W°. 298. 3d" Jaargang. Maandag 1 Mei 1905. BUITENLAND. FEUILLETON. EEN PRINSES. «I MERSFOORTSCH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.25. Idem franco per post- 1./5. Afzonderlijke nummers- 0.05. Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF Co. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. f 0.75. - 0.15. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 15 regols Elke regel meer Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan voordeolige bepalingen tot het herhaald adverteereu in dit Blad bij abonnement. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht Kreta. De beweging ten gunste der vereeniging van Kreta met Griekenland, beweegt zich niet in vreedzame banen. Het gevecht, dat in de provincie Kissamo bij Voekolies ge leverd is tussohen opstandelingen en gendar men, is geen op zich zelf staand verschijnsel, en het bericht van de in de dorpen luidende stormklok, d:e de bewoners te wapen roept, duidt aan, dat de beweging neiging heeft om zich uit te breiden. In de diplomatieke kringen te Weenen wordt de toestand op Kreta als tamelijk ern stig beschouwd. Men neemt daar aan, dat ook de internationale troepenmacht, die op het eiland aanwezig is, zal moeten ingrijpen om het verzet van de bevolking te breken tegen het besluit van de mogendheden, die de be schermers van Kreta zijn. Intusschen meent men te mogen verwachten, dat de thans op Kreta aanwezige troepen, welker aantal 400f> a 5000 man bedraagt, voldoe 11 dp zullen zijin om de opstandelingen in schaak te hou den en dat er niet meer troepen zullen be hoeven gezonden te worden. Wel heeft in vroegeren tijd eene door Turkije gezonden strijdmacht van 80,000 man de Kreten9ische opstandelingen slechts met moeite kunnen bedwingen. Dit is echter hieruit to verkla ren, dat de Turken de opstandelingen in het bergachtige binnenland volgden en op den guerilla-oorlog, dien de Kretensers voerden, ingingen. De internationale troepen zullen zich echter daartoe niet laten verlokken. Zij zullen zich, wanneer zij door de opstande lingen geprovoceerd worden, er toe bepalen de meest aan de kust gelegen steden, zooals Kanea, Haleppo en Rethymo, te verdedigen en niet eens eene poging doen tot eene ex peditie in het binnenland. In het uiterste geval hebben de mogendheden de mogelijk heid in handen de opstandelingen uit te hou- geren, door hun den toevoer van levensmid delen af te snijden. In ieder geval schijnen de mogendheden vast beölöten te zij(n, niet toe te geven in Kretai, want ziji zijin ernstig bevreesd, dat de onafhankelijkheidsbeweging zou kunnen over slaan naar Europeesch Turkije en bet ge- lieele B'alkangebied in lichte laaie zetten. Over den terugslag van de gebeurtenissen op Elreta in het Grieksche moederland doet de correspondent van het Journal dies Dé- bats te Athene eenige mededeelingen, waar uit blijkt, dat die rich daar minder doet voe len, dan men zou denken. De geheele open bare meening is ten gunste van de unie ge stemd, en dat is niet meer dan natuurlijk; maar rij weet in hare stemming thans beter maat te houden dan vroeger wel eens bet geval is geweest. Onbezonnen handelingen zijp niet te vreezen. Integendeel is men eer der geneigd te vinden, dat de beweging op een ongunstig tijdstip is uitgebarsten. Men is bovenal beducht, dat het geval van Kreta aan de Bulgaren gelegenheid of het voor wendsel zal verschaffen om in Macedonië te handelen, en de bezorgdheid voor Bulgarije overheerscht al het andere. De Grieken zijn rich er van bewust, dat het onmogelijk is tot eene bevredigende oplossing te komen zon der de instemming van de mogendheden, en zij voelen, dat het cr nog ver vandaan is die instemming te krijgen. Zij zijn van meening, dat hot onvoorzichtig en ook ongepast is Europa te willen dwingen. Er is ééne zin snede in de boodschap van prins George aan do vertegenwoordiging van Kreta, waarvan men met bijzondere instemming beeft kennis genomendat is die, waarin hij