S»9.
5de
Donderdag 2 Mei 1907.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
De Kranige Chauffeur.
ERSrOORTSCH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden Yoor Amersfoort f 1.25.
Jdem franco per post1.75.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering fan
Zon- en Feestdagen.
Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 nur
'e morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
(Jtrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADYERTENTIEN
Van 15 regels1
f 0.75.
- 0.15.
Elke regel meer
Groote letters naar plaatsruimte.
Yoor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot
het herhaald advorteeren in dit Blad bij abonnement. Eena
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht.
Vorat Bülow in den Duitschen rijksdag.
De rijksdag heeft eergisteren een van
zijne groote dagen gehad. Het gebeurt maar
zelden, dat de rijkskanselier in den rijksdag
optreedt om ten aanhoore van de natie zij no
denkbeelden te ontwikkelen over Duitsch-
iand's stelling in den raad der volken. Den
5en April van het vorige jaar had hij het
willen doen, maar toen snoerde de ongesteld
heid, die hem plotseling overviel, hem den
mond. Het laatst had hij den 14en November
van het vorige jaar over den internatio
nalen toestand gesproken. Thans heeft hij
dat weer gedaan. Sedert heeft de rijks
kanselier door do ontbinding van den rijks
dag, die op zijn advies werd uitgesproken,
zijne positie als hoofd der regeering aan
merkelijk versterkt. En in nog grooter mate
dan in do binnenlandsche politiek, geniet
hij het vertrouwen als leider van de buiten -
land&che politiek. Wanneer daarvoor nog een
bewijs noodig ware, dan is het in de ver
gadering van eergisteren geleverd.
De rijkskanselier heeft ditmaal niet, zoo-
als vroeger meermalen is geschied, het debat
geopend. Hij heeft eerst de vertegenwoordi
gers van de groote burgerlijke partijen laten
spreken, en hunne redevoeringen drukken,
hoezeer zij ook verschilden .n bijzonderheden
en nuanoeering, toch in hoofdzaak eenstem
mig hun vertrouwen uit in de wijze, waarop
de buitenlandsche politiek wordt geleid. In
zonderheid geldt dat voor de gewichtige
vraag, dat thans aanhangig is, d? vraag of
de ontwapeningskwestie op de aanstaande
conferentie te 's Gravenhage moet worden
behandeld. Alle sprekers waren 't er ovei
eens, dat het Duitsche rijk geen deel moest
nemen aan de behandeling van dit vraag
stuk; allen drukten de meening uit, dat
Duitschland, steunende op zijne onbetwist
baar vredelievende politiek en op zijne mili
taire macht, die steeds gereed is om, als
dat moet, zich te doen gelden, den omvang
van zijne oorlogstoerustingen en de grens,
waartoe het daarmee wil gaan, zelf moet
bepalen en ze niet afhankelijk moet maken
van de besluiten eener internationale con
ferentie.
Toen daarop de rijkskanselier het woord
mam, kon zijn eerste woord zijn eene dank
betuiging voor de eenstemmige instemming,
die zijne denkbeelden hadden gevonden. Hij
ontwikkelde daarna de redenen, waarom
Duitschland, zonder de vredelievende pogin
gen van andere natiën eenigszins te storen,
geen deel zal nemen aan de beraadslaging
over de ontwapeningskwestie. Daarna zeide
hij iets over Duitschland's betrekkingen tot
vreemde staten, maar niet veel, en datgene
wat hij zeide, stemde ongeveer overeen met
zijne laatste rede van 14 November. Italië's
betrekkingen met Engeland zijn met den
driebond vereenigbaar. Over de strubbelin
gen in Marokko verstaat de rijkskanselic.
zich rechtstreeks met de Fransche regee
ring. De Engelsch-Russische toenadering in
de zaken van Midden-Azië worden kalm en
koel beoordeeld. Duitschland is niet eerst
nu, maar altijd door gevaren en moeielijk-
heden omringd, maar in kalm zelfbewust
zijn en in het vertrouwen op zijne innerlijke
kracht, kan het zorgen voor de instandhou
ding van zijne betrekkingen van vriendschap
en bondgenootschap en behoeft het zich niet
aan angst over te geven.
