rs A SS7. Dinsdag 18 April 1905. BUITENLAND. FEUILLETON. EEN PRINSES. 3"" Jaargang:. MERSFOORTSCH DAGBLAD. ABONNEMENTSPRIJS Pay 3 maanden roor Amersfoort f 1.25. Idem franco per post- 1.75. Afzonderlijke nummers- 0.05. Deze Courant versohijnt Dagelijks, met uitzondering ran Zon- en JPeöstdagen. Adrertentien, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF 6 C». Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 60. PRIJS DER ADVERTBÜTIËlf Van 1—5 regel*Jtt-ïS. EUre. regel meer OiX5» Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen, tót het herhaald adverteëren in dft.Blad bjj 'abonnement. Bene circulaire, bevattende de toorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Kennisgeving. Burgemeester en Wethouders der gemeente Amersfoort, Gelet op art. 31 der Kieswet, Brengen ter openbare kennis, dat de ver zoekschriften tot verbetering van de Kiezers lijst 19051906 ingekomen, op de Secretarie der gemeente voor een ieder ter inzage liggen en in afschrift, togen .betaling der kosten, ver krijgbaar gesteld. Amersfoort, den 17. April 1905. Burgemeester en "Wethouders voornoemd De Secretaris, De 'Burgemeester, J. G. STENiFBRT KROESE. WE IJ TIERS. Politiek Overzicht Dn agrarische beweging in Rusland. II. (Slot). Do tegenwoordige onlusten onder de boe renbevolking roepen de herinnering wakker aan de opstanden, die in der laatsten tijd van dein Krim-oorlog in Zuid-Rusland plaats had den en die bloedig onderdrukt werden. Even als destijds, heeft de ongelukkige loop van den oorlog in de centrale regeeriug te Peters burg eene zekere verwarring en verslapping teweeg gebracht, waarvan de invloed zich ook in de provinciën doet gelden. Men voelt daar, dat er geen vaste hand aan de Newa regeert, en dat maakt le overheden zwak en besluitelooszij weten met goed, hoe zij zich tegenover de beweging moeten gedragen. De voorname oorzaak van de onlusten is, evenals voor vijftig jaren, de ontzettende ellende van de bevolking ot> het platteland. Eene aangrijpende voorstelling van den toe stand der boeren in de centrale gouvernemen ten van. Rusland bevat een boek, dat een paar jaren geleden is uitgekomen. De schrij ver, Bechtejew genaamd, is vele jaren amb tenaar in een der landschappen, daarna vre derechter, eindelijk adelsinaarsckalk geweest hij is, ook naar het oordeel van de regeering, eene autoriteit op dit gebied, zooals blijkt uit het feit, dat de gouverneur van Cherson hem verleden jaar heeft uitgenoodigd tot deelneming aan de werkzaamheden van eene tot onderzoek van den toestand van den land bouw ingestelde staatscommissie. Blijkens de verklaringen van Bechtejew is het land verarmd; de grondbezitters geraken steeds dieper in schulden en de achterstand van de belastingen, die de boeren moeten op brengen, groeit aanhoudend aan. Van de 103 millioen desjatinen bouwland geven 39 pet. in 't geheel geene opbrengst zij liggen braak of worden woest gelaten. De welstand onder de boeren daalt. Zoo bedroeg ;n. het district Jelez (gouvernement Orel), waar ook nu boe ren onlusten plaats hebben, het aantal hof steden zonder paarden in het jaar 1880 22,8 pet., in het jaar '"J3 38,7 pet. van het ge heele getal boerenhof stéden, terwijil het getal hofsteden zonder koeien in denzelfden tijd van 31 tot 42pet. gestegen was. Er wordt wel meer graan uitgevoerd, maar de winst wordt steeds kleiner, omdat de graanprijzen dalen. De veestapel gaat achteruit en de hoe danigheid van het vee vermindert. Het beeld van eene typische boerenhofstede in de centrale gouvernementen schildert Bechtejew aldusEene kleine, meest verval len hut, waarin het gezin slechts vegeteert. De kleeding bestaat uit het allerslechtste ka toen voor het geheele gezin is één halve pels en één paar vetlaarzen beschikbaar. Als slaap plaats dient een kale bank het hoofdkussen wordt vervangen door een opgerolde rok of jak; een deken ontbreekt. Het voedsel be staat uit kool, aardappelen en zwart brood