zegt, dat goede burgers de wapenen moeten opvatten tegen dé vijanden van hun land en niet te- go;! zijne weldoeners. Bij deze overwegingen van politieke tak- tiek voegen rich anderen van praktisoben aard. De Grieken zullen zeker uit vaderlands liefde de financieele lasten op zich willen ne men, die de vereeniging met Kreta hun zal opleggen. Maar men weet zeer goed, dat die lasten voelbaar zullen rijjn. Wanneer de in lijving van Kreta een voldongen feit zal zijn, zal men aan het eiland dezelfde bestuursin richtingen moeten geven als aan de andere doelen van het koninkrijk. Daaruit zou, do bevolking en de oppervlakte van het eiland1 in aanmerking nemende, eene jaarlijiksche uitgave van 10 a 11 millioen voortvloeien, terwijl de ontvangsten van het eiland niet hooger zijn dan 3 a 4 millioen. Het moeder land zou dus met een half dozijn millioenen moeten bijspringen, althans gedurende een tijd waarvan de duur niet to bepalen is. Dit offer moge voor het nationale gevoel gering schijnen, maar de belastingschuldigen zou den het toch wel degelijk voelen. Het moet daarom niet te luchtig opgenomen worden. Men zou bereid zijn het op zich te nemen, wanneer de internationale bezwaren legen do vereeniging van Kreta met Griekenland uit den weg geruimd zijn, maar daarop vooruit te loopen door toepassing van revolutionairo middelen, daartoe vindt men geen reden. Duitschland. Berlijn30 April. Het ter herinnering aau de ongeveer tien jaren geleden gedane ontdekking van de Röntgenstralen en tot huldiging van Röntgen door de Berlijnsche Röntgen-vereeniging bijeengeroepen Rönt- gen-congres werd heden in tegenwoordigheid van tal van rijks- en staatsautoriteitenvan rectoren van universiteiten en hoogeecholen, van professoren en vele binnen- en buiten- landsche geleerden geopend. Prof. Eberlein hield dé welkomstrede. Aan prof. Röntgen werden telegrammen van hulde gezonden. Vice-staatssecretaris Weber begroette namens den minister van onder wijs en eeredienst de Röntgen-vereeniging hij sprak den wensch uit, dat haar arbeid de wetenschap en dé menschheid rijken zegen zou brengen. Prof. Leonard, uit Philadelphia, dankte namens de vreemdelingen voor de ontvangst en verklaarde, dat geen naam beter in de wereld bekend was dan die van Röntgen. UH Amsterdam was aanwezig prof. Wertheim Salomonson. Frankrijk: Koning Eduard VII van Engeland, die zijne reis in het Middellandsche zee-gebied ten' e-'nde heeft gebracht, in op zijne terug re's eergisteren avond ite Parijs aangekomen. Gisterenavond bood president Loubet. die dien morgen uit Montélimar wa* teruggekeerd hem een diner aan in. het Elysée. Parijs30 April. De koning van Engeland kwam om drie uur op het Ëlysec. De presi dent van de republiek kwam hem in de vesti bule te gemoet. Le beide staatshoofds 11 druk ten elkaar hartelijk de hand daarna begaven i Koning en de president zich naar het Salon des Ambassadeurs. Een half uur lang onderhielden beiden zich op de meest vriend schappelijke wijze. Om 3 uur 35 verliet de koning het Elysée. President Loubet bracht den koning te vier uur een tegenbezoek. Gedurende het be zoek van en president kwam ook de minister Delcassé in het hotel Bristol. De president verliet het hotel om 4 uur 5, minister Del cassé om 4 uur 25- Frankrijk «n Duitsohland in Marokko Tang er, 29 April. De laatste berichten uit Fez betreffende de onderhandelingen van de Fransche missie melden, dat deze slechts weinig vooruitgaan. Graaf Tattenbach, de gersant van Duitech- land, verklaarde heden in een interview, dat hoewel Frankrijk had verklaard in geen gedachtenwisseling te willen treden, Duitsch land do fout niet mocht begaan tot een bij zondere overeenkomst te besluiten, wanneer er reeds eene internationale conventie be stond. Duitschland en de Sultan behoorden tot de contracteerende partijen bij de con ventie van Madrid n het doel van rijn zen- ding was er voor te waken, dat deze conven tie werd nageleefd. 