I¥°. 303. 5** Jaargang. Donderdag 24 Januari 1907. BUITENLAND. FEUILLETON. De Gezegende dag. AMERSFOORTSCH DAGBLAD ABONNE M ENTSPR1JS Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.25. Jdem franco per post1.75. Afzonderlijke nummerso.OS. Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering ran Zon- en Feestdagen. Advertentien, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 unr 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKH OFF C«. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIES Van 1—5 regelsO.T5. Elke regel meer- 0.15. Oroote letters naar plaatsrnimte. Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot het herhaald advorteeren in dit Blad bij abonnement. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraeg toegezonden. Kennisgeving. Burgemeester en Wethouders van Amersfoort maken bekend, dat op heden een afschrift van het procc6-verbaal, vermeldende den uitslag der op 22 Januari j.l. gehouden stemming, ter ver kiezing van twéé l^ien patroons van de Kamer van Arbeid voor de Bouwbedrijven alhier, is aangeplakt, terwijl zoodanig afschrift voor een ieder ter Secretarie ter inzage is nedergelegd. Amersfoort, den 23. Januari 1907. Burgemeester en Wethouders voornoemd Do Secretaris, De Burgemeester, J. O. STENTFERT KROESE. WUIJTIBR8. Politiek Overzicht. D* verkiezing voor den Duiteehen rijkedng. n. Wam neer men staat voor een verkiezings strijd, dan heeft men altijd een gevoel van onzekerheid. Men voelt zijne zwakheid om eene voorspelling te doem over dem uitslag van een strijd, waarbij het aantal strijders loopt in de millioenen. Bij dezen verkiezings strijd doet zich deze onzekerheid meer dain ooit gelden. Zeker is alleen, dat de uitslag morgen niet zal warden verkregen; Do eind uitslag zal eerst kunnen worden opgemaakt nadat de herstemmingen zijn afgeloopen, die op 5 Februari zijn bepaald. Maar hoe de uit slag zal zijn, daaromtrent is het beter zich van voorspellingen te onthouden. Bij de stemming van 13 December, waar op de ontbinding van den rijksdag is ge volgd, stonden eenerzijds centrum en sociaal democraten versterkt door de gewone slippen- dragers van. het centrum, anderzijds alle ove rige partijen van den rijksdag in nagenoeg gelijke sterkite tegenover elkander. De meer derheid overtrof de minderheid met slechts enkele stemmen. Vorst Bülow, die in zijne rede van verleden Zaterdag de hoop uit drukte, dat het niet te optimistisch zou zijn wanneer hij 't als een keerpunt in het Duit- bcho partijleven beschouwde, dat den 13en Becepiber in deu' rijksdag conservatieve en liberale partijen met do verbonden regeerin gen samengingen, heeft als het voor de hand liggende doel aangewezen, „eene meerderheid van conservatieven en liberalen te verkrij gen en aan het centrum de mogelijkheid te ontnemen, aan de zijde van de principieel op dissonnanten bedachte sociaal-democraitie ten nadeele van het vaderland machtpoLitiek te voeren tegen de verbonden regeeringen en tegen alle andere partijen". In zijn cude- jaarsbrief heeft hij de partijen, die den 13en December aan de zijde van de regeering stonden, opgewekt bovenal in het oog te houden wat hen toen vereen igded'en strijd voor eer en goed van de natie tegen sociaal democraten, Polen, Welfen on cenitrum. Hij voegde daaraan toe: ,,Ik stel de sociaal democraten voorop, omdat iedere uederlaag van de sociaal-demoratie eene waarschuwing voor haren blinden overmoed, eene verster king van het vertrouwen in den rustigen vooruitgang van onze binnenlandsche ont wikkeling en eene bevestiging van onze stel ling naar buiten zou zijn, en omdat daar door tegelijk de mogelijkheid zou worden bemoeieliikt, dat ééne burgerlijke partij met hulp van de sociaal-democratische eene do mineerde stelling tegen de andere bur gerlijke partijen inneemt." Den strijd tegen de sociaal-democratie stelt, vorsfc Bülow dus voorop. De steeds in omvang