N\ SIS.
O" Jaargang.
Donderdag 30 Januari 1908.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
DE SVENSSONS.
MHERSFOORTSGH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS:
Per S maanden voor Amersfoortf 1.25.
Idem franco per poat- 1.75.
Afzonderlijke nummers0.05.
Xiwe Courant yerechijnt Dagelijka, met uitzondering van
!?on- en Feestdagen.
Aflvertentiën, mededeelingen ent., gelieve men vóór 10 uur
'«morgens bij de Uitgevers in te aenden.
Uitgever»: VALKHOFF C°.
Utrechtschestreat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PB US DEB ADVEBTENTlfiN:
f. m
- «.is.
Va* 16 regels
Elke regel meer
Groote letters naar plaatsruimte.
Yoor handel en bedrijf bestaan voordeellge bepalingen toé
het herhaald adverteeren in dit Blad by abonnement. Ee&e
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegeeondoa.
Kennisgeving.
Burgemeester en Wethouders van Amers
foort brengen ter algemeen» kennis,
dat bij bun college is ingekomen oeni
adlres van Dirk van J Aar veld, tapper, wo
nende althier, d.di. 27 Jam.uari j.l., inbou-
diande bet verzoek iluem vergunning te wil
len ver leen en voor don verkoop van sit erken
drank in bet klein, voor gébru;k ter plaat
se van verkoop, '11 de adhterkamlex van (bet
perceel Kroontjesmolen no 11 alhier;
dat een ieder binnen. tw(ee weken na dag
toeken in cr dezer, bij ben bckrftelijik becwa-
ien kaai indienen tegen het verlieenen der
vergunning.
Amersfoort, dén 28. Januari 1908.
Burgemeester en Wethouders voorniolejmd',
De Burgemeester,
WÜYTIERS.
Dte Secretaris,
J. G. STENFERT KROE3E.
Politiek Overzicht
I>e Frausclien In Marokko.
Het dried aagscbo deba.t over het Fransohe
regeeringeibeileict in Marokko beeft in het we
zen der zaak weinig gebracht wat men niet
reeds wast, maar het heeft gelegenheid ver
schaft de puntjes op de i's te zetten en heb
standpunt te preciseeren, dat regeering en
Kamer innemen. Twee sprekers van groot
talent en gezag hebben op den eersten dag
van dut debat twee radicale oplossingen aan
de hand gedaan. Jaurès betoogde, dat
Frankrijk aixab zou onttrekken aan de be-
moeaing met Marokko en aan Eiuropa zou
overlaten eene oplossing uit te werken op
istriikib in'bernatL'oniale* lijnen. Daartegenover
bracht heb -optreden van den oud-munster
Delcassé in heriin nering hoe hij 't op een
oorlog met Duitschland had willen laten
aankomen om eiken zweem vain intematio-
naio bemoeiing uit Marokko te weren.
De regeering, die nu aan het bewind is,
wil noch bet een, noah liet ander. Wat zij
beoogt, geven wij bier weer in de eigen
woorden, waarin de minister van buiten-
landsche zaken Pichon 't omschreven heeft.
Hij zette liet regieeringsprogi'a.m aildois uit
een
„Verdediging van onze rechten; eerbied
voor de overeenkomsten uitvoering in over
eenstemming met Spanje van het mandaat,
dat Europa ons heeft toevertrouwdgoede
trouw jegens den sultan, die de macht bezit
en die de laatste slagboom is tegen de ana-r-
ohae, boe zwak die ook zijgeen inmenging
in do bommen landsche oneenigthedengeen
protectoraat en geen optreden, dat er toe
leidt; geen expeditie naar het binnenland.
Wij zullen noch naar Marakesch, noch naar
Fez gaan.
„Wij zijn overigens bereid, zooals onzen
plicht is, alle gebeurlijkheden onder de
oogien te' zien. Wanneer Abdel Aziz schip
breuk lijdt, wat mogelijk is, dan zal de sul-
tan( die zijne plaats zal innemen, ons. in
staat vinden met hem te praten im onzen
naam en in naam van Europa-, volgens het
mandaat, dat het ons heeft toevertrouwd.
Door onze volharding, door onze waardig
heid, door'de vastheid van ons beleid, zijn
wij besloten zekerheid te verschaffen aan de
besluiten van eene conferentie, die wij niet
hebben gewenscht en niet hebben bijeen ge
roepen. maar die namens Europa verbinte
nissen beeft aangegaan, waarvan wij de bor
gen zijn.