als drinken dient een gezuurd aftreksel van roggemeel, een voorbehoedmiddel tegen scheurbuik. Vleesch, vet of hennepolie krijgen de boeren slechts 3 a 4 maal in het jaar op de groote feestdagen. Het huisraad is zeer schraal, want de boeren hebben, om hunne belastingen te kunnen betalen, alles verkocht wat zij maar konden verkoopen. „De boer'', zegt Bechtejew, „betaalt thans aan belastin gen slechts zóó veel als hii zelf naar het be lastingkantoor brengt en niet zooveel als hij behoorde te betalen, omdat het ondenkbaar geworden is de belastingen dcnr dwahg te innen. Dé boer, op wiens hoeve achterstallige belasting drukt, wacht zich wel iets aan te schaffen wat tot dek'ring van den achter stand in beslag zou kunne., genomen worden." Het is begrijpelijk, dat een onder zulke omstandigheden levende boerenstand de hand uitsteekt naar den door den grondeigenaar verzamelden voorraad levensmiddelen, zoodra hij meent dit ongestraft te kunnen doen. Bij de laatste onlusten in de gouvernementen Koersk, Orel en Oharkow is bij herhaling gebleken, dat de boeren het hoofdzakelijk op graan gemunt hebben, want geld is van de grondbezitters bijna ooit verlangd. In eene district liepen de boeren van dertig dorpen te hoop en plunderden in den loop van eene week 21 goederen. In de meeste gevallen werden de landheeren door eene deputatie van boeren in kennis gesteld van den over val, dien zij hadden te verwachten, met nauwkeurige opgave van den dag. Een op een hooger gelagen punt aangestoken hoop stroo gaf den boeren uit den omtrek het sein, en dan verschenen zij inet uunre voertuigen, bra ken de schuren open en laadden het koren op hunne wagens. Mishandelingen tegen 'Je laudheeren kwamen niet voor; wel werd de politie met slagen weggedreven. Ziekenhui- ze i en scholen werden in de gouvernemen ten van Midden-Rusland steeds ontzien menige landheer zocht daarin eene toevlucht. Evenals in de betrekkingen tusschen de fabrikanten en hunne werklieden de houding van de eersten heeft bijgedragen om de be weging onder de laatsten te bevorderen, zijn ook de landheeren niet zonder schuld aan de beweging, die zich van de boeren bema Vti- tigd heeft. Het ligt voor de hand, dat eene verbetering van de betrekkingen tusschen de landheeren en de boeren niet door de af kondiging van den st -t van beleg en door lichamelijke bestraffing van de boeren kan worden teweeggebracht, maar slechts door eene humane behandeling en bovenal door verbetering van hun aterieeleu toestand. Boerenopstanden zijn in Rusland niets zeld zaams; nooit echter waren zij tegen de re geering of tegen den Czaar gericht, en de opruiers hebben er tijd het meeste succes mee gehad, wanneer zij de boeren influister den, dat de Czaar hun had vergund en zelfs bevolen, het eigendom van de landheeren weg te nemen. Maar met geweld kan nu niet meer zooveel tegen hen worden uitgericht als vroeger. De kennisgeving van den gouverneur van Wladimir, dat den lOen Maart in den streek van Orochewo-Soejew een militair com mando door boeren overvallen is, verraadt een toestand, zooals 'n Rusland nog niet is voorgekomen. De gewone middelen van de l reaucratie missen ditmaal hunne uitwer king. Wat Rusland behoeft om uit den be- staanden chaos een uitweg te vinden, is een man van den ruimsten blik en de grootste kracht. De redder u't den nood, waarvan Bechte jew gewaagde, is tot dusver nog niet ver schenen. Maar de Russische regeering is blijk baar tot het inzicht gekomen, dat er iets moet worden gedaandat bewijst de benoeming van de staatscommissie, die haar hierover zal moeten voorlichten. Frankrijke Limoges, 18 April. Deelnemers aan eene betooging hebben getracht de deuren der ge vangenis open te breken om hunne gevangen makkers te bevrijden. Zij hielden duchtig huis op het kermisveld, waar zij verwoestin gen aanrichtten en huizen pluuderden. De troepen gaven vuur; naar men zegt viel tr één doodo en werden drie personen gekwetst, waarvan één doodelijk. Voordat er geschoten werd, werd de menigte driemaal gesommeerd uiteen te gaand© betoogers antwoordden met een regenbui van steeneneenige ver woede soldaten schoten toen, zonden' het be vel daartoe ontvangen te hebben. 