toenemende wasdom van de sociaal democraten, togen de verdrukking in waaraan zij blootstaan, is inderdaad een reden van groote bezorgdheid voor de Duiteche regee- ringskringen. Twintig jaren geleden telde de sociaal-democratische fractie in den rijksdag nauwelijks mee. Zij bestond in 1887 uit elf leden en in dat jaar werden 763,000 stem men uitgebracht op sociaal-democratischo candidaten. Nadat in 1889 de dwangwetten tegen do socialisten waren ingetrokken, ver overden zij bij de verkiezingen van het vol gende jaar 35 zetels in den rijksdag. In 1898 steeg- het aantal ledën van de sociaal-demo cratische fractie tot 44, in 1898 tot 57, in 1903 tot 81. Het aantal sociaal-democratische stemmen, in 1898 uitgebracht, bedroeg 2,107,000; in 1903 steeg het tot 3,008,000. Vorst Bülow heeft in zijne rede van ver leden Zaterdag gezegd, dat het een groot geluk zou zijn, als de Duitsche arbeiders meer en meer inzagen, dat de sociaal-demo cratie de belangen van deu arbeid slecht vertegenwoordigt omdat zij zelve geen po sitieven arbeid verricht, als inzonderheid het groote getal der meeloopera tot het in- ziioht kwam, dat de tegenwoordige toestand van orde en wet, grondwettige vrijheid en stijgenden welstand, van zorg voor de armen en verdrukten in ieder geval beter is dan de ruwe dwang, zonder welken de verwezenlij king en het in stand blijven van com munistische toekomst-utopieën in 't geheel niet denkbaar zou zijn. Het is een notoir feit, dat de rijkskanselier hier vermeldt. Van de drie millioen stemmen, die in 1903 op so ciaal-democratische candidaten werden uit gebracht, zijn lang niet allen afkomstig van sociaal-democraten. Het groote leger der on tevredenen heeft daartoe een deel bijgedra gen, dat zeker niet onbelangrijk is, al kan men het niet in bepaalde cijfers uitdrukken. Maar wel verre van dat te willen bedekken, speculeert de sociaal-democratie ook in dezen strijd op den steun van die bondgenooten. Zij verkondigt, dat zij de drie millioen van Juni 1903 wil brengen op vier millioen stemmen in Januari 1907, en om iederen ontevredene in het geheele land te vangen, heeft zij in alle districten candidaten ge steld. Al is er' niet de minste kans om den candidaat gekozen te krijgen, de stemmen, in die hopelooze districten uitgebrac11, tel len toch mee in het totaal-cijfer van het aan tal sociaal-democratische stemmen in het ge heel© lamd. Strijd tegen Polen en Welfen verkondigt vorst Bülow verder als eisch van den dag. Dat spreekt eigenlijk van zelf. Tegen par tijen, die principieel vijandig tegenover het rijk staan, moeten de nationale partijen in de eerste plaats pal staan. Er is een tijd ge weest, dat een deel van de Polen den Keizer steun verleende in zijne propaganda voor uitbreiding van de Duitsche vloot. Eene herinnering uit dien tijd is voor het lid van den ontbonden rijksdag en van het Pruisische heerenhuis von Koscielski, die nu als een der leiders van de Poolsche na tionale beweging in een politiek proces be trokken is, het bezit van eene schilderij, hem door don Keizer geschonken, en van den bijnaam Koscielski Admiralski. Maar die tijd is lang voorbij; in den strijd, dien de Polen thans voeren tegen al wat Duitsch is, vindt zelfs het centrum geen genade bij henin Silezië worden eenige zeitels, die het centrum in den vorigen rijksdag bezet hield, waaronder die van den voorzitter graaf Ballestrem, die nu niet weer candi- deert, ernstig door de Polen bedreigd. Tot strijd tegen het centrum wekt vorst Bülow eerst in de derde plaats op, en dat geeft inderdaad zijne bedoeling volkomen weer. Niet op de vernietiging van de macht van het centrum heeft de rijkskanselier het gemunt. Hij weet te goed, dat dit onbereik baar zou zijn. In zijn oudejaarsbrief heeft hij geschreven ,,Ilk geloof geenszins, dat uit de verkiezingen eene groote tot eenheid ge brachte liberale partij zou kurunen voort komen en de