KOLONIËN.
-1
BINNENLAND.
Gisteren avond hoerschte er in de vertrek
ken van do wederzijdse he gevolmachtigden
bet ergste pessimisme. Men weet van Witte
zeer stellig, dat hij gelooft, dat do vooruitzich
ten op eene schikking 200 gering zijn, dat zij
feitelijk gelijk nul zijn.
Do vraag van de geloofsbrieven is in der
minne geregeld. Op do verzekering van de
Japanners, dat de aan Komoera verleende
volmachten waren vervat in den regelmatigen
vorm, waarvan Japan zich altijd bedient, zal
Witte de zaak laten rusten.
Portsmouth, 12 Aug. Korestowetz, de tus-
Bchcnpersoon voor de pers van de Russen, be
vestigt hei bericht, dat het antwoord van
Rusland 0111 half tien heden morgen zal wor
den aangeboden. Hij zeido, dat het antwoord
inhield de toestemming van sommige punten,
do voorwaardelijke toestemming van anderen,
de verwerping van weer anderen,
Portsmouth, 12 Aug. Het wordt bevestigd,
dat het Russische antwoord op do Japansche
voorwaarden is in den gocst zooals roods go-
meld werd. Do Japanscho voorwaarden wor
den in dit antwoord puilt voor punt bespro
ken. Do conclusie wordt telkens met redenen
omkleed.
Do bezwaren tegen liet betalen van eeno
oorlogsvergoeding zijn gegrond op do over
weging, dat Rusland niet verantwoordelijk
is voor den oorlog, dat hot nog altijd bereid
is den oorlog voort te zetten on in doze bij
eenkomst heeft toegestemd niet als overwon
nene dio 0111 vrede smeekt, maar omdat het
oprecht den vrede wenscht, wanneer oen eer
volle vrede mogelijk is. Daarom kan Rusland
nocli Japan's oorlogskosten betalen, noch
grondgebied afstaan.
De redenocring is ongeveer aldus: „Rus
land is niet overwonnen, het heeft nederla
gen geleden, maar is nog niet verplicht den
vrede tot eiken prijs aan te nemen. Het ver
langt thans naar vrede, zooals het altijd deed,
ook voor de opening dor vijandelijkheden
door Japan. Dat Rusland den oorlog niet
zocht, noch uoodig had, blijkt uit het feit,
dat liet noch in militair, noch in maiitiem,
noch in administratief opzicht voor den oor
log gereed was. Rusland kan slechts van ééae
zaak beschuldigd wordendat liet aan Japan
do gelegenheid heeft verschaft dien Japan
zocht en waarop Japan zich tien jaren lang
hoeft voorbereid, oan Rusland den oorlog aan
te doen. Do verantwoordelijkheid voor den
oorlog rust dus op- Japan en niet op Rus
land."
De Russische en Japansche gevolmachtig
den kwamen lredenochtend te 9 u. 35 min.
op het marine-arsenaal aan. De zitting begon
onmiddellijk en werd te 10 u. 40 min. ver-
daagd. l)e heer Witte legde Rusland's ant
woord over.
De Japansche gedelegoorden hielden daar
op oen afzonderlijke vergadering om hun
wederantwoord vast te stellen. Zij stemden
toe in het verzoek van don heer Witte om
met dit wederantwoord oven veel spoed te
maken als hij heeft gedaan met Rusland's
antwoord en beloofden bon antwoord te zul
len ind'onen hedenmiddag te 3 uur of uiter
lijk morgenmiddag te 3 uur.
De zitting werd om 3 uur hervat. De ge
volmachtigden begonnen terstond een leven
dig debat.
In kringen, die het vertrouwen van beide
zijden genieten, is men zoo pessimistisch ge
stemd, dat er voorspeld wordt, dat de zit
ting van hedenmiddag de laatste zal zijn, zoo
dat de geschiedenis zal vermelden, dat de
conferentie plotseling is geëindigd.
Uit onverdachte bron verneemt men, dat
maarschalk Oyama's plan van aanval geheel
gereed is en dat hij slechts op het bericht
van hot afbreken der onderhandelingen
wacht om den aanval te beginnen.
Do zitting heeft, van 3 uur af onafgebro
ken voortgeduurd. Te 5 u. 40 m. was er uog
geen aanwijzing van verdaging. Kort na vijf
uur zond do lieer Witte eon dringend tele
gram naar Petersburg.
De zitting werd te 7 uur verdaagd. De
Russische en do Japansche gevolmachtigden
keerden per auto naar liet hotel Wentworth
terug, do Russou het eerst.
