W°. 298.
3d" Jaargang.
Maandag 1 Mei 1905.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
EEN PRINSES.
«I
MERSFOORTSCH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.25.
Idem franco per post- 1./5.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
f 0.75.
- 0.15.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regols
Elke regel meer
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan voordeolige bepalingen tot
het herhaald adverteereu in dit Blad bij abonnement. Eene
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht
Kreta.
De beweging ten gunste der vereeniging
van Kreta met Griekenland, beweegt zich
niet in vreedzame banen. Het gevecht, dat
in de provincie Kissamo bij Voekolies ge
leverd is tussohen opstandelingen en gendar
men, is geen op zich zelf staand verschijnsel,
en het bericht van de in de dorpen luidende
stormklok, d:e de bewoners te wapen roept,
duidt aan, dat de beweging neiging heeft om
zich uit te breiden.
In de diplomatieke kringen te Weenen
wordt de toestand op Kreta als tamelijk ern
stig beschouwd. Men neemt daar aan, dat ook
de internationale troepenmacht, die op het
eiland aanwezig is, zal moeten ingrijpen om
het verzet van de bevolking te breken tegen
het besluit van de mogendheden, die de be
schermers van Kreta zijn. Intusschen meent
men te mogen verwachten, dat de thans op
Kreta aanwezige troepen, welker aantal
400f> a 5000 man bedraagt, voldoe 11 dp zullen
zijin om de opstandelingen in schaak te hou
den en dat er niet meer troepen zullen be
hoeven gezonden te worden. Wel heeft in
vroegeren tijd eene door Turkije gezonden
strijdmacht van 80,000 man de Kreten9ische
opstandelingen slechts met moeite kunnen
bedwingen. Dit is echter hieruit to verkla
ren, dat de Turken de opstandelingen in het
bergachtige binnenland volgden en op den
guerilla-oorlog, dien de Kretensers voerden,
ingingen. De internationale troepen zullen
zich echter daartoe niet laten verlokken. Zij
zullen zich, wanneer zij door de opstande
lingen geprovoceerd worden, er toe bepalen
de meest aan de kust gelegen steden, zooals
Kanea, Haleppo en Rethymo, te verdedigen
en niet eens eene poging doen tot eene ex
peditie in het binnenland. In het uiterste
geval hebben de mogendheden de mogelijk
heid in handen de opstandelingen uit te hou-
geren, door hun den toevoer van levensmid
delen af te snijden.
In ieder geval schijnen de mogendheden
vast beölöten te zij(n, niet toe te geven in
Kretai, want ziji zijin ernstig bevreesd, dat de
onafhankelijkheidsbeweging zou kunnen over
slaan naar Europeesch Turkije en bet ge-
lieele B'alkangebied in lichte laaie zetten.
Over den terugslag van de gebeurtenissen
op Elreta in het Grieksche moederland doet
de correspondent van het Journal dies Dé-
bats te Athene eenige mededeelingen, waar
uit blijkt, dat die rich daar minder doet voe
len, dan men zou denken. De geheele open
bare meening is ten gunste van de unie ge
stemd, en dat is niet meer dan natuurlijk;
maar rij weet in hare stemming thans beter
maat te houden dan vroeger wel eens bet
geval is geweest. Onbezonnen handelingen
zijp niet te vreezen. Integendeel is men eer
der geneigd te vinden, dat de beweging op
een ongunstig tijdstip is uitgebarsten. Men
is bovenal beducht, dat het geval van Kreta
aan de Bulgaren gelegenheid of het voor
wendsel zal verschaffen om in Macedonië te
handelen, en de bezorgdheid voor Bulgarije
overheerscht al het andere. De Grieken zijn
rich er van bewust, dat het onmogelijk is tot
eene bevredigende oplossing te komen zon
der de instemming van de mogendheden, en
zij voelen, dat het cr nog ver vandaan is die
instemming te krijgen. Zij zijn van meening,
dat hot onvoorzichtig en ook ongepast is
Europa te willen dwingen. Er is ééne zin
snede in de boodschap van prins George aan
do vertegenwoordiging van Kreta, waarvan
men met bijzondere instemming beeft kennis
genomendat is die, waarin hij zegt, dat
goede burgers de wapenen moeten opvatten
tegen dé vijanden van hun land en niet te-
go;! zijne weldoeners.
