S'. 198.
3de Jaargang.
Woensdag 18 Januari 1905.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
Speculanten.
AMERSFOORTSGH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.25.
Idem franco, per post- 1.75.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKH OFF C».
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Tan 1—6 regels 0.75.
Elke regel meer 0.15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Toor handel en bedrjjf bestaan voordeelige bepalingen tót
het herhaald adverteeren in dit Blad bjj abonnement. Eene
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht
lie MuicttctiB haeta«slsnera«agen.
Over den uitslag van de onderhandelingen
over ae nieuwe nanaelsverdragen op uen
grondslag van het den 13. JJecembei lih)2
uoor den rijksdag van liet l)uitsolie rijk aan
genomen tariei van invoerreonten, zijn nu
eerstdaags volledige inlichtingen te vei wacu
te u. JJe Kiuk, die in den kabel gekomen was
door het al breken in de vorige maand van
de onderhandelingen met de regeering van
Oostenrijk-Hongarije, is met zoo spoedig her
steld ais uien ban gedacht. Toen verleden
week de rijksdag zijne zittingen hervatte,
konden de handelsverdragen nog niet ter be
krachtiging worden ingediend. Maar het over
leg is nu toch zóó ver gevorderd, dat de on-
derteekening van het verdrag binnen enkele
dagjen te verwachten is.
JL>e conservatieve partij in den rijksdag, die
reeds besloten had de regeering te interpei-
ieeren waar de handelsverdragen bleveu, kan
«laarvan afzien. In het Pruisische huis van
algevaardigden zijn de inlichtingen, waarnaar
zij verlangde, gegeven. In het begrootings-
debat liet een dei- conservatieve woordvoer
ders, graaf Limburg Stirum, klachten kooren
over de langzamen loop van de onderhande
lingen met Oostenrijk- Hij klaagde, dat de
regeering twee jaren had laten voorbijgaan
zonder dat het werk was afgedaan. Ofsonoon
staatssecretaris graf Posadowsky met een ge-
heelen staf van commissarisen naar Weenen
was gegaan, scheen er niets te zijn uitgericht.
Oostenrijk had het nu in de hand het in wer
king treden van den nieuwen toestand op
handelsgebied tot na 1 Januari 1906 te ver
schuiven. Daarover heersckte diepe teleurstel
ling in het land. Hij hoopte, dat de regee
ring binnenkort betere mededeelingen zou
kunnen doen.
Aan dezen wensch werd terstond voldaan
door graaf Bülow, die met het ambt van rijks
kanselier dat van minister-president in Prui
sen verbindt. Antwoordende op de klaent
van graaf Limburg Stirum over de iu het
land heerschende teleurstelling, deelde graaf
Bülow het volgende mede:
„Sedert ik de laatste maal in dit huis op
trad, is het ons gelukt niet zonder het
overwinnen van groote bezwaren met zes
vreemde statenItalië, België, Rusland, Ru-
menië, Zwitserland en Servië handelsverdra
gen té sluiten, een resultaat waarop, zooals
bekend is, naar de meening van menigeen
geen kans bestond. Met Oostenrijk-Hongarije
zijn de onderhandelingen over een verdrag
zóó ver gevorderd, dat eerstdaags moet wor
den beslist of wij ook met dit land tot net
gewenschte resultaat zullen komen. Wanneer
wij" de zes handelsverdragen, die gereed zijn,
aan den rijksdag zouden voorleggen voordat
de toestand met Oostenrijk-Hongarije vol
ledig in 't reine is gebracht, dan zouden wij
de onderhandelingen met dit land in hooge
mate bemoeielijken. Ik geloof, dat toch nie
mand in dit huis zal betwisten, dat het sluiten
van de handelsverdragen, die gedurende ge-
ruimen tijd den vasten grondslag moeten vor
men voor onze economische en ook voor onze
politiake stelling, een werk van de allergroot
ste beteekenis is. Wanneer ik de voltooiing
van dit werk op het laatste oogenblik in ge
vaar had gebracht enkel om de behandeling
van die handelsverdragen in het parlement 8
a 14 dagen vroeger mogelijk te kunnen mar
ken, dan zou dat naar mijne meening onver
antwoordelijk geweest zijn. Door zulk eene
handelwijze zou ik misschien hier en daar
voor 't oogenblik bijval gevonden hebben,
maar ik zou eene groote verantwoordelijk
heid op mij geladen hebben en mij voor de
toekomst hebben blootgesteld aan het recht
matige verwijt, dat ik uit overhaasting of
ongeduld, of den aandrang van enkele mij
na verwante politici volgende, zwaarwichtige
economische belangen had in gevaar gebracht.
