S»9. 5de Donderdag 2 Mei 1907. BUITENLAND. FEUILLETON. De Kranige Chauffeur. ERSrOORTSCH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden Yoor Amersfoort f 1.25. Jdem franco per post1.75. Afzonderlijke nummers- 0.05. Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering fan Zon- en Feestdagen. Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 nur 'e morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF Co. (Jtrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADYERTENTIEN Van 15 regels1 f 0.75. - 0.15. Elke regel meer Groote letters naar plaatsruimte. Yoor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot het herhaald advorteeren in dit Blad bij abonnement. Eena circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht. Vorat Bülow in den Duitschen rijksdag. De rijksdag heeft eergisteren een van zijne groote dagen gehad. Het gebeurt maar zelden, dat de rijkskanselier in den rijksdag optreedt om ten aanhoore van de natie zij no denkbeelden te ontwikkelen over Duitsch- iand's stelling in den raad der volken. Den 5en April van het vorige jaar had hij het willen doen, maar toen snoerde de ongesteld heid, die hem plotseling overviel, hem den mond. Het laatst had hij den 14en November van het vorige jaar over den internatio nalen toestand gesproken. Thans heeft hij dat weer gedaan. Sedert heeft de rijks kanselier door do ontbinding van den rijks dag, die op zijn advies werd uitgesproken, zijne positie als hoofd der regeering aan merkelijk versterkt. En in nog grooter mate dan in do binnenlandsche politiek, geniet hij het vertrouwen als leider van de buiten - land&che politiek. Wanneer daarvoor nog een bewijs noodig ware, dan is het in de ver gadering van eergisteren geleverd. De rijkskanselier heeft ditmaal niet, zoo- als vroeger meermalen is geschied, het debat geopend. Hij heeft eerst de vertegenwoordi gers van de groote burgerlijke partijen laten spreken, en hunne redevoeringen drukken, hoezeer zij ook verschilden .n bijzonderheden en nuanoeering, toch in hoofdzaak eenstem mig hun vertrouwen uit in de wijze, waarop de buitenlandsche politiek wordt geleid. In zonderheid geldt dat voor de gewichtige vraag, dat thans aanhangig is, d? vraag of de ontwapeningskwestie op de aanstaande conferentie te 's Gravenhage moet worden behandeld. Alle sprekers waren 't er ovei eens, dat het Duitsche rijk geen deel moest nemen aan de behandeling van dit vraag stuk; allen drukten de meening uit, dat Duitschland, steunende op zijne onbetwist baar vredelievende politiek en op zijne mili taire macht, die steeds gereed is om, als dat moet, zich te doen gelden, den omvang van zijne oorlogstoerustingen en de grens, waartoe het daarmee wil gaan, zelf moet bepalen en ze niet afhankelijk moet maken van de besluiten eener internationale con ferentie. Toen daarop de rijkskanselier het woord mam, kon zijn eerste woord zijn eene dank betuiging voor de eenstemmige instemming, die zijne denkbeelden hadden gevonden. Hij ontwikkelde daarna de redenen, waarom Duitschland, zonder de vredelievende pogin gen van andere natiën eenigszins te storen, geen deel zal nemen aan de beraadslaging over de ontwapeningskwestie. Daarna zeide hij iets over Duitschland's betrekkingen tot vreemde staten, maar niet veel, en datgene wat hij zeide, stemde ongeveer overeen met zijne laatste rede van 14 November. Italië's betrekkingen met Engeland zijn met den driebond vereenigbaar. Over de strubbelin gen in Marokko verstaat de rijkskanselic. zich rechtstreeks met de Fransche regee ring. De Engelsch-Russische toenadering in de zaken van Midden-Azië worden kalm en koel beoordeeld. Duitschland is niet eerst nu, maar altijd door gevaren en moeielijk- heden omringd, maar in kalm zelfbewust zijn en in het vertrouwen op zijne innerlijke kracht, kan het zorgen voor de instandhou ding van zijne betrekkingen van vriendschap en bondgenootschap en behoeft het zich niet aan angst over te geven. i Dit was, kort samengevat, het verloop en de inhoud der rede van den rijkskanselier