„De limiet, die wij ons hebben gesteld,
is die waar onze bijzondere belangen zouden
worden opgeofferd; wij verstaan daaronder
de veiligheid van AJgerië en die van ons
Afrikaansch© rijk.
„Ik verklaar, dat als de lieer Ribot weer
minister-president werd, hij geen andore po
litiek zou voeren dan de onze.
,,De heer Ribot: Ik vraag u niet anders
dan liaar te voeren
„De Minister van buitenlandsche zaken
Het is de eenig© politiek, die nationaal, die
Fr arisch is, die beantwoordt aan de belan
gen van ons land."
Zoo luidt het programma der regeering,
zooals de minister Piohon het verleden
Maandag beeft omschreven.
De Kamer heeft aan dit programma baar
zegel gehecht door aanneming van de mo
tie, waarmee eergisteren bet driedaagse he
debat besloten werd. Deze motie luidt in
haar geheel aldus„De Kamer, besloten de
akte vam Algeciras toe te passen en do ver
dediging van de rechten en de belangen van
Frankrijk in Marokko te verzekeren zonder
tussühonbeide te komen in de binmenland-
sehe politiek van 'het sjerifiaansche rijk,
keurt do verklaringen van de regeering goed
en drukt de regeering haar vertrouwen uit,
zendt de gielukwenschen der natie aan dc
officieren en soldaten van de zee- en land
macht, die strijden in Afrika, en gaat over
tot de orde van den dag."
De stemming over deze, motie verdient
©enigszins na oer beschouwd te worden. Aan
de eindstemming over de geheele motie gin
gen drie stemmingen over de o-nderdcelen
vooraf. Het eerste gedeelte, dat eene begin
selverklaring Inhield, werd aangenomen met
algem-cene stemmen. Hier lieeft men dus
eene verklaring, die eenstemmig is afgelegd.
Het tweede gedeelte, waarmee do Kamer
haar \ertrouwer in de regeering en tot in
stemming met de afgelegde verklaring uit
druk!, is aangenomen met 428 tegen 92
stemmen. Het derde gedeelte, dat den geluk-
wenseh aan de in Afrika strijdende troepen
inhoudt, is met 495 tegen 44 stemmen aan
genomen. De lijst van de eindstemming over
de motie bevat 346 voorstemmers en 51 te
genstemmers. Bij vergelijking van deze stem
ming met die over de zinsneden, die vertrou
wen in de regeering uitdrukt, blijkt-, dat
ruim honderd leden zich van de eindstem
ming hébben onthouden; dat waren leden
van de rechterzijde. Alleen de socialisten
hebben dus bij de eindstemming tegen de
regeering gestemd.
De overwegende meerderheid van de Ka-
me heeft dus door haar votum het duide
lijk omschreven Marokko-programina van de
regeering bekrachtigd. Het blijft nu af te
wachten, of de loop der gebeurtenissen een
even duide'"jk omschreven beeld zal opleve
ren. De toestand van anarchie in Marokko
kan langen tijd aanhouden en zal nog ge-
ruimen tijd offers van de Franschen vorde
ren, ook al slagen zij er in zich te onthou
den van bemoeiing met de binnenlandse lie
woo'ingen.
De heer Deicassé hooft, verleden Vrijdag
met zijne rede de bijval van de Kamer ge
oogst. Uit de toejuichingen, die aan minis
ter Pichon zijn ten deel gevallen, en vooral
uit het resultaat van dc oorgister gehouden
stemmingen blijkt, dat die 'bijval gold den
redenaar Delcassé, niet den staatsman.
Duitschland.
B o r 1 ij n 2 9 Jan. Bij de behandeling
van de vlootwet in den rijksdag betoogde
staatssecretaris von Tirpitz in antwoord op
de beweringen van Bobel, dat deze ton on
rechte had gezegd, dat bet wetsontwerp,
waarbij dc diensttijd van linieschepen van
25 tot 20 jaren wordt verminderd, in En
geland ongerustheid heeft gewekt. Wij bou
wen een vloot tegen niemand gericht, dus
ook niet tegen een bepaalden staat. De re
gieringen staan op hetzelfde standpunt, dat
de rapporteur over de marinè-begrooting in
de Franscbe Kamer in deze zaak innam,
toon hij in het licht stelde, dat de betrek
kingen tusschen de volkeren onderling te
zeer aan wisselingen onderhevig zijn, dan
dat men oen vloot zou kunnen bouwen en
kel tegen een bepaalden vijand.