De vraag dor opzegging van de handelsver
dragen zal vervallen, doordat wij zes handels-
verdragen gesloten hebben, en, naar wij ho
pen, ook het zevende binnen zeer korten tijd
tot stand zuilen brengen, terwijl in deze han
delsverdragen bepalingen over het tijdstip van
hun in werking treden zijn opgenomen.
„Ik wil hieraan nog dit toevoegenHan
delsverdragen spoedig te sluiten, is geen di
plomatiek kunststuk. Daartoe behoeft men
slechte concessiën te doen. Wanneer wij ech
ter handelsverdragen tot stand willen bren
gen, waarmee onze landbouw en ook onze
export-industrie kan leven, dan moet het
terrein stap voor stap veroverd worden. De
economische politiek van de verbonden re-
geeringen is ook in de onderhandelingen
over de handelsverdragen bestuurd door het
streven, vast te houden aan de bedde beproef
de beginselen van bescherming van den na-
tionalen arbeid ©enerzijds en vernieuwing
van handelsverdragen voor langen termijn
anderzijds. De ondervinding van de laatste
tien jaren heeft bewezen, dat dit doel in
hoofdzaak voor handel en nijverheid bereikt
is, niet echter voor den landbouw, en dat
voor den landbouw eene verhooging van de
bescherming bepaald noodzakelijk is. Deze
verhoogde bescherming voor den landbouw
moet naar de meening van de regeering het
kenmerk van de nieuwe handelsverdragen
vormen. Wij moohten echter daarmee niet
de mogelijkheid uit het oog verliezen, om
ook de belangen van onaen handel en onze
nijverheid behoorlijk waar te nemen."
Graaf Bülow eindigde met eene waarschu
wing, om de moeielijkheden van zulke onder
handelingen toch vooral niet te onderschat
ten en met het verzoek do todh reeds be-
Bwaarlijke onderhandelingen niet nog moeie-
lijker te maken door een al te straf dringen
■of door bespreking van bijzonderheden, waar
op hij voor 't oogenblik niet zou kunnen
ingaan.
Hierin kunnen de agrariërs in rijksdagen
landdag aanleiding vinden, oral hun onge
duld vooreerst nog wat in te toornen. Zij
weten nu uit den eigen mond van het verant
woordelijke hoofd der regeering, dat de be
langen van dien landbouw bij deze onder
handelingen nummer één zijn geweest, en
zij hebben verder van hem vernomen, dat
de tijd zeer spoedig ophanden is, waarop zij
de iuistheid van die verklaring aan den in
houd van de verdragen zullen kunnen toet-
Duitschland.
Essen, 17 Jan. Van de namiddagtploegen
staken heden 31,718 arbeiders; van de mor
gen- en namiddagploegetn te zamen 154,330.
De sbakers zijn verdeeld over 202 mijnen en
schachten.
