BINNENLAND.
de Chineosche klaagden over de hun toe
gebrachte schade.
Intus&chon kwamen berichten in, dat de
bevolking van Badoeng den strijd met onze
troepen wenschte aa: te binden. De Soer.
Ct. schreef reeds: „Sommigen beweren dat
de gehcele bevolking zich reeds de tanden
heeft laten slijpen en in het wit loopt, wat
er op wijzen zou, dat zij zich ten doodc heeft
gewijd.'
Ons telegram bevestigt dus deze vrij ern
stige berichten.
Kameroverzicht
Tweede Kamer.
Vergadering van Donderdag 16 Maart.
Geopend 11| ure.
Onder w ijzers-pensioene n.
Aan de orde is de voortzetting der beraad
slaging over ontwerp A en wel over artikel
54 qua ter (recht op pensioen wordt verkre
gen na volbraohten 65-jarigen leeftijd en ont
slag). Verder bepaalt het artikel dat pen
sioen insgelijks wordt verleend aan dengeen.
die na tien-jarigen diensttijd als onderwijzer
uithoofde van ziels- of lichaamsgebreken voor
de waarneming zijner betrekking ongeschikt
is en ontslag heeft bekomen.
Dit artikel wordt goedgekeurd.
Op art. 54 quinquies (gevallen waarin het
recht op pensioen verloren gaat) is een amen
dement voorgesteld door den heer Verhey c.s.
strekkende om to bepalen, dat het ontslag
aan een bijz. onderwijzer verleend uithoofde
van wangedrag, onzedelijkheid, verregaande
achteloosheid of plichtverzuim, waardoor
deze zijn aanspraak op pensioer. kan verlie
zen, door den minister van binnonl. zaken
moet worden goedgekeurd. De bedoeling der
voorstellers is de bijz. onderwijzer niet ge
heel afhankelijk tc maken van de schoolbe
sturen en hen to behoeden voor willekeur.
De heer Do Waal Malefijt wijst op
art. 53 der bestaande wet op het L O., spe
ciaal geschreven voor de bijzondere scholen,
bepalende dat do bevoegdheid om onderwijs
te geven voor den bijz. onderwijzer verloren
gaat, al9 hij leeringen verspreidt strijdig met
de goede zeden, aanspoort tot ongehoorzaam
heid aan de wetten des lands of zich aan een
ergerlijk levensgedrag schu'dig maakt. Ook
in die gevallen behoort naar het oordeel der
Comm. van Rapp. het recht op pensioen ver
loren te gaan. In dien geest stelt de Comm.
van Rapp een amendement voor.
Wat hot amendt. Verheij as. betreft
merkt. Spr. op. dat dit hier niet op zijn
plaats is, maar bij do onderwijs-novelle thuis
behoort. Het beweerde onrecht dat hier den
bijz. onderwijzers wordt aangedaan acht Spr.
al zeer gering.
Wanneer een bijz onderw zich schuldig
maakt aan een feit waardoor een openb. on
derwijzer zijn aanspraak op pensioen zooi
verliezen, ziet. Spr. geen enkele reden voor
den bijz. onderwijzer oen gunstiger bepaling
te maken.
Dè Min. v. Binnonl. Zaken neemt
het nmendt. der Comm. v. Rapp. over. Ten
aanzien van hot amendt. Verheij c.s. wijst
do Min. er op dat het hier oen speciaal ge
val geldt voor do bijz. onderw. on voor het
toepassen van den voorge&toldèn maatregel;
ook op do openb onderwijzers bestaat geen
aanleiding daar de rechtspositie van den
openb. onderwijzer voldoende gewaarborgd;
is
Hot amendt. Verkoij c.s. zou een te
frooten inbreuk maken op de vrijheid van
et bijz. onderwijs en do Rog. kan duB in
goeni geval dait amondoment. overnemen. De
Rog. moet er zich zelfs zeer beslist tegen
verklaren. Benige controle op ontslag kan de
Overheid niet uitoefenen. Kunnen do voor-
'itellora oen anderen uitweg vinden dan is de
Rog. niet ongenegen daarmede mêe te gaan.