Het wetsontwerp werd in tweede lezing
aangenomen
Frankrijk.
Uit de rede van den minister van buiten
landsche zaken Pichon in het debat over de
Marokko-interpellatiën vermeldden wij nog
het antwoord v.an den minister op liet ver
wijt van den oud-minister Delcassé, dat de
regeering hare Marokkaansche politiek
slechts bekeek uit het speciale oogpunt van
dc Marokkaansche gebeurtenissen en haar
niet gehouden had in het kader van de al-
gemeene buitenlandsche politiek. Dit ant
woord luidde aldus:
„Deze algemeene politiek is integendeel
innig verbonden aan de gedachte, die ons
onze houding hebben ingegeven ir, de
Marokkaansche kwestie ten aanzien van de
vreemde regeeringen
Het is voor onze politiek een waarborg
van succes en van veiligheid, en door haar
van deze voorzomen af te scheiden, zouden
wij gevaar loepen haar schipbreuk te zien
lijden in gevaarlijke avonturen.
Ilaar succes hangt of zoowel van onzen
gceclen trouw als van onze kracht, en wij
willen, dat zij gesteund wordt door een
parlement en eene openbare meening, waar
voor wij niets willen verbergen.
Onze goede trouw staat boven verdenking
en ik twijfel niet aan onze kracht. Zij steunt
op de buitenlandsche politiek van Frank
rijk, die het werk is noch van een man, noch
van eene regeering, noch van eene partij,
maar de uitkomst van de pogingen, sedert
37 jaren verricht door de republiek om aan
ons land do plaats terug te geven, die het
had in de wereld.
Laten wij ons dus er voor wachten ons te
beschouwen als do uitvinders van deze poli
tiek wij zijn or slechts de erfgenamen van.
Zij behoort niet aan dit of dat lid van de
regeeringen, die ons zijn vooraf gegaan. Zij
is de politiek van Frankrijk, altijd rijk en
groot door zijne gedachten Laten wij onze
geschillen vergeten, laten wij ons met elkaar
verzoenen in het constateeren van het feit,
dat ons land, door zijne bondgenootschap
pen, zijne vriendschapsbetrekkingen en het
vertrouwen dat het inboezemt, in staat is
do vervulling van zijne plichten na te
komen, overal waar zijne eer in het spel is.
Men zou deze politiek verzwakken, door
haar te verbinden aan het lot van een minis
ter of van een ministerie. Dat zou zijn een
zeggen dat, als een minister verdwijnt, de
waarde van de verbintenissen van Frankrijk
verzwakt. Neen, de ministers verdwijnen en
de verbintenissen van Frankrijk blijven be
staan, zonder den minsten afbreuk te on
dervinden, gelijk ook steeds de moreele en
materieele eenheid van het vaderland in
stand blijft".
De minister van justitie Briand heeft in
eene circulaire last. gegeven, dat bij de
samenstelling van de rechtbanken van ge
zworenen ook werklieden in loontrekkenden
dienst daarin zullen worden opgenomen
De beweging in Marokko begint eéne te
rugwerking uit te oefenen op den toestand'
in Algerie. Er is eene eerste poging be
proefd om rustverstoringen in 't leven te
roepen, die intusschen nog tijdig ontdekt en
verijdeld worden. In de provincie Constan-
tini voerden reeds sedert geruimen tijd
eenige Marokkaansche maraboets onder de
inboorlingen eene levendig© propaganda
tegen de Europeanen. Een van hen, Ben
.Sjerad genaamd, slaagde er in onder de
werklieden van de wijn werken van Boe
Thaler eene samenzwering te organisoeren,
die den 22en Januari zou uitbreken. De
Arabieren zouden het Europeesche perso
neel dooden en do vrouwen en kinderen als
gijzelaars behouden. De directeur Piron
kwam echter de zaak nog tijdig op het spoor
en waarschuwde de justitie; de maraboet
Ben Sjerad is nu met de overige raddraaiers
gevangen genomen en hunne wapenen en
munitie werden in beslag genomen.
Engeland.
Londen, 29 Jan. In ©en staatsiekoets
reden de Koning en de Koningin uit Buc
kingham-palace tot opening der zitting van»
het parlement.
De troonrede begint met ©ene herinnering
aa,n het be«oefc van het Duitsche Keizerpaar,
een bezoek dat zoowel de Koning als de Ko
ningin groot genoegen had gedaan. De har
telijke ontvangst door het volk, dli© hooge-
Üjk werd gewaardeerd, kan niet missen de
vriendelijk© betrekkingen, die tusschen de
twee volken bestaan, te versterken.