De eisoben, die krachtens besluit van
eene den 12en Januari gehouden vergade
ring van mijnwerkers aan de patroonsver-
eeniging, den Bergbaulischen Verein, werden
gesteld, bevatten in vijftien punten do zaken,
welker regeling wordt verlangd. Als eerste
punt komt daarop voornegenurige werk
tijd in de mijn met inbegrip van den tijd
van afdalen en opstijgen; deze werktijd zou
in het volgende jaar verminderen tot 8^ urn
en in het daarop volgende jaar tot acht uur.
Overuren kunnen alleen opgelegd worden
tot redding van mensahenlevens en biji bui
tengewone storingen in het bedrijf. Verder
bepalingen omtrent de loonsregeling, behan
deling van grieven, beslechting van geschil
len, afschaffing van de te ve'e en te harde
straffen, erkenning van de werklieden-orga-
nisat-iën.
In liet antwoord van de patroonsvereeni-
ging wordt als hoofdbezwaar vn op deae
eischen in te gaan genoemd, dait de verga
dering, waarin zij werden geformuleerd, niet
kan worden erkend als de vertegenwoordi
ging van de gezamenlijke arbeiders, en voorts
dat het aanknoopen van onderhandelingen
op den aangegeven grondslag de erkenning
zou opleveren, dat contractbreuk is toegela
ten. Verder wordt ontkend, dait algemeene
misstanden aanleiding gegeven hebben tot
een optreden van de zijde der werklieden als
hier is geschied.
Frankrijk.
Parijs, 17 Jan Combes deed heden in
den ministerraad voorlezing van den brief,
waarin hij het ontslag van het kabinet aan
biedt.
Naar aanleiding van het overlijden van
mevrouw Loubet, de moeder van den presi
dent der republiek, besloot gisteren de Ka
mer, ten teeken van rouw, de zitting te
sluiten.
tingeland.
De berichten, dat het kabinet-Balfour aan
de ontbinding van het parlement denkt, wor
den menigvujldigei-. Behalve de Daily Ex
press, die mededeelt, dat de regeering een
beroep wil doen op het lanld en reeds enkele
weken na de op 14 Februari bepaalde ope-
ning van -de nieuwe zitting het huis wil ont
binden, spreekt ook de Daily Graphic van
ontbinding. Het blad, dat betrekkingen
heeft met de regeering, verneemt, dat de
politieke agenten be Glasgow de mede dee
ling hebben ontvangen, dat de ontbinding
van het parlement over weinige weken is
te verwachten. In Glasgow zijn dientenge
volge de toebereidselen tot de verkiezingen
reeds begonnen, en de oandidaiten moeten
reeds in ijverige correspondentie met hunne
verkiezingsagenten staan.
Spanje.
1-o Impartial bericht, dat de Koning zijne
buitenlandsche reis in het laatst van April
zal beginnen. Den len Mei komt hij te Fa-
rijs aan, waar hij een dag of tien -al vertoe
ven. Daarna reist hij naar Berlijn en Kiel
hij zal o. a. de voorjaarsparade van het gar
dekorps bijwonen. Later bezoekt de Koning
ook Brussel, Amsterdam en Londen. De ge-
heele duur van de reis is op zes weken be
rekend.
Rusland.
Petersburg, 17 Jan. Dë werklieden van de
Franscli-Russische werken, voorheen fabriek
van Baerd, hebben den arbeid gestaakt.
Eene deputatie van werklieden stelde de
zelfde eisehen aan het bestuur, die de werk
lieden van de fabriek van Poetilow hebben
gesteld.
Tegen moTgen ia eene algemeene vergade
ring van werklieden bijeengeroepen. Heden
avond zijn twee druk bezochte vergaderingen
van werklieden der fabriek van Poetilow
gehouden, waarheen ook liet personeel van
dé werkplaatsen van den Warschauer spoor
weg, de ijzerfabrieken van Ebbuohow en het
arsenaal afgevaardigden hebben gezonden.
De toegangen tot de havenwerken blijven
morgen op last van het bestuur gesloten.
Rustverstoringen kwamen niet voor. De po
litie neemt eeuo afwachtende houding aan.
