O r a a f Van By landt. Een breed©
kring van vrienden, diplomaten, leden
vau de hofhoudingen en bekende personen
op sportgebied stond Zaterdagmiddag op
He begraafplaats Oud-Eik-en-Duinen rond
de groeve van den te °t. Alontz, in Zwit
serland, door een noodlottig toeval over
leden graaf Van By landt van Bonthom.
Te ruirn 1 uur bereikte de deftige lijk
stoet den doodenakker, de kist bedolven
onder een schat van bloemen en kransen.
Bij de geopende groeve dankt.» Graaf Ben-
tinek van Amerongen, zwager van den over
ledene, voor do betoonde belangstelling. Hij
schetste de diepo ontroering die bet over
lijden van Graai van By landt bij diens tal
rijke vrienden had verwekteen ontroering
te grooter, nu de overledene, die op zijn
ta1 rijke reizen door Afrika zoovele gevaren
had getrotseerd, het slachoffer was gewor
den van de onoplettendheid van anderen.
Op verzot: van de familie sprak daarna
da. Schuller, uit Goes, vroeger predikant te
Amerongen, een gebed uit voor de zielerust
van den ontslapene, dat diepen indruk
zuaakte.
Toen werden meer dan honderd bloem
stukken neergelegd, die weldra een heuvel
vormden op het graf van den man, die in
de kringen waarin bij verkeerde, in hoog
aanzien stond. (Vad).
Krijgswetenschap. In de Vrijs
dagavond te Breda gehouden vergadering
van do Vereeniging tot beoefening van de
krijgswetenschap, trad als spreker op de
heer J. J. C. Tonnet. kapitein der artil
lerie. 1 eeraar aan de Hoogere Krijgsschool
met het onderwerp. Nederland en Bel
gië".
De vergadering werd o.m. bijgewoond
door de heeren Delforge, luitenant-kolonel
en Wielemans. majoor van den Belgischen
generalen staf, die aan de discussie deelna
men en zich voor samenwerking der beide
legers bij een eventueele neutraliteits-schen-
ding uitspraken. Die samenwerking behoor
de dan in vredestijd te worden voorbereid,
hetgeen in de hand zou kunnen worden
gewerkt door het plaatsen van militaire
attachés bij de wederzijdsclio legaties, welk
denkbeeld ook door den inleider en enkele
andere debaters werd aanbevolen.
Ook het Kamerlid mr. Tvdeman nam
deel aan het debat.
DeRuytor-herdenking. Donder
dag vergaderden tem Stadhuize te Haarlem,
bijeengeroepen door den burgemeester, een
30-tal heeren. tot vorming van een plaatse
lijke commissie voor de De Ruyterhulde voor
Haarlem en Omstreken. Hek bureau werd sa
mengesteld als volgt
Vice-adttn. Derx. voorzitter; de heeren H.
M. van Benvmolen, oud-zeeofficier en G. B.
Grommelin secretaris en penningmeester. De
burgemeester, jhr. Boroel, aanvaardde gaarne
het «re-voorzitterschap.
Tor gelegenheid van de herdenking van
den 300sten geboortedag van M. Az. de
Ruyter, zal do firma R. W. P. de Vries, te
Amsterdam, in hare zailen een tentoonstelling
1 louden van portretten van don grooten zee
held en zijn tiidgenooten Zeldzame prenten
waarvan or enkele afgebeeld zijn in het De
Ruyter-boekje door het Nationaal Oomité uit
gegeven, voor dat doel door de heeren De
Vries afgestaam, en port rotten van de moesten
1 onzer beroemde admiraals zullen er te zien
zijn. Enkele fraaie bladen uit de bekende col
lectie A. J. Nijland zijn er ter opluistering
bii-
Onder anderen verdient vermelding dat er
geëxposeerd zal worden een ge teekend portret
van De Ruyter door G. Netec-her, dlat zeer
fraai en interessant kan genoemd worden.
Veroorzaken van lichamelijk
letsel door schuld. Voor de rechtbank
te Maastricht heeft, teroclilt gestaan Chir. R.
architect te Munsergeleenbeschuldigd als
verant woordelijk voor den houw van huizen
der familie T„ te Si*tand, waarvan er een op
1 October 1.1. inviel en waardoor een drietal
werklieden verwond werden en een geruimen
tijd niet konden werken.