Portsmouth, 12 Aug. Over de zitting van
hodonn&middag is door Konostovez, namens
do godelegeerden, het volgende bekend ge
maakt
„Nadat de Japanscho gevolmachtigden hot
Russische antwoord op hunne voorwaarden
liaddcn overwogen, werd de zitting te drie
uur geopend, om over te gaan tot do be
handeling van de verschillende artikelen. De
zitting eindigde om zeven uur.
Portsmouth, 13 Aug Heden werd geen
vergadering van dc vredesconferentie gehou
den. Do volgende zitting zal morgen t-e half
tien beginnen. Gisteren werd, zonder dat ech
ter een besluit werd genomen, do bepaling
besproken, die do erkenning door Rusland
van don overwegenden invloed van Japan
iu Korea verlangt.
Londen, lJf Aug. De Times bericht uit
Portsmouth van gisterenWitte heeft he
den zijn voorstel betreffende één punt der
voorwaarden nieuw geformuleerd en dat aan
Komoera gezonden, die het aannam.
Ovor de zitting van do vredesconferentie te
Portsmouth van eergisteren wordt nog be
richt, dat cr niet over een wapenstilstand
gesproken is. Do Japannors schijnen daar
tegen te zijn zoolang Rusland afkeerig is van
afstand van gebied.
Baron Komoera antwoordde op Witte's ver
zoek om de voorwaarden met te zeggen dat
hij zo voor zich had liggen in het Engelsch
en iu het Fransch. Hij en Takahira wenschten
dat do voorwaarden elk afzonderlijk zouden
behandeld worden.
Witte drong er echter op aan om over de
voorwaarden in hun geheel to beraadslagen,
omdat men dan alleen den toestand kon over
run. Do beraadslaging duurde een uur .Ba-
rot» Komoera sprak in het Japansch, dat
door Adatsji in het Fransch vertaald werd,
Witte 311 het Russisch, dat door Naboekow
in het Engolsch vertaald werd.
Baron Komoera eu Takahira gaven ten
slotte toe 011 ovorhandigdon aan de Russicshe
afgezanten don volledigen tokst van de voor
waarden.
Do Japanners vroegen wanneer het ant
woord klaar zou zijnzij hoopten op cene
spoedige behandeling, nu zij dadelijk de vol
ledige voorwaarden hadden overgelegd.
IV» Russen beloofden haast- to maken met
het antwoord, en de conferentie werd daarna
tot later verdaagd
In de Franscho pers wordt onverholen aan
Rusland de raad gegeven om, al zijn de Ja
pansche voorwaarden hard, toch vrede te
sluiten.
Die Temps verdeelt de voorwaarden, naar
hunne aannemelijkheid voor Rusland, in drie
groepen. Tot de eerste groep, die waarschijn
lijk geen aanleiding tot gevaar zal leveren,
rekent hot blad de ontruiming van Mand-
sjoerije, do overdracht van do pachtrechten
op het schiereiland Liaotong aan Japan, den
afstand van den spoorweg van Port Arthur
naar Charbin en de erkenning van liet Ja-
panasclie protectoraat over Korea. Deze pun
ten zal Rusland goed doen kalm aan te nemen.
Maar moeielijkheden zijn ti verwachten van
de tweede groep, waartoe de oorlogssohade-
v -goeding ©n de afstand van Saohalin be-
hooren. Ofschoon hier de meeningen van de
onderhandelaars lijnrecht tegenover elkaar
staan, is toch de mogelijkheid niet uitgeslo
ten, dat zij 't met wat geven en nemen eens
zullen worden. De oorlogsschadevergoeding is
wellicht in den verzwakten vorm der over
neming van de Japansch© oorlogsleeningen of
de betaling van eene jaarlijksche bijdrage aan
het Japansche departement van financiën
niet onaannemelijk. Daarentegen aöht de
Temps d© voorwaarden van de derde groep,
beperking van do Russische zeestrijd krachten
in het verre oosten en overgave van de ge
ïnterneerde oorlogsschepen, onaannemelijk
voor Rusland om twee redenen: vooreerst be
teek enen zij eene benadeeling van Rusland's
positie als Europeesche groote mogendheid en
verder zijn zij voor de toekomstige hand
having van den vrede in het verre oosten ge
heel overbodig. De Temps eindigt met te zeg
gen
„Hoe hard do Japansche voorwaarden ook
mogen schijnen, wij gelooven toch, dat zij den
onderhandelaars een aa 11 nemel ijken grondslag
zo .den kunnen bieden. D© vrede zal Rusland
groo offers kosten en aan zijne eigenliefde,
die de fouten van eene avontuurlijke politiek
en oen ontoereikend bestuur moet boeten, on
betwistbare wonden toebrengen. Niettemin
zal hij Rusland niet verzwakken, wanneer het
in do lessen van de nederlaag de kostbare
kiemen van zijne wedergeboorte vindt."