De priester Gapon, die de beweging leidt,
beeft aan de vertegenwoordigers van de werk
lieden de toezegging van den chef der politie
overgebracht, dat zij niet zullen worden las
tig gevallen.
Marokko.
Het Fransche gezantschap heeft den 14on
Laroche verlaten, om zich naar Fez te bege
ven. Het voert, om zich met Tanger in ver
binding te kunnen stellen, postduiven mee.
De oorlog in Oost-Azië.
Van den oorlog zijn de volgende berichten
Nagasaki, 17 Jan. De „Australien" is he
den vertrokken met generaal Stoessel en 565
Russen aan boord, waaronder 245 off bieren
en vrouwen.
Over de behandeling van generaal Stoessel
ach maf generaal Nogi aan den gouverneur
vara Nagasaki den volgenden brief„Gij zult
van de bevoegde overheden instruction ont
vangen, maar het is niet ongepast te doen
uitkomen, dat generaal Stoessel niu zoomin
gevangene als vijand is, maar een vreemde
hear, die zijn vaderland met roem gediend
heeft. Dlaarbij is het ingewikkelde werk van
de overgave der forten en der munitie van
Port Arthur, dat noodzakelijk geruimen
tijd vorderde, zoo goed ten einde gebracht,
dat het verdient hem era zijne militaire eer
ten goede gerekend te worden. Ik beveel hem
aan in uwe hoogachting."
Over het afscheid van generaal Stoessel
van het garnizoen van Port Arthur bericht
een correspondent van de Daily Mail, dat
dit geschiedde met de volgende toespraak:
„Gij waart allen getuig© van het geb irde
van heden. Ons leven en ons eigendom hangt
heden af van de grootmoedigheid van onzen
vijand van gisteren. Ik bewonder uwe trouw
era uwen moed en ik dank u uit den grond
vara mijn hart, dat gij mij hebt toegestaan
de capitulatie te sluiten. Het is onze smarte
lijk© plicht, onze officieel© en persoonlijke
relatiën los te makera, maar een verdere
tegenstand is onmogelijk. De Japanners zul
len de in uw belang gestelde voorwaarden
zorgvuldig in acht nemen. Mort niet. Gij
hebt uwe plichten als soldaten vervuld en
de Japanners erkennen volkomera uwen
heldhaftigen tegenstand. Wanneer het vader
land uwe houding orageraadig mocht beoor-
deelen, herinnert u dan, dat ik alleen voor
de overgave verantwoordelijk ben. Blijft
dapper en trouw en blijft het feit indachtig,
dat de soldaat nooit an den weg der recht
schapenheid mag afwijken."
In d© hospitalen drukte generaal Stoessel
den gewonden tot afscheid de hand en
sprak hun troostende woordera toe.
Tijdens de uitlevering vara de vesting en
de wapenen aan de Japanners heerschte er
doodstil© stilte. De Russen stonden voor liet
front van de forten geschaard. Russische
trompetsignalen kondigden de nadering vara
de Japansche commissarissen aan en Japara-
sche trompetsignalen antwoordden. Later ver
zamelden de officieren zich op de daarvoor
aangewezen plaatsen, waar de Japanners de
verklaringen in ontvangst namen van hen,
die op hun. woord van eer hunne vrijheid
weuschten. Eiem van de officieren, die wei
gerden dit te doen, merkte tegen een kame
raad op: „Wij hebben tot dusver met omza
manschappen de ijselijkheden van het beleg
gedeeld, en het is onmogelijk luera in het
vreemd© lamel alleen in de gevangenschap te
latera. Het is onze plicht Lief en leed tot bet
laatst met hen te dealen."
Alle officieren stemmen hierin overeen,
dat generaal Koudratenko een grooten in
vloed liad op het garnizoen. Toen zijn dood
bekend werd, weeraden de mannen en zeiden,
dat het lot van Port Arthur bezegeld was.