Bij deze overwegingen van politieke tak-
tiek voegen rich anderen van praktisoben
aard. De Grieken zullen zeker uit vaderlands
liefde de financieele lasten op zich willen ne
men, die de vereeniging met Kreta hun zal
opleggen. Maar men weet zeer goed, dat die
lasten voelbaar zullen rijjn. Wanneer de in
lijving van Kreta een voldongen feit zal zijn,
zal men aan het eiland dezelfde bestuursin
richtingen moeten geven als aan de andere
doelen van het koninkrijk. Daaruit zou, do
bevolking en de oppervlakte van het eiland1
in aanmerking nemende, eene jaarlijiksche
uitgave van 10 a 11 millioen voortvloeien,
terwijl de ontvangsten van het eiland niet
hooger zijn dan 3 a 4 millioen. Het moeder
land zou dus met een half dozijn millioenen
moeten bijspringen, althans gedurende een
tijd waarvan de duur niet to bepalen is. Dit
offer moge voor het nationale gevoel gering
schijnen, maar de belastingschuldigen zou
den het toch wel degelijk voelen. Het moet
daarom niet te luchtig opgenomen worden.
Men zou bereid zijn het op zich te nemen,
wanneer de internationale bezwaren legen do
vereeniging van Kreta met Griekenland uit
den weg geruimd zijn, maar daarop vooruit
te loopen door toepassing van revolutionairo
middelen, daartoe vindt men geen reden.
Duitschland.
Berlijn30 April. Het ter herinnering
aau de ongeveer tien jaren geleden gedane
ontdekking van de Röntgenstralen en tot
huldiging van Röntgen door de Berlijnsche
Röntgen-vereeniging bijeengeroepen Rönt-
gen-congres werd heden in tegenwoordigheid
van tal van rijks- en staatsautoriteitenvan
rectoren van universiteiten en hoogeecholen,
van professoren en vele binnen- en buiten-
landsche geleerden geopend.
Prof. Eberlein hield dé welkomstrede.
Aan prof. Röntgen werden telegrammen van
hulde gezonden. Vice-staatssecretaris Weber
begroette namens den minister van onder
wijs en eeredienst de Röntgen-vereeniging
hij sprak den wensch uit, dat haar arbeid
de wetenschap en dé menschheid rijken
zegen zou brengen.
Prof. Leonard, uit Philadelphia, dankte
namens de vreemdelingen voor de ontvangst
en verklaarde, dat geen naam beter in de
wereld bekend was dan die van Röntgen.
UH Amsterdam was aanwezig prof.
Wertheim Salomonson.
Frankrijk:
Koning Eduard VII van Engeland, die
zijne reis in het Middellandsche zee-gebied
ten' e-'nde heeft gebracht, in op zijne terug
re's eergisteren avond ite Parijs aangekomen.
Gisterenavond bood president Loubet. die
dien morgen uit Montélimar wa* teruggekeerd
hem een diner aan in. het Elysée.
Parijs30 April. De koning van Engeland
kwam om drie uur op het Ëlysec. De presi
dent van de republiek kwam hem in de vesti
bule te gemoet. Le beide staatshoofds 11 druk
ten elkaar hartelijk de hand daarna begaven
i Koning en de president zich naar het
Salon des Ambassadeurs. Een half uur lang
onderhielden beiden zich op de meest vriend
schappelijke wijze. Om 3 uur 35 verliet de
koning het Elysée.