De behandeling dezer zaak druurdo den ge-
heeler. voor- on namiddag. Er wenden '23 ge
tuigen onder welke 8 deskundigen gehoord,
door wier verklaringen het O. M. de schuld
var. den beklaagde wettig en overtuigend be
wezen achtteliet eisohte 3 weken hechtenis.
Uitspraak 6 Maart.
De scheepsramp aan den Hoek
van Holland.
Z. K. H. do Prins reed Zaterdagoch
tend reeds vroeg uitwaaruit, blijkt, <fiat de
Prins geen nadoeligc gevolgen heeft- onder
vonden van den vermoeiende» en koudesi
tocht Vrijdag naar den Hoek van Holland.
Blijkens nader bericht uit den Hoek van
Holland is de Prins daar opnieuw aangeko
men, ditmaal per trein Z. K- H. ging da
delijk naar het. hotel „America" waar hij
do geredden bezocht.
Z. K H. wilde nog een bezoek brengen
aan schipper Sperling, doch dezen niet aan
boord van zijn schip vindend, vertrok Z.
K. H. weer naar Den Haag.
Nu do redding geëindigd is, blijkt dat de
ramp van de Berlin 129 slachtoffers eisch-
te, aangezien aan boord waren 144 perso
nen (91 passagiers en 53 man equipage),
waarvan gered werden 10 passagiers en 5
man equipage.
Zaterdagochtend is te Nieuw-Hellevoet een
lijk aangespoeld dat per sleepboot naar den
Hoek van Holland wordt gebracht.
Het aantal aangebrachte lijken bedraagt
dus nu 40. terwijl er nog een 12-tal op het
wrak gezien zijn.
foar de dappere redder*.
Men meldt uit An«*erdam
Zaterdag hooft op de beurs een lijst gecir
culeerd voor bijdragen i aan de rodders van do
passagiers dor HarwichbootEr is roods ge-
toeken d voor twaalf mille.
Zaterdagavond is in de .plaatselijke Rot/ter-
damsche binden een oproep verschenen van
den voorzitter der Kamer van Koophandel,
den heer Plate, om een blijlk van waardoering
aan te bieden aan de kranige inzittenden
van de loodsboot, welke het. reddingswerk
met zoo goed suoces hebben verricht. Intus-
schen werd die oproep ook op de Rotterdam -
sche beurs heden niei eens afgewacht. Er
circuleerde daar oen lijst voor hetzelfde doel,
welke in een oogwenk eetn aanzienlijk bedrag
bevatte.
De heer Frank Crossley heeft aan de Lon-
densche Star vertelde, hoe hevig de zee
werkte, toen hij den ochtend na de schip
breuk met de „Amsterdam" voorbij het wrak
stoomde.
..Het was pikdonker", zoide hij, ..maar
in het duister zag ik twee lichtjes flikkeren
en daarachter een zwarte plek. wel wat op
een rots gelijkend die even boven water stak.
Tk hoorde dat de lichten waren van de red
dingsbooten die al vier uur lang beproefden
de ongeluksplaats te bereiken. De zwarte rots
was het wrak, een half schip zoowat denk
ik. De golven sloegen er hoog boven uit en
onttrokken het geregeld aan heft oog. Nu
zagen we het, even later was het weder on
der een stortzee bedolven. Van de overleven
den was niets te zien; daarvoor was het. te
donker."
De Duitse he gezant bij ons Hof heeft zich
Zaterdag, in opdracht van H. M. do Keizerin
van Duitschland, naar den Hoek van Hol
land begeven, om aan de betrekkingen van
de bij de ramp met de „Berlin" omgekomen
landgenooten Hr. Ms. innige deelneming te
betuigenTevens bezocht de gezant, die ver
gezeld werd door zijne echtgenoote, de ge
redde 'Duitsche onderdanen uit naam der
Keizerin.