Port Arthur17 Jan. (Times.) Uit het on
derzoek van de in de haven gezonken Russi
sche oorlogsschepen is gebleken, dat de Peres-
wjet, de Poltawa, de Pallada en de Bayaix
met groote kosten en moeit© gered kunnen
warden. Die Retvisan is hopeloosof de Pob-
jeda te redden is, is twijfelachtig. De Sebas-
topol is gezonken in 150 voet diep water.
De Russen verklaren, dat de vloot onge
schikt was voor den dienst na het gevecht
van 10 Augustus. De schepen werden tot
zinken gebracht door de patrijspoorten te
openen.
De oorrespondent van de Echo de Paris
te Petersburg seint aan zijn blad
„Ik verneem uit zekere bron, dat een aan
vallende beweging van de Russen ophanden
is.
„Wij zijn aan den vooravond van groote
militaire gebeurtenissen."
Dezelfde oorrespondent bevestigt, dat de
beweging van generaal Mistsjenko te be
schouwen is als een verkenning in 't groot,
in verband met den beraamden aanval van
de Russen.
Ruflland en Japan zijn het, blijkens een
bericht uit Petersburg, eens geworden over
eene uitwisseling van krijgsgevangenen. Als
grondslag daarvoor is aangenomen, dat, do
uit te wisselen gevangenen denzelfden rang
moeten bekleeden en tot hetzelfde wapen be
hoor en. Drie Russische officieren, die door
de Japanners op de stoomboot Jekateriaos-
law gevangen genomen werden, zullen uitge
wisseld worden tegen drie Japanscke van de
transportschepen Kinsjin Maroe en Sado
Maroe.
Perim, 18 Jan. Een Russisch eskader van
twee groote oorlogsschepen, twee torpedoboo
ten en twee vrijwillige kruisers is hier he
den morgen om zes uur gepasseerd, gaande
naaf* Djiboeti.
Petersburg17 Jan. Met de uitrusting van
het derde eskader in Libau is men met koorts
achtige haast dag en nacht bezig. Derhalve
kunnen de torpedojager Gromjasjistsji en de
transportboot Don niet uitgaan, zooals eerst
het voornemen was.
Uit Tokio bericht Reuter dat de Fran-
scben scherp gekritiseerd worden, omdat zij
aan de Russische vloot een zoo langdurig
verblijf in Madagascar toestaan. De Japan
sche pers en het Japansche volk, den eigen-
aardigen toestand van Frankrijk wel ver
staande. hebben tot dusver geen aanleiding
gehad om te streng over Franknjk's hou
ding te oordeelen. Maar thans zegt de Asahi
Stimboen, dat het niet mogelijk is er lan
ger notitie van te nemen, dat Japan de on-
12 Roman van
BALDUIN GROLLER.
Ontstemd luisterde Artmer toe, als Canna-
bel zijn levenswerk zoo koel eai uit de koogte
behandelde, en toch durfde hij aam zijn ge
voelens geen. uiting geven. Glimlacl lend,
moest hij dein mam aanhooreni, dien hij| liefst
met zijn eigen handen verpletterd zou heb
ben. Artner wist, dat die koele onverschil
ligheid slechts geveinsd was. Hij wist ook,
dat Cannabel zich met het plan voortdurend
bezig hield; dat op zijm bevel opmetingon in
het Meinhartsdal gedaan werden; hij wist
zelfs en dat maakte hem iim hooge mate
ongerust dat Cannabel hem een slimme
poets gebakken had.
In Arbners bezit was de geheel© dalketel,
met de omringende landerijen, behalve die
van barones Mainau. Maai' op één plek was
de ring, nog te small. Daar had de cever
slechts een breedte van ternauwernood vijf
tig meter. Dit was te weinig. De achter dezo
plek gelegen opstijgende bergvlakte moest
nog aangekocht worden. Artner meende daar
mede den tijd nog te hebben, totdat de eige
naar, een slim boertje, die den grooten grond-
aankooper niet recht vertrouwde, handelbaar
der zou zijn geworden. Het ontbrak Artner
aan kapitaal, want juist deze laatste boer had
een zesmaal hoogeren prijs voor zijn grond
gevraagd dan de anderen.