3 0 April. In een ander interview ver klaarde graaf Tattenbach, dat het doel van zijne zending was den Sultan dank te be tuigen voor de ontvangst, den Keizer be reid, en de verzekeringen te herhalen be treffende de integriteit van Marokko. Hij had niet het voornemen conoessiën te vragen of een handelsverdrag voor te stellen. Indien Frankrijk met Duitschland had onderhan deld, zou deze laatste mogendheid hebben gewezen op de onvereenigbaarheid van af zonderlijke overeenkomsten met de interna tionale conventie van Madrid. Frankrijk bood nu onderhandelingen aan, maar Duitsohland kon niet buiten deze conventie om gaan. Duitschland had ruimte noodig voor rijn toenemende bevolking en zijne ko loniën waren slechts gering in aantal en op pervlakte. Als Marokko eene internationale conven tie voorstelde, zou Duitschland dat voorstel warm ondersteunen. Italië. Venetië, 29 April. De ministers Goluchows- ky en Tittoni hebben heden in een onder houd, dat 45 minuten duurde, geconstateerd, dat rij t volkomen eens waren over alle be langrijke kwestiën. Aan het feestmaal, dat bij gelegenheid van deze samenkomst gehouden werd, bracht minister Tittoni een toost uit op den Oos ten rijk sclien minister, wiens belangrijk werk voor de zaak van den vrede uitkomt door de innigheid der betrekkingen tusschen Oos- tenrijk-Hongarije en Italië. Graaf Goluchows- ki antwoordde, dat het vredeswerk een on derwerp was van rijn aanhoudende zorg. Zijn bezoek aan Venetië toonde, dat er volkomen overeenstemming van inrichten en uitmun tende betrekkingen bestonden. Rusland. Petersburg, 29April. (PetersJburgsch tele- graaf-agentschap). De voornaamste bepalin gen! van de door den Czaar goedgekeurde besluiten omtrent de geloofsvrijheid zijn de volgende: De overgang van do orthodoxie naar een andere christelijke belijdenis heeft geen vervolging of nadeei voor het persoon lijk en burgerlijk recht ten gevolge. Do Raskob.iks (schismatieken> worden voorl aan n drio groepen verdeeld, nl. ooid-geloovigen, dissidenten en belijders van dwaalleeren, wel ker opvolging gerechtelijke vervolging na zich sleept. De eerste twee groepen krijgen het recht tot openlijke godsdienstoefening en bepaalde burgerrechten. Aan de oud-geloo- I vigen en dissidenten wordt de oprichting van scholen toegestaan in plaatsen, waar een tal rijke bevolking van deze belijdenissen is ge vestigd. De beperkende bepalingen betreffen de den burgerlijken dienst en de belooning met de dapperheidamedaillee voor de Moloka- nen. Doechoborzen en anderen dissidenten worden opgeheven. De beheerder v?i het ministerie van justi tie heeft last gekregen tijdig maatregelen te nemen voor do verlichting van het lot der wegens godsdienstige misdrijven veroordeel den, wier straf verzacht of geheel opgeheven kan worden. Wat de andere belijdenissen betreft, besloot het minister-comité de bestaande beperkingen op te heffen. Do verplichte sluiting van de roomsch-katholieke kloosters in het koninkrijk Polen wordt afgeschaft, zoodra de nieuw ont worpen bepalingen in werking getreden. Het godsdienstonderwijs van de niet-ortho- doxo belijdenissen geschiedt in de scholen in de moedertaal. Aan de Mohammedanen worden geloofsvrij heden; verleend, wait betreft de opening van confessdoneele scholen, de vrijstelling van de mollahs en hoogere geestelijken van den mili tairen dienst en de openin? van bedehuizen. Dé aanschrijving strekt rich ook uit tot de Laanaiten, die in de officieele stukken voort aan niet meer als afgodendienaars en heide nen mogen worden aangeduid. Petersburg, 29 April. (Petersburgsch tele- graafagcntschap). Een keizerlijk besluit ver leent don boeren in een aantal gouverne inenten nieuwe voordeelen. door te bepalen, dat de achterstallige schuld bij do aflossing van de van 1867 tot aan de geboorte van den troonopvolger verstrekte leeningen bij misgewas als afgedaan moet worden be schouwd. Het bedrag van de kwijtgeschol den schulden wordt becijferd op 75 millioen roebels. Petersburg, 29 