Twee punten verdienen daaruit inzonderheid de aandacht. Vooreerst de fijne ironie, waar mee vorst Bailow gewaagde van de zenuw achtigheid, die een deel der Duitsche pers aan den dag heeft gelegd bij de besprekin gen over de ontmoeting van Gaëta. Onder opmerking, dat zenuwachtigheid niemand in het buitenland imponeert, omdat zij goen toeken is van zelfbewuste kracht, bracht hij in herinnering, dat zoo dikwijls de Duitsche Keizer in de Middellandsche zee heeft ver toefd, hij door den Koning van Italië is be groet en met dezen samen geweest is. Het was dus heel natuurlijk, dat de Koning van Engeland, die do Italiaaneche kust aan deed, door den heerscher van het bevriende land begroet werd. Tusschen Engeland en Italië hebben vriendschappelijke betrekkin gen bestaan van den tijd af, waarop Italië zijne nationale eenheid verwierf. Zulke be trekkingen zijn aanwezig geweest sedert de driebond bestaat, en meer dan eens is in den rijksdag van de regeeringstafel uiteengezet,* dat zulke vriendschappelijke betrekkingen tusschen Italië en Engeland niet alleen met Italië's positie in den driebond vereenigbaar zijn, maar dat zij op zich zelf nuttig en ge- wenscht zijn. Wat vorst Bülow heeft gezegd over de be perking van de oorlog&toerustigen, geven wij eenigszins uitvoerig weer. Hij zeide: ,,De voorstanders van de ontwapeningsgedachte ik gebruik kortheidshalve deze uitdruk king willen met de verwezenlijking van deze gedachte betere waarborgen voor den vrede verkrijgen. Wie zou zulke motieven niet volkomen goedkeuren Het is alleen de vraag, of de bespreking van deze vraag op eene conferentie een geschikt middel is om de gedachte in een goeden vorm te brengen. De voorloopige bespreking had slechte tot resultaat, dat de regeeriugiein werden uit- genoodigd het vraagstuk nader te overwe gen De Duitsche regeering is deze uitnoo- digöng nagekomen, maar heeft geen formule gevonden, die gelijkelijk rekening hield niet de groote versdheddeniheid van den geogra- fischen, economisohen en poilitieken toestand der verschillende staten en in staat zou zijn om deze verscheidenheid uit den weg te ruimen en als grondslag voor eene overeen komst te dienenZoolang echter niet een stellige hoop op eene bevredigende oplos sing van het vraagstuk en op de mogelijk heid van hare praktische uitvoering bestaat kan ik mij ook van eene gedachtenwisseling op eene conferentie niets beloven. Integen deel is het gevaar aanwezig, dat wanneer de tegenstrijdige belangen met elkaar in aan raking komen, de uitwerking niet zal be antwoorden aan het doel. Ik kan niet be twistendat reeds de kans op de beihande ling van deze vragen op de conferentie geen kalmeerenden invloed heeft gehad op den internationalen toestand. Toen, ik meen in 1873, op eene confe rentie te Brussel het internationale oorlogs recht moest worden behandeld, verklaarde de Elngelsche gemachtigde, namens de En- Igelsche regeering, dat zijne regeering slechte aan de conferentie kon deelnemen, wanneer het recht op de oorlogsbuit direct noch n- direct werd aangeroerd. En hetzelfde had den wij ook nu kunnen doen en onze deel neming aan de Ilaagsche conferentie afhan kelijk kunnen maken van de vraag, dat de ontwapendngskwestie niet. zou worden aan geroerd. Met het oog op het Russische pro- graan hebben wij dat niet gedaan, maar wij bepak, ons er toe do staten, die succes van do discussie verwachten, deze discussie alleen te laten voeren. Nu is het te vree-zen, dat deze onze re serve in deze speciale kwestie ons den naaan zou kunnen bezorgen, dat wij uit heimelij ke zucht tot den oorlof of uit militaire eerzucht of om andere zelfzuchtige rede nen een edel werk des vredes willen storen. Is het te vreezen, dat wij daardoor den toorn van alle vredevrienden op ons zullen laden Nu, ik heb reden oim aan te nemen, dat ook andere staten eéne houding aanne men, die met de onze overeenkomt. Er zijn in Engeland, in Frankrijk, in Italië, in Amerika vredevrienden genoeg, die den vre de het best meenen te dienen, wanneer zij geen