Dezen grond mu had Cannabel in alle stilte
aangekocht.
Artner verteerde innerlijk van woede over
zooveel laagheid. Maar hij durfde zijn ont
stemming niet tocmen. Het werd hem duide
lijk, dat de machtige financier de zaak ern
stig opvatte, maar hij begreep tevens, dat,
zoo het tot een uitvoering kwam, de ander
meester van het terrein wilde zijn. En inder
daad was dit Cannabels oogmerk. Nog had
hij geen juiston kijk op de onderneming, wlant
zijn berekeningen waren nog niet in het reine
maar met ziju scherpen zakerablik had hij
reeds twee dingen vastgesteldten eerste, dat
de onderneming reusachtige afmetingen kon
aannemen en er uit den grond millioenen te
halen vielen; era. ten tweede, dat Artner te
veel uitgeput was, om de züak voor eigen
rekening door te zetten. Hij' zag met in, waar
om Artner met het leeuwenaandeel moest
gaan strijken. Klaarblijkelijk kon de man
den last zijner onderneming niet langer tor-
schen. Era koelweg overlegde hij of het niet
beter zou zijn, Artner geheel ten gronde te
laten gaan en dam heb pllara voor eigen reke
ning voort te zetten.
Dit lachte hem wel toe. en hij zou er ook
zeker toe besloten hebben, indien hij! aan den
anderen kant Artner niet had willen helpen.
Het huwelijk van zijm zoon mot Dorai schoen
hem nog altijd zeer aanlokkelijk. Kwam dit
tot stand, dan waren zij tot één familie sa
mengesmolten en Artneris succes zou dan ook
het zijne worden! Hij was echter nog niet
zeker vara het huwelijk en daarotm was voor
zichtigheid in alle gevallen raadzaam. Wach
ten kon geen kwaad. Want-, ook al zouden ze
later één familie vormen, dan nog was het
nog niet ongewenscht dat Artner hem als zijn
redder zou hebben te beschouwen.
Artmer gaf een intieme soiree. Het seizoen
daartoe was eigenlijk nog niet aangebroken,
maar het slechte weer deed de uitnoodiging
niet al te veel in het oog Loopeu. Het was
nog maar begin October, ofschoon de gure
wind, die door d© straten gierde, aam den
wintei* deed! denken.
De zaken liepen Artner niet mee. Er werd
geen voortgang mee gemaakt en nu dacht
hdjj er aam, om door een huwelijk tusschem
Cannabel's zoon en zijn dochter er ©era wedraig
meer spoed'achter te zetten.
Naar een reden voor het partijtje behoefde
hij niet te zooken. Nog altijd was hij aan
barones Mainau zij,n dank verschuldigd. Hij
had haar wel eou bezoek gebracht, doch daar
zij toen niet thuis was geweest, had hij enkel
zijn kaartje kunnen afgeven. Kort daarop
was hij met zijn dochter op reis gegaan. En
n,u was 'het zijn plicht de barones, zoodra
zich een gelegeralieid aanbood, een uitnoodi
ging te zonden. Natuurlijk moesten de Can-
uabeTs er ook bij zijn. Riemer s aanwezig
heid, waaraan Artner hooge waarde hechtte,
was eveneens licht verklaarbaar. Hij was im
mers ook in het avontuur betrokken geweest.