President Loubet bracht den koning te
vier uur een tegenbezoek. Gedurende het be
zoek van en president kwam ook de minister
Delcassé in het hotel Bristol. De president
verliet het hotel om 4 uur 5, minister Del
cassé om 4 uur 25-
Frankrijk «n Duitsohland in Marokko
Tang er, 29 April. De laatste berichten uit
Fez betreffende de onderhandelingen van de
Fransche missie melden, dat deze slechts
weinig vooruitgaan.
Graaf Tattenbach, de gersant van Duitech-
land, verklaarde heden in een interview, dat
hoewel Frankrijk had verklaard in geen
gedachtenwisseling te willen treden, Duitsch
land do fout niet mocht begaan tot een bij
zondere overeenkomst te besluiten, wanneer
er reeds eene internationale conventie be
stond. Duitschland en de Sultan behoorden
tot de contracteerende partijen bij de con
ventie van Madrid n het doel van rijn zen-
ding was er voor te waken, dat deze conven
tie werd nageleefd.
3 0 April. In een ander interview ver
klaarde graaf Tattenbach, dat het doel van
zijne zending was den Sultan dank te be
tuigen voor de ontvangst, den Keizer be
reid, en de verzekeringen te herhalen be
treffende de integriteit van Marokko. Hij
had niet het voornemen conoessiën te vragen
of een handelsverdrag voor te stellen. Indien
Frankrijk met Duitschland had onderhan
deld, zou deze laatste mogendheid hebben
gewezen op de onvereenigbaarheid van af
zonderlijke overeenkomsten met de interna
tionale conventie van Madrid. Frankrijk
bood nu onderhandelingen aan, maar
Duitsohland kon niet buiten deze conventie
om gaan. Duitschland had ruimte noodig
voor rijn toenemende bevolking en zijne ko
loniën waren slechts gering in aantal en op
pervlakte.
Als Marokko eene internationale conven
tie voorstelde, zou Duitschland dat voorstel
warm ondersteunen.
Italië.
Venetië, 29 April. De ministers Goluchows-
ky en Tittoni hebben heden in een onder
houd, dat 45 minuten duurde, geconstateerd,
dat rij t volkomen eens waren over alle be
langrijke kwestiën.
Aan het feestmaal, dat bij gelegenheid
van deze samenkomst gehouden werd, bracht
minister Tittoni een toost uit op den Oos
ten rijk sclien minister, wiens belangrijk werk
voor de zaak van den vrede uitkomt door
de innigheid der betrekkingen tusschen Oos-
tenrijk-Hongarije en Italië. Graaf Goluchows-
ki antwoordde, dat het vredeswerk een on
derwerp was van rijn aanhoudende zorg. Zijn
bezoek aan Venetië toonde, dat er volkomen
overeenstemming van inrichten en uitmun
tende betrekkingen bestonden.
Rusland.
Petersburg, 29April. (PetersJburgsch tele-
graaf-agentschap). De voornaamste bepalin
gen! van de door den Czaar goedgekeurde
besluiten omtrent de geloofsvrijheid zijn de
volgende: De overgang van do orthodoxie
naar een andere christelijke belijdenis heeft
geen vervolging of nadeei voor het persoon
lijk en burgerlijk recht ten gevolge. Do
Raskob.iks (schismatieken> worden voorl aan n
drio groepen verdeeld, nl. ooid-geloovigen,
dissidenten en belijders van dwaalleeren, wel
ker opvolging gerechtelijke vervolging na
zich sleept. De eerste twee groepen krijgen
het recht tot openlijke godsdienstoefening en
bepaalde burgerrechten. Aan de oud-geloo-
I
vigen en dissidenten wordt de oprichting van
scholen toegestaan in plaatsen, waar een tal
rijke bevolking van deze belijdenissen is ge
vestigd. De beperkende bepalingen betreffen
de den burgerlijken dienst en de belooning
met de dapperheidamedaillee voor de Moloka-
nen. Doechoborzen en anderen dissidenten
worden opgeheven.