illusiën laten opkomen en bij het na streven van ideale doeleinden de werkelijk heid niet uit het oog verliezen. Tot mijne voldoen ;ng as onze opvatting onlangs zelfs in e&n Dhitech sociaal-democratisch blad uitgedrukt,,Liaat koanibgij, maar gij komt." Het is te hopen, dat het niet zal blijven bij dezen eersten stap tot reëel© beoordee ling van den toestand. Duitschland kan zich niet onder een druk laten plaatsen, ook niet onder een moreelen druk. Om onze rust naar buiten te verzekeren zijn wij tot dusver naar den stelregel te werk gegaan can ons voor den oorlog gereed te houden, en deze stelregel is proefonder vindelijk juist gebleken. Ondanks alle in de wereld tegen het Duiteche volk aanwe zige slechte gezindheid, is Duitedhland se dert- de oprichting van het rijk door nie mand aangevallen. Ik voeg er aanstonds bijWij hebben ook niemand aangevallen, wij hebben onze militaire sterkte nooit mis bruikt en zullen dat ook in de toekomst niet doen. Niet alleen technisch, ook moreel zijn onze toerusrifngen een goed vredes werktuig gebleken. Dat wij dit werktuig in .goeden staat willen houden, kaai niemand ons kwalijk nemen. Wij wensohen niet weer in een toestand te geraken als die, toen men zong. Was ist des Deutschen Vat er- land Nu is mij van verschillende zijden gera den, dat wij, om den oorlogszuchtigen schijn te vermijden, aan de discussie over het omt- wapeniugsvraagstuk zouden deelnemen, om dat daarbij toch niets anders te berde zou kernen dan algemeen© frazen. Ik geloof niet, dat wij door zulk eene tak tie k eene betere bescherming tegen onrechtmatige verdacht makingen van onze vredelievendheid, een oprechter waardeering van de moedelijüdhedd van onze geografische ligging zouden hebben bereikt. Het kwam mij juister, verstandiger en oolk waardiger voor, openlijk te zeggen Aan eene volgens onze overtuiging zoo niet bedenkelijke, dan toch onpraktische discus sie kunnen wij niet deelnemen wij denken er echter niet aan deze onze opvatting aan anderen te willen opdringen, en als de be handeling van de ontwapeningEkweetie tot iets praktisch leidt, dan zullen wij nauwge zet onderzoeken, of het beantwoordt aan de bescherming van onzen vrede, of het aan onze nationale belangen, aan onzen bijzon deren toestand beantwoordt. Ik constateer imet voldoening en dankbaarheid, dat de gezichtspunten, die ik zoo even heb ontwik keld. in hoofdzaak overeenkomen met wat door de vertegenwoordigers van alle bur- geriij;ke partijen is gezegd. Steunende op de ze eensgezindheid, zal Duitschland op de Ilaagsche conferentie door zijne houding be wijzen, dat wij alle pogingen, die in staat zijn om den vrede, de beschaving, en de hu maniteit praktisch te bevorderen, oprecht ondersteunen." De Nordd Allg. Zeitung bericht, dat het Achilloion op Corfu door den Duitschen Keizer uit zijne particuliere middelen is aangekocht Eigenares van het slot was se der den dood van Keizerin Elisabeth hare mot prins Leopold van Beieren getrouwde oudste dochter, aartshertogin Gisela; het vruchtgebruik had Keizer Frans Jozef. Hot slot was niet meer bewoond door leden van het Habsburgsche huis sedert den dood van Keizerin Elisabeth. Door zijne ligging is hot slot zeer geschikt voor gezondheid?oord en tot den aankoop heeft de wensch bijgedragen om voor de leden van de keizerlijke fanrlio eene bezitting te verkrijgen, die in een zacht klimaat als pied-a-terre kan dienen. Herlijn, 1 Mei. Bij de behandeling van de 'begrooting van buitenlandsche zaken, ver klaarde directeur Körner op een vraag van den afgevaardigde DaJhleaner, of de klachten der sscher,:-bevolking aan den Rijn o>ver illoyale uitlegging van het verdrag op de vissoherij met Nederland onderzocht zijn, dat deze zaak ter kennis vam de Neder 1 andsche legeering wes gebrachtEr Hebben com missoriale besprekingen plaats gehad en ook na die herhaalde besprekingen is de Neder- 1 an dsche regeer in g aan de zaak herinnerd. Dio regeering heeft geantwoord, dat zij zidh met de belanghebbenden in verbinding moest, stellen Nog in