Het Journal des Débats geeft den raad ook
te zien naar het betrekkelijk voordeclige, dat
de Japansche eischen aan Rusland bieden, en
wijst er met name op, dat Japan van den
Oost-Chineeschen spoorweg alleen do lijn van
Charbin naar Port-Arthur opeischt, maar
den anderen tak van dien spoorweg, die
Mandsjoerije van liet oosten naar het westen
doorsnijdt en Wladiwostok met het hart van
het Russische rijk verbindt, aan Rusland wil
laten. Wanneer Rusland zijn spoorweg naar
Wladiwostok in omstandigheden van voldoen
de veiligheid kan behouden, dan zou het
daarvoor kunnen toestemmen in offers wat
Saohalin of de oorlogssohadevergoeding betreft
en zelfs zich eene beperking van zijne strijd
krachten ter zee in hot uiterste oosten kun
nen getroosten, waar het toch geen vloot meer
noodig heeft, als het van eene aanvallende
politiek afziet. Hoofdzaak voor Rusland zou
zijn Wladiwostok rechtstreeks en stevig aan
zijn rijk verbonden te zien.
Allerlei
vBij West Meon, in het Engelschei
graafschap Hampsliire, heeft men op eigen
aardige wijize cl© overblijfselen eener oud-
Rorncinsche stad ontdekt.
Do heer Bradley, directeur eener school al
daar, kocht onlangs een exemplaar eener zoer
oude en zeer zeldzaam geworden geschiede-
nir van Hampshire.
Het boek bevatte aanwijzingen omtrent
een Romeinsclie stad, welke gestaan moest
bben op de plaats, waar nu het landgoed
Prookwood is.
De heer Bradley begon daar terstond on
derzoekingen van den grond te doen en bij
dj eerst© opgravingen bleek reeds, dat zijn
vermoeden juist was.
M< 11 vond drie fraaie sckaakbordachtige
vloersteenen, gelijk die, waannede het atrium
van een Romeiusch huis werd geplaveid, en
bij verdere opgravingen werden de grondsla
gen eener groote Romeinsclie villa t© voor
schijn gebracht.
Het meest belangwekkende der tot dus
verre gevonden voorwerpen is een koperen
urn, waarin dag en nadht een vuur ter eere
van Vesta (de godin van den huiselijken
haard) placht te branden.
jfen heeft groote verwachtingen van do
uitkomsten der verdere opgravingen.
vOnder een ontzaglijken toeloop van
volk dat sinds den ochtend het paleis van
justitie te Turijn als belegerde, heeft de
jury Vrijdagavond omstreeks 5 uur in het
proces-Bonmartini uitspraak gedaan.
Tullio Murri en dr. P10 Naldi werden
schuldig verklaard aan moord met voorbe
dachten rade, onder aanneming van verzach-
tonde omstandigheden.
Linda Murri (d^ weduwe), dr. Secchi 011
Rosa Bonetti (de dienstbode) werden schul
dig bevonden aan medeplichtigheid, terwijl
evenwel erkend werd, dat do moord ook zon
der dio hulp gepleegd had kunnen worden.
Ten slott0 veroordeeld© dte jury Tullio
Murri en Pio Naldi elk tot 30 jaren opslui
ting en 10 jaren toezicht, Linda Murri en
Scochi ©Ik tot 20 jaren opsluiting, Rosa
Bonnetti tot jaar.
Tullio Murri werd onwel, toen hij het
vonnis hoorde uitspreken cn moest worden
weggeleid.
Het is juist drie jaar geleden, dat de moord
is gepleegd.
vDe krijgsraad te Chalons-sur-Marne
heeft een soldaat tot twintig maanden ge
vangenisstraf veroordeeld, omdat hij gewei
gerd had het bevel op te volgen om met- zijn
kameraden te gaan baden. De man gaf als
reden voor zijne weigering op, dat hij bang
was voor water.
vT© Toulon heeft d© vrouw van een
politieagent haren man aangeklaagd een vil
la te hebben geplunderd, die aan hare zorg
was toevertrouwd. Een onderzoek bracht aan
het licht, dlat de agent aan 't hoofd stond
van een bende inbrekers. Hij werd in 't jus
titiepaleis aangehouden mot donige mede
plichtigen.
vDe familie Cottrell, van Londen, was
verleden M: an dag naar buiten en daar maak
te oen dief gebruik van om binnen te drin
gen. Maar zie, op 't onvervracht keerde mevr.