De beheerder v?i het ministerie van justi
tie heeft last gekregen tijdig maatregelen te
nemen voor do verlichting van het lot der
wegens godsdienstige misdrijven veroordeel
den, wier straf verzacht of geheel opgeheven
kan worden.
Wat de andere belijdenissen betreft, besloot
het minister-comité de bestaande beperkingen
op te heffen. Do verplichte sluiting van de
roomsch-katholieke kloosters in het koninkrijk
Polen wordt afgeschaft, zoodra de nieuw ont
worpen bepalingen in werking getreden.
Het godsdienstonderwijs van de niet-ortho-
doxo belijdenissen geschiedt in de scholen in
de moedertaal.
Aan de Mohammedanen worden geloofsvrij
heden; verleend, wait betreft de opening van
confessdoneele scholen, de vrijstelling van de
mollahs en hoogere geestelijken van den mili
tairen dienst en de openin? van bedehuizen.
Dé aanschrijving strekt rich ook uit tot de
Laanaiten, die in de officieele stukken voort
aan niet meer als afgodendienaars en heide
nen mogen worden aangeduid.
Petersburg, 29 April. (Petersburgsch tele-
graafagcntschap). Een keizerlijk besluit ver
leent don boeren in een aantal gouverne
inenten nieuwe voordeelen. door te bepalen,
dat de achterstallige schuld bij do aflossing
van de van 1867 tot aan de geboorte van
den troonopvolger verstrekte leeningen bij
misgewas als afgedaan moet worden be
schouwd. Het bedrag van de kwijtgeschol
den schulden wordt becijferd op 75 millioen
roebels.
Petersburg, 29 April. De beheerder van
het ministerie van marine, vioe-admiraal
A vel lane,. is bevorderd tot admiraal. Hij
blijft in zijn ambt gehandhaafd.
De beheerder van het departement van
justitie, Manuchin, is tot minister van justi
tie benoemd.
Petersburg, 30 April. Bij Keizerlijk besluit
i% de stadhouder vau den Kaukasus, graaf
Woronzow Daschkow in den Rijksraad be
noemd en tevens tot lid van den ministerraad
en het minister-comitéde staats-secretaris
baron Nolde, zal de vertegenwoordiger van
den stadhouder ziju bij de zittingen van deze
hoogste staatscolleges. De zaken, die de per
soonlijke beslissing van den Czaar eisehen,
zullen dezen door den stadhouder door bemid
deling van baren Nolde worden voorgelegd.
Bij Keizerlijk besluit ziju naar aanleiding
van het Paaschfeest in n Rijksraad be
noemd de adjudant-generaal Gripenberg, de
senatoren Taganzew en Lasarew, de adjunct-
minister van financiën prins 'hclensky. de
adjunct-minister van justitie Schmeemanu,
do adelsraaarschalk van Toela Arseniew.
Voider werd aan den Russischen gezant
t Wennen, .prins Oeroossow, en aan prof
von Martens de Alexander Newsky-orde ver
leend. Aan der gezant T-rrikow is de Wla
dimir-orde Ce klasso verleend.
De Czaar heeft, den wegens het kartetsschc
bij gelegenheid van de wij Hng van het Neva
water, tot vestingstraf veroordeeldeu artil
lerie-officieren Dawydow, Karzow on Bot
gratie verleend en de straf veranderd in drie
en vier maanden arrest op de hoofdwacht
met beperking van eenige dienst rechten.
Petersburg, 30 April. De processie om d
Izaacskcrk had in den afgeloopen naolit ou
der militaire bescherming zonder incident
plaats. De troepen hadden een dichtaaneen
gesloten cordon om de kerk getrokken. E
waren slechts weinig toeschouwers. Ook ovcri
gens is de Paasehnacht rustig verloopon.