Do lieer V e r h e ij wijzigt daarop het
nmond£. in dien zin dat gelezen zal worden
alle recht op pensioen gaat verloren indien
do onderwijzer uithoofde van wangedrag, on
zedelijkheid, verregaande achteloosheid of
plichtsverzuim wordt ontslagen, tenzij door
ons anders wordt beslist.
Do Minister zegt, dat het hoofdbe
zwaar der regeering nu is weggenomen, maar
nog kan zij met het amendement niet mee
gaan. omdat toch een soort beoordeeling
blijft bestaan. Beter zou het zijn to bepalen,
dat het ontslag voor de pensioenregeling
buiten aanmerking blijft, tenzij in bijzon
dere gevallen, wanneer er een feit van hoogst
ergerlijken aard wordt bedreven.
De heer Verhey wijzigt nogmaals het
amendement en brengt er thans om aan
een wensch 'ran den heer Ketelaar te vol
doen, den termijn van een jaar in waar
binnen door de Kroon zal moeten worden be
slist.
Do beraadslaging wordt gesloten. Het
amendement-Ver hey wordt in stemming go-
bracht en verworpen met 38 tegen 28 stem
men.
Tegen do aanwezige leden der rechterzijde
met den heer Cromer.
Op art.. 54 9exies (pensioengrondslag) is
oen araendement voorgesteld door den heer
Passtoors, strekkende om niet de laat
ste tien. maar do laatste v ij f jaren te
doen gelden.
De heer De Waal Malefijt zegt, dat
de Comm van Rapp. eenstemmig van oor
deel is, dat het amendement aanbevoling
verdient.
Do Minister neemt bet amendement
over.
Op art. 54 Octiee (berekening der jaar
wedde met inbegrip van vergoeding voor
huishuur) is een amendement voorgesteld
door den heer Pa.-«doors, strekkende om do
berekening voor vrijo woning te regelen naar
den maatstaf door de gemeentebesturen
voor het. openbaar onderwijl vastgesteld.
Door de Comm. van Rapp. wordt als
amendement cemge redactiewijziging voor
gesteld. waartegen de regeering verklaart
geen Iwcwaar te hebben.
Anders is het met het amendcment-Pas-
fltoors, die verzuimde to spreken van vrije
woning en inwoning. Dit laatste geval komt
a-er veelvuldig voor. Gelijk het nu luidt zou
de minister bezwaar moeten maken tegen
do .aanneming.
Do hoor Passtoor9 trekt rijn amende
ment in.
Bij art 54 docies (pensioengrondslag voor
niet vast gesalarieerde onderwijzers) ver
klaart de heer Ter Laan zich ingenomen
met het stellen van een vast bedrag, doch hij
komt op tegen de classificatie naar het aan
tal kinderen wat de schoolhoofden betreft.
De heer B ij 1 e v e 1 d verzoekt de regoering
het aantal lesuren *n het artikel genoemd op
15 te brengen.
De Minister geeft daaraan gevolg.
De heer Ter Laan meent dat de regee
ring het aantal lesuren geheel moet loslaten,
daar het pensioen immers naar het loon en
niet naar het aantal lesuren wrdt berekend.
De heer Borgesius wijst er op dat een
groot aantal onderwijzers geen vaste jaarwed
de geniet, en hij vraagt of het de bedoeling
is, ook hem in het pensioenfonds op te nemen.
De Minister antwoordt dat over het reële
salaris gehandeld wordt, in art. 54novie6. Hier
heeft men te doen met een tariefmatig gegist
salaris. Wie geen salaris in geld ontvangt,
valt in dit artikel.
Art. 54decies wordt, goedgekeurd.
Bii art. 54 undecies komt de heer Yerhey
op tegen de bij dat artikel aan den minister
gegeven bevoegdheid om opgaven door pen-
sioenbelanghebbenden gedaan, ter zijde te
stellen.
De Minister antwoordt dat de controle
zoo scherp zal rijn dat gevallen van twijfel,
en dus toepassing van het artikel, zeer zeld
zaam zal zijn.
Op artikel 54 tred oei es (verrekening of stor
ting der verschuldigde pensioenbijdragen) is
een amendement voorgesteld door do Comm.
van Rapp. strekkende om te bepalen dat als
een onderwijzer in den loop van het jaar
wordt ontslagen en pensioengerechtigd is. de
pensioenbijdrage voor het voile jaar wordt in
gehouden, en wanneer een pensioen wordt
toegekend geliik van den gemiddelden pen
sioengrondslag alle achterstallige pensioen
bijdragen op rijm tracfoment in te houden.
jyé Minister geeft an de Comm. van
Rapp. eene redactie in overweging, die duide
lijker is en waarmede toch het doel der Comm.
geheel bereikt wordt.