i
Dit was, kort samengevat, het verloop en
de inhoud der rede van den rijkskanselier
Twee punten verdienen daaruit inzonderheid
de aandacht. Vooreerst de fijne ironie, waar
mee vorst Bailow gewaagde van de zenuw
achtigheid, die een deel der Duitsche pers
aan den dag heeft gelegd bij de besprekin
gen over de ontmoeting van Gaëta. Onder
opmerking, dat zenuwachtigheid niemand
in het buitenland imponeert, omdat zij goen
toeken is van zelfbewuste kracht, bracht hij
in herinnering, dat zoo dikwijls de Duitsche
Keizer in de Middellandsche zee heeft ver
toefd, hij door den Koning van Italië is be
groet en met dezen samen geweest is. Het
was dus heel natuurlijk, dat de Koning
van Engeland, die do Italiaaneche kust aan
deed, door den heerscher van het bevriende
land begroet werd. Tusschen Engeland en
Italië hebben vriendschappelijke betrekkin
gen bestaan van den tijd af, waarop Italië
zijne nationale eenheid verwierf. Zulke be
trekkingen zijn aanwezig geweest sedert de
driebond bestaat, en meer dan eens is in den
rijksdag van de regeeringstafel uiteengezet,*
dat zulke vriendschappelijke betrekkingen
tusschen Italië en Engeland niet alleen met
Italië's positie in den driebond vereenigbaar
zijn, maar dat zij op zich zelf nuttig en ge-
wenscht zijn.
Wat vorst Bülow heeft gezegd over de be
perking van de oorlog&toerustigen, geven wij
eenigszins uitvoerig weer. Hij zeide: ,,De
voorstanders van de ontwapeningsgedachte
ik gebruik kortheidshalve deze uitdruk
king willen met de verwezenlijking van
deze gedachte betere waarborgen voor den
vrede verkrijgen. Wie zou zulke motieven
niet volkomen goedkeuren Het is alleen de
vraag, of de bespreking van deze vraag op
eene conferentie een geschikt middel is om
de gedachte in een goeden vorm te brengen.
De voorloopige bespreking had slechte tot
resultaat, dat de regeeriugiein werden uit-
genoodigd het vraagstuk nader te overwe
gen De Duitsche regeering is deze uitnoo-
digöng nagekomen, maar heeft geen formule
gevonden, die gelijkelijk rekening hield niet
de groote versdheddeniheid van den geogra-
fischen, economisohen en poilitieken toestand
der verschillende staten en in staat zou zijn
om deze verscheidenheid uit den weg te
ruimen en als grondslag voor eene overeen
komst te dienenZoolang echter niet een
stellige hoop op eene bevredigende oplos
sing van het vraagstuk en op de mogelijk
heid van hare praktische uitvoering bestaat
kan ik mij ook van eene gedachtenwisseling
op eene conferentie niets beloven. Integen
deel is het gevaar aanwezig, dat wanneer de
tegenstrijdige belangen met elkaar in aan
raking komen, de uitwerking niet zal be
antwoorden aan het doel. Ik kan niet be
twistendat reeds de kans op de beihande
ling van deze vragen op de conferentie
geen kalmeerenden invloed heeft gehad op
den internationalen toestand.
Toen, ik meen in 1873, op eene confe
rentie te Brussel het internationale oorlogs
recht moest worden behandeld, verklaarde
de Elngelsche gemachtigde, namens de En-
Igelsche regeering, dat zijne regeering slechte
aan de conferentie kon deelnemen, wanneer
het recht op de oorlogsbuit direct noch n-
direct werd aangeroerd. En hetzelfde had
den wij ook nu kunnen doen en onze deel
neming aan de Ilaagsche conferentie afhan
kelijk kunnen maken van de vraag, dat de
ontwapendngskwestie niet. zou worden aan
geroerd. Met het oog op het Russische pro-
graan hebben wij dat niet gedaan, maar
wij bepak, ons er toe do staten, die succes
van do discussie verwachten, deze discussie
alleen te laten voeren.