April. De beheerder van het ministerie van marine, vioe-admiraal A vel lane,. is bevorderd tot admiraal. Hij blijft in zijn ambt gehandhaafd. De beheerder van het departement van justitie, Manuchin, is tot minister van justi tie benoemd. Petersburg, 30 April. Bij Keizerlijk besluit i% de stadhouder vau den Kaukasus, graaf Woronzow Daschkow in den Rijksraad be noemd en tevens tot lid van den ministerraad en het minister-comitéde staats-secretaris baron Nolde, zal de vertegenwoordiger van den stadhouder ziju bij de zittingen van deze hoogste staatscolleges. De zaken, die de per soonlijke beslissing van den Czaar eisehen, zullen dezen door den stadhouder door bemid deling van baren Nolde worden voorgelegd. Bij Keizerlijk besluit ziju naar aanleiding van het Paaschfeest in n Rijksraad be noemd de adjudant-generaal Gripenberg, de senatoren Taganzew en Lasarew, de adjunct- minister van financiën prins 'hclensky. de adjunct-minister van justitie Schmeemanu, do adelsraaarschalk van Toela Arseniew. Voider werd aan den Russischen gezant t Wennen, .prins Oeroossow, en aan prof von Martens de Alexander Newsky-orde ver leend. Aan der gezant T-rrikow is de Wla dimir-orde Ce klasso verleend. De Czaar heeft, den wegens het kartetsschc bij gelegenheid van de wij Hng van het Neva water, tot vestingstraf veroordeeldeu artil lerie-officieren Dawydow, Karzow on Bot gratie verleend en de straf veranderd in drie en vier maanden arrest op de hoofdwacht met beperking van eenige dienst rechten. Petersburg, 30 April. De processie om d Izaacskcrk had in den afgeloopen naolit ou der militaire bescherming zonder incident plaats. De troepen hadden een dichtaaneen gesloten cordon om de kerk getrokken. E waren slechts weinig toeschouwers. Ook ovcri gens is de Paasehnacht rustig verloopon. Moskou, 30 April. (Petersburgsch telegraaf- agentschap). In het Polytechnische Museum brak heden morgen om vier uur op de vierde verdieping brand uit. Het vuur nam spoe dig groote uitbreiding aan. De afdeeling bouwkunst is geheel vernieldde natuurkun dige afdeeling, met hare kostbare werktui gen, de bibliotheek en de landbouwkundige afdeeling leden ernstige schade. De verzame lingen, welker waarde millioenen bedraagt, waren voor slechts 160,000 roebels verzekerd. (Jzentoch.au, (Russ. Polen), 29 April. Heden had hier een botsing plaats tusschen soldaten eu arbeiders, die uit de voorstad naar de stad wilde trekken. De troepen versperden der menigte den weg. Toen de menigte de som matie om uiteen te gaan niet opvolgde, vuur den de soldaten. Vier arbeiders werden ge dood en nog meer worden gewond Bulgarije. Parijs, 30 April. De vraag der verheffing van Bulgarije tot een koninkrijk is voor de Europeescho regeeringen gebracht. Het denk beeld is niet bepaald ongunst'g ontvangen, maar er bestaat eenige onzekerheid omtrent de vraag hoe het Bulgaarsche volk het denk beeld zou opvatten van de oprichting van een koninkrijk met eene bepaalde grens en met uitsluiting van het streven naar Mace donië. De voorstanders van het plan wijizen er op. dat als Bulgarije een onafhankelijk koninklijk wordt, het zou ontkomen aan de voortduren de oppositie, die het vorstendom nu ontmojt wanneer de sanctie van de Porte vereiseht wordt voor do Bulgaarsche voorstellen. TurklJOi Konstantinopel, 30 April. Men verzekert dat Saana, de hoofdstad van Yemen, gisteren door de Arabische opstandelingen veroverd is. Konstantinopel30 April. De Engelschtn hebben matrozen en kanonnen ontscheept te Koweit in de Perzische Golf. Zij richtten er versterkingen op, waarover de Engelsche vlag wappert. De Porte protesteerde bij den Engelscheu gezant te Konstantinopel en bi: het ministerie van buitenlandschc zaken te Londen Vertenigde Staten. New-York, 29 April. De New-York Herald verneemt uit Washington, dat president Roo sevelt den gezant in Venezuela, den hear Bowen, heeft gelast onmiddellijk naar War shington terug te keeren in verband met de beschuldiging, door hem