Moskou, 30 April. (Petersburgsch telegraaf-
agentschap). In het Polytechnische Museum
brak heden morgen om vier uur op de vierde
verdieping brand uit. Het vuur nam spoe
dig groote uitbreiding aan. De afdeeling
bouwkunst is geheel vernieldde natuurkun
dige afdeeling, met hare kostbare werktui
gen, de bibliotheek en de landbouwkundige
afdeeling leden ernstige schade. De verzame
lingen, welker waarde millioenen bedraagt,
waren voor slechts 160,000 roebels verzekerd.
(Jzentoch.au, (Russ. Polen), 29 April. Heden
had hier een botsing plaats tusschen soldaten
eu arbeiders, die uit de voorstad naar de stad
wilde trekken. De troepen versperden der
menigte den weg. Toen de menigte de som
matie om uiteen te gaan niet opvolgde, vuur
den de soldaten. Vier arbeiders werden ge
dood en nog meer worden gewond
Bulgarije.
Parijs, 30 April. De vraag der verheffing
van Bulgarije tot een koninkrijk is voor de
Europeescho regeeringen gebracht. Het denk
beeld is niet bepaald ongunst'g ontvangen,
maar er bestaat eenige onzekerheid omtrent
de vraag hoe het Bulgaarsche volk het denk
beeld zou opvatten van de oprichting van
een koninkrijk met eene bepaalde grens en
met uitsluiting van het streven naar Mace
donië.
De voorstanders van het plan wijizen er op.
dat als Bulgarije een onafhankelijk koninklijk
wordt, het zou ontkomen aan de voortduren
de oppositie, die het vorstendom nu ontmojt
wanneer de sanctie van de Porte vereiseht
wordt voor do Bulgaarsche voorstellen.
TurklJOi
Konstantinopel, 30 April. Men verzekert
dat Saana, de hoofdstad van Yemen, gisteren
door de Arabische opstandelingen veroverd is.
Konstantinopel30 April. De Engelschtn
hebben matrozen en kanonnen ontscheept
te Koweit in de Perzische Golf. Zij richtten
er versterkingen op, waarover de Engelsche
vlag wappert. De Porte protesteerde bij den
Engelscheu gezant te Konstantinopel en bi:
het ministerie van buitenlandschc zaken te
Londen
Vertenigde Staten.
New-York, 29 April. De New-York Herald
verneemt uit Washington, dat president Roo
sevelt den gezant in Venezuela, den hear
Bowen, heeft gelast onmiddellijk naar War
shington terug te keeren in verband met de
beschuldiging, door hem tegen den vioe-
staatssecretaris Loomis ingebracht, dat deze
als gezant te Caracas een cheque van 10,000
dollars zou hebben ontvangen van de New-
York Bermudez asphalt-company.
De oorlog in Oost-Azië.
Van den oorlog zijn de volgende berichten
Petersburg, 30 April. (Petersburgsch tele-
graaf-agentschap). Generaal Linewitsch be
richtte gisteren aan den Czaar- Den 23en
vielen twee Russische aftleelingen in do nabij
heid van de stad Toenkhoesian den vijand
aan. Zij verdrevon hem achtereenvolgens uit
vijf stellingen en bezetten de stad.
Op last van den opperbevelhebber Line-
witsch, worden de Russische troepen tegen-
52 Roman van
MOKITZ VON REIC HEN BACH.
Kurt Mellow overheerschte haar in zekeren
zin, en tot liaar eigen verbazing vond rij 't
noch moeilijk, nocbi vernederend, zich aan hem
te onderwerpen. Hoe meer rij met hem om
ging, des te 'gemakkelijker viel het haar, ja,
verkreeg het zelfs voor haar een eigenaardige
bekoorlijkheid, rich naar hem te voegen «en
rijn meening te leeren deelen.
Maar zoodra zij weer alleen was, verbeelde
zij zich, dat er tegenwoordig een ondragelijk
juk op haar rustte, en haar gevoel van trots
en eigenwaarde richtte zich dan tegenover Eg-
bert weder op, omdat rij Egbert beschermen
en op hem haar invloed kon uitoefenen.