Februari is de Duitsche regee ring op de zaak terug gekomen. Zij zal alles in 'het werk stellen om haar tot eene bevre digende oplossing te brengen. -uit«ohlar>d en de Versenlgde Staten. De Reicbsanzeige- bericht, dat in de laatste vergadering van den Bondsraad toe stemming verleend werd tet het ontwerp van het handelsverdrag van het Duitsche rijk met de Vereenigde Staten, dat bestemd is om het met 1 Ju,;. a. s. afloopende ver drag te vervangen. Do bepalingen van dit verdrag zijn nog niet officieel bekend gemaakt, maar een tele- giam uit Washington verzekert, dat de voornaamste concessie, die door de Ver een igde Staten aan Duitschland is gedaan, bestaat in de verlaging van de invoerrech ten op Duitsche champagne en andere mo is- seorende wijnen. Als compensatie staat Duitschland zijn minimum-tarief toe aan de Vereenigdo Staten en legt geen extra-rech ten meer op spek en geconserveerd vleesch, waarvoor voortaan het gewone recht bij in voer in Du'tsckland zal worden betaald. De nieuwe overeenkomst zou dus de con currentie van de Duitsche mousseerende wij nen tegen dezelfde Fransche producten in d? baud werken. Dat zou aanleiding kunnen zijn tot het ondernemen van eene herziening van de Fransche handelsbetrekkingen met de Vereenigdo Staten, zonder dat daarom nog van een tariefoorlog sprake zou kun nen zijn. Die betrekkingen zijn geregeld door een protokol van Mei 189S, waarbij ten be- hoeve van eenige Fransche producten de ta rieven van de Dingley-wet van 1897 gewij zigd zijn. Het wederkeorigheidsverdrag, dat later, in 1900, gesloten werd tusschen do beide staten, heeft niet de bekrachtiging ver worven van de wetgevende macht. Frankrijk. De regeer i ngsmaatregelea tegen den ou derwijzer Nègre en tegen do leiders van den arbetasbond hebben heftige verontwaardi ging verwekt onder do socialisten. Jaurès noemt ze den inonstorachtigsten aanslag te gen do arbeidende klasse en de persoonlijke vrijheid, dien eene regeering ooit begaan heeft, on eene onzinnige uittarting van het gehee'o proletariaat en zelfs van de radica len. ,.I)o onverbiddelijke oorlog tusschen de regeering en de socialistische partij is ver klaard reept hij uit en hij eindigt met do verwachting uit te drukken, dat de beide ministers, die zich socialisten noemen, ter stond een kabinet zullen verlaten, waarin zij voor hunne eer reeds veel te lang geble ven zijn. Zachter is de toon van de Laai ter ne, dio schrijft: ,,De regcering heeft het oor gesloten voor de raadgevingen van ma tiging en koelbloedigheid van hare ware vrienden. Wij kunnen hare maatregelen niet prijzen, zij zullen haar aanzien niet ver- moorderen en sledhts de tegenstanders aan de linkerzijde verbitteren." Aan de overzijde is men ook niet tevre den. Men ergert zich daar over de benoe ming van den voormalige® socialistischen afgevaardigde Deville tot gezant in Abes- sinie en over hot ontslag uit den dienst van den ckrica-len gezant Lemarchand, die als ambtenaar van het departement van bui tenlandsche zaken met Montagnini onder één hoecJ heeft gespeeld. De Echo de Paris en de Eclair noemen liet optreden vam Clé- menceau tegen den arbeidersbond louter spiogc-1 vechterij, en de Gauiois schrijft; „Het li alles maar eene kluoht. Eenige da gen nadat do le Mei .voorbij is, zullen de agitators uit de gevangenis ontslagen wor den Nègre wordt weer aangesteld en Clé- nicnceau zal Jaurès met zijia© welsprekend heid vernietigen, wanneer hij rekenschap verlangt De radicale meerderheid zal zich weer om hem scharen, do wanorde zal erger worden en iedereen zal meer dan ooit uit zien naar den onbekenden redder, dien alle goede Fransohcm verwachten en weldra zul len icepen." Parijs, 1 Mei. Een Rus, Law genaamd, loste boven van een omnibus af, vijf revol verschoten op de troepen op de Place de la Rcpublique. Agenten namen hem in hechte nis en ci? menigte trachtte hem te lynchen. Twee soldaten wc .