Nu is het te vree-zen, dat deze onze re
serve in deze speciale kwestie ons den naaan
zou kunnen bezorgen, dat wij uit heimelij
ke zucht tot den oorlof of uit militaire
eerzucht of om andere zelfzuchtige rede
nen een edel werk des vredes willen storen.
Is het te vreezen, dat wij daardoor den
toorn van alle vredevrienden op ons zullen
laden Nu, ik heb reden oim aan te nemen,
dat ook andere staten eéne houding aanne
men, die met de onze overeenkomt. Er zijn
in Engeland, in Frankrijk, in Italië, in
Amerika vredevrienden genoeg, die den vre
de het best meenen te dienen, wanneer zij
geen illusiën laten opkomen en bij het na
streven van ideale doeleinden de werkelijk
heid niet uit het oog verliezen. Tot mijne
voldoen ;ng as onze opvatting onlangs zelfs
in e&n Dhitech sociaal-democratisch blad
uitgedrukt,,Liaat koanibgij, maar gij komt."
Het is te hopen, dat het niet zal blijven
bij dezen eersten stap tot reëel© beoordee
ling van den toestand. Duitschland kan zich
niet onder een druk laten plaatsen, ook niet
onder een moreelen druk.
Om onze rust naar buiten te verzekeren
zijn wij tot dusver naar den stelregel te
werk gegaan can ons voor den oorlog gereed
te houden, en deze stelregel is proefonder
vindelijk juist gebleken. Ondanks alle in
de wereld tegen het Duiteche volk aanwe
zige slechte gezindheid, is Duitedhland se
dert- de oprichting van het rijk door nie
mand aangevallen. Ik voeg er aanstonds
bijWij hebben ook niemand aangevallen,
wij hebben onze militaire sterkte nooit mis
bruikt en zullen dat ook in de toekomst
niet doen. Niet alleen technisch, ook moreel
zijn onze toerusrifngen een goed vredes
werktuig gebleken. Dat wij dit werktuig in
.goeden staat willen houden, kaai niemand
ons kwalijk nemen. Wij wensohen niet weer
in een toestand te geraken als die, toen
men zong. Was ist des Deutschen Vat er-
land
Nu is mij van verschillende zijden gera
den, dat wij, om den oorlogszuchtigen schijn
te vermijden, aan de discussie over het omt-
wapeniugsvraagstuk zouden deelnemen, om
dat daarbij toch niets anders te berde zou
kernen dan algemeen© frazen. Ik geloof niet,
dat wij door zulk eene tak tie k eene betere
bescherming tegen onrechtmatige verdacht
makingen van onze vredelievendheid, een
oprechter waardeering van de moedelijüdhedd
van onze geografische ligging zouden hebben
bereikt. Het kwam mij juister, verstandiger
en oolk waardiger voor, openlijk te zeggen
Aan eene volgens onze overtuiging zoo niet
bedenkelijke, dan toch onpraktische discus
sie kunnen wij niet deelnemen wij denken
er echter niet aan deze onze opvatting aan
anderen te willen opdringen, en als de be
handeling van de ontwapeningEkweetie tot
iets praktisch leidt, dan zullen wij nauwge
zet onderzoeken, of het beantwoordt aan de
bescherming van onzen vrede, of het aan
onze nationale belangen, aan onzen bijzon
deren toestand beantwoordt. Ik constateer
imet voldoening en dankbaarheid, dat de
gezichtspunten, die ik zoo even heb ontwik
keld. in hoofdzaak overeenkomen met wat
door de vertegenwoordigers van alle bur-
geriij;ke partijen is gezegd. Steunende op de
ze eensgezindheid, zal Duitschland op de
Ilaagsche conferentie door zijne houding be
wijzen, dat wij alle pogingen, die in staat
zijn om den vrede, de beschaving, en de hu
maniteit praktisch te bevorderen, oprecht
ondersteunen."