Ook met de andere mogendheden blijven
de betrekkingen van vriendsehappe 1 ijken
aard.
Gewaagd wordt van het Engelsch-Russi
sche verdrag, dat de beide regeeringen in
staat heeft gesteld om, niettegenstaande de
ongeregeldheden en verwikkeli/ngeu in Per-
zië, hunne vreedzame staatkunde te hand
haven. Daarna, wordt melding gemaakt van
het verdrag tusschen Groot-Brittannië,
Frankrijk, Duitschland en Rusland tot ver
zekering van de onschendbaarheid van
Noorwegen. Omtrent de Haagsche confe
rentie wordt gezegd, dat de veelvuldige ont-
werp-regelingen, aan de slot-akte toegevoegd,
bewijzen welke vorderingen ©r gemaakt zijn.
Die ontwerpen worden met nauwgezetheid
door de Briteche regeering overwogen. Een
dei- belangrijkste stelt- het beginsel vast van
de instelling van ©en internationaal Hof van
Appèl voor gevallen van prijs ver klaring- van
schepen. De regeering zal, met het oog op
dit vraagstuk, de voornaamste zeemogend
heden uiitnoodigen tot bijwoning van eene
conferentie t© Londen ter vaststelling van
enkel© punten van internationaal reoht als
leiddraad voor dit .hof.
In den toestand van Christenen en Mu
zelmannen in Macedonië is nog geen ver
betering ingetredenbenden van ven-schil
lende nationaliteiten gaan voort met het
plegen van daden van gewold en geven aan
leiding tot groot© onrust.
De groot© mogendheden hebben hare goed
keuring geiheoht aan het Turksohe ontwerp
tot verbetering van het rechtswezen. Groot-
Brittannië heeft nadere voorstellen bij de
Porte en de groote mogendheden ingediend,
die strekken om op afdoende wijze de hoofd
oorzaken van den ongeregelden toestand weg
t© nemen.
De Britscihe regeering beseft levendig de
groot© bezorgdheid, die hoor sekt over de be
handeling van de inboorlingen in het Cooigo-
gebaed, maar vertrouwt dat de onderhande
lingen die gevoerd worden tusschen den sou-
verein van en Congo-staat ©n de Belgische
regeering, een monachildevend beetuur van
den Congostaat zullen verzekeren overeen
komstig den geest van de akte van Berlijn.
De hoop wordt uitgedrukt, dat de met
beidérzijdsoh goedvinden aan het oordeel
van het Haagsohe Hof onderworpen vragen
omtrent de visohvangst in de watereu van
New-Foundland een einde zal maken aan ©en
geschil dat gedurende langen tijld een bron
van moeilijkheden was tusschen Groot-Brit
tannië en Amerika. Verder wordt medege
deeld, dat het immigratiiegeschil tu9scihen
Japan en Canada geregeld is, en wordt leed
wezen uitgedrukt over den hongersnood en
de ziekten, die in een deel van Iudiië heer-
sohen als gevolg van het uitblijven van re-
gen
J>e indiening wordt aangekondigd van
een aantal nieuwe wetsontwerpen, waaron
der een tot betere voorziening iu de behoef
ten van ouden van dagen.
In het Hioogeihuifl heeft lord Cuirzon
gekozen als „representative peer" van Ier
land zitting genomen. In don loop der discus
sie over het- adres van antwoord', dat aan
leiding gaf bot uitvoerige besprekingen over
binnen- on buitenlandsche aangelegenheden,
stelden Lord Landsdowne en Lord Ripon de
voordeelen in het licht van het jongste be
zoek van den Duitschen Keizer, hetgeen ©eno
gunstig© gelegenheid was geweest om den
doorluolitigen gast en het Diidtsöhe volk het
bewijs to geven van don emstigen wonsch
van het Engelsohe vo'lk om op den meest
v r ien dsoh appel ij kon voet met hen te leven.
In het Lagerhuis begon heden voor een
geheel gevuld Huis het olelbat over het adres
van antwoord c,p de troonrede.
Asquith t.rad op ails nuofd van de regee
ring daar Campbell Bannerman, wegens een
ernstige ziekte van zijn broeder af weeïg
was.
Balfour ocfemdlS' critiek op de uitgebreid
heid vau het wetgevende program en viel
do regeering aan oiver naar politiek 'betref
fende het onderwijs en Ierland.