De heer D e W a a. 1 M a 1 e f ij t wijzigt, het
amendement der Comm, waarna de regeering
het overneemt.
Bij art. 54 quindecies (tijdelijke diensten)
dringt, de heer Verhev aan op strengere
eischen voor inkoop voor bijz. onderw. waar
die voor burger 1. ambtenaren zoo veel zwaar
der gesteld zijn.
De Minister antwoordt dat de proba-
liteit in de plaats moet treden van de vast
heid. Meent mem dat de min. te royaal zal
zijn, laat men dan de beslissing overbrengen
bij een ander college, maar niet bij de Pen
sioenraad.
De heer Verhey meent dat dè beslis
sing niet buiten den Pensioemraad moet om
gaan. Althans zou het advies van dat ooilego
moeten worden ingewonnen.
Art. 54 quindecies wordt goedgekeurd.
Bij art. 54 sedecies antwoordt de Minis
ter op een vraag van den heer Ketelaar
dat onder de bij dit artikel bedoelde bijzon
dere lagere scholen niet begrepen zijn
kweekscholen.
Bij art. 54 septiesdecies (verplichting tot
het verstrekken van inlichtingen dtoor school
besturen) belooft de Minister aan den
heer van W ij n b e r g e n bij art. 72 der
onderwijsnovello deze zaak nader te zullen
regelen.
De heer Ketelaar verzoekt heropening
der beraadslaging over art. 54 sedicdes.
Daartoe wordt besloten.
De heer Ketelaar stelt in het
amendement voor het woord lagere (voor
scholen) te doen vervallen om allen twijfel
omtrent de opneming van vakonderwijzers
der bijz. kweekscholen te doen vervallen.
De Minister neemt dat amendement
over.
Hoofdartikel II wordt goedgekeurd.
Op art. III is een amendement voorgesteld
door den heer Treub. Daar deze niet aanwe
zig is, verklaart dè Voorzitter dit vervallen.
De heer D r u c k e r stelt alsnu hetzelfde
amendement voor. dat strekt om te bepalen
dat binnen 3 jaar de pensionneering der ge
meenteambtenaren van rijkswege zal wordfen
geregeld.
De heer Kolkman geeft den hoer Druk
ker in overweging het amendement om to
zetten in een motie. Spreker en velen zijner
partijgenooten zouden daaraan hun stem
kunnen geven.
De heer Drucker zet zijn amendement
om in eene motie. Die motie zal later behan
deld worden. Art. 3 goedgekeurd.
Bij de overgangsbepalingen is een amen
dement voorgesteld door den heer Kete
laar, strekkende om de thans fungeerende
onderwijzers in de gelegenheid te stellen
binnen 3 maanden ook de tijdelijke diensten
voor pensioenberekening in aanmerking te
brengen.
Het amendement zal worden gedrukt en
heden 11 uur zal de beraadslaging er over
worden aangevangen.
De heer R 0 e 11 vraagt en bekomt verlof
op later te bepalen dag aan den minister van
financiën oenige inlichtingen te vragen met
betrekking tot het aanhangige wetsontwerp
tot verhooging van den accijns op het gedis
tilleerd en de voornemens der reg. ten aan
zien van dat ontwerp.
Berichten.
De Staatscourant van Vrijdag 17
Maart 1905 bevat o. m. de volgende kon. be
sluiten
benoemd tot rechter in de rechtbank te
Breda mr. B. Formijne, thans substituut
griffier bij gemeld ooi lege;
eervol ontheven als commandant der zee
macht en chef van het. departement der ma
rine in Ned.-Indië de vice-admiraal A. P-
Tadema. onder dankbetuiging voor door hem
in die betrekking bewezen diensten, en is
gemelde betrekking opgedragen aan den
schout-bij-nacht H. F. Kouwenberg;
eervol ontslagen uit den militairen dienst
de le luit. H. A. Zegers, van het 2o reg. hu
zaren;
eervol ontslagen uit den militairen
dienst, op verzoek, do kolonel-intendaut E.