Reuter meldt uit Londen, dat de dag
bladen bij 't bespreken van de ramp van de
Berlin met grooten warmte gewagen van
den moed, die door de manschappen van de
Nederlandschc reddingsbooten aan den dag
wordt gielegd. Zij tellen de door dezen ver-
eisohte daden onder de schoonste feiten op
het gebied der redding van schipbreukelin
gen
De Standard zegtDo moedige redding
Van de schipbreukelingen van do Berlin is
verkregen in een strijd met. de golven en den
storm, die nacht en dag is voortgezet, tot
dat. hij ten slotte gewonnen is. Het sobere
maar vreeselijko tafereel van den moed en
de volharding der redders steekt boven alles
uit en zal in de herinnering blijven leven.
Aan hei lood over hen, die zijn gestorven,
paart zich de bewondering voor deao moedige
zeelieden.
De Daily Telegraph zegt, dat de dank van
allo Engelaohe mannen en vrouwen zal op
stijgen tot de nobele Hollandsche zeelieden,
die de booten bemanden, welke gedurende 36
uren een kloeken strijd voerden tegen de
zee. Nooit is een schoonero daad verricht aan
onze eigen kusten. De moed en de sympa
thie, waarmoe prins Hendrik de manschap
pen van de reddingsbooton steunden, zal
ten zeerste worden gewaardeerd in Engeland
en in Duitschland. Geen volk kan hartelij
ker zijn dan de Hollanders in de eer, aan
de doodon bewezen, en in deelneming met de
treurende verwanten.
De Graphic roemt, ook den fieren meed
van de redders, die niet kon worden ge
fnuikt. door de woedende zee en door het
schijnbaar bopelooze van de taak, die zij
hadden te volbrengen.
De Daily News zegtDit is een verhaal
van heldenmoed; het verhoedt, dat enkel
duisternis het tafereel van deze ramp vult.
Be geredden.
Aan de treffende bijzonderheden om
trent de redding der laatste drie overlevende
passagiers der „Berlin" valt op zichzelf wei
nig meer toe te voegen. Het. verhaal spralk.
in al zijn soberheid, van het. vreeselijko
lichaams- en geestoslijdon der arme schip
breukelingen
Een van haar, Frau Wennberg, is ernstig
ziek, lichamelijke en moreel. Haar trof het
vroeselijk lot haar man haar zevenjarig
dochtertje bij don sdhipbreuk te verliezen.
Het lijk van baar man lag reeds van den
onheilsdag af in de doodenzaal, dat van
liaar kind wilde zij bij hare redding van
liet wrak met zich nemen Helaas het mocht
niet. Het had de redding dor levenden kun
nen verhinderenEn eerst do levenden, dan
de doodon.
Ook de bedde andere vrouwen zijn er treu
rig aan toe. Haar toestand is evenwel naar
omtsandagheden niet onbevredigend. Van
allen waren de voeten nagenoeg bevroren.
Vooral Fraulin Theile lijdt vreeselijiko pijnen
aan do voeten.
De acht geredde mannen hebben een plaats
gevonden in de achter-biljartkamer van het
hoto' „Amerika". Alle schipbreukelingen
worden liefderijk verpleegd en ontvangen
van verschillende zijden versterkende midde
len. vruchten en bloemen.
Onze sympathieke Prins, die door zijn
kloek en mannelijk optreden zich de harten
van alle rechtgeaarde Nederlanders heeft
veroverd, was Zaterdag alweer aan den Hoek,
om rich uitvoerig over den toestand der ge
redden te doem inlichten. Enkelen sprak Z.
K H. persoonlijk toe. Voorts heeft Z. K.
H. naar men vernoemt nadrukkelijk
bevel gegeven dat niemand, en stellig geen
journalisten, tot de geredden mogen worden
toegelaten, daar absolute rust. voor hen nood
zakelijk is. Een zeer verstandige maatregel
Want er zijn international© drommen van
journalisten, die hen over hun wedervaren
wcnschten uit. te hoeren. Ben Engelsehe re
porter gebruikte er zelfs een list voor. Hij
had een pak prentbriefkaarten -an het ge
strande wrak. en vroeg verlof om die aan
de geredden te mogen aanbieden. Maar de
slim me verslaggever werd in zijn kwaliteit
herkond en afgewezen.