plaats van het centrum in nemen. Wel echter zouden de partijen der rechterzijde, de nationaal-liberale partij en de verder links staande partijen bij conse quent handelen in <len verkiezingsstrijd zoo veel grond kunnen winnen om eene meer derheid naar mate van de behoefte („eine Mehrheit on Fall zu Fall") te vormen." De rijkskanselier wenscht dus, dat de over macht van het centrum zal worden gebro ken. Hij wenscht de regeering verlost te zien uit den staat van afhankelijkheid van het centrum, waariin zij zioh nu bevindt. Hij wil het centrum in het bezit laten van de macht, die het als groote partij toekomt, maar hij wil, dat aan het centrum de over macht ontnomen zal worden, de positie, die het feitelijk het heft in handen geeft en maakt, dat het in het regeeringsbeleid zijn wil kan doorzetten, zoo niet met dan tegen den zin van de regeering. Het centrum is eene partij, welker leden bijeengehouden worden door geloofsgemeen schap Maar wanneer men do wereldlijke po litiek ais maatstaf aanlegt, dan zijn allerlei richtingen in deze partij bijeen. Vorst Bülow heeft kernachtig het centrum genoemd „eene onberekenbare partij, die opkomt voor aris tocratische en democratise' e, reactionaire en iiberale. ultramontaansche en nationale eiscnen." Nu is het zeer opmerkelijk, dat dez° uitspraak hare bevestiging vindt in ver schijnselen, die zich in dezen strijd voordoen. Er is onder de katholieken eene bewegiug ontstaan, die reageert tegen het beleid van de cenrrumfractie in den ontbonden rijksdag in vragen van koloniale politiek. Die bewe ging doet zich gelden in verschillende deelen van het land. In Osna'brück heeft baron Korff. die vroeger zelf als lid van bet cen trum deel heeft uitgemaakt van den rijks dag, zijn steun geschonken aan den natio naal liberalen candidaat onder verklaring, dat men een goed katholiek kan zijn, zon der tot het centrum te behooren. In Silezië heeft het lid van den' ontbonden rijksdag von Macbui verklaard, dat hij het beleid van de fractie in deze zaak niet kon goed keuren, onder bijvoeging, dat hij hierin vol strekt r.iet alleen stond. In Wurtemberg zijn twee Stan desherrenvorst Waldburg-Zeil en vorst Quadt-Wyckradt, met de verklaring gekomen, dat bij de stichting van de cou- trum-partij op den voorgrond heeft gestaan, dat aan ieder lid volkomen vrijheid werd ge laten om zijn standpunt in nationale en economische vragen te bepalen. Met bijzon deren nadruk doet deze beweging zich gel den in de Rijn-provincie. Daar is van 39 aanzienlijke mannen van onverdacht katho lieke naam eene opwekking uitgegaan aan de kiezers, om den 25en Januari slechts aan zulke candidaten hunne stem te geven, „wier gezindheid en politiek verleden den waar borg verleent, dat zij, niet door kleingees tige partijbelangen bevangen, voor het aan- 1 zien en de macht van het rijk, voor het behouJ en de beveiliging van zijn( koloniaal bezit evenzeer zullen optreden als voor de I handhaving van den confessioneel en vrede." De onderteekenaars van deze oproeping voe- I gen er bij, dat „de uitslag van deze verkie- zinge.'i en de wijze waarop de oentrumfractie verder positie zal kiezen, de maatregelen zul len bepalen, die noodig voorkomen om even tueel de scheiding tusschen de politieke oog- mena-n van het tegenwoordige partijbestuur en het stroven van de katholieken op kerke lijk gebied tot stand te brengen." Dit ma nifest heeft later nog verscheidene honderden ondertoeken aren uit alle oorden van de Rijn provincie gevonden, zoodat het geheele aan tal is geklommen tot 808. Hier wordt tamelijk duidelijk aangekon digd, dat de beweging zal uitloopen op eene scheiding tusschen de centrum-fractie en de dissidenten, die zich noemen nationale ka tholieken. Het partijbestuur beoordeelt deze beweging zeer minachtendtot hare ken schetsing wordt een woord aangehaald, dat dc.r oen nu overleden wij-bisschop Schmitz gesproken is, die