-den licht gewond. Een metgezel van Law werd eveneens in hechte- nip genomen. Op de Quai Jemappes werd een politie agent door een revolversclhofc licht gewond. Bij het uitgaan vam de Arbeidsbeurs werd de prefect van politie ingesloten door botoo- gers en moest de garde een charge maken. Het aantal arrostatiën bedraagt op dit coganbli'k 700. Tweede telegram. Op de Place de i République dreef de politie, die omringd was door een dreigende menigte, welke een gevangene wilde bevrijden, do betoogers met den blanken sabel uiteen. De avondbladen doelen mede, dat Law bezweken is aan de wonden, die hem door de menigte waren toe gebracht. Rusland. Petersburg1 Mei. Overmorgen geschiedt, op grond van art. 87 *der grondwet, de op heffing van de veld krijgsraden. van C. N. en W. M. WILLIAMSON. Naar het Amtrikaanseh 54 DOOR Mrtrovw HEUVELINCK. Had ik het intijds geweten, dan zou ik misschien stil in mijn slaapkamer gebleven zijn, maar nu kon ik er niets meer aan doen, het leek mij zoo'n storm in een glas water Toen ik klaar was, ging ik: dus naar beneden of er niets gebeurd was en zag in de gang rond naar iBrown, waar ik hem ge zegd had om half acht op mij te wachten. Lieve hemelHoe verwonderd keek ik op, hem in gala te zien een nette smoking en een zwarte das. Hij kon wel voor een prins doorgaan. Had ik nagedacht, dan zou ik zeker niets gezegd hebben, maar nu ont snapte mij onwillekeurig een kreet van ver bazing, wat mij vreeselijk speet toen ik zag hoe hij kleurde. Hij zei nederig mij geen schande te willen aandoen, nu ik zoo goed was hem te veroorlooven mij* dezen avond te dienen in een eenigszins andere hoedanigheid (was dat niet oen aardige ma nier van zeggen?), waarom hij een pak kleeren had aangetrokken dat meneer Win ston hem eene gegeven hadhij hoopte dat ik het hem niet kwalijk nemen zou. Waarom zou ik dat gedaan hebben? Er was dunkt mij geen enkele reden voor. Dus dineerden wij samen aan een klein tafeltje met aardige, van schermpjes voorziene kaar sen en eenige prachtige bloemen. Langza merhand verlieten de menschen de zaal reeds en niemand zag iets vreemds aan ons wij zagen er juist uit als ieder ander paar. alleen waren wij wat knapper al zeg ik het j zelf. Ik had een zeer interessant gesprek j met Brown, hij vertélde mijl het een en ander van zijn leven, maar ik had moeite hem daartoe te krijgen, want hij is veel be- I scheidener dan Jimimy Payne. Hij staat .eigenlijk veel te hoog voor zijn werk, hoe wel hij het tcch zoo getsd doet. Ik wou zoo graag dat u hem aan een mooie betrekking kon helpen. Kan u dat niet.? Dit alles gebeurde gisterenavond, en hm zit ik in mijn kamer to schrijven tot de auto komt, waarmee tante Mary en Jim- i my zullen arriveeren; zij hebben nog eens I getelegrapheerd. I Ik zie vol verwachting uit naar de Rivie I ra, maar ik heb zoo'n vreemd, ongeduldig gevoel over mij een beetje droevig zon- i der te weten waarom, wat erg dwaas is, want ik geniet volop. Ik denk dat mijn pol? mij zenuwachtig heeft gemaakt. Uw liefhebbende Mollv. j Van Jack Winston aan Lord Lane. Grand hotel, Toulon, 19 December. Beste Montie. Het gaat tegen elf uur in den avond, en j daar Payne ons heeft laten omvallen en ik eenige mijion geloopen heb mot ik weet j niet hoeveel kilo bagage, zou je allicht on- derstellen dat ik meer geneigd 'ben naar 'bed I to gaan dan brieven to schrijven. Toch is dit niet het geval, want ik héb volstrekt I 1 geen lust. te gaan slapen. Een groote ver andering heeft, met mij plaats gehad. Ik ben gelukkig Ik heb met mijn Godin sa men gedineerd. Bijna had ik je raad ge volgd en van de gelegenheid gebruik ge maakt om haar alles te zeggen, maar het kwam er niet toe. Straks zal ik js vertellen waarom niet, en ik geloof dat je mijj gelijk zult geven, het in deze omstandig heden niet gedaan te hebben. Die omstandigheden dank ik voor een deel aan Payne, hoewel hij nog steeds mijn nachtmerrie is; maar daarover wil ik nu niet uitweidenik ben vanavond in een veel te zalige gemoedsstemming om lang stil te blijvc-n staan 'bij de bizcnderhed'on van het ongeluk, waarvan ik je in een volgenden brief misschien wel wat vertellen zal. Vóór wij tot