Alleen is de heer Von Sch'loezer, de Duit-
scho gezant, tot. de geredden toegelaten, cm
zijn opdracht, van de Duitsche Keizerin te
vervullende geredden geluk te wonschen en
deelneming te betuigen aan de achtergeble
ven betrekkingen
Een enkele patiënt, de Franschman Jabou-
let. is naar do R. K. pastorie vervoerd
Dc®o heer. ofschoon nog niet bekomen van
do doorgestane ellende, was toch al eenigs-
zins in staaf daarvan aan een journalist iets
te vertellen. Telkens moest bij zich echter
bedenken toen hij sprak en ten slotte zei hij
maar ^eeds..Ik weet het niet meer, je
wordt er oompleet gek van als je er aan
denkt."
„Ik ging vroeg naar bed'", zeide de heer
Jaibouilet, „en sliep tot ongeveer vijf uur,
toen ik door een verse hriikkel ij ken schok
werd wakker gemaakt. Doch alles werd stil
en ik sliep weer in, totdat hevig geraas mij
weer wakker maakte. Ik stond op en belde,
maa' was verwonderd, dat nedmand kwam.
Geen 10 minuten later kwam or water in
mijn hut Ternauwernood had ik de ge
legenheid om mijn schoenen, mij-a bonten
overjas en hoed te grijpen en naar boven te
snellen, nadat ik de gehcole gang had door-
geloopen, omdat de trap der eerste klasse vol
monschen stond. Eindelijk, op het dek ge
komen, werd ik de ontzettende ramp ge
waar. Dat was een tumult, een angstge
schreeuw. om gek van te worden. Een he
vige windvlaag nam ziin overjas weg.
Vrouwen gilden, riepen al maar om hulp,
alhoewel ik haar trachtte te bodaren. Niets
hielp En toch kon niemand ons hooren,
zoo woedde de orkaan. Tegen elkaar ge
drukt, op de banken, zooveel mogelijk be
schutting zoekend door de brug, bleven wij
maar zitten, steeds maar hopend dat einde
lijk redd:ng zou opdagen. Tegen den nacht
gingen we op en naast elkander liggen. Niet
minder dan zes personen deelden mijn bank
en zeer broederlijk doolden wo do ons over
blijvende kleeding, terwijl wij de dames in
ons midden nainen. Zoo brachten wij den
hangen nacht door en het gehuil hield maar
aan. Toch sliep ik een weinig en dank zij
het flink cn kloek optreden der Hollandsche
zeelieden ben ik gered."
Vijftien lijken van het «chip gekaald,
Zaterdagmiddag zijn, zooals wij reeds aan
stipten, de overledenen van het wrak der
„Berlin"l gehaald. De sleepboot „Wodan"
waarmede ook do redding der drie vrouwen
had plaats gehad, was daarvoor ingericht.
Door eer. misverstand vertrok deze echter,
vóór de autoriteiten, de dokter en de zusters
aan boord waren. Dezen volgden toen op de
sleepboot Gouwzee. De commissaris der Ko
ningin in Zuid-Holland, mr. Pafijn, stelde er
prijs op er bij aanwezig te zijn. Met- hem gin
gen mee de inspecteur voor de volksgezond
heid drr. Den Hou ter. de procureur-generaal
bij het gerechtshof im Den Haag, mr. Bijle-
veld, de burgemeester, een der directeuren
van de Great Eastern Railway, dir. Vogel
poel uit Dien Haag, en drie pleegzusters. De
aanwezigheid der autoriteiten bn het binnen
brengen der lijken stornd in verband met do
burgerlijk-reohtelijke bepalingen, en met. de
openbare hygiëne, die het wenschelij'k maakt
zoo min mqgelijk lijken i ontbinding te la-
ton aanspoelen.
Toen deze sleepboot het wrak was gena
derd, waren dé werklieden daar reeds bezig.
Zij hadden een lorrie langs de pier gereden
tot het hoofd, en bij het gunstige tijvierden
zij hier do overledenen op. Een veldwachter
hield er toezicliit. Van de sleepboot zag men
de salons achteruit nog blijkbaar intact,
waaruit men concludeert dat de schipbreuke
lingen daar achter voor den storm en de
stortzeeën eenigermate konden schuilen.
