht zijn, zou ik er mij
maar op moeten voorbereiden, om hun- moe
dig het hoofd te bieden. Ik was er zeker
van dat Godfried zeggen zou, dat ik goed ge-
handeJd had, als hij had gehoord, hoe alios
zich had toegedragen.
Eerst was ik, toen ik een halfuurtje voor
mijlzélf had van plan, aan moeder te schrij
ven en haai- alles te vertellen, maar bij na
der inzien besloot ik er geen woord van to
reppen. Immers, die goede moeder had at
genoeg zorgen, en misschien zou zij, als zc
alles wist, de kleine tekortkomingen van
mijuheer PoplinBrowne in haar geest zóó
overdrijven, tot ziji zich1 verbeeldde, dat er
werkelijk veel op hem viel aan te merken.
Toen ik haar vertelde, dab hij maar een
eenvoudig man van zaken was, wel niet van
zóó goed uiterlijk a'ls rijn vrouw, maar toch
zeer vriendelijk en beleefd', had ik geen ge
voel gehad, of ik iets voor haai- verborgen
hield ,wat zij/ had behooren te weten. En
drie dagen later was ik wat blij, dat ik haar
had! gespaard, want toen ontving ik een te
legram van dón volgenden inhoud: „Kom
onmiddellijk. dringend! noodig Moe
der."
HOOFDSTUK XIV.
Een onverwachte vacantiedag.
Ik had ©en treurige, koude en zeer ang
stige reis naar huis. De sneeuw lag dik op
den grondf. Er waren maar twee wanne
staven in/ den diende-klasse^ waggon en ik had
geen reisdeken, alleen mijn met bont go-
voerden mantel en een doek. Dikwijls vroeg
ik mijzelf gedurende die 'koude, ongeriefe
lijke uren af, waarom ik er toch niet, toen
ik van huis ging, aan gedacht had een reis
deken mee te nemen, want we hadden er
een hooien voorraad van. Maar ik moest
roeien met de riemen, die ik had. Ik had to
BlanJchamptan zelfs geen tijd' can een kop
koffie of een glas w'ij/n te nemen, d!aar ik
in een baive minuut mijjn trein moest zien
te pakken, en ik was zoo koud en ongerust
over hetgeen er thuis gebeurd was, dat dio
laatste 20 mijlen mij even lang toeschenen
als het traject van 5 uur tusschen Londen en
Blankhampten. Maar eindelijk kwamen we
toch' aam ons station. Ik keck vol verlangen
door de toenemende duisternis oon te rica,
wie mijj was komen) afhalen, maar er wan
niemand dan de oude stationchef en
de kwajongen die als portier dienst deed.
„O, mijnheer Barnes," riep ik, „wat is er
thuis gebeurd? Weet ge er ook iets van V'
Hij antwoordde geruststellend genoeg„Zoo
zijt ge daar, juffrouw Nugent? Wel, ik heb
nergens van gehoord; gisteren is de dokter
nog hier geweest, en hij heeft in het geheel
niet over riekte gesproken. Hij bracht een
briefje mede van mevrouw Nugent, waarin
zij mij. verzocht bet rijtuigjo te bestellen en
er u, als gij waart aangekomen, mee naar
hiis te laten brengen."
Ik had het wel willen uitschreeuwen
nu moest ik nog twintig minuten wachten,
terwijl de jongen in de herberg ging waar
schuwen, dat ik met den' laatsten treini waa
aangekomen. Emdblijk vertrokken wij en
hotsten over den weg tusschen Dene en liet
station, ©en afstand van drie mijlen. Wat
was ik door en door koud, toen we eindelijk
ons hek binnenreden, en het laatste eindje
aflegden.
In een oogenblik werd do deur openge
daan, en daar kwamen ze allen aanvliegen,
moeder voorop, dan. de meisjes en zelfa juf
frouw Bates op don achtergrond. Ik vloog
letterlijk in moedors armen.
Wordt vervolgd.