over de afscheiding van het centrum heeft gezegd: „Bijenkweekers heb- be mij gezegd, dat zich wel eens zwermen vormen, waarbij zich meerendeels hommels aansluiten en die daarom niet levensvatbaar zijn. Zij keeren weer naar den korf terug. In het politieke leven is de vorming van zwer men steeds bedenkelijk. Het gevaar is aan- wez'g, dat zulke zwermen door allerlei kwee kers opgevangen worden en in korven gezet, die riet onze kleur dragenof wel zij blij ken niet levensvatbaar te zijn en keeren in den ouden korf terug, niet zonder teekenen van schaamtegevoel." D'o nationale katholieken worden dus gelijkgesteld met wat hommels zijn in de bijenwereld. Of die benaming juist is, zal de tijd moeten leeren. Het is niet het minst opmerkelijke verschijnsel van dezen strijddat de nationale katholieken daarin optreden; er worden een twaalftal, allen zui ver katholieke districten genoemd, waarin zij candidaten hebben gesteld tegenover die van het centrum. Duitsahland en Denemarken. Het tusschen het Duitsche rijk en Dene marken gesloten verdrag tot regeling van de optantfcrikwestie in Noord-Sleeswijk lxeeft. den volgenden inhoud: Art. I. De Pruisische regeering zal aan de in het gebied van den Pruisischen staat wo nende, den burgerlijken staat missende kinderen van optanten, d. w. z. de na de verklaring van optie van den vader maar voor het in werking treden van de Deensche natura'isatiewet van 19 Maart 1898 buiten Denemarken geboren kinderen, op hun ver zoek, wanneer de algemeen© wettelijke ver- eischten aanwezig zijn, het Pruisische staats- burschap verkenen Art. 2. Door de bepalingen van het voren staande artikel wordt het recht van elke der contracteerende partijen om aan onderdanen van do andere partij, hetzij tengevolge van een* gerecht el ijk vonnis, of om redenen van binnenlandsche en buitenlandsche veiligheid van den staat, of om redenen van armen - en zedenpolitie, het verblijf te verbieden, niet aangetast. Deze bevoegdheid bestaat voor de Pruisische regeering ook ten aan zien van de kinderen van optanten, die van het hun i i art-. 1 toegekende recht om Prui sische staatsburgers te worden, geon gebruik hebben gemaakt of wier verzoeken wegens het gemis van de wettelijke vereischten moee ten worden afgewezen. Voor deze kinderen, van optanten zal de Deensche regeering het verblijf in Denemarken niet beperken, voor zoover daarvoor geen andere redenen van Deensch recht bestaan. Art. 3 De beide regeeringen stemmen overeen in de opvatting, dat onder kinde- Ten van optanten in den zin van artt. 1 en 2 van dit verdrag, niet alleen de nakomelin- fen in den eersten graad, maar ook de na- omelingon van dezen zijn te verstaan. Art. 4 De ratificatie van dit verdrag zal zoo spoedig mogelijk gesohieden. De uitwis seling van do ratifioatieverklaringen zal in Berlijn gesohieden. Het verdrag is don lien Januari gesloten. De ratificatieverklaringën zijn den 21en Ja nuari uitgewisseld. Frankrijk. Parijs, 23 Jan De heer Cam bon is be noemd tot ambassadeur te Berlijn en de heer Crozier tot ambassadeur te Ween en. Parijs, 23 Jan. Het „Journal Officiël" van 24 Januari zal de oprichting mededeelen van eene katholieke eorediensbvereenigtmg, die den naam zal dragen „apoétoli9chë ën Fransche katholieke kerk" en die onafhan kelijk zal zijn van Rome. Engeland. Lenden, 23 Jan. Officieel wordt modege- deeid. dat de heer Birrell, thans minister van orderwijs, den heer Bryce zal opvolgen als secretaris voor Ierland. In zijne plaats worcit Mc Kenna, thans secretaris van de schatkist, minister van onderwijs. Italië. In de tragi-eomedie van den geweoen mi nister Nasi, die voortvluchtig is omdat te gen hean eene vervolging is ingesteld wegens verduisteringen in zijn ambt gepleegd en die niettemin door zijne aanhangers in Trapan i telkens op nieuw in de Kamer gekozen wordt, zal weldra een nieuw bedrijf afge speeld worden. Vooreerst is weldra