De Nordd Allg. Zeitung bericht, dat
het Achilloion op Corfu door den Duitschen
Keizer uit zijne particuliere middelen is
aangekocht Eigenares van het slot was se
der den dood van Keizerin Elisabeth hare
mot prins Leopold van Beieren getrouwde
oudste dochter, aartshertogin Gisela; het
vruchtgebruik had Keizer Frans Jozef. Hot
slot was niet meer bewoond door leden van
het Habsburgsche huis sedert den dood van
Keizerin Elisabeth. Door zijne ligging is hot
slot zeer geschikt voor gezondheid?oord en
tot den aankoop heeft de wensch bijgedragen
om voor de leden van de keizerlijke fanrlio
eene bezitting te verkrijgen, die in een
zacht klimaat als pied-a-terre kan dienen.
Herlijn, 1 Mei. Bij de behandeling van de
'begrooting van buitenlandsche zaken, ver
klaarde directeur Körner op een vraag van
den afgevaardigde DaJhleaner, of de klachten
der sscher,:-bevolking aan den Rijn o>ver
illoyale uitlegging van het verdrag op de
vissoherij met Nederland onderzocht zijn, dat
deze zaak ter kennis vam de Neder 1 andsche
legeering wes gebrachtEr Hebben com
missoriale besprekingen plaats gehad en ook
na die herhaalde besprekingen is de Neder-
1 an dsche regeer in g aan de zaak herinnerd.
Dio regeering heeft geantwoord, dat zij zidh
met de belanghebbenden in verbinding moest,
stellen
Nog in Februari is de Duitsche regee
ring op de zaak terug gekomen. Zij zal alles
in 'het werk stellen om haar tot eene bevre
digende oplossing te brengen.
-uit«ohlar>d en de Versenlgde Staten.
De Reicbsanzeige- bericht, dat in de
laatste vergadering van den Bondsraad toe
stemming verleend werd tet het ontwerp
van het handelsverdrag van het Duitsche
rijk met de Vereenigde Staten, dat bestemd
is om het met 1 Ju,;. a. s. afloopende ver
drag te vervangen.
Do bepalingen van dit verdrag zijn nog
niet officieel bekend gemaakt, maar een tele-
giam uit Washington verzekert, dat de
voornaamste concessie, die door de Ver
een igde Staten aan Duitschland is gedaan,
bestaat in de verlaging van de invoerrech
ten op Duitsche champagne en andere mo is-
seorende wijnen. Als compensatie staat
Duitschland zijn minimum-tarief toe aan de
Vereenigdo Staten en legt geen extra-rech
ten meer op spek en geconserveerd vleesch,
waarvoor voortaan het gewone recht bij in
voer in Du'tsckland zal worden betaald.
De nieuwe overeenkomst zou dus de con
currentie van de Duitsche mousseerende wij
nen tegen dezelfde Fransche producten in d?
baud werken. Dat zou aanleiding kunnen
zijn tot het ondernemen van eene herziening
van de Fransche handelsbetrekkingen met
de Vereenigdo Staten, zonder dat daarom
nog van een tariefoorlog sprake zou kun
nen zijn. Die betrekkingen zijn geregeld door
een protokol van Mei 189S, waarbij ten be-
hoeve van eenige Fransche producten de ta
rieven van de Dingley-wet van 1897 gewij
zigd zijn. Het wederkeorigheidsverdrag, dat
later, in 1900, gesloten werd tusschen do
beide staten, heeft niet de bekrachtiging ver
worven van de wetgevende macht.
Frankrijk.