G. Winckel, van het personeel der militaire
administratie; de kolonel jlir. W. A. Gevers
Deijnoot. commandant van hot 3e reg. veld
artillerie. en de luit.-kolomel-kwartiermeeo-
ter J. P. Arimont, controleur over d© inwen
dig© administratie der korpsen, lo bureau;
benoemd tot directeur van hot postkan
toor to Anna-Pauwlowna K. F. Ehrmann,
thans oommies der poet- en telegraphie 3o
klaeee;
benoemd tot commies der post- en telegr.
4o kL J. Ter Horst, thans surnumerair der
post. en telegraphie
op verzoek eervol ontslagen als directeur
van ht telegraafkantoor te Groningen F. J.
van dei* Mueren
op verzoek eervol ontslagen als directeur
bij den telegraafdienst L. W. dien Broeder,
werkzaam ten telegraafkantotre te Den Haag
op verzoek eervol ontslagen de directeur
van het telegraafkantoor en brievengaarder
te Oud-Gastel J. Springvloed.
op zijn verzoek met mgang van 1 October
1905 eervol ontslag verleend uit zijne betrek
king van commies bij het departement van
financiën aan E. V. Le Rütte
H. M. de Koningin en J. K. H. de
Prins hebben gisterenavond, blijkbaar met
veel genoegen het eerste bedrijf bijgewoond
van ..De Woudkoningin". kinder-operefcte in
twee bedrijven, allerbekoorlijkst, gespeeld
door een gezelschap kinderen en jongelieden
van goeden huize, met begeleiding van het
orkest, uit Haarlem, het geheel onder leiding
van don heer W Helms, die zich met talent
van de moeieliike taak kweet om de muziek,
zang. en miseen-scène tot een goed geslaagd
geheel te brengen.
De koren en dansen werden al Ier beval ligst
uitgevoerd en do tooneelen en costumes blon
ken nit door frischheid en levendigheid.
H. M. de Koningin-Moeder zal rich
morgen voormiddag voor oenige uremt naar
Haarlem begeven, ter bezichtiging van de 7e
vijfjaarliiksche tentoonstelling <ler Algemeen©
Vereeniging voor bloem bol loncultuur to Haar
lem, en gehouden n het locaal der vereeni
ging aldaar.
Z. K. H. Prins Hendrik, Woensdag uit
Haarlem, te 's Graven hage teruggekeerd, heeft
zich na afloop van het diner ten Hove, bege
ven naar het legatie-gebouw van den Doitsdhen
gezant en vertoefde daar ten huize eenigen
tijd op de soiree, welke ook werd bijgewoond
door den commandant, verschillende officie
ren en adelborsten van ,,de Stedn" met wie
Z. K. H. zich onderhield.
Hst conflict aan „Buitenlandsche
Zaken."
Uit 's Gravenhage schrijft men aan de
„Midd. Ct.":
Tot welke extra-ordinaire toestanden aan
het departement van buitenlandsche zaken
het „bewind"' van den afgetreden titularis,
baron Molvil van Lynden, geleid! heeft, moge
uit het. volgende UijkBnrg
Zooals bekend, was de eigenlijke leider on
zer buitenlandsche politiek niet de daartoe
door H. M. benoemde minister van buiten
landsche zaken maar de premier, dr. Kuyper.
Deze toestand dateert reeds van af het optre
den van het Kabineten d'at op het laatst
de oud-gezant Vdn Weckerlin er rich toe ge
leend heeft om de rol van „zichtbaren" cura
tor te vervullen, is o. m. daaraan, toe te
schrijven, dat de „onzichtbare" curator door
ziin toenemende werkzaamheden deze taak
niet meer alleen afkon. Maar vóór het ver
schijnen op het too nee 1 van dezen gedelegeer
den, commissaris, die ten minste óók in zijn
qualiteit te spreken was de „onzichtbare
curator" hield zich officieel streng aan zijin
door die grondwet ingeperkte raiachtsbevoegd-
heid vernam een minister, wel te verstaan,
„de offioioele", en heb departement op zekeren
dag dat een zeker tractaat met een, zeker land
door Nederland stond te worden afgesloten.