Cottrell terug en toen zij in hare slaapkamer
ging trof zij daar den inbreker bezig de
brandkas open te breken, terwijl haai- kistje
met juweelen gereed op het tapijt stond om
mede te nemen.
Mevr. Cottrell, een sterke, koelbloedige
vrouw, begon niet te schreeuwen of in on
macht te vallen, maar greep eenvoudig den
kerel bij den nek, sleurde liein de kamer
uit, de trap af en wierp hem in een vertrek,
waar hij niet uit kon en sloot de deur. Zi; te
lefoneerde aanstonds naar do politie en hield
zoolang voor de deur de wacht.
vHet Portugeesche pantsercorveischip
„Bartholomeii Diaz", dat stationneorb in
Loanda in Portugeesch-West-Afrika, is door
zijn besmetting met beri-beri een bestendig
gevaar voor zijne bemanning geworden. De
een na den ander werden d© officieren en
matrozen ziek 011 de plaatsvervangers werden
op hunne beurt weer door de gevaarlijke
ziekte aangetast.
Daar alle middelen om het schip te ont
smetten mislukten, zag de admiraliteit zich
genoodzaakt het schip op te offerenop haar
bevel zal nu het oorvetschip in volle zee wor
den gebracht en daar door andere oorlogsche
pen in den grond worden geboord.
Hongkong, 12 Aug. Gedurende negen uren
i3 eene onophoudelijke reeks van aardbevin
gen voorgekomen in Macantwee schokken
hielden eenigen tijd aan. De bevolking is
in do parken gevlucht. Do Chineezen voor
spellen de verwoesting van Macao. De naar
Hongkong vertrekkende stoombooten zijn
gevuld met vluchtelingen. Hier in Hongkong
worden lichte schokken gevoeld.
vEon hevige wervelstorm mot hagesLag
hoeft de Fransche stad Sedan en omtrek ge
teisterd.
Onder de liagelsteenen waren er ter grootte
vaai een vuist. Het stadpark werd daardoor
geheel verwoest. De bladen zijin van de boo-
mon gescheurd, takken afgebroken, boomen
omvergeworpen. De telegraafpalen zijn gebro
ken, telegraaf-, telefoonlijnen en stroomgelei-
dingen voor de clectriscfce tram vernield. Het
kerkhof heeft al evenzeer geleden als het
stadsparkde afgewaaide schoorsteenen zijn
niet te tellen, de ingeslagen ruiten evenmin.
De storm heeft slechts twaalf minuten ge
duurd en in dien tijd is in de stad alleen
voor anderhalf millioen francs schade aange
richt.
In dertig omliggende gemeenten is de oogst
verwoestdaken zijn afgerukt, een geheele
hoeve is wegewaaid, eene bierbrouwerij en
een kerktoren zijn ingestort en de kerkklok
is medegesleurd, enz.
Vier monsöheni zijn gedood en vele gekwetst.
vTwee toeristen van Bazel, een apo
theker eu een koopman, beiden gehuwd, zijn
op de Jungfroufirn verongelukt. Men vond
d0 lijken op den Guggiglctscher.
OOST-INDIÊ.
Uit de Gajo Loeös wordt aan de Sum.
Post geschreven
Na den gelukten overval van Ama-n-Lénténg
verspreidde zich zijne bende van pl. ni. 300 man
in alle richtingen. Een groot gedeelte keerde
in d© verschillende kampongs waaruit het was
gekomen om een beetje oorlogje te spelen, te
rug. Nu het blijkbaar meenens werd, moesten
de bóeren er niets van hebben. Een ander ge
deelte verdeelde zich in kleine benden onder
onverzoenlijke hoofden en trok zich in de ber
gen terug.
De hoofden der kampongs werden door den
bivakcommandant opgeroepen ten einde hun
hunne verschillende verplichtingen onder het
oog te brengen.
Omstreeks dezen tijd kwam de Lt, Campen
met een sectie, waarbij dr. De Boer, te Boekit
aan, en kon het gedeelte der bezetting van Boe-
kit, dat hier eenige maanden vergeten was, naar
rustiger streken terugkeeren.