tegen den vioe- staatssecretaris Loomis ingebracht, dat deze als gezant te Caracas een cheque van 10,000 dollars zou hebben ontvangen van de New- York Bermudez asphalt-company. De oorlog in Oost-Azië. Van den oorlog zijn de volgende berichten Petersburg, 30 April. (Petersburgsch tele- graaf-agentschap). Generaal Linewitsch be richtte gisteren aan den Czaar- Den 23en vielen twee Russische aftleelingen in do nabij heid van de stad Toenkhoesian den vijand aan. Zij verdrevon hem achtereenvolgens uit vijf stellingen en bezetten de stad. Op last van den opperbevelhebber Line- witsch, worden de Russische troepen tegen- 52 Roman van MOKITZ VON REIC HEN BACH. Kurt Mellow overheerschte haar in zekeren zin, en tot liaar eigen verbazing vond rij 't noch moeilijk, nocbi vernederend, zich aan hem te onderwerpen. Hoe meer rij met hem om ging, des te 'gemakkelijker viel het haar, ja, verkreeg het zelfs voor haar een eigenaardige bekoorlijkheid, rich naar hem te voegen «en rijn meening te leeren deelen. Maar zoodra zij weer alleen was, verbeelde zij zich, dat er tegenwoordig een ondragelijk juk op haar rustte, en haar gevoel van trots en eigenwaarde richtte zich dan tegenover Eg- bert weder op, omdat rij Egbert beschermen en op hem haar invloed kon uitoefenen. Wanneer zij in zelfbeschouwing verzonken was, vermeed rij, opzettelijk om daarbij: Kurt Mellow te betrekken en. deed zij' al haar best om haar belangstelling op den jongen schilder en diens streven naar hooger kunst te co noen- tree ren. Egbert's stadsgezicht van Neurenberg stond op een fraaie stellage in haar salonhij schil derde nu het levensgroot portret der prinses, en daar deze overal, waar zijl 't goedschiks doen kon, van hem' en rijn talent sprak, begon men in voorname kringen ook ziju naam to noemen. Eenige dames bezochten zijn ate lier en deden hem zelfs min of meer belang rijke bestellingen, zoodat het Egbert toe scheen, dat 'er met de prinses een goede fee op zijn levenswég was gekomen, die hem de paden effende en hem met luohtigen tred Opwaarts leidde naar de zoo vurig begeerde hoogte zijner kunst-. Opgewekt als hij was, ontving hij van Nanni een brief, welks inhoud een droevige schaduw wierp op rijn zonnigen weg. „Lieve Egbert!" schreef rij| hem, „buiten is het mistig en kil, echt Novemberweer, en bij ons iu huis is 't- droevig en stil. Matthes ia wel lief en hartelijk als altijd de arme jongen, do winter is voor hem een plaag en bij riet er bleek en minnetjes uit maar vader! O, Egbert, het is toch zoo moeielijk om vrede met hem te hebben Er komt nar t'Aurlijk geen woord over mijn lippen, maar aan u moet ik mijn hart lucht geven. Vader maakt mij het leven zoo lastig, dat ik het stellig niet langer zou kunnen verdragen, als ik niet dacht, dat het een zonde zou rijn, den kleinen Matthes te verlaten. Dezen win ter moet ik het nog rien vol te houden, maar als het voorjaar komt cn het kind niet meer zoo voortdurend in de kamer moet blijven, dan zal ik zeker naar de een of andere be trekking omzien. Vader zelf komt daarop ook eiken dag terug, want als hij mij nu, om Matthes niet goed kan'missen, hij is toch ja- loersch, daar het kind zooveel van mij houdt en hij verbeeldt rich, dat de jongen zich veel meer aan hem zal gaan hechten, als ik maar eerst do deur uit hen. Ik heb al moeite ge daan voor een betrekking tegen het voor jaar, maar ik merk nu maai- al te goed, dat het veel meer voeten in de aard zal heb ben, iets geschikts voor mij te vinden, dan ik vroeger wel gedacht haid. Ik heb geen on derwijzers-acte cn ik spreek ook niet zoo vlot Frausch en Engelsch als men dat van een goevernante verlangt. Dat bekende ik ook onlangs, toen 't gesprek hierop gekomen was, heel eerlijk en ik meende, dat ik op deze of gene wijze mijn studies moest trach ten aan te vullen om eerst daarop naar een goede plaats te kunnen dingen; maar toen werd vader zeer boos en vroeg hij, waarom hij dan eigenlijk zooveel gold voor mij had betaald