Dit bericht kregen rij: niet van den gezant
in quaestie, maar.stond als nieuwstijding in
de bladen. Natuurlijk werd dè zaak onder
zocht en de gezant scherpeliijk aangeschreven,
dat hij zonder behoorlijke voorkennis van den
minister niet op eigen houtje onderhandelin
gen over een onderwerp met een buitenland
sche mogendheid kon gaan aankoopen, al zou
ons dat ook een stap nader tot den wereld
vrede kunnen brengen. Een verder onderzoek
bracht aan het daglicht, dat do hier bedoelde
gezant, iemand zeer gezien in anti-revolution-
naire kringen, niet. uit eigen initiatief waa
opgetreden maar in overeenstemming met de
inzichten van dr. Kuyper handelde, zoodat
de chef als antwoord een nog veel scherper
gestolde nota ontving, dan deze tot zijn ondier-
geschikte had gericht.
Maar het mooiste van deze reeds bedenke
lijke historie is dat de gezant het hier bij
niet liet; en zijn relaties in de allerhoogste
kringen benutte om den armen minister bo
vendien nog een missive van den chef van
het. Kabinet van H. M. op rijn dak te laten
sturen, waarin aan Z. Exc. om ophelderignen
in deze zaak werd gevraagd.
Tableau
Laten wij, om volledig te zijn, hier aan toe
voeren, dat dit gehaspel in de hoorere rangen
volkomen bekend was bii de andere ambte
naren aan het departement, zoodat er van
eenige ..leiding"' in one buitenlandsche betrek
kingen in de laatste jaren geen sprake meer
was en vooral gedurende de vele uitstapjes
van dr. Kuyper over de grenzen geeai belang
rijk stuk in of uit kon gaan, waarover dan
ook door do vreemde gezanten alhier zeer na
drukkelijk ia geklaagd. Immers zij kregen van
hun regeering voor den toch al tragen gang
der diplomatieke onderhandelingen de schuld
en konden moeilijk volstaan met het excuus
dat dr Kuyper met verlof op reis was.
Dat Nederland onder deze kritieke tijds
omstandigheden er tot dusverre zoo goed is
afgekomen, na al wat zich al zoo in den
laatsten tijd op het Buitenhof heeft afge
speeld, is, volgens mijn zeer betrouwbaren
zegsman, meer geluk dan wijsheid. Er kan
dan ook niet uitdrukkelijk genoeg aangedron
gen worden op eon volkomen reorganisatie
van den geheelen diplomatieken dienst, en
van het. departement in rijn geheel, want het
interim bestuur van minister Ellis beteekent
slechts een voortzetting van den toestand on
der baron Mei vil van Lynden. die, al was h:
even geschikt gebleken als hij inderdaad
bleek niet voor zira taak te zijn opgewassen,
toch niet alleen verantwoordelijk is te stellen
voor den chaos, waarin thans ons buiten-
la ndsch beleid verkeert.
In elk geval is hier een officieele ophelde
ring zeer gewenscht.
Aan het „N. v. h. N." schrijft men uit
Den Haag:
„Op sociëteiten werd in geuren en kleu
ren verteld hoe do minister en zijn toege
voegde monter, do oud-diplomaat Von
Weokherhn, elkander beoorloogden en hoe
iedereen, die iets van 't departement van
buitenlandsche zaken verlangde, naar huis
gestuurd werd met de boodschap, dat er
geen besluiten genomen konden worden, om
dat Z.Exo. pertinent weigerde eenig besluit
te nemen. Inderddaad, het een was nog
mooier dan het ander. Vooral de oorlog,
tlien Z.Exc. voerde met den niet-officieelen
minister, die alles moest parafeeren, vóór
dat het stuk naar de expeditie kon gaan,
moet allerwermakelijkst geweest zijn. Z.Exc.
nam in twee zware portefeuilles eenvoudig
allo stukken mede, die de „ander" noodig
had, zoodat in alle afdeelingen van het de
partement een allergezelligste, rustige atmos
feer van „niets-doen" kwam te heerschen.
En de „ander" den toezienden voogd zal
ik hem maar noemen kon brommen en
bulderen zooveel hij wilde, de stukken kreeg
hij niet te zien. Het geheole departement
was „stop" gezet. Het is dan ook deze toe
stand, waaraan, toen het aan H. M. ter oore
kwam. op persoonlijk ingrijpen der Ko
ningin een einde werd gemaakt, want elk
oogenblik dreigde een sahandaal los te bre
ken. dat aan het toch al niet hoogstaand
prestige van ons buitenlandsch beleid een
bedenkelijken knak zou gegeven hebben.