30 perso nen werden gearresteerd; verscheidene sol daten werden door steenworpen gewond. Italië. Rome, 17 April. De Kamer is begonnen met de beraadslaging over het ontwerp tot overneming van de exploitatie der spoor wegen door den Staat. Zweden. Stockholm, 18 April. Omstreeks 500 leden van heb spoorwegpersoneel in Stockholm en omstreken hielden gisterenavond eene pro test-vergadering tegen het regeeringsontwerp van eene stakingswet. Er werd een besluit aangenomen, dat een scherp protest bevat ti.gen het regeeringsontwerp en het spoor wegpersoneel aanspoort zich bij de overige werklieden in den strijd tegen de klassen- politiek van de regeering aan te sluiten. Aan de in Italië stakende spoorwegmannen werd ecu telegram van sympathie gezonden. Rusland. In het verslag van de commissie tot inza meling van vrijwillige giften voor de Russi sche vloot wordt vermeld, dat tot 19 Februari ontvangen zijn bi ma 17 millioen gulden en daarvoor besteld achttien torpedokruisers, met een snelheid van 25. knoopen en water verplaatsingen loouende van 500 tot 615 ton, benevens vier onderzeesche booten. Op bevel van den Czaar zal do eerste reeks dezer nieuwe schepen onderscheidenlijk ge doopt wordenEmil Bocharski, Finn, Stavro- polski, Troechmenets, Kasanets, Woiskowoj on Oekraina. Beide laatstgenoemden hadden eigenlijk reeds met de eerste afdeeling van het derde eskader moeten uitstoomen, maar de werkstakingen en onlusten der laatste maanden hebben dit verijdeld. Dezen zomer hoopt men ze echter alle gereed te hebben om zee te kiezen. Bij het bericht, dat de Czaar de afdoening van het verzoek van de synode der orthodoxe kerk tot bijeenroeping van een concilie om hervormingen te brengen in het kerkbe stuur en een patriarch te kiezen, heeft uit gesteld tot een rustiger en meer gelegen tijd, teekent de Neue Freie Presse aan, dat de al machtige Pobedowoszew ook ditmaal over winnaar gebleven is. Eerst weinige dagen ge leden had de procureur van de synode den Czaar verklaard, dat voor het bijeenroepen van een concilie het tijdstip niet geschikt was, en reeds nu is het verzoek afgewezen. De zitting van den landdag van Finland is gesloten. De boodschap van den Czaar, waannee dit is geschied, houdt in, dat dit gedaan is omdat de voor de werkzaamhe den van de stenden bepaalde tijd verstre ken is. De Czaar beveelt de leden van den landdag aan in de bescherming van den Al lerhoogste en verzekert het Finlandsohe volk van zijne voortdurende welwillendheid. De voorzitter van den landdag heeft, in antwoord daarop, do verknochtheid en de trouw van den landdag aan den Czaar doen kennen en do vreugde uitgedrukt, waarmee door de bevolking de tijding was begroet, dat de Czaar sommige deelen van het verzoek schrift van de stenden had toegestaan. Hij hoopte en wenschte, dat de rest van het ver zoekschrift eveneens zou overeenkomen met de bedoelingen van den Keizer. De graven Creutz, dio verbannen waren, hebben vergunning gekregeD in Finland te rug te koeren. In een verzoekschrift, dat udt Litauen aan het minister-comité gezonden is, wordt de vorming van een Russisehen federatieven staat gevraagd, met een zelfstandig Litauen. Creta. Ten gevolge van de gevangenneming van opstandelingen door troepen van de staten, die het protectoraat uitoefenen, en van de gevangennenrng van aanhangers der uniebe weging in Kanea, door de regeering, is vol gens een bericht uit Athene de verbittering gestegen. Het volk vordert de vrijlating van de gevangenen. De opstand breidt zich uit. De internationale troepen houden de opstan delingen te Therisso ingesloten en verhin deren de proviandeering. Door de opstande lingen te Therisso zijn hier gendarmen ge vangen genomen. Bij