op een duur kostschool eu waarom ik mijn tijd daar niet beter had besteed. Hij dadht er zelfs niet aan. nog meer aan mij ten koste te leggen, maar hij oisebte integendeel dat ik er aan zou donken, om zelf geld te gaan verdienen. Li 'teerst was ik er stil van, maar daarna heb ik veel geschreid. Ik heb altijd de beste cijfers gehad op school eu mij voortdurend ook tamelijk goedi ingespannen, maar ik moest, toen ik pas op school kwam, beginnen met onze eigen taal goed te leeren spreken en schrij ven, en als ik in fue drie jaar, die ik daar hen geweest, mij ook redelijk wel heb ge oefend om mij iu het Fransch en in het Engelsch verstaanbaar te leeren uitdrukken, zoo zal er toch wel niemand zijjn, die mij voor een E'ngelsche of een Franyaise houdt. Om een acte te kunnen halen, had ik zeker nog wel een paar jaar het onderricht moeten volgen. Dat schreef de directrice ook aan mijn ouders, toen dezen wilden hebben, dat ik zou thuis komen, maar vader meende, dat ik nu al genoeg „onderlegd" was. Ik ben zeer zwaarmoedig, wanneer ik aan dat alles donk en de lucht zoo grijp en zwaar op do huizen ligt, alsof de zon voor goed verdwe nen was en er geen sprankeitje licht en blijd schap meer op de wereld bestond. Maar dan denk ik aan u en stel mij voor, hoe over u de zon schijnt en hoe gij met opgewektheid werkt en voorwaarts streeft in uw hart, en dan word ik zelf weder wat vroolijker ge stemd. Lieve Egbert., welk een geluk is 't voor mij, dat wij elkander gevonden hebben, want wat moest er thans van mij worden, zonder mijn gedachten aan u? Zoo kan ik veel verduren, en ik denk altijdlaat het hoofd nooit hangen Nannigij rijt hier niet voor uzelf alleen, maar ook voor iemand andei's eu zoo gij! een paar jaar in duisternis en arbeid hebt doorleefd, dan komt uw ..prins" u verlossenZiet go, daarom wil ik geen bedroefde oogen krijgen, want een kun stenaar moet een vrouw bezitten met een paar heldere oogen, die niet verleerd hebben het schoone te rien cn rich daarin te ver heugen. O, terwijl ik zoo aan u rit te schrijven, mijn Egbert, oen ik al veel lichter van hart geworden, maar laat mij nu ook niet te lang op uw antwoord wachten en schrijf mij eens, wie die schoone dame is, die zooveel belang stelling voor uw werk toont en die door u haar portret laat maken, want ge hebt ver geten, den naam er bij te schrijven. Vaarwel vriend, en wees duizend en duizendmaal ge groet van Uw Nanni" Egbert was juist met het lezen van Nan- ni'8 brief gereed gekomen, toen tante Anna met de prinses het atelier betraden. Het was het uur, waarop Mascha gewoonlijk kwam ritten voor het portret. De prinses merkte terstond, d'at Egbert haar niet met zooveel opgewektheid als an ders te gemoet trad. „Wat is er? U ziet or, dunkt me, zoo droe vig uit," zeide zij, na to hebben plaats geno men. Tante Anna zag vreemd op, zij had niets droevigs aan Egbert bespeurd, maar Egbert antwoordde volmondig: „Ja, u hebt gelijk, ik kreeg daar juist een brief, die mij treurig maakte." „Zoo, hebt u slechte tijding ontvangen?" vroeg tante Anna, terwijl Mascha hem vrien delijk en deelnemend aanzag. „Slechte tijdmg niet bepaald, maar 'tis niet «aangenaam te moeten denken, dat men- sohen, die men lief hoeft, niet gelukkig zijp cn dan zelfs niets te kunnen doen om ze ge lukkiger te maken. Maar dat zijn van die dingen, waarin men maar stilzwijgend berus ten moet," zeilde Egbert, waarop hij, door te vragen of de dames rich den vorigen dag op het tochtje, dat z© toen Van plan waren te doen, nog al geamuseerd hadden, aan heb gesprek oen andere wending gaf. Maar vlot ten wilde dat gesprek niet, daar Egbert veel minder spraakzaam was dan anders en tante Anna haar hoofdpijndag bad. „Ik had zoo gehoopt, dat het ritje door de frische lucht mij good zou doen," zeide rij, liet hoofd achterover buigend en de oogen half sluitend, „maar mijn hoofdpijn is er nog erger door geworden." Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1905 | | pagina 1