Stel u voor een minister, die gewoonweg
de deur van rijn kamer ik bodooi „kabi
net" op slot draait en voor niemand te
spreken is, dagen achtereen zonder iemand
goeden dag of goeden middag te zeggen op
zijn kantoor komt! Toch was zóó de toe
stand. En in die omgeving werden baantjes
verdeeld en vergeven, die tot de hoogst be
zoldigde in den lande behooren."
Over den strijd can een van die baantjes,
nlL het consulaat-generaal te Johannesburg
in Zuid-Afrika, vertelt de correspondent dan
het volgende: „Dat is een zeer vet kluifje,
een betrekking die een kleine 20 mille geeft.
Natuurlijk wordt daar druk om gevochten
en zijn er tal van „candidaten". Maar nu is
bet grappige, dat geen der partijen aan het
departement, die elk hun candidaat Had
den, den minister tot oen besluit konden
brengen. „Favoriet" van, laten wij maar
zeggen een „ooalitiegroep", was de heer De
Savornin Lobman, gewezen advocaat te Pre
toria. „Favoriet"' van een andere groep was
de heer De Wildt, gewezen hoofdambtenaar
der Z. A. S. M. Maar dr. Kuyper, die Tie-
slist, wilde noch van den een noch van den
ander weten en achtte het rechtvaardig en
billijk, dat een van de hoogste en best be
zoldigde consulaire betrekkingen aan iemand
uit het consulaire korps zou gegeven wor
den. Toen zeide baron Melvil van Lijnden,
die de benoeming moest teekenen„dan tee-
ken ik..niet" En gedurende de zes maan
den, dat deze zaak hangende is, heeft nie
mand Z.Exc. kunnen bewegen om tot een
besluit te komen. Hij bleef volharden in het
niet-besluiten. Deze Historie moet dan ook
de aanleiding geweest zijn tot het aanstellen
van een mentor, die voor- Het begaan van
verdere gekheden moest waken".
Die heer Graeme Scliott, Woensdag-
aivond te 's-Gravenhage aangekomen, wordt
bij de Engelsché legatie geplaatst als Hono
rair attaché.
De minister van marine en do te 's Gra
venhage aanwezige commandant van het Diuit-
sche opleidingsschip „Stedn" hebben met
elkander bezoeken gewisseld.
Bij het diner, door den minister van
Marine gegeven ter eere van schout-bij-naclit
Kouwenberg, benoemd commandant der zee
macht in Oost-Indië, heeft de minister een
afscheidsdronk gewijd aan den commandant
Kouwenberg, die 's ministers toast beant
woordde.
Onder de Katholieken in het district
Deventer bestaat volgens de „Residentiebode"
het zeer ernstige voornemen om a tout prix
een herkiezing van het aftredend lid, mr.
Marchant, te beletten.
De rechtsche partijen, hoewel een sterke
minderheid vormende, kunnen liet nooit zoo
ver brengen, dat rij bij een verdeeldheid; on
der liberalen hun candidaat in herstemming
brengen. Zij kunnen echter wel, door rich
reeds bii de eerste stemming te werpen op
den oud-liberalen candidaat. do verkiezing
van een vrijz.-democraat a la Marchant be
letten.
Als de oud-liberalen in Dteventer een can
didaat weten te vinden van gematigden aard,
bijv. type-Roëll, dan is het bijna zeker, dat
de katholieken diens candidatuur dadelijk
zullen steunen, en wellicht ook de antir. en
christ.-hist. partij.
In een druk bezochte vergadering van
de vrijzin ndg-democratisohe kiesvereeniging
to Middelburg is gisterenavond met alge
meen© stemmen tot voorloopife candidaat
voor de Tweede Kamer gesteld de heer Her
man Snijders, te Middelburg, die rioh be
reid verklaarde deze voorloopige candidatuur
te aanvaarden.
Medegedeeld werd dat ook verschillende
andere vrijzinnige kiesvereenigingen en
plaatselijke oomité's op Wadberen eveneens
met bijna algemeene stemmen den heer Snij
ders voor loo pig hebben gecandideerd.