de verkiezingen voor de vertegenwoor digers van Kreta is het op twee plaatsen (Varnos en Drepanics) tot botsingen geko men, waarbij dooden moeten zijn gevallen. Op twee andere plaatsen (Lakha en Prase) werd de verkiezing door gewapende ontevre denen verijdeld. De prins-commissaris wil de Kamer den 20en laten bijeenkomen. De opstandelingen hebben van den com mandant der troepen een nieuwen bedenktijd van acht dagen verlangd. Een Oostenrijksch oorlogsschip is in Rethimo aangekomen. Italië zendt eene vlootdivisie. Thibet. Tengevolge van besprekingen tusschen de regeeringen te Londen en te Peking is het ontwerp-verdrag ten aanzien van Tibet gewij zigd. De wijzigingen betreffen o. a. het uitstel van de regeling, waarbij markten in Tibet voor den handel geopend zouden wordende Engelsche regeer in" ?al geen rechten heffen van goederen uit Tibet voordat de geheele overeenkomst tot stand gekomen is. Vereen igde Staten. Naar aanleiding van den wensch, die on langs werd uitgedrukt, dat de regeering der Vereenigde Staten het programma vau de onderwerpen, die door de tweede internatio nale vredesconferentie moeten worden over wogen, nader zal aanduiden, wordt in het staatsdepart-ement verklaard, dat het depar tement wel is waar gaarne gevolg zou geven aan dit verlangen, maar van meening is, dat als het dit doet, aan het succes van de confe rentie daardoor afbreuk kan worden gedaan, omdat sommige mogendheden in twijfel zou den kunnen trekken, dat voorstellen, uit gaande van de Vereenigde Staten, geheel be langeloos zijn. Het staatsdepartement meent dus thans zijne taak in zóóverre vervuld te hebben, dat het de onderhandelingen daar over opdraagt aan den raad van bestuur van het internationale scheidsgerechtshof te 's Gravenhage. De oorlog in OttbAzli. Van den oorlog *ijn de volgend» berichte* Prins Karei ^.nton von Holienzollern keert morgen uit het "-^nusche hoofdkwartier naar Duitschland terug. Generaal Okoe heeft ter eere van den prins een afscheidsmaal gegeven. Tokio, 17 April. Volgens een officieel tele gram rukten in den nacht van 15 April vijl vijandelijke escadrons Sanjenching, op deu weg van Fakoemen naar Fhengwa, binnen. Onze manschappen deden een naohtelijken aanval en dreven den vijand noordwaarts. De door een paniek bevangen vijanden lieten acht dooden achter. Wij verloren twee manschap pen. Er komen herhaaldelijk op verschillen de plaatsen cavalerie-schermutselingen voor; overigens is er geen verandering van eenige beteekenis. Tokio17 April. Men berekent dat de Oostzeevloot den 12en April des middags in de Kamranhbaai aankwamzij moet dus 48 uren in de haven gelegen hebben toen zij den, 14en te 12 uur werd gezien. Het bericht van dit lange verblijf in de watereu van Coohin-Cbina heeft verbazing verwekt te Tokio omdat men algemeen in twijfel trok, dat Frankrijk zou toelaten, dat zijine havens werden gebruikt door de vloot van een der oorlogvoerende partijen, die bezig is operatiën te verrichten. Men verwacht, dat Japan onmiddellijk bij Frankrijk zal protes teeren. en het antwoord van do Fransche te- geeriug wordt met verlangen tegemoet gezien. Wanneer Frankrijk ontkent dat de vloot in de Fransche territoriale wateren is, dan heeft Japan gelegenheid de schepen van Rodjest- wenskv aan te vallen zonder Frankrijks on zijdigheid te schenden. Laboean, 17 April. De Amerikaansche tor pedojagers „Barry" en „Channy" zijn hier aangekomen van de Philippijnen om zioh te voegen bij den kru'ser „Raleigh", die echter reed9 vertrokken was. De torpedojagers had den noch van de Russische noch van de Ja*- pansche vloot iets gezien. Hongkong, 17 April. (Daily Mail). De stoomboot North Auglia heeft Vrijdagavond laat een sterke vloot van kruisers gez> >n op de hoogte van het Bombay rif. De vloot f tuur de zuidwaarts en maakte een druk gebruik van zoeklichten. Of de kruisers Russen of Japanners waren, kan men niet zeggen. Tokio, 17 April. (Daily Telegraph.) Men