Dto gastheer geleidde de corpulente me
vrouw Cannabel aan tafel, Cannabel was do
cavalier van barones Mainau, «ij» zoon bood
Dorai den arm en Riemer sloot den stoet. Art
ner was met die schikking tevreden en Rie
mer had geen stof tot klagen, want hij kwam
naast Dora te zitten. Artner deed zijn best
de gade van den grooten financier in een
goede stemming te brengen. Cannaibel wias
als bétooverd door de jonge, elegante vrouw,
die naast hem zat. Een dame van geboorte
daarbij weduwe, onafhankelijk, vrij dat
was Wat anders dan de pseudo-elegance, die
de eerae of andere balletdanseres, op zijn
kosten, ten toon spreidde. De barones voelde
zich gestreeld en opgewekt door het bewust
zijn, op een zoo ge vreesden geldvorst indruk
te maken.
Dat aam Oaranabel's zoon - hij heette Ed
ward en stond' er op, dat zijn naam zoo uit
gesproken werd het ecnige aanwezig©
meisje als tafelbuurtie ten deel viel, sprak
van zelf. Riemer aahitt© zich daardoor niet
in het minst tekort gedaan. Hij gevoelde
zich thuis, en zelfs begon hij een weinig met
Edward te sympathiseoren, zoodra deze hem
volkomen onschadelijk bleek te zijn.
Toen liet wat later in den avondi werd, en
de wijn in de glazen parelde, klonken de
stemmen luider, bet lachen was vrijer, do
oogen begonnen te schitteren, het- gesprek
weJ-dl algemeen', era het was voornamelijk Rie
mer, die er het onderwerp van uitmaakte.
Eerrt was bet de barones, die een verma
kelijk tafereel ophing, van de omstandighe
den onder welke zij hem had leerera kennen.
Allen lachten er hartelijk om, maar het zou
nog erger worden. Cannabel die veel couran
ten las, bracht eera rechtzaak ter sprake
welke hij ©enige dagen geleden gelezen had.
Dr. Hans Riemer was door een inbreker be
stolen era het Was 'hem gebuikt den dief achter
slot te brengen.
„U bent toch die Dr. Hans Riemer?"
vroeg Cannabel.
Riemer kon het niet ontkennen.
„Ik ben nog niet klaar," otulerbrak Can
nabel het algemeen gejuich. „Die dief heeft
de onbetaalbare snuggerheid gehad, om u
met zijn verdediging te belasten Dr. Hans
Riemer.
Aam het gejuich scheen geen oirade te
komen.
„Dte verdediging moet u bepaald op u ne
men, mijpheer," riep de barones.
„En ik karn naar uw pleitrede hoorera,"
viel Dora in.
„Die rechtzaak konden wij hier wel hou
den," antwoordde Riemer, wien liet gelach
eera- beetje verdroot en die gaarne do lachers
aan zijn zijde zag. „Als <1© dames hot hoogge
rechtshof wildtera voorstellen
„Mevrouw Mainau wil dan zeker wel pre
sidente zijn," stelde mevrouw Cannabel voor,
die bang was, dat op haar de keus zou vallen.
„Goed, mevrouw Mainau is presidente,"
ging Riemer voort „De bedde andlore dames,
zijn juryleden. De beklaagde is ik weet
geen waardiger persoon de hoor Canna
bel."
Het voorstel werd met gejuich begroet,.
„Mijnheer Artner benoemen we tot offi
cier van Justitie," liet de presidente zich
kooraen. „Maar wat beginnen we met mijn
heer Edward?''
„O, ik zal wel 't publiek, voorstellen en
zorgen voor 't rumoer era het applaus."
„Dat kunt u wel probeerenmaar ik maak
er u attent op, dat het rumoer era applaus
zal weten te be toornen en dat ik desnoods
de publieke tribun© door don sterken arm
zal laten oratruimen. En nu open ik die zit
ting en geef ik het woord aan den officier
van Justitie, orai <1© aanklacht in te leiden.
Artner ontwikkelde de aanklacht en «sek
te, dlat de wet in al haar gestrengheid: toege
past zou worden.
Wordt vervolgd.