De gemeentesecretaris van Hoorn, de
heer "W. van Waning, herdacht gisteren rijn
25-jarige ambtsvervulling. Vele blijken van
waardeering en achting werden hem toege
bracht. Namens den raad en diens voorzit
ter werd den jubilaris een stoffelijk blijk
van hulde overhandigd. Ook de versdhillendo
gemeenteambtenaren boden den heer v. Wa
ning geschenken aan.
Te 's Gravenhage is bericht ontvangen,
dat mr. A. Kerdijk, oud-lid der Tweede Ka
mer der Sta ten ►Generaal, in het buitenland'
is overleden.
Met mr Kerdijk is iemand heen gegaan,
die zoowel op politiek als op economisch ge
bied zeer veel heeft gedaan. Enkele bijzonder
heden uit zijn werkzaam levcu mogen hier
volgen.
Hij studeerde in de rechten aan do Utreeht-
sclie universiteit en na zijn promotie werkte
hij eenigen tijd samen met rijn zwager, den'
heer Van Marken, den bekenden Delftechen
fabrikant. In 1881 werd hij benoemd tot di
recteur der rijkspostspaarbank, doch in het
zelfde jaar reeds dong hij naar de betrekking
van secretaris van de Maatschappij tot nut
van het Algemeen, waartoe hij ook benoemd
werd. Hij bekleedde die functie tot 1887, toen
hij zijn betrekking neerlegde om rich geheel te
kunnen wijden aan de redactie van het Sociale
Weekblad, welk blad door hem geleid werd,
totdat hij zich voor een paar jaar geheel uit
het politieke leven terugtrok, dloch waarin hiji
bleef schrijven, tot het. laatste toe. Want nog
in hot nummer van 4 Maart jl. staat een bij>-
dragc van zijn hand.
Van het tijdschrift „Vragen des tijds", be
hoorde hij tot de oprichters."
Enkele jaren, van 1884 tot 1887, was hij
lid van den Raad van Amsterdam en van
18871901 lid van do Tweede Kamer, waarin
hij tot do bekwaamste leden behoorde. Voor
de ontwikkeling van het volksonderwijs heeft
hij krachtig gewerkt en van do Vereeniging
„Volksonderwijs" was hij een tijdlang secre
taris.
Nog zij gemeld, dat hij de functie bekleed
de van voorzitter der centrale commissie voor
de statistiek, en ook als zoodanig maakte hij
rich verdienstelijk, zóó zelfs, dat, toen hij
zich uit het openbare leven terugtrekkende,
rich te Laren metterwoon ging vestigen, b:j
Kon. besluit de organisatie dier Commisie ge
wijzigd werd, om het mogelijk te maken, dat
mr. Kerdijk het voorzitterschap kon blijven
bekleeden, ook ai woonde hij buiten 's Graven-
hagc.
In het dagelijksch leven was hij bekend als
een man met een open karakter en beminne
lijk in den omgang. En deze eigenschappen
maakten, dat velen, die overigens op politiek
gebed rijn tegenstanders waren, tech tot rijn
vrienden behoorde.
Mr. Kerdijk bereikte den leeftijd van 59
jaar.
Men schrijft uit 's Gravenhage
Een kleine schare van mannen, werkzaam
op staatkundig, maatschappelijk en koloniaal
gebied was gisteren voormiddags op Eik en
Duinen vereenigd aan de groeve van den
heer G. H. van Soest, mede-oprichter van
het Indisch Genootschap en baanbreker van
de nieuwere koloniale beginselen.
't Waren o. a. de oud-minister Pierson,
de oud-gouv.-gen. mr. Pijpacker Hordijk, de
heer Van Deventer, dr. Kielstra, de heéren
Boudewijnse, secretaris van het Ind. Genoot
schap, en mr. J. Boudewijnse, welke drie
laatstgenoemden als vrienden van den ont
slapene van af het. sterfhuis in rijtuigen
volgden en van de afd. der Vereeniging tot
zedelijke verbetering van gevangenen, waar
aan de heer v. Soest tot voor korten tijd
zijne belangstellende medewerking als be
stuurslid verleende, de heeren Pastor, vice-
president, en Van Buren, bestuurder.