Van den schrik, veroorzaakt door den dood
van Ama-n-Lénléng, moest gebruik worden ge
maakt een onophoudelijk patrouilleeren. zoo
wel des nachts als overdag, was noodig zoowel
om de verschillende benden het leven onaange
naam te maken als om aan de kampongbevol
king de noodige veiligheid te verzekeren, zoo
dat zij weer tot den sawah-arbeid zou kunnen
overgaan. Door de dagelijksche beschietingen
van A. Lénténg en zijne bende was de bevolsing
zeer onrustig geworden, dorst zij niet aan den
sawah-arbeid te beginnen, omdat juist deze
sawahs met de daaraan grenzende hoogten als
gevechtsveld werden gekozen, en lagen de sa
wahs bijgevolg braak.
Zoo worden nachtelijke patrouilles gemaakt
naar Riket Goip, waar zich een aanhanger van
A. Lénténg, zekere Panglima Biden, moest op
houden. Hoewel de patrouille bij het aanbreken
van den dag na een marsch van 10 uur de kam
pong omsingeld had, had zij in zooverre geen
succes, omdat de bewuste panglima juist den
dag te voren verhuisd was. Een moreel succes
had deze patrouille echter wel, daar de bevol
king niet gedacht had, dat de „Kompenie" zoo
iets zou kunnen doen.
Ook in de Gajo Loeös werd door het onop
houdelijk patrouilleeren het succes verkregen
dat geen schot meer viel en de bevolking aan
den sawah-arbeid kon beginnen.
Te Boekit terugkeerende, vernam de patrouil
le-commandant, dat de Lt. Rhemrev tijdens
zijne afwezigheid naar Oreng en Pending was
geweest om te trachten een zekeren Si Alim in
handen te krijgen. Deze Si Alim, een gedroste
dwangarbeider, die reeds r.eer op z'n kerfstok
heeft staan, had nu weer den kampong Oreng
gebrandschathij wist echter aan onze handen
te ontkomen. Te Pending aankomende, trof
Lt. Rhemrev daar den Civiel Gezaghebber aan.
die den 25sten Mei daar gearriveerd was. Op
een bericht van de bevolking had de Lt. Rhem
rev het geluk de vrouw van Ama-n-Bengkol en
een broeder van A. Lénténg op te lichten. Deze
A. Bengkol, die zich door het patrouilleeren in
Gajo Loeös, niet meer op z'n gemak voelde, wil
de zich komen onderwerpen. Door de oplichting
van zijne vrouw werd dit een weinig bespoedigd
en meldde hij zich bij den Civiel Gezaghebber,
die dus juist op tijd gekomen was ora de vruch
ten te plukken van het werk der bezetting te
Boekit. De Lt. Rhemrev keerde daarop met.
zijne patrouille naar Boekit terug, terwijl do
Civiel Gezaghebber te Pending achterbleef tot
den 7den Juni. Den vorigen dag was n.l. '7o
Lt. Campen aldaar aangekomen met het deta
chement der 3e colonne, dat met den Lt. Rhem
rev naar de Gajo Loeös was gegaan en een trans-
Krt. Gajo's, om goederen van Pending naar
tekit op te voeren. Si Alim liet zich nu weer
even hooren door het transport bij de Tangga
Kambing, een der moeilijkste gedeelten van
het fraject, Pending—Oreng, te beschieten.
Op een bericht dat een zekere Ama-n-Koe-
ning, een „goeroe" van Amen Lénténg, in de
kampong Penggalang zou kunnen fourageeren,
werd deze kampong door een patrouillo onder
Lt. Rhemrev omsingeld en werden de huizen
onderzocht. Hoewel de persoon in quaestie werd
neergelegd, .gebeurde dit ten koste van de ver
wonding van bovengenoemden officier en van
drie inlandsche fuseliers, waarvan er een aan
de bekomen wonden is overleden.
De verwonding van den Lt. Rhemrev vaa
zoodanig, dat hij geevacueerd moest worden.
Hoewel deze officier dus slechts zeer kort
zijne diensten in Gajo Loeös heeft gepresteerd,
kan hem worden nagegeven dat zijne collega's
en zijne minderen in hein zien vertrekken een
bij uitstek dapper officier, die echter juist door
zijn offensieven geest soms een weinig te onbe
suisd optrad. Hiermede zijn in het kort de ge
beurtenissen in de Gajo Loeös verteld. Nog
dient vermeld dat. dit land een zeer schoon ar-
heidsveld kan ;:ijn voor een civiel gezaghebber,
die met hart on ziel de?.e taak wïl opvatten.