bericht, dat Zondag schepen van do Russische vloot in de buurt van Hongkong lagen. Vijf kolenschepen waren ook geankerd bij een eiland op vijf mijlen afstand van Hongkong. Volgens een telegram in de Petit Parisien zijn de Bogatyr, de Rossia en de Gromoboj nu geheel hersteld te Wladiwostok. Zij wachten slechts op bevelen om uit te stoomen en Rodjestwenski te gaan helpen. Uit Wladiwostok wordt nog bericht, dat daar vijf onderzeesche vaartuigen zijn aange komen. Duizenden koelie3 worden er aan de vestingwerken aan het werk gehouden en zoo groote hoeveelheden levensmiddelen worden voor het garnizoen gerequireerd, dat d© bur- gerij gebrek lijdt. De gepantserde kruiser Warjag, die de Russen den 8en Februari 1904 ter reede van Tsjemoelpo verloren, zal waarschijnlijk bin- 44 Roman van MORITZ VON REICHENBACH. Egbert zag haar aan. Zij w&s weder op een van de groote, met mos begroeid© wortels gaan zitten, dicht bij het water; haar witte hoed lag naast haar en terwijl zij daar zoo voor zich heen zag, in hot eenvoudig© en toch zoo elegante, witte kleedje, met haar rijken, bruinen haardos, waarop het wisse lend licht een gouden weerglans wierp, en met het opgewonden gezichtje, waaruit de groote, donkere oogen heden zoo droevig en toch zoo innig opwaarts staarden, vergeleek hij haar in gedachten met die in haar zon- dagstooi levendig gesticuleerende en door el kander pratende meisjes, die hij kort te vo ren had ontmoet. Hij had Nanni nog nooit zoo mooi gevonden en daarbij zoo geheel anders, zoo tot oen beteren stand behoorend, als juist op dit oogenblik, en op een toon van volkomen overtuiging herhaalde hSji dan ook: „Neen, ge past niet bij die anderen; ik pas ook niet meer bij hen, hoewtel we als het zou vreemd zijn als 'bwel zoo was! En kinderen met elkander speelden. Zij zijn mij onverschillig geworden en ik ben bun met aangenaam, daar zij gevoelen, dat mijn blik verder reikt, dan do onbegrensde horizont van al hun doen en laten." Hij zweeg en Nanni antwoordde niet, dbch zuchtte slechts even voor zich heen. Zij zagen beiden naar het glanzende watervlak en naar de bietzen aan den kant, die zacht- kens, als droomend, zichi heen en weder be wogen. De stemmen van hen, die zich naar de restauratie begaven, drongen al sinds lang niet meer tot hen door, en diepe stilte lag over woud) en water; slechte een zwerm muggen danst© voor lien in den zonneschijn en boven hen in 't geboomtezongen de vo gels Mat thee had het hoofdje op Nanni's schoot gelegd. Als altijd -ersöheen ook nu, na groote opgewondenheid, eeu groote lust tot slapen, waaraan hij zich lijdelijk overgaf. Eenige minuten -ingen stilzwijgend voor bij. Aan Nanni's voeten trok langs 't watt© oeverzand een troep mieren in rustelooze bedrijvigheid heen en weer. Een gele vlinder streek langs de biezen, kwam daarna met een sierlijken bocht aangevlogen langs haar hoofd en verdween in de duisternis van het boscb. Egbert zag den vlinder na en toen weer naar de nijvere mieren, waarop Nanni, die zijn blik gevolgd had, zeide: „Die vlijtige diertjes daar hebben het goed. De lust, een vlinder te willen zijn en in 't zonlicht op te stijgen komt niet bij ze op, niets stoort ze in hun werk, en wij men schel! kunnen er zoo vaak naar verlangen vleugels te hebben." Yerwond'erd zag Egbert 'haar aan. „Wil je wel geloovem,'- zeide hij. „dat mij iets dergelijks door 'thoofd ging? Hoe vreemd toch, dat daar op 't zelfde oogenblik wat ik dacht, door u onder woorden moest worden gebracht Toen zwegen beiden weder. ,,'t Is vandaag de laatste Zondag, dien ik hier althans voor langen tijd, doorbreng," begon Egbert eindelijk weder. „Als ik hier wieer terugkom, zal ik weten, of mijn vleu gels sterk genoeg zijn, om mij zoo hoog te dragen, als ik 't ïïu verlang." „En waarom zoudt ge niet ecu groot kun stenaar worden, want dat bedoelt ge toch, als ge over de kracht- van uw vleugels spreekt, niet waar?" „Ja, dat meen ik inderdaad, en menig