De regeer i ngsmaatregelea tegen den ou
derwijzer Nègre en tegen do leiders van den
arbetasbond hebben heftige verontwaardi
ging verwekt onder do socialisten. Jaurès
noemt ze den inonstorachtigsten aanslag te
gen do arbeidende klasse en de persoonlijke
vrijheid, dien eene regeering ooit begaan
heeft, on eene onzinnige uittarting van het
gehee'o proletariaat en zelfs van de radica
len. ,.I)o onverbiddelijke oorlog tusschen de
regeering en de socialistische partij is ver
klaard reept hij uit en hij eindigt met
do verwachting uit te drukken, dat de beide
ministers, die zich socialisten noemen, ter
stond een kabinet zullen verlaten, waarin
zij voor hunne eer reeds veel te lang geble
ven zijn. Zachter is de toon van de Laai ter
ne, dio schrijft: ,,De regcering heeft het
oor gesloten voor de raadgevingen van ma
tiging en koelbloedigheid van hare ware
vrienden. Wij kunnen hare maatregelen niet
prijzen, zij zullen haar aanzien niet ver-
moorderen en sledhts de tegenstanders aan
de linkerzijde verbitteren."
Aan de overzijde is men ook niet tevre
den. Men ergert zich daar over de benoe
ming van den voormalige® socialistischen
afgevaardigde Deville tot gezant in Abes-
sinie en over hot ontslag uit den dienst van
den ckrica-len gezant Lemarchand, die als
ambtenaar van het departement van bui
tenlandsche zaken met Montagnini onder
één hoecJ heeft gespeeld. De Echo de Paris
en de Eclair noemen liet optreden vam Clé-
menceau tegen den arbeidersbond louter
spiogc-1 vechterij, en de Gauiois schrijft;
„Het li alles maar eene kluoht. Eenige da
gen nadat do le Mei .voorbij is, zullen de
agitators uit de gevangenis ontslagen wor
den Nègre wordt weer aangesteld en Clé-
nicnceau zal Jaurès met zijia© welsprekend
heid vernietigen, wanneer hij rekenschap
verlangt De radicale meerderheid zal zich
weer om hem scharen, do wanorde zal erger
worden en iedereen zal meer dan ooit uit
zien naar den onbekenden redder, dien alle
goede Fransohcm verwachten en weldra zul
len icepen."
Parijs, 1 Mei. Een Rus, Law genaamd,
loste boven van een omnibus af, vijf revol
verschoten op de troepen op de Place de la
Rcpublique. Agenten namen hem in hechte
nis en ci? menigte trachtte hem te lynchen.
Twee soldaten wc .-den licht gewond. Een
metgezel van Law werd eveneens in hechte-
nip genomen.
Op de Quai Jemappes werd een politie
agent door een revolversclhofc licht gewond.
Bij het uitgaan vam de Arbeidsbeurs werd
de prefect van politie ingesloten door botoo-
gers en moest de garde een charge maken.
Het aantal arrostatiën bedraagt op dit
coganbli'k 700.
Tweede telegram. Op de Place de
i République dreef de politie, die omringd
was door een dreigende menigte, welke een
gevangene wilde bevrijden, do betoogers met
den blanken sabel uiteen. De avondbladen
doelen mede, dat Law bezweken is aan de
wonden, die hem door de menigte waren toe
gebracht.
Rusland.
Petersburg1 Mei. Overmorgen geschiedt,
op grond van art. 87 *der grondwet, de op
heffing van de veld krijgsraden.
van C. N. en W. M. WILLIAMSON.
Naar het Amtrikaanseh
54 DOOR
Mrtrovw HEUVELINCK.
Had ik het intijds geweten, dan zou ik
misschien stil in mijn slaapkamer gebleven
zijn, maar nu kon ik er niets meer aan
doen, het leek mij zoo'n storm in een glas
water Toen ik klaar was, ging ik: dus naar
beneden of er niets gebeurd was en zag in
de gang rond naar iBrown, waar ik hem ge
zegd had om half acht op mij te wachten.
Lieve hemelHoe verwonderd keek ik op,
hem in gala te zien een nette smoking
en een zwarte das. Hij kon wel voor een
prins doorgaan. Had ik nagedacht, dan zou
ik zeker niets gezegd hebben, maar nu ont
snapte mij onwillekeurig een kreet van ver
bazing, wat mij vreeselijk speet toen ik
zag hoe hij kleurde. Hij zei nederig mij
geen schande te willen aandoen, nu ik zoo
goed was hem te veroorlooven mij* dezen
avond te dienen in een eenigszins andere
hoedanigheid (was dat niet oen aardige ma
nier van zeggen?), waarom hij een pak
kleeren had aangetrokken dat meneer Win
ston hem eene gegeven hadhij hoopte dat
ik het hem niet kwalijk nemen zou.