Daartoe moet hij zich echter persoonlij.», van de
nooden en behoeften der bevolking op de hoogte
stellen, ten einde di'uir verbetering aan te kun
nen brengen, waar zulks geëischt wordt. Een
besturen van uit het. bivak moet geheel zijn
uitgesloten. Bijna altijd moet hij op post zijn,
althans in den eersten tijd, om daar in te grij
pen waar het noodig is. Blijkt het „the right
man on the right place", dan eaat de Gajo Loeös
zeker een veel belovende toekomst tegemoet.
Of de regeering zich hier dezen „right man"
gekozen heeft, zal do toekomst leeren.
Luitenant Chvistoffel is buitengewoon
bevorderd tot eerste luitenant.
Een officieel telegram uit Boni meldt
Den lOen dezer zijn de rijkssieraden van
Boni door den rijksbestuurder aan ons over
gegeven."
Aan het Hbld, wordt nog geseind, dat alle
hoofden op twee 11a zich hebben onderworpen,
terwijl aan de Tel. wordt gemeld, dat de vorst-
van Boni met een kleinen aanhang naar het
Zuiden is gevlucht.
Het Bat. Nbld. van 5 Juli bevat een
kort overzicht van de gebeurtenissen, welke
aanleiding gaven tot ons conflict met de
vorsten van Badoeng (Bali). Aan het slot
daarvan lezen wij
De regeering gaf de hoop niet op om het
geschil op vreedzame wijfco te beëindigen.
Tot dat einde droeg de landvoogd aan het
lid in den raad van Indië, den heer F. A.
Liefrinck, oud-resident van Bali en Lombok
011 als zoodanig, alsook door zijn langdurig
verblijf in dat gewest, bij do zelfbesturen
zeer gezien, op zich naar Badoeng te begeven
om te trachten door een persoonlijk onder
houd met de vorsten deze alsnog tot toege
ven over te halen.
Den 12en April 1905 begaf do heer
Liefrinck zich op reds; den loon d. a. v.
werd Singaradja. bereikt, waar de resident
eenigo dagen te voren van den vorst van Ta-
banan een brief had ontvangen, waarin do
wensch werd uitgesproken, dat een spoedig©
oplossing langs minnelijken weg verkregen
mocht worden.
Daar de bestuurders van Badoeng en Tar
ban an bondgenootehn en bevriend waren en
elkaar in gewichtige gevallen raadpleegden,
achtte de heer Liefrinck het nuttig om eerst
den Radja van Tabanan over de zaak te
spreken. Zoo geschiedde. De Radja van Ta
banan verklaarde zich bereid tot medewer
king, doch durfde niet vooruitloopeu op den
uitslag der aanstaande conferentie met de
vorsten van Badoeng.
Te Badoeng viel op de ontvangst niets aan
te merken. De Radja van Den Pasar voerde
cr het daadwerkelijk geoag, omdat die 'van
Pametjoetan geesteskrank was. Met den
eerstgenoemde en zijp poenggawa's werd in
meerdere samenkomsten de zaak uitvoerig
besproken, waarbij hun hun tekortkomingen
werden voorgehouden, zoowel wat betrof den
strandroof als het niet volkomen nakomen
hunner verplichtingen, gebleken uitle. het
niet kennis geven van de plaats gehad heb
bende stranding aan het Europeesch bestuur
te Singaradja; 2 e. het niet voldoende
doen bewaken van het wrak.
De Radja voerde hiertegen wederom aan,
dat noch hij, noch zijn onderdanen zich ten
deze van schuld bewust waren. Een door hem
ingesteld nauwkeurig onderzoek zou aan het
licht hebben gebracht, dat geen berooving
van het gestrande vaartuig had plaats ge
had, hetgeen de inwoners der str%ndesa's an
der cede hadden bevestigd. Een kennisgave
aan het bestuur meende hij voorts niet ge
bruikelijk, gelijik hem was medegedeeld door
den sedert gestorven rijksbestierder Radja
Kasiman. De vorst verklaarde zich echter be
reid in den vervolge de gewenschte mededee-
ling te doen.
Daarentegen bleef hij volharden bij zijn
vroegere bewering, dat het beroofde vaar
tuig in den nacht, verloopen tussoben de
stranding en het lossen der goederen, wel
degelijik door een Balische wacht bewaakt
was geworden. Hij beriep zich hierbij op de
verklaring van den betrokken poenggawa,
die echter niet in ■overeenstemming was met
hetgeen deze zelf aanvankelijk den contro
leur had medegedeeld en met de getuigenis
sen van andere personen.