Toen do officieele heeren aan boord wilden
gaan, bleek de ladder reeds ingenomen, en de
menschen die de lijlken aflieten, ontrieden
den heeren klemmend om er op te komen.
Zij brachten er vijftien op de lorrie die ver
spreid waren aangetroffen. Meer vonden zij
er niet boven water. Enkelen worden nog ver
moed in het overstroomde ruim te liggen.
Sommigen waren vreeselijk verminkt.
De inspecteur voor de volksgezondheid
volgde de lorrie met de lijken, die zoo naar
den wa' werd gereden, en van daar. een voor
een op draagbaren, naar de loods van de
Holland Amerikalijn gebracht, om te worden
geschouwd, afgelegd, cm de signalementen op
genomen
De meeste lijlken werden spoedig herkend,
de andere gefotografeerd bij kalïklioht. De
herkenden lij-ken werden in do rouwzaal bij
gezet
Het lijk van het arme vijfjarige jongetje
H i r s c h uit Hamburg is Zaterdag te 's Gra-
vozande begraven, in tegenwoordigheid van
den vader.
Geknield bij de eenvoudige katafalk heeft
de arme man wiens middelen niet toereikend
zijn geweest., om zelf zijn kind uit Engeland
terug te halen,, liggen snikken, dat het zelfs
de moest geharde het te kwaad kreeg. Het
was een liartroerende aanblik.
Nu ik vanavond teruggekeerd ben uirt den
Hoek zoo schreef een der verslaggevers
heb ik den indruk of ik een sterfhuis heb
verlaten waar een verbijsterend aantal dooden
gekist liggen. En de stemming daaromheen
is absolute woerieoze verslagenheid. Wamt
allen, die in de vreeselijke dagen die achter
ons liggen, diens!en hebben verleend, de
meesten dag on nacht door, zijn half gebro
ken door vermoeienis en emoites De autoritei
ten kunnen niet meer, de veldwachters staan
uitgeput op wacht, de pleegzusters, die nu
wederom zestien, meost gruwelijk verminkt©
lijken moeten fouilleeren en afleggen, leest
men de vermoeienis op de bleeke gezichten.
Op het kantoor van de heeren Hudig cn P.e-
ters duizelen de beambten van eindelooze
drukte, want steeds maken de mensohen
queu om lulicliitLngen te vragen, en om de
voorwerpen te zien die op de overledenen zijn
bevonden Het verdriet, de wanhoop, de roe
rende relazen zijm niet meer om aan te hoo
ren..
Het statiomsrestaurant, waar voortdurend
de drommen bivakeeren, en waar de autori
teiten telkens samenkomen, de journalisten
schrijven, de afgetobde verwanten, met be
huilde oogen moe ineengedoken zitten te
wachten op nog vermiste verwanten, is nu
gansch ontredderd. De kellmers kunnen op
bur beenen haast niet meer staan, telkens is
de etensvoorraad op, en moeten weer nieuwe
marden vol aangerukt. En dan die volte,
heel den dag door, van aldoor opgepropte
treinen, van troepen, die uit nieuwsgierig
heid komen en er een „interessanten dag"
va,ii maken. Het publiek kan zoo ergerlijk
cynisch wezen. En de autoriteiten kunnen het
niet moer aan Zoo ziet men telkens gezel-
soliappen hoeren en dames, die er niets te
maken hebben door de afzettingen heendrin
gen met een brutaal gezag, en de rouwzaal
binnenstappen of het een tentoonstelling
ware. met de in de couranten gepubliceerde
dooden lijsten in de hand'. Automobielen ma
ken n>u den Hoek tot het docfl van hun uit
stapjes
Maar met den avond zakt dat alles af. Het
vertier verslapt, de ellende blijft over. Tel
kens ziet men nu doodkisten met lijken dra
gen over het. rangeerterrein, waar het. elec-
trisch licht bleek schijnt. Lijkkisten hangen
aan de stoomkraan, om op do Amsterdam te
wc-rden gehesohen. die de lijken van de be
manning naar het vaderland meeneemt.