Toen de lijkbaar, versierd met een zeven
tal bloemstukken van verschillende soort, in
het graf was neergezonken, bracht de plicht
der erkentelijkheid mr. Pierson, als voorzit
ter van het Indisch Genootschap, tot spre
ken, omdat deze instelling aan Vam Soest
zooveel verschuldigd is en daaronder in de
allereerste plaats hare geboorte, want van
Soest behoorde in het jaar 1854 tot de 28
stichters. Mr. Pierson beschouwde dit initia
tief als een daad van moed en beteelcenis ini
de dagen van grooten bloed van heb cultuur
stelsel toen beginselen werden toegepast, die
heden ten dage worden afgekeurd.
Daartegen te strijden noemde Spr. een
daad van karakter, die door Van Soest vol
bracht werd.
Als een staaltje van den grooten weeerrini
bij velen tegen de vooruitstrevende denk
beelden op koloniaal gebied, wees mr. Pier
son er op, dat in die dagen slechts met groote
moeit een zaal' was te krijgen voor de ver
gaderingen van het genootschap.
Een saluut bracht hij verder aan het eere
lid gedurende 10 jaren, wiens verdiensten-
erkennaing door de regeering met het offi
cierskruis der Oranje-Nassau-orde een oor
zaak van groote blijdschap was voor velen,
die de persoonlijke eigenschappen van Vam
Soest hoogschatten, die wasten wat hij op
wetenschappelijk gebied heeft voortgebracht,
toen hij redacteur was van het tijdschrift
voor Ned.-Indië en door rijm geschrift over
het cultuurstelsel.
Aan deze groeve kom Spr. niet nalaten te
herinneren, dat toen Van Soest de koninklij
ke onderscheiding ontving, hij de opmerking
maakte, dat rijn leven altijd geweest is sans
espoir de recompense en terecht, want, hoe
wel hij niet zocht naar eer, vomd hij die,
daar zijn leven steeds tot hooger doel was
gewijd.
De heer Pierson besloot rijm lijkrede met
te wijzen op het loon, dat de overleden© ge
vonden heeft in den dank en de liefde van
allen, die hem in rijjn werk hebben gadege
slagen en namens wie hij thans die laatste
hulde bracht.
Aan den spreker vertolkte de heer Van
Soest, uit Hasselt, neef van den overledene,
den dank der familie voor zijne sympathieke
en treffende woorden.
Hiermede was de laatste plicht in allen
eenvoud volbracht.
Uit de diamantindustrie.
In eene gisterenavond gehouden druk be
zochte vergadering der Amsterdamsche Ju-
weliersvereeniging ia uitvoerig van gedach
ten gewisseld over de door den Alg. Ned.
Diamantbewerkersbond verlangde 25 pet.
verhooging op het minimumtarieg voor bnl-
lant- en kapsnijders. De vergadering dus
deelde het bestuur aan de pers mede was
zeer teleurgesteld, dat me" van de zijde van
den A. N. D. B. niet walde ingaan op het
gedane voorstel om deze quaestie doen: eene
gemengde commissie van werkgevers en werk-
lieden te doen regelen. Men had verwacht
dat dit voorstel, dat zelfs van terugwerken
de kracht zou zijn, meer waardeering zou
hebben gevonden, te meer waar der commis
sie de opdracht zou gegeven worden om daar,
waar de looaen behoorden te worden ver
hoogd, zulks te doen in de mate waarin dit
noodig mocht blijken. Onder deze omstandig
heden besloot de vergadering ten slotte, met
op twee na algemeene stemmen, niet in te
gaan op den eisoh van 25 pet. verhooging
van het bovengenoemde minimumtarief. Het
bestuur werd verder gemachtigd om teT wille
van den vrede als bemiddelingsvoorstel aan
den vrede als bemiddelingsvoorstel aan don
A. N. D. B. aan te bieden eene verhooging
van do tegenwoordig betaalde verdienstecij-
fers der snijders met 15 pet.
Werkstaking. Aan de sigarenfa
briek van do firma Van Dam en Groen, te
Wijk bij Duurstede, hebben sedert Maandag
jl de sigarenmakers liet werk gestaakt. Zij
eischen per 100Ö stuks f 4 tot f 4.25 loon.
Sorteerders en verpakkers werken door.
Mishandeling door een. in
specteurvan politie. Het Hof te Leeu-