de be slissing in hoogste instantie te verwachten over het beroep, dat hij heeft ingesteld te gen de beschikking waarbij hij verwezen is naar den gewonen rechter in plaats van naar den senaat. Verder zal, daar zijne laat ste verkiezing weer ongeldig verklaard is, in Trapani weer eene nieuwe verkiezing moeten plaats hebben. Met het oog daarop heeft hij uit zijn schuilhoek een brief aan zijne kie zers gericht, waarin hij hen verzoekt hem niet meer hunne stem te verleenenmaar in zijn© plaats ©en ander met hun vertrou wen te vereeren, die op vrije voeten ia en daardoor in staat voor hunne belangen op te komen. Hij verklaart zich te schikken in zijn lot; voor de keuze gesteld tusschen ver banning ©n de gevangenis, heeft hij het eer ste gekozen. Hongarije. Budapest23 Jan. Minister-president Weker Ié spreekt tegen, dat verschillende personen, bepaaldelijk in Frankrijk, werk zaam zijn als onderhandelaars over eene lee ning voor de Hongaarsche regeering. Voor 't oegenblik is die leening nog niet noodig. De regeering zal echter later eene leening aangaan tot een aanzienlijk bedrag, wan neer dr omstandigheden gunstig zijn. Zij zal er dan voor zorgen, dat. die leening ge plaatst wondt in verschillende vreemde lan den. Een verhaal van de Os ter ltd* Pastorie 21 Uit het Deentch door BET8T BAKKER—NORT. O, wat had Vonne geschreid, toen haar vader die voorgelezen had. Welk oen groot verdriet, had zij dien avond in het moer ge worpen, gehuld in een rouwfloers; in slaap geneuried door de kreten der Irivieten, en door de zuchten dier pluvieren, terwijl de snavelslagen van den specht als gedempte hamerslagen op een deksel klonken. Maar vader had zijn verdriet niet in het. meer kunnen werpen, want vader had, be halve zijn gemis, nog dat ziekelijke gevoel van berouw. Een berouw, waartegen Vonne met zoo veel overtuiging gestreden had, dag in, dag uit, jaar in, jaar uit, omdat zij zag hoe ongegrond die zelf-kwelling was. Had mama hem niet zelf verzocht, haar het geluk te schenken, dat haar toen het hoogste leekEn had' hij niet, zoo lang Von ne zich kon herinneren, mama door 't leven gedragenmet een bewonderende, voorzich tige teederheid, als waarmee men een teere en zeldzame bloem aanraaktwas ma ma voor hem niet de roos op zijn tafel, de ring aan zijn, vinger geweest? En had hijj niet, toen hij door een toeval het verlangen van haar hart. leerde kennen, haar dadelijk op zijn hand getildi en het raam geopend, om haar in het leven en in de zon te zenden Iemand kuchte. Ze schrikte, en. keek op. Daar zat „Le petit Chanois" met. de armexv over elkaar gekruist., een uitdrukking op zijn gezicht, alsof hij niet wist wat ter we reld hij zou aanvangen, en met dat ironische trekje om zijn mond, dat ze al zoo goed kende. „Ja, ik wil het. u niet verbergen, juffrouw Vonne, dat ik bezig was u te schilderen." Zijn stem was kalm, alsof de zaak hem niet aanging. Ze kreeg een kleur. „Onu moet u niet boos worden ik zal dadelijk" Ze richtte zich op. Forum glimlachte. „Nee, zoo erg is het nu ook niet., dat ik kwaad word, nu mag u bovendien in mijn schetsboek kijken, terwijl ik uw haar schil der." „Wie is dat?" vroeg Vonne, op een jon- gensprofiel anet- krullend haar wijzend. Hij iichite hot hoofd een weinig op. „O, dat is Salomon met den bijnaam „dë wijze". We noemen hem trouwens ook den compagniesjongen,omdat hij beurt om beurt bij de heele kliek als model dient. Van. hem zou u houden; juffrouw Vonne stel u voor, tien jaar, krachtig en toch plastisch mooi gebouwd, vlug van begrip, een type van een gezonden jongen, en hij bezit een hart zoo teer en zacht als van een klein meisje. Hij hoeft lezen winter letterlijk de kost voor zijn moeder verdiend, d'ie ziek was. En zijn vreugde cji trots, dat hij 'haar verzorger kan zijn, zijn bepaald roe rend. U moest hem gezien hébben, juffrouw Yvonne, toen hij den eersten keer mijn atelier binnensprong, nadat