„Langzaam aan, langzaam aan!" roept
eerbiedig de machinist. De kameraden op de
nachtboot zien toe, bleek en ontdaan, de
hoofden ontbloot.
En zijn het weer trollies met lijikkisten. die
naar de goederenwagens worden gereden.
Gruwelijk is liet, als een obsessie.
Het Kanaal kabbelt, daar niu zoo vredigjes
langs. De zee is geslecht, haar woedde ge
koeld Een helder maantje schijnt er over de
golven Met de lichten vam de kust is het eeu
prentje gelijk
In de antichambre voor de rouwkamer zit
ten de afgewerkte wachten om de kachel te
dutton voor alweer een. nacht van waken. Als
je dan tusschen de zwarte port ières doorgaat,
zie je in de zwarte hal, waar de booglampen
mat aan den zolder gloeien, de wit-en-zwarte
baren, met do kisten er op, deels nog open,
deels gesloten, hier en daar de gezichten be
dekt. Elders nog in witite lakens gespelde lij
ken gestrekt, mannen, vrouwen, dat aanval
lig 'blonde meisje Wennberg, een eind verder
het lijk van haar vader. En op iedere baar
heeft de firma Hudig en Pieters een grooten
grafbouquet laten leggen van levende rouw-
bloomen, lelies, seringen» wit.to en paarse op
palmtakken, met op de linten With feelings
of great regret and sympathy.
Doodstil is het er. Zachtjes gaan er enkelen
rond, die nog trachten willen te herkennen,
worden voor den burgelijken stand de regis
ters bijlgehouden Op de doodwade zijn
etiquetten met de namen gespeld. In het ge
heel zijin er nu 55 lijken.. Oip het Scheven in g-
sche Strand zij.n er echter nog verscheiden
aangespoeld, die Zondag verwacht werden
aan den Hoek. Maar dan mist. men er nog
een kleine honderd.
Huid* aan de dappere redder*.
Vole buiten landsche bladen Duitsche,
Fransche, Engelsehe, zelfs Amerikaanse he,
zijn vol waardeering voor hot moedige ge
drag onzer kranige zeelui en niet minder aan
het voorbeeld door Prins Hendrik gegeven,
die vooraan was bij de redding.
Eenige Engelsehe bladen brengen nader
nog warme hulde aan Martijn en Cornells
Sperling voor 'tgeen zij bij de redding heb
ben verricht. De Daily Mail zegt, dat hun
arbeid de climax is van de aanhoudende po
gingen, gedurende twee dagen aangewend
door de bemanningen van de Hollandsche
reddingsbooten. Gedurende drie dagen wa
ren de oogen der wereld gevestigd op den
Hoek van Holland en in die drie dagen
heeft zij de volharding, het doorzettingsver
mogen, en den grooten moed leeren waar-
deeren, bewonderen en eerbiedigen van het
ras, dat eens Brittannie's grootste en dap
perste mededinger op zee was.
De Daily Express zegtBij den naam
van kapitein Jansen moet gevoegd worden
die van kapitein Martijn Sperling, riog-
maals wenschen wij de Hollanders geluk
met hun heldenmoed. De gesdiiedboeken
van de schipbreuken der wereld vermelden
geen schooner daden
Va.n de binnenlandsehe bladen stelt o a.
het Vaderland voor een nationale inschrij
ving te openen niet alleen ten bate van de
wakkere mannen, maar ook van de behoeftige
betrekkingen der gevallen slachtoffers. Het
blad zegt o.m.
„Mot de droevige herinnering aan do
slachtoffers van de ramp aan den Hoek va.n
Holland zal ten eeuwigen dage verbonden
blijven een gevoel van fierheid over het ge
drag der helden, die aan het reddingswerk
hebben deel genomen
Moet het dankbare Nederland niet iets
doen om deze wakkere mannen te eeren
En moet er niet iets gedaan worden voor
de gezinnen der gevallenen, voor zoover hun
ne maatschappelijke positie dat noodig
maakt?
Ons volk, da.t twee etmalen lang met smar
telijke belangstelling het drama aan den
Hoek van Holland heeft gevolgd, zal wij
zijn er zeker van de helden wenschen te
eeren en de behoeftige betrekkingen der ge
vallen slachtoffers niet vergeten.