aangenamer onderwerpen over gaan, zij het genoeg je te zeggen dat de auto1 op 't oogonblik aan den voet van 'n steiien kant in een eenzame weide staat on geveer een dozijn mijlen van hier, waar z'j volkomen veilig is, tot ik morgenochtend vroeg terug kan gaan om haar te halen tante Marv en Jimmy Sherlock genieten van elkanders gezelschap in een dorpsher berg iets dichter bijjuffrouw Randolph en ik zijn hier. Zij moest hierheen omdat zij een dokter noodig had voor een. bezeer den pols; ik om nieuwe dealen voor de auto te knopendus gingen wij natuurlijk samen. Van Toulon zouden wij een rijtuig zenden voor de anderen, maar tante Mary was bang voor den langen rit, omdat- er een hevige onweersbui was opgekomen. Juffrouw Randolph ken geen aparte zitka mer krijgen en daar zij, met een verbonden pols liever niet. <aleen in de eetzaal wide verschijnen, stelde zij voor dat ik met haar dineeren zou. Niet als bediende, let wel maar „voor dezen keer" als gelijke. i Een oogenblik aarzelde ik om harentwil- j le, maar het zou ruw geweest zijn haar te I zeggen dat hot niet paste. Daarenboven gold het verzeek \jan do meesteres aan den 1 bediende zooveel als een koninklijk bevel. I Toeh hoop ik dat, als er voor haar eenig gevaar van onaangename gevolgen geweest 1 was, ik de kracht zou hebben gehad de ver- zoeking te weerstaan. 1 Ik antwoordde dus, mij zeer vereerd te 1 gevoelen, dat zij mijn gezelschap voor lief wilde nemen en voegde er bij dat ik een bc- 1 hoorlijk zwart pak bij mij had. Wij scheid den en ik ging uit om een dokter op to 1 zoeken voor juffrouw Randolph en een rij tuig tc bestellen om de anderen uit 'het dorpje L© Beausset te halen. Ook wilde ik wat bloemen koopen, ter versiering van de 1 tafel voor het gelukkigste diner van mijn 1 leven. Enkele winkels waren nog open en in een, niet ver van het hotel, koos- ik eenige prachtige La France rozen uit en 1 oen dozijn takken geforceerde witte serin gen, waarvan ik juffrouw Randolph eens had hoeren zeggen, dat zij tot haar meest geliefde bloemen behoorden. Toen ik wilde j betalen drie francs voor een tak serin gen en eeu franc .per stuk voor de twaalf rozen kwam ik echter tot de ontdekking nog maar enkele sous in mijn zak te heb ben. Ik herinnerde mij mijn la-at sten franc- in Marseille te hebben uitgegeven, zonder er eenig gewicht aan te hechten, want ik had reeds getelegrafeerd om geld. voor mij j te zenden naar Cannes, terwijl ik tot wij daar waren genoeg had aan mijn „salaris", dat ik van anvond ontvangen moest. Dat was een lastig geval. Ik wou de bloeman graag meenemen om ze aan den obcr-kell- ner te geven met de opdracht ze op de tafel te zetten, waaraan juffrouw Randolph c-n ik zouden dineeren. Ik kon ze niet la ten bezorgen aan het hotel en daar vragen af te rekenen, want dan zoudeu zij morgen op haar rekening verschijnen, omdat zij in deze omstandigheden natuurlijk, van avond mijn loon niet uitbetalen zou. Van de bloe men afzien wilde ik volstrekt niet en daa renboven zou ik meer geld noodig hebben van avond. Ik was van plan eene fijne flesch te bestellen en mijn Godin in den waan te laten dat die onder het table d'hote diner begrepen was. Dus maakte ik den winkelier met mijn geldverlegenheid bekend en vroeg hem of er som9 nog oen baak van loening open zou zijn. antwoord de dat die het 's avonds om dezen tijd het drukst hadden, legde mij uit. waar ik de beste vinden kon en stemde er in toe de bloemen voor mij te bewaren. Het c-enige voorwerp van waarde, dat ik bij mij had, was mijn met mijn monogram versierd gouden repititio-horloges. een ge schenk van mijn vader bij mijn vertrok naar Oxford, en ik had niet veel lust het te 'belcenen, vooral niet. daar ik het mor gen niet inlossen en niet eer het be wijsje terug zenden kan vóór ik te Cannes b?n en over meer contanten te beschikken heb. Er bleef mij geen keus ovor, dus zette ik mijn arm ouderwetsch horloge „in den lom merd en kreeg er honderdvijftig francs vcor. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1907 | | pagina 1