Het van den beginne door het zelfbestuur
van Badoeng ingenomen standpunt werd dus
gehandhaafd, nl. alle schuld van zich af te
schuiven, en te vermeenen geen straf ver
diend te hebbenterwijl wat de klacht van
den Chinees- eigenaar betrof, de berechting
daarvan volgens het gevoelen van dat zelfbe
stuur behoorde tot de competentie van de
Badoengsche rechtbank, dosverlangd aange
vuld met een door den resident van Bali en
Lombok aan te wijzen pleitbezorger voor den
klager.
Verder vestigde de Radja er nogmaals de
aandacht op, dat door de sluiting der Ba
doengsche havens, ongeveer 1500 rijksdaal
ders per dag schade werd geleden. Naar aan
leiding van zijn verzoek om dit in billijke
overweg'ng te nemen, werd hem door den
regeerings-commandant te kennen gegeven,
dat ook de regeerïng niets liever verlangde
dan den vroegcren toestand te herstellen en
alle menschen wedor geheel vrij te laten in
de uitoefening van hun bedrijf, terwijil in de
door den vorst zelf geleden schade wellicht
aanleiding zou kunnen worden gevonden tot
een gunstige beschikking op een der regeo-
ring aan te bieden verzoek om geheele of ge
docltelijko vrijstelling van de betaling der op-
gelogde vergoeding van de kosten der blok
kade, mits hij zich bij de genomen beslissing
neerlegde en vooraf de voor de beroofde goe
deren geëischte som (3000 rijksdaalders) be
taalde.
Bij een dergelijke schikking zou het gelde
lijk bezwaar voor de- Radja zeker niet. over
wegend zijn geweest, zelfs nihil, indien het
aaanbod van do handelaren ware aanvaard;
uit do omstandigheid dus, dat door hem ook
deze wijze om de zaak tot een spoedige op
lossing te brengen, werd van de hand ge
wezen, mag met vrij groote zekerheid worden
afgeleid, dat'hij noch door overreding, nöch
door de dwangmiddelen, welke tot heden zijn
aangewend, tot inkeer zal worden gebracht.
In verband met het vorenstaande werd
door de regeer ng besloten ora de afsluiting
van Badoeng voort te zetten, doch thans
strenger dan tot dusver was geschied, waar
toe op 21 Mei jl. een ordonnantie (Staatsblad
1905, no. 309) werd vasgesteld tot beperking
van den in- en uitvoer van dat landschap.
Een spionage zaak? Het Soer.
Hdsbl. van 11 Juli meldt: Eergisteren ver
trok van hier, voorzien van een pas om over
Java te reizen, een Japanner naar Modjo-
kerto en verder. Gisteren maakte de man van
het oponthoud van den trein te Kertosouo
gebruik om aan het stationsbuffet zich, bij
gebrek aan saké, aan een verfrisscliend glas
limonade te laven. Dra was hij in gesprek
met den pachter van het buffet, een Chi
nees, die den zoon van het zegevierende Oos
ten natuurlijk met bewondering aanstaarde.
Maar Chineezen blijven onder alle omstan
digheden Chineezend. w. z. dat, toen de Ja
panner zoo onder het spreken een rol teeke
ningen voor den dag haalde, het instinct van
den pachter wakker werd, zijn kleine oog
jes begonnen te glinsteren en hij nauwlet
tend toekeek, wat de ander toch wel in die
geheimzinnige papieren zou hebben. Zooveel
vorstand van kunst had hij nog wel om te
kunnen zien, dat het teekeningen waren
mystieke streepjes, vertikaal eu horizontaal,
hier en daar toegelicht met beschr ij venden
tekst. Wat het moest voorstellen, wist de spi
on van den spion natuurlijk niet, maar het
feit op zich zelf, dat een Japanner in een
vreemd land met witte en zwarte teekenin
gen rondliep, zooveel was hem door de dag
bladen wel reeds duidelijk geworden, duidde
op gevaar.
E11 baba had nu wel erg veel eerbied voor
het gele aan hem verwante ras, maar hij
was toch tevens den wijzen stelregel toege
daan, dat waar men het goed heeft, vader-
'aud is, en als een onderdaan van dat vader
land, gaf hij ijlings aan de politie van zijn be
vinding kennis. De schout van Kertosouo
wist niet hoe spoedig hij ter plaatse zou zijn.
Do Japanner word ondervraagd wat hij hier
kwam doen? Hij reisde met een pas. Wat o
teekeningen voorstellen die hij bij zich had?