Een nationale inschrijving is een niet meer
dan gepaste hulde aan de eersten, en een
smartelijke plicht tegenover de laat sten."
De administratie van het Hbl. ontving
tot Zondagmorgen reeds t 1129.45A.
Hulde aan Prins H*n4rifc.
Men schrijft ons uit 's Gravon.hage vau
Zaterdagavond
„Geen leiding, geen comité, geen aangege
ven route, geen muziek, geen trom zelfs om
een gelijken pas te maken.
„Tusschen half zeven en zeven uur" had
den „ingezetenen" hun medeburgers slechts
een paar uur te voren rendez-vous gegeven
op het Buitenhof om een eenvoudige hulde te
brengen aan prins Hendrik der Nederlan
den, die floor storm en gevaar heen het
troostwoord was gaan spreken tot de onge
lukkige schipbreukelingen, en vooral: de
redders was gaan aanmoedigen bij hun edel
werk.
Wie waren de uitnoodigenden, wie waren
de uit genood igden op het ruime Buitenhof?
Niemand wist het.
Wie zou straks het sein geven tot het ver
trek?
Men wachtte er niet op. Telkens was het
vol, slenterde men wat rond, keek men elkan
der aan en dan werd het plotseling weer lco-
ger.
Dat kwam eenvoudig daardoor, dat men,
niets anders wetende, ten minste dat ééne
wist, dat hulde moest worden gebracht aan
prins Hendrik en dat deze op het. Noord-
einde woonde. Die menschenkluwens die zich
herhaaldelijk op het Buitenhof formeerden
en het ruime plein dan verlieten, begaven
zich langs alle mogelijke wegen naar het Pa
leis.
E'aar stroomde de menigte tegen zevon
uur dan ook van alle kanten samen.
Aan het verzoek „liefst een lampion mee
te brengen" was slechts door weinigen vol
daan. Velen zullen hebben gemeend, dat zelfs
dat eenvoudige vreugdebetoon in deze om
standigheden beter achterwege bleef en bui
tendien werden de verkoopers van lampions
op het Buitenhof telken* tot „doorloopen"
aangemaand door de politie, hetgeen som
migen opvatten a.ls een verbod, lampions op
te steken. Verscheidene personen zagen we
dan ook met opgevouwen lampions in de
hand, welke spoedig in oen binnenzak ver
dwenen.
De weinige dragers van aangestoken lam
pions waren juist talrijk genoeg om één
flinke rij te vormen langs de breedte van het
paleis. De donkere menigte, uit duizenden
mannen en vrouwen bestaande, was daar ach
ter en kwam door het tactvol terugwijken
van de politie ordelijk en als één man tot
vlak onder het balkon.
Juist om zeven uur begonnen twee, drie
personen uit het publiek te zingen „Wien
Neerlaud&ch...", het woord ..bloed" werd'
door honderden, aderen vloeit" door dui
zenden meegezongen en toen het lied was ge
ëindigd, was prins Hendrik wo noemen
lieni ditmaal in de eerst plaats en de
Koningin op het balkon verwelkomd door
het bekende gejuich, dat al zoo vaak va®
deze plaats tot dat balkon omhoog steeg, ver
gezeld van het zwaaien van hoeden en zak
doeken.
Do Prins ontblootte het hoofd, de Ko
ningin wuifde en weer juichte men totdat
de Prins even een handbeweging maakte,
die onmiddellijk werd begrepenhet werd
zoo volkomen stil, dat de laatste rijen van
do groote volksmenigte woord voor woord
konden verstaan, toen Z. IC. H. zeide.
„Ik waardeer ten hoogste uwe goede be
doelingen en ik dank u allen hartelijk..."
Luide bravo's en hoera's beletten den var-
stel ijken spreker voort te gaan, maar de
„stilte!"-roependen kregen weldra hun zin
en toen kon men het slot hooren
„...maar ik stel u voor, een flink hoera
te wijden aan de mannen, die de redding
hebben volbracht. Die dappere mannen,
leven zij! Hoera.'"