Wanneer zij in zelfbeschouwing verzonken
was, vermeed rij, opzettelijk om daarbij: Kurt
Mellow te betrekken en. deed zij' al haar best
om haar belangstelling op den jongen schilder
en diens streven naar hooger kunst te co noen-
tree ren.
Egbert's stadsgezicht van Neurenberg stond
op een fraaie stellage in haar salonhij schil
derde nu het levensgroot portret der prinses,
en daar deze overal, waar zijl 't goedschiks
doen kon, van hem' en rijn talent sprak, begon
men in voorname kringen ook ziju naam to
noemen. Eenige dames bezochten zijn ate
lier en deden hem zelfs min of meer belang
rijke bestellingen, zoodat het Egbert toe
scheen, dat 'er met de prinses een goede fee
op zijn levenswég was gekomen, die hem de
paden effende en hem met luohtigen tred
Opwaarts leidde naar de zoo vurig begeerde
hoogte zijner kunst-.
Opgewekt als hij was, ontving hij van
Nanni een brief, welks inhoud een droevige
schaduw wierp op rijn zonnigen weg.
„Lieve Egbert!" schreef rij| hem, „buiten
is het mistig en kil, echt Novemberweer, en
bij ons iu huis is 't- droevig en stil. Matthes
ia wel lief en hartelijk als altijd de arme
jongen, do winter is voor hem een plaag en
bij riet er bleek en minnetjes uit maar
vader! O, Egbert, het is toch zoo moeielijk
om vrede met hem te hebben Er komt nar
t'Aurlijk geen woord over mijn lippen, maar
aan u moet ik mijn hart lucht geven. Vader
maakt mij het leven zoo lastig, dat ik het
stellig niet langer zou kunnen verdragen, als
ik niet dacht, dat het een zonde zou rijn,
den kleinen Matthes te verlaten. Dezen win
ter moet ik het nog rien vol te houden, maar
als het voorjaar komt cn het kind niet meer
zoo voortdurend in de kamer moet blijven,
dan zal ik zeker naar de een of andere be
trekking omzien. Vader zelf komt daarop
ook eiken dag terug, want als hij mij nu, om
Matthes niet goed kan'missen, hij is toch ja-
loersch, daar het kind zooveel van mij houdt
en hij verbeeldt rich, dat de jongen zich veel
meer aan hem zal gaan hechten, als ik maar
eerst do deur uit hen. Ik heb al moeite ge
daan voor een betrekking tegen het voor
jaar, maar ik merk nu maai- al te goed, dat
het veel meer voeten in de aard zal heb
ben, iets geschikts voor mij te vinden, dan
ik vroeger wel gedacht haid. Ik heb geen on
derwijzers-acte cn ik spreek ook niet zoo vlot
Frausch en Engelsch als men dat van een
goevernante verlangt. Dat bekende ik ook
onlangs, toen 't gesprek hierop gekomen
was, heel eerlijk en ik meende, dat ik op
deze of gene wijze mijn studies moest trach
ten aan te vullen om eerst daarop naar een
goede plaats te kunnen dingen; maar toen
werd vader zeer boos en vroeg hij, waarom
hij dan eigenlijk zooveel gold voor mij had
betaald op een duur kostschool eu waarom
ik mijn tijd daar niet beter had besteed. Hij
dadht er zelfs niet aan. nog meer aan mij ten
koste te leggen, maar hij oisebte integendeel
dat ik er aan zou donken, om zelf geld te
gaan verdienen. Li 'teerst was ik er stil
van, maar daarna heb ik veel geschreid.
Ik heb altijd de beste cijfers gehad op
school eu mij voortdurend ook tamelijk
goedi ingespannen, maar ik moest, toen
ik pas op school kwam, beginnen met onze
eigen taal goed te leeren spreken en schrij
ven, en als ik in fue drie jaar, die ik daar
hen geweest, mij ook redelijk wel heb ge
oefend om mij iu het Fransch en in het
Engelsch verstaanbaar te leeren uitdrukken,
zoo zal er toch wel niemand zijjn, die mij
voor een E'ngelsche of een Franyaise houdt.