Hij had niets van dieu aard bij zich. I)e
schout achtte liet geraden den man niet to
gelooven, uitgaande van de zeer juiste ver
onderstelling dat wanneer iemand wat te ver
bergen heeft, hii zeker niet vrijwillig aan *en
politiedienaar zal vertellen wat dat „wat"
is. Veiligheidshalve werd den onderdaan van
den mikado dus duidelijk gemaakt, dat nij
zich voorloopig als gevangene had te be
schouwen. Onmiddellijk werd daairop aan
den resident van Kediri om instructies ver
zocht, per telegraaf. De resident meldde te
rug, dat hij zelf zou komen.
Hij kwam dan ook vrij spoedig per as,
wijl hij te lang op een trein zou moeten
hebben wachten. De resident vermocht ech
ter evenmin meer uit den gearresteerde le
weten te komen, roden waarom hij hem moest,
fouilleeren. Nu kwam de aap uit de mouw
in den vorm van de bewuste rol teekenin-
gen, waarop o.m. waren afgebeeld oen vrij
nauwkeurige plattegrond van Soera ba ja.
waarop do lvgg'ng was aangegeven van liet
kruithuis, den constructiewinkel en van an
dere dingen riie de teekenaar het onthouden
waard meende, en iets dergelijks van Mol -
jokert© en andere plaatsen. De man werd
naar Kediri medegenomen waar hij zich
thans nog bevindt.
WESTÏÏNDIË
Uit Paramaribo wordt berieht, dat per
Engelsche mail via Plymouth op 24 Juli jl.
naar Nederland is verzonden het schrijven,
aan. mr. A. C. Wesemhagen, waarbij hij wordt
uitgenoodigd om, wanneer hij tot gouverneur
van Suriname mocht benoemd worden, die
benoeming te aanvaarden, van welk adres in
de bladen reeds melding is gemaakt, teen
het nog circuleerde.
Het is voorzien van honderdtallen hand
teek e.ua 11 gen, waaronder van eenige leden der
koloniale Staten, verder van vele ambtenaren,
praktizijns, onderwijzers, ingenieurs, planters,
kooplieden, industrieelen en neringdoenden.
Een nader adres met handteekeningen uit
Nickesie eu Coronie, moet nog volgen.
De Staatscourant van Zondag 13 cn
Maandag 14 Augustus 1905 bevat de volgende
Kou. besluiten:
op verzoek eervol ontslagen uit den mili
tairen dienst de reserve le luitenant I. J.
Dermout, van het 5e regiment infanterie;
benoemd tot directeur van het spoorweg
postkantoor 110. 2 te Rotterdam C. C. Vren-
denberg, thans directeur van liet spoorweg
postkantoor no. 3 te Zwolle;
benoemd tot voorzittend Heemraad van
het waterschap genaamd het Heemraadschap
de Geldersche en Stichtsche veenen, provincie
Gelderland en Utrecht, H. Bom as te Vee non-
daaltot hoogheemraad van het groot-water
schap van Woerden, provincie Utrecht
cn Zuid-Holland, J. Nnijss Azn., te Woerden
Het Kon. Echtpaar was gisteren mor
gen tegenwoordig bij de godsdienstoefening
in do Herv. kerk te Apeldoorn, onder het
gehoor van <ls. H. A. Leenmans van Har-
lingen.
D© predikant had tot tekst gekozen Jere-
rnia 12 vers 5b.
Voldoende aan d'e bevelen van H. M.
de Koningin en Z. K. H. Prins Hendrik,
overhandigde jhr. Snoeck van Hintham, ka
merheer in buitengewonen dienst, in een bij
zonder pleohtige bijeenkomst van Proosten
en Broeders van do Illustre Lieve Vrouwe
Broederschap te 's Hertogenbosoh een zwaar
vergulden beker ter gedachtenis aan het Kon.
bezoek op 19 Augustus 1904, daarbij uit
sprekend© de gevoelens der Koningin en van
den Prins voor de 3r n Ierseiiu
De beker was door Jen heer O ver. lijking,
secretaris van het jacht-dopartcment naar
Den Bosch gebracht. Hij ."s n ciborivorm ver
vaardigd door Camile Esser lo Weert, naar
teekening van dr. Cuypers. Het deksel draagt
een zwaar embleem der Broede.'seh vp.
De beker, door H. M. dc Koningin en
Z. K H. Prins Hendrik der Nederlanden aan
do Hlustre Lieve Vrouwe Brocdersdlrap te