Het spreekt van zelf. dat men daarmee
instemde, luider en luider werd het juichen,
als het ware aangevoerd en geleid door den
zoo pas gehuldigde, die nu zelf met breed
gebaar den admiraalssteek in de hoogte
zwaaide.
Nog eens een „Wilhelmus" en een „Wien
Neerlandsch bloed" en toen trok het ko
ninklijk echtpaar zich terug en verspreidde
de menigte zich stil en binnen enkele mi
nuten.
De ovatie, die geen oogenblik het karakter
van een feestelijkheid aannam waarvoor
gevreesd was geen oogenblik haar grooten I
ernst en eenvoud verloor, was geëindigd.
De heer Ban Eeghen, voorzitter der Ka- I
nier van Koophandel te Amsterdam, zond
het volgende telegram
„Aan Zijn Koninklijke Hoogheid den
Prins der Nederlanden.
Den Haag.
Daartoe uitgenoodigd door beursbezoe
kers van Amsterdam, veroorloof ik mij aan
Uwe Koninklijke Hoogheid eerbiedig hulde
te betuigen voor het manmoedig optreden
van Uwe Hooglheid bij de redding der laat-
ste schipbreukelingen van do Berlin".
Geen *trandroof.
De secretaris der gemeente 's Gravenzande F
qualificeert, mede sprekende namens den
burgemeester, het bericht van den onbeken-
den R. in de N. R. C., als zouden strand- j
jutters onder de oogen van politie en parti- j
culioren kostbaarheden geroofd hebben van
lijken terecht komen verschillende inzen- I
ders in dat blad met de opmerking, dat het
de plicht van dengoen, die een dergelijk feit
zag, geweest ware dit met alle macht te
verhinderen, „indien hij ten minste aan
spraak wenscht te maken op den naam van
man te zijn" als een „verregaande leu-
gen."
„Alle lijken," zoo verklaart hij
„zijn onder mijn persoonlijk toezicht gevi- 1
siteerd, waar het noodig was sieraden cn
waarden in veiligheid te b: engen, vóór ik
mij met de visitatie kon belasten, is dit
steeds door de politie op do meest wensche-
lijke wijze geschied."
In verband hiermee deelt dc verificateur
der douanen mede, dat den dag toen de Ber- 1
lin op dc pier liep, waaraan R. gewaag-
do douanen op het strand gesurveilleerd
hebben, van 's morgens zes uur af. Nergens f
hebben zij aangespoelde lijken door de be- I
volking oneerbiedig zien behandelen.
De firma Hudig en Pieters deelde mee,
dat de nabestaanden van de herkende lijken I
tot nu toe niets hebben gemist van de kost
baarheden, die hun verwanten op en bij
zich droegen. Do vertegenwoordiger van het
Engelsehe consulaat verklaarde in gelijken
zin.
De pleegzusters, die de fouilleering ver
richtten, vonden tal van kostbaarheden op
de lijken, die voor het grijpen lagen. Maar 1
wat do inzender kan hebben gezien, is, dat
onbezoldigde rijksveldwachters in burger-
kleeding ringen, horloges en kostbaarheden
afnamen van de aangespoelde lijken, zoodra
ze gevonden werden, om ze aanstonds naar
het kantoor van de lijn te brengen.
Op last van den minister van justitie
is een onderzoek ingesteld naar de beweer
de berooving van lijken, aangespoeld aan
het strand bij den Hoek van Holland.
Uit dit onderzoek, waarmee verband
hield het Zaterdag door den procuireur-
generaal bij het gereohtsihof, mr. Bijileveld,
aan den Hoek van Holland gebrachte be
zoek, zou, naar wij vernemen, gebleken
zijn dat de beschuldiging omtrent de be
rooving, geheel onwaar is.
Omgekomen Hollander*.
Onder de lijken is nog erkend, dat van
den heer J L Prinselaar uit 's Graven-
hage, die gedurende verscheiden jaren werk
zaam was, eerst als monteur en later als
inspecteur bij de firma Barger aldaar.
De ongelukkige was 38 jaar en laat. een
wewduwe met 6 kinderen achter.
Voorts heeft volgens het Dgbl v. Gouda
naar alle waarschijn1 ijkheid ook de heer