Asquith sprak in zijcu antwoord over de
Haagsohe conferentie en keurde de neiging
af om haar werk te verkleinen Hij ver
klaarde, dat men aanmerkelijk 'n de ge
wen sakte richting was vooruitgegaan.
Hij zt-ide dat do regeering vast besloten
is om te trachten haar wetgevend program
ten uiiivoor te brengen. Hij verklaarde dat
er weinig ernstige misdrijven in Ierland
voorkwamen, afgescheiden vau het zooge
naamde veedirijMenwaartegen de regeering
voornemens is bij do d maatregelen te ne
men.
Naar hti Zwttdich
6 »*o>
PH. W IJ 8 M A V.
In de eerste drie weken had Johannes,
vier niet zeer lange rijtoeren met zijne bles
pen kunnen doen toch hadden deze alleen
aan fooien. 62 öre ingebracht. Met een be
denkelijk gezicht liet. Johannes dit kleine
begin van zijne fondsen voor de verooBe
vingers glijden, terwijl hij zich in zijne ver
beelding reeds eiken dag met de blessen zag
uitrijden. Intusschen hadden de droombeel
den van Johannes dit eigenaardige, dat zij
altijd op iets wezenlijk doelmatigs uitlie
pen. Zoo stapte hij nu ook weer naar den
stal van zijn nieuwen vriend, spuwde heel
ver; kuchte even en vroeg half verlegen:
„Zeg eens, Jöns, houdt jij dc spaarbank
hier in Sknlby voor heel zeker?"
Jön9 krabbelde zich op het hoofd en
zeide langzaam
„Dat zou 'k nog wel denken, hoewel het
niét te golooven is, want de directeur en de
kassier drinken bij den keldermeester,bo
ven, bij ons."
Toen de lente te Skralby haar intocht
deed, dat is te zeggen toen de radijsjes op
dc markt, kwamen en Minka uit Bregard
haar hoofd door hot open venster dei- apo
theek stak en den provisor een vriendschap
pelijk duwtje in den rug gaf, terwijl hij een
recept klaar maakte, begonnen de Svenssons
zich daar ook thuis te gevoelen en weldra
kwamen zij. iu aanraking met de drie be
langrijkste bewoners van de stad.
Patroon Klafve's veranda lag schuins te
genover uitgebouwde gedeelte van Svens
sons woonkamer. En wanneer Klafve uit
zijne kamer naar buiten stapte en over de
markt- keek naar iemaud dien hij kon uit-
noodigen met hem te ontbijten, zag hij
Svensson, die zijn hoofd uit het raam stak
om zich te overtuigen in hoever do gebeur
tenissen van den dag zouden kunnen bevor
derlijk zijn aan de ontwikkeling zijner zaak.
Klafve was zich zeer wel bewust dat hij
als man van de Bank, die zijne duiten bin
nen had, veel te hoog stond op de ladder
der samenleving, boven zoo iemand', die een
kop koffie schonk voor acht öre zonder
doop. En Svensson bad in eene aanbieding
van biggetjes, die met E. Klafve ondertee
kend was, een taalfout ontdekt Dit was
voor den geleerden Svensson voldoende re
den. om op zijn rijken buurman neer te
zien, zooals men van den berg der muzen
neerziet op een molshoop.
Zij begluurden elkander wederkeerig in
't, geheim; ziji spraken niet; zij groetten
niet; ieder deed zijn best den schijn aan te
nemen alsof hij niet wist. dat de andere be
stond.
Maar op den morgen van een helderen
zonnigen dag in Mei had Klafvo een rond
uur tevergeefs op zijne veranda staande,
uitgezien naar iemand dien hij met goed
fatsoen kon vragen om bij hem te komen
ontbijten. De dokter was bij een zieke ge
roepen de beide .klerken van Stanger wa
ren met een roeiboot uit poerende apo
theker moest thuis op de zaken passen want
de kleine provisor was zijne moeder gaan
begraven. Er was niemand te vindenvol
strekt niemandGeen enkele burger van
Skralby, of eenigszins bekende reiziger;
niemand; behalve die Svensson... On
verwacht ontmoetten hunne blikken elkan
der, maar om zich aanstonds weder af te
wenden. Klafve riep zijn hond en Svensson
floot een wijsje.
Daar kwam do Kerkvoogd van Lensa de
deur uit. Hij had in de gelagkamer van
Svensson koffie gedronken. Hij streek over
zijn buikje; veegde zijn mond af; en klom
op het voor hein gereed staande open wa
gentje. Toen hij ten naastenbij, midden op
de markt was, kwam Thilda naar buiten
stormen met een pakje, dat de Kerkvoogd
vergeten had
„Kerkvoogd! Kerkvoogd!" schreeuwde
Svensson.