Waarom zou ik dat gedaan hebben? Er
was dunkt mij geen enkele reden voor. Dus
dineerden wij samen aan een klein tafeltje
met aardige, van schermpjes voorziene kaar
sen en eenige prachtige bloemen. Langza
merhand verlieten de menschen de zaal
reeds en niemand zag iets vreemds aan ons
wij zagen er juist uit als ieder ander paar.
alleen waren wij wat knapper al zeg ik het j
zelf. Ik had een zeer interessant gesprek j
met Brown, hij vertélde mijl het een en
ander van zijn leven, maar ik had moeite
hem daartoe te krijgen, want hij is veel be- I
scheidener dan Jimimy Payne. Hij staat
.eigenlijk veel te hoog voor zijn werk, hoe
wel hij het tcch zoo getsd doet. Ik wou zoo
graag dat u hem aan een mooie betrekking
kon helpen. Kan u dat niet.?
Dit alles gebeurde gisterenavond, en hm
zit ik in mijn kamer to schrijven tot de
auto komt, waarmee tante Mary en Jim- i
my zullen arriveeren; zij hebben nog eens I
getelegrapheerd. I
Ik zie vol verwachting uit naar de Rivie I
ra, maar ik heb zoo'n vreemd, ongeduldig
gevoel over mij een beetje droevig zon- i
der te weten waarom, wat erg dwaas is,
want ik geniet volop. Ik denk dat mijn pol?
mij zenuwachtig heeft gemaakt.
Uw liefhebbende Mollv.
j Van Jack Winston aan Lord Lane.
Grand hotel, Toulon, 19 December.
Beste Montie.
Het gaat tegen elf uur in den avond, en
j daar Payne ons heeft laten omvallen en ik
eenige mijion geloopen heb mot ik weet j
niet hoeveel kilo bagage, zou je allicht on-
derstellen dat ik meer geneigd 'ben naar 'bed
I to gaan dan brieven to schrijven. Toch is
dit niet het geval, want ik héb volstrekt I
1 geen lust. te gaan slapen. Een groote ver
andering heeft, met mij plaats gehad. Ik
ben gelukkig Ik heb met mijn Godin sa
men gedineerd. Bijna had ik je raad ge
volgd en van de gelegenheid gebruik ge
maakt om haar alles te zeggen, maar het
kwam er niet toe. Straks zal ik js vertellen
waarom niet, en ik geloof dat je mijj gelijk
zult geven, het in deze omstandig heden
niet gedaan te hebben.
Die omstandigheden dank ik voor een
deel aan Payne, hoewel hij nog steeds mijn
nachtmerrie is; maar daarover wil ik nu
niet uitweidenik ben vanavond in een
veel te zalige gemoedsstemming om lang
stil te blijvc-n staan 'bij de bizcnderhed'on
van het ongeluk, waarvan ik je in een
volgenden brief misschien wel wat vertellen
zal. Vóór wij tot aangenamer onderwerpen
over gaan, zij het genoeg je te zeggen dat
de auto1 op 't oogonblik aan den voet van 'n
steiien kant in een eenzame weide staat on
geveer een dozijn mijlen van hier, waar z'j
volkomen veilig is, tot ik morgenochtend
vroeg terug kan gaan om haar te halen
tante Marv en Jimmy Sherlock genieten
van elkanders gezelschap in een dorpsher
berg iets dichter bijjuffrouw Randolph
en ik zijn hier. Zij moest hierheen omdat
zij een dokter noodig had voor een. bezeer
den pols; ik om nieuwe dealen voor de
auto te knopendus gingen wij natuurlijk
samen. Van Toulon zouden wij een rijtuig
zenden voor de anderen, maar tante Mary
was bang voor den langen rit, omdat- er
een hevige onweersbui was opgekomen.