Om een acte te kunnen halen, had ik zeker
nog wel een paar jaar het onderricht moeten
volgen. Dat schreef de directrice ook aan
mijn ouders, toen dezen wilden hebben, dat
ik zou thuis komen, maar vader meende, dat
ik nu al genoeg „onderlegd" was. Ik ben
zeer zwaarmoedig, wanneer ik aan dat alles
donk en de lucht zoo grijp en zwaar op do
huizen ligt, alsof de zon voor goed verdwe
nen was en er geen sprankeitje licht en blijd
schap meer op de wereld bestond. Maar dan
denk ik aan u en stel mij voor, hoe over u
de zon schijnt en hoe gij met opgewektheid
werkt en voorwaarts streeft in uw hart, en
dan word ik zelf weder wat vroolijker ge
stemd. Lieve Egbert., welk een geluk is 't
voor mij, dat wij elkander gevonden hebben,
want wat moest er thans van mij worden,
zonder mijn gedachten aan u? Zoo kan ik
veel verduren, en ik denk altijdlaat het
hoofd nooit hangen Nannigij rijt hier niet
voor uzelf alleen, maar ook voor iemand
andei's eu zoo gij! een paar jaar in duisternis
en arbeid hebt doorleefd, dan komt uw
..prins" u verlossenZiet go, daarom wil ik
geen bedroefde oogen krijgen, want een kun
stenaar moet een vrouw bezitten met een
paar heldere oogen, die niet verleerd hebben
het schoone te rien cn rich daarin te ver
heugen.
O, terwijl ik zoo aan u rit te schrijven,
mijn Egbert, oen ik al veel lichter van hart
geworden, maar laat mij nu ook niet te lang
op uw antwoord wachten en schrijf mij eens,
wie die schoone dame is, die zooveel belang
stelling voor uw werk toont en die door u
haar portret laat maken, want ge hebt ver
geten, den naam er bij te schrijven. Vaarwel
vriend, en wees duizend en duizendmaal ge
groet van
Uw Nanni"
Egbert was juist met het lezen van Nan-
ni'8 brief gereed gekomen, toen tante Anna
met de prinses het atelier betraden. Het was
het uur, waarop Mascha gewoonlijk kwam
ritten voor het portret.
De prinses merkte terstond, d'at Egbert
haar niet met zooveel opgewektheid als an
ders te gemoet trad.
„Wat is er? U ziet or, dunkt me, zoo droe
vig uit," zeide zij, na to hebben plaats geno
men. Tante Anna zag vreemd op, zij had
niets droevigs aan Egbert bespeurd, maar
Egbert antwoordde volmondig: „Ja, u hebt
gelijk, ik kreeg daar juist een brief, die mij
treurig maakte."
„Zoo, hebt u slechte tijding ontvangen?"
vroeg tante Anna, terwijl Mascha hem vrien
delijk en deelnemend aanzag.
„Slechte tijdmg niet bepaald, maar 'tis
niet «aangenaam te moeten denken, dat men-
sohen, die men lief hoeft, niet gelukkig zijp
cn dan zelfs niets te kunnen doen om ze ge
lukkiger te maken. Maar dat zijn van die
dingen, waarin men maar stilzwijgend berus
ten moet," zeilde Egbert, waarop hij, door
te vragen of de dames rich den vorigen dag
op het tochtje, dat z© toen Van plan waren
te doen, nog al geamuseerd hadden, aan heb
gesprek oen andere wending gaf. Maar vlot
ten wilde dat gesprek niet, daar Egbert veel
minder spraakzaam was dan anders en tante
Anna haar hoofdpijndag bad.
„Ik had zoo gehoopt, dat het ritje door de
frische lucht mij good zou doen," zeide rij,
liet hoofd achterover buigend en de oogen
half sluitend, „maar mijn hoofdpijn is er
nog erger door geworden."
Wordt vervolgd.