ik hem als mo del liad aangenomen. Hij stond een oogenblik, alsof hij met oen knoop aan zijn kleeren spoeldeen een minuut later schudde hij het heele rom meltje van zich af zijn blouse, broek, kou sen; schoenen, hemd e-n flanelletje zoo dat men precies den indrulk kreeg dat Salo mons's heele uiterlijke 'beklecding met één knoop vast zat. Toen sprong bij eruit, en wierp alles in. een hoek. „Daar liggen de schillen," zei hij, „en hier is de kern. U weet niet, hoe we vechten om dien jon gen hoe hij nog tijd vindt om zijn huis werk voo." de school to maken, begrijp ik niet, want hij heeft nooit een vrijen mid dag." Vonne glimlachte. „Ja, hij is lief," stemde ze toe, zonder op te zien. „Ganz zum essen." Forum scheen verrast-, en kook even naar haar maar zij sloot glimlachend' het. boek en legde het in 'tgra*. „Och u moet mij nog eens verontschul digen," verzocht ze, terwijl ze zich oprichtte, „maar ik ben vandaag zoo moe." „Dat. is een andere kwestie." Hij wierp zijn palet weg. „Dan rusten we ee<n kwartiertje. En nu zal ik wat met. u praten en u een nieuwtje vertellen. Do nieuwe opzichter van hier heeft- zich gisteren verloofd met. die mooie melkmeid, over wie u zoo dikwijls spreekt." „Ik heb den nieuwen opzichter nog niè£ gezien!" zei Vonne, „daarom kan ik uw nieuwtje niet. met. zoo veel belangstelling be groeten, als u misschien verwacht hadt." „Hij is de grootste turftrapper, die ooit in een paar vetleeren laarzen rondgestapt heeft," verklaarde Forum. „Het eenige, wat ik van hem woot, is, dat hij eiken avond om klokslag acht, precies een half uur na theetijd', in de kamer komt. Al biji het binnenkomen hoeft hij zijn blik gericht op het- plaatsje vóór 't rechter raam. Daar gaat hij zitten, trommelt precies drie kwartier op de vensterbank, terwijl hij uit kijkt. Dat- is trouwens een prijzenswaardige matigheid van den man, want in de ruiten ziet hij slechts het spiegolbeeld, dat hij zon der het hoofd om te wenden, ook in de ka mer kon zien namelijk de hanglamp, de tafel en de familie. Wanneer die drie kwartieren gelukkig ten einde zijn gebracht, staat- hij op zegt goe den nacht en gaat nee, stampt, dë kamer uit." „Stel jo voor, dat. die mooie Kersten Ma rie hem hebben wil"" „Hem hebben wil?" herhaalde Forum. „Nee, dat verwondert- mij eigenlijk niets. Hij heeft zeker alleen de kunst- verstaan haar to „nemen". Elke vrouw kan genomen worden, als men slechts de rechte manier vindt.' „Daarin vergist u zich toch zeker!" Von- ne's wangen kleurden zich, „integendeel, ik geloof" „Ja, maar ik woot, juffrouw Vonne. De eene wordt betooverd door een aangename stem of oen spottendën glimlach, de andere voelt zich aangetrokken door een ranken werkrug en twee sterke handen een derde wordt overrompeld en genomen door een plotselingen, on verwachten aanval weer een andere wordt gelokt door een geitje met. ©en gouden belletje om den hals. Maar ze kunnen allen gevangen worden, allön „Wat praat u nu van een geit en gouden belletjes?" lachte Vonne. 't Is een feit," verzekerde hij, ,,'twis mijn vriend', de beeldhouwer Ebstrup wil u hooren, hoe het hem gegaan is?" Natuurlijk wilde Vonne het graag hooren. „Er was eens een jonge beeldhouwer. Hij beaat talent en was zeldzaam vlijtig. Nie mand zag hem ooit, zoo lang het. daglicht schoen, zonder beitel of model loer pen in de hand. Zijn- atelier was in een klein, vervallen huisje, in de villawijk van Frederikaberg een beroemd kunstenaar had het- eens laten bouwen de windwijzer, dde er opstond, was een palot met zeven ponseelen. Van uit- het atelier kwam men in oen kleinen, dicht be groeiden tuin, die van den weg gescheiden was door een groene heg en een scheef, bouwvallig beklang- dën wog liep een smalle reep gras, waarin het in ac lente wemelde van paardebloemen en vergeet-mij- nietjes Wordt trvolgd

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1907 | | pagina 1