Maar het plaveisel was juist kort te voren
hernieuwd de wielen ratelden en de Kerk
voogd hoorde niet.
De verzoeking werd voor patroon Klafve,
die voorheen bas gezongen had dn het man -
nenkwarteit tc Sölvesberg, te machtig. Hij
kon 't niet laten, nog eens te schitteren,
met een oorverdoovend
„Kerkvoogd! Houd stil, zeg ik!"
De man, aan wien de regeering de be
langen der kerk had toevertrouwd, hield'
stil en kreeg zijn pakje.
Justus Svensson nam zijn pet af en zeide
tot Klafve opziende. „Wel bedankt voor
hulp
Klafve wierp nog eens een onderzoeken
den blik op de markt en de twee straten,
die op liet plein uitkwamen. Er was nie
mand tc zien. Het was negen uur en om
tien uur moest hij op de Bank wezen. Met
eene rilling begreep hij grootelijks gevaar
te loopen van zijn vroegmaal alleen te moe
ten gebruiken
Nu kuchte hij even, deed een stapje in
de richting van Svensson's woning en zeide
verlegen
„O niet te danken... hm... zeker mijn
heer Svensson zelf? hm. Ik ben Klafve, kas
sier Klafve hm
Svensson zette zijne trommelstokken van
beeuen iu beweging naar Klafve's veranda
en stemde toe de genoemde te zijn in eigen
pereoon
Uit de eetkamer der Svensson kon me
vrouw Lovisa de beide heereu juist- zien zoo
als zij daar, met ontbloote hoofden stonden
te buigen en elkaar de hand gaven. Zij zag
ook hoe Klafve zijn vinger in het bovenste
knoopsgat van Svenssons buis gestoken,
haar man op die manier mede in zijn huis
trok, terwijl Svensson blijkbaar weinig, en
alleen voor zijn fatsoen, tegenstand bood.
Na een goede poos verscheen Klafv© weder
om op de veranda en riep tot Svenssons
Johannes, zoo luid dat het over de geheele
markt gehoord kon worden
„Johannes, mijnheer Svensson heeft ge
zegd dat je voor mij een boodschap naar dé
Bank mag gaan doen. Zeg aan den direc
teur dat je mijnheer en ik nog samen zitten
te ontbijtendat hier de sleutel van de
brandkast is en dat hij het vandaag maar
alleen moet reddendat kan best, want. het
is geen marktdag. Als er iets belangrijks tc
doen is moeten zij mij maar laten roepen
maar als 't alleen maar is om mijne hand1
teekening te zetten, dan moeten zij eenvou
dig den stadsbodé met de stukken bier stu
ren."
„Ja, doe-doe d-dat-, Johawns; d-dan ben
je de b-beste," stamelde Svensson, voor hét
open raam staande.
Dien avond om elf uur. diis veertien uren
later, was het vroegmaal bij don kassier af-
geloopen met „begrafenis-brandewijn" en
gerookte paling tot slot.
„Er is in de hcelo wereld niemand dien
ik zoo hoog acht als jou," zeide Svensson
tegen Klafve, toen zij op den hoek van de
markt afscheid namen.
„De drommel zal me halen als ik van jou
niet even zooveel houd als van mijn broer,"
.antwoordde Justus.
Een paar dagen later verscheen een lange
magere meneer mét een stroef gezicht en
grijze bakkebaarden in de buffetkamer van
Svensson.
„Mijne betrokking verbiedt mij het een
of ander in dc voor iedereen toegankelijko
koffiehuizen dor stad te gebruiken, maar ik
wenschte een woordje te spreken met den
eigenaar der beide blessen, waarvan de
eene, naar ik hoor, een ruin en de andere
eene merrie is."
Svensson, wien dit. begin wel aanstond,
aangezien Stanger hem van uiterlijk bekend
was, antwoordde beleefd
„Zoowol de blessen als tuig en rijtuigen
staan tot. uw dienst, mijnheer Stanger."
„Zijn dte dieren werkelijk., neen, dank
u; ik blijf liever staan... in mijne betrok
king moet ik zoo vaak zitten... zijn de be
doelde paarden volkomen te vertrouwen?"
„Als een paar oude hofjesjuffrouwen,
mijnheer, hoewel vlug als vogeltjes."
Wordt vrvolgd.