maal is 't mij ook of de kracht tot het op waarts stijgen werkelijk in mij is! Op an dere tijden evenwel overvalt mij weder een gevoel, alsof ik aan alles moet twijfelen, eon hewiustzijn, dat het zoo weinig is. wat ik ken en zoo heel veel, wat ik kennen moest." „Ik verbeeld mij, dat het zoo ook behoort te zijn," meende Nanni. „Als ge nu reeds alles zoudt- kunnen uitvoeren wat gowensdht dan hadt ge de hoogte, waarnaar ge streeft, immers ook bereikt." „Ge hebt gelijk, en wat ik verlang, is zeer veel." Nanni zag even met kinderlijke bewonde ring naar hem op. „Wat meet uw moeder zioh daarover ver blijden zeide zij met innige overtuiging. Egbert, lachte, maar schudde eenigszdns weemoedig het hoofd. „Die goede moeder," zeide hij. „zij meent liet gewis goed met mij, maar zoo heel erg verblijdt ziji zich toch n'et over mijn Italiaan- sbhe reis." „Hé, ik dacht altijd, dat zij zooveel plei- Vroeger, toen ge er nog nas mede begon zier had in uw werk! "Vroeger, toen ge er nog pas mede begonnen waart, heb ik dat, dunkt me, vaak genoeg gezien." „Ja, ze was daarmede zeker in haar schik want wij Neurcnbergers Weten, dat een flink kunstenaar een hoog geacht man kan wor den, die een rijk bestaan heeft." Hij lachte bibter. „Dat is 't voordeel, een Ncurenber- ger van geboorte te zijnmen wordt niet van kindsbeen af als een deugniet beschouwd, wanneer men wordt opgeleid voor het een of ander kunstvak. Maar en nu komt de keerzijde dér medaille onze zorgzame va ders en moeders beschouwen de kunst slechts als iets, waarmede iemand een goed stuk brood kan verdienen, als een soort van hand werk. De teekensöhool hier en ook nog de academie te Münahen, dat was volgens mijn brave mood'er alles goed en wel, maar de reis naar Rome is haar een doorn in 'toog. Zij verbeeldt zidh, dat ik daarginds, in Italië, lichtzinnig en lui moet worden. Oak mijn vader ziet me af en boe wiantrouWeudi aan. Hij wil, zooals hij zegt mijn geluk niet in den weg staan, maar als ik het daar ginds niet mqcht vinden, moet ik niet denken, op zijn zak te kunnen teren dat was onge veer de zin zijner woorden, toen ik hem vroeg om het reisgeld van tante te mogen besteden." „Ik had het mij anders voorgesteld," aeide Nanni. „Het moet toch zoo aangenaam zijn, dunkt me, aan het streven en aan heb voor uitkomen van iemand, die ons nabestaat, deel te kunnen nemen zij hield, midden in den zin op en Egbert vroeg haar „Geloof je dan in mijn talent, Nanni?" „O ja,antwoorddle zij snel, „ik ben zeker dat ge eenmaal een groot schilder zult wor den." „Maar vroeger, nog geen jaar geleden, ge loofde je dat. toch niet." „O toen ja, toen was ik erg kindcrach- i tig en zocht u ook dikwijls te plagon. In waarheid heb ik tochi altijd geloofd; dat gje eens een groot schilder zoudt worden „Ik dank u," zeide hij vol warmte, en hij re;kte haar de hand; „ik hoop, dat ge u niet. in mdj zult bedrogen vimden, Het doet mijl ook zooveel genoegen, dat go zegt', mij1 vroeger met uw wantrouwen alleen te hebben willen pla gen. Weet ge nog wel, hoe wij! als kleine kin deren mooie plannen voor do toekomst maak ten en elkaar zoo goed begrepen? Maar toen ge met vacantie van db kostschool was thuis gekomen, toen was het, alsof er plotseling tus schen ons -ets vreemds was ontstaan en des tijds ik wil 't volmondig bekennen, Nanni heb ik mij dikwijls over u geërgerd, zoo zeer, dat ik nooit had kunnen denken" hij bleef plotseling steken en zag op kaar hand neer, dio kiji nog altijd m de zijn© hield en die hij nul zachtkens drukte. Nanni onttrok hem die hand niet, maar zij vroeg niet een wonderlijke mengeling van schuwheid en spijt, ten gevolge waarvan haar stem een beetje onvast klonk „Wat hadt ge nooit kunnen denken?" „Dat wij eigenlijk elkander toch zoo goed verstonden," antwoordde hij, haar in de oogen ziende. Nu wilde zij haar hand terugtrokken, maar hij liet haar niet los. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1905 | | pagina 1