Juffrouw Randolph ken geen aparte zitka
mer krijgen en daar zij, met een verbonden
pols liever niet. <aleen in de eetzaal wide
verschijnen, stelde zij voor dat ik met haar
dineeren zou. Niet als bediende, let wel
maar „voor dezen keer" als gelijke.
i Een oogenblik aarzelde ik om harentwil-
j le, maar het zou ruw geweest zijn haar te
I zeggen dat hot niet paste. Daarenboven
gold het verzeek \jan do meesteres aan den
1 bediende zooveel als een koninklijk bevel.
I Toeh hoop ik dat, als er voor haar eenig
gevaar van onaangename gevolgen geweest
1 was, ik de kracht zou hebben gehad de ver-
zoeking te weerstaan.
1 Ik antwoordde dus, mij zeer vereerd te
1 gevoelen, dat zij mijn gezelschap voor lief
wilde nemen en voegde er bij dat ik een bc-
1 hoorlijk zwart pak bij mij had. Wij scheid
den en ik ging uit om een dokter op to
1 zoeken voor juffrouw Randolph en een rij
tuig tc bestellen om de anderen uit 'het
dorpje L© Beausset te halen. Ook wilde ik
wat bloemen koopen, ter versiering van de
1 tafel voor het gelukkigste diner van mijn
1 leven. Enkele winkels waren nog open en
in een, niet ver van het hotel, koos- ik
eenige prachtige La France rozen uit en
1 oen dozijn takken geforceerde witte serin
gen, waarvan ik juffrouw Randolph eens
had hoeren zeggen, dat zij tot haar meest
geliefde bloemen behoorden. Toen ik wilde
j betalen drie francs voor een tak serin
gen en eeu franc .per stuk voor de twaalf
rozen kwam ik echter tot de ontdekking
nog maar enkele sous in mijn zak te heb
ben. Ik herinnerde mij mijn la-at sten franc-
in Marseille te hebben uitgegeven, zonder
er eenig gewicht aan te hechten, want ik
had reeds getelegrafeerd om geld. voor mij
j te zenden naar Cannes, terwijl ik tot wij
daar waren genoeg had aan mijn „salaris",
dat ik van anvond ontvangen moest. Dat
was een lastig geval. Ik wou de bloeman
graag meenemen om ze aan den obcr-kell-
ner te geven met de opdracht ze op de
tafel te zetten, waaraan juffrouw Randolph
c-n ik zouden dineeren. Ik kon ze niet la
ten bezorgen aan het hotel en daar vragen
af te rekenen, want dan zoudeu zij morgen
op haar rekening verschijnen, omdat zij in
deze omstandigheden natuurlijk, van avond
mijn loon niet uitbetalen zou. Van de bloe
men afzien wilde ik volstrekt niet en daa
renboven zou ik meer geld noodig hebben
van avond. Ik was van plan eene fijne
flesch te bestellen en mijn Godin in den
waan te laten dat die onder het table
d'hote diner begrepen was. Dus maakte ik
den winkelier met mijn geldverlegenheid
bekend en vroeg hem of er som9 nog oen
baak van loening open zou zijn. antwoord
de dat die het 's avonds om dezen tijd het
drukst hadden, legde mij uit. waar ik de
beste vinden kon en stemde er in toe de
bloemen voor mij te bewaren.
Het c-enige voorwerp van waarde, dat ik
bij mij had, was mijn met mijn monogram
versierd gouden repititio-horloges. een ge
schenk van mijn vader bij mijn vertrok
naar Oxford, en ik had niet veel lust het
te 'belcenen, vooral niet. daar ik het mor
gen niet inlossen en niet eer het be wijsje
terug zenden kan vóór ik te Cannes b?n en
over meer contanten te beschikken heb.
Er bleef mij geen keus ovor, dus zette ik
mijn arm ouderwetsch horloge „in den lom
merd en kreeg er honderdvijftig francs
vcor.
Wordt vervolgd.