N\ SIS. O" Jaargang. Donderdag 30 Januari 1908. BUITENLAND. FEUILLETON. DE SVENSSONS. MHERSFOORTSGH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS: Per S maanden voor Amersfoortf 1.25. Idem franco per poat- 1.75. Afzonderlijke nummers0.05. Xiwe Courant yerechijnt Dagelijka, met uitzondering van !?on- en Feestdagen. Aflvertentiën, mededeelingen ent., gelieve men vóór 10 uur '«morgens bij de Uitgevers in te aenden. Uitgever»: VALKHOFF C°. Utrechtschestreat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PB US DEB ADVEBTENTlfiN: f. m - «.is. Va* 16 regels Elke regel meer Groote letters naar plaatsruimte. Yoor handel en bedrijf bestaan voordeellge bepalingen toé het herhaald adverteeren in dit Blad by abonnement. Ee&e circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegeeondoa. Kennisgeving. Burgemeester en Wethouders van Amers foort brengen ter algemeen» kennis, dat bij bun college is ingekomen oeni adlres van Dirk van J Aar veld, tapper, wo nende althier, d.di. 27 Jam.uari j.l., inbou- diande bet verzoek iluem vergunning te wil len ver leen en voor don verkoop van sit erken drank in bet klein, voor gébru;k ter plaat se van verkoop, '11 de adhterkamlex van (bet perceel Kroontjesmolen no 11 alhier; dat een ieder binnen. tw(ee weken na dag toeken in cr dezer, bij ben bckrftelijik becwa- ien kaai indienen tegen het verlieenen der vergunning. Amersfoort, dén 28. Januari 1908. Burgemeester en Wethouders voorniolejmd', De Burgemeester, WÜYTIERS. Dte Secretaris, J. G. STENFERT KROE3E. Politiek Overzicht I>e Frausclien In Marokko. Het dried aagscbo deba.t over het Fransohe regeeringeibeileict in Marokko beeft in het we zen der zaak weinig gebracht wat men niet reeds wast, maar het heeft gelegenheid ver schaft de puntjes op de i's te zetten en heb standpunt te preciseeren, dat regeering en Kamer innemen. Twee sprekers van groot talent en gezag hebben op den eersten dag van dut debat twee radicale oplossingen aan de hand gedaan. Jaurès betoogde, dat Frankrijk aixab zou onttrekken aan de be- moeaing met Marokko en aan Eiuropa zou overlaten eene oplossing uit te werken op istriikib in'bernatL'oniale* lijnen. Daartegenover bracht heb -optreden van den oud-munster Delcassé in heriin nering hoe hij 't op een oorlog met Duitschland had willen laten aankomen om eiken zweem vain intematio- naio bemoeiing uit Marokko te weren. De regeering, die nu aan het bewind is, wil noch bet een, noah liet ander. Wat zij beoogt, geven wij bier weer in de eigen woorden, waarin de minister van buiten- landsche zaken Pichon 't omschreven heeft. Hij zette liet regieeringsprogi'a.m aildois uit een „Verdediging van onze rechten; eerbied voor de overeenkomsten uitvoering in over eenstemming met Spanje van het mandaat, dat Europa ons heeft toevertrouwdgoede trouw jegens den sultan, die de macht bezit en die de laatste slagboom is tegen de ana-r- ohae, boe zwak die ook zijgeen inmenging in do bommen landsche oneenigthedengeen protectoraat en geen optreden, dat er toe leidt; geen expeditie naar het binnenland. Wij zullen noch naar Marakesch, noch naar Fez gaan. „Wij zijn overigens bereid, zooals onzen plicht is, alle gebeurlijkheden onder de oogien te' zien. Wanneer Abdel Aziz schip breuk lijdt, wat mogelijk is, dan zal de sul- tan( die zijne plaats zal innemen, ons. in staat vinden met hem te praten im onzen naam en in naam van Europa-, volgens het mandaat, dat het ons heeft toevertrouwd. Door onze volharding, door onze waardig heid, door'de vastheid van ons beleid, zijn wij besloten zekerheid te verschaffen aan de besluiten van eene conferentie, die wij niet hebben gewenscht en niet hebben bijeen ge roepen. maar die namens Europa verbinte nissen beeft aangegaan, waarvan wij de bor gen zijn. „De limiet, die wij ons hebben gesteld, is die waar onze bijzondere belangen zouden worden opgeofferd; wij verstaan daaronder de veiligheid van AJgerië en die van ons Afrikaansch© rijk. „Ik verklaar, dat als de lieer Ribot weer minister-president werd, hij geen andore po litiek zou voeren dan de onze. ,,De heer Ribot: Ik vraag u niet anders dan liaar te voeren „De Minister van buitenlandsche zaken Het is de eenig© politiek, die nationaal, die Fr arisch is, die beantwoordt aan de belan gen van ons land." Zoo luidt het programma der regeering, zooals de minister Piohon het verleden Maandag beeft omschreven. De Kamer heeft aan dit programma baar zegel gehecht door aanneming van de mo tie, waarmee eergisteren bet driedaagse he debat besloten werd. Deze motie luidt in haar geheel aldus„De Kamer, besloten de akte vam Algeciras toe te passen en do ver dediging van de rechten en de belangen van Frankrijk in Marokko te verzekeren zonder tussühonbeide te komen in de binmenland- sehe politiek van 'het sjerifiaansche rijk, keurt do verklaringen van de regeering goed en drukt de regeering haar vertrouwen uit, zendt de gielukwenschen der natie aan dc officieren en soldaten van de zee- en land macht, die strijden in Afrika, en gaat over tot de orde van den dag." De stemming over deze, motie verdient ©enigszins na oer beschouwd te worden. Aan de eindstemming over de geheele motie gin gen drie stemmingen over de o-nderdcelen vooraf. Het eerste gedeelte, dat eene begin selverklaring Inhield, werd aangenomen met algem-cene stemmen. Hier lieeft men dus eene verklaring, die eenstemmig is afgelegd. Het tweede gedeelte, waarmee do Kamer haar \ertrouwer in de regeering en tot in stemming met de afgelegde verklaring uit druk!, is aangenomen met 428 tegen 92 stemmen. Het derde gedeelte, dat den geluk- wenseh aan de in Afrika strijdende troepen inhoudt, is met 495 tegen 44 stemmen aan genomen. De lijst van de eindstemming over de motie bevat 346 voorstemmers en 51 te genstemmers. Bij vergelijking van deze stem ming met die over de zinsneden, die vertrou wen in de regeering uitdrukt, blijkt-, dat ruim honderd leden zich van de eindstem ming hébben onthouden; dat waren leden van de rechterzijde. Alleen de socialisten hebben dus bij de eindstemming tegen de regeering gestemd. De overwegende meerderheid van de Ka- me heeft dus door haar votum het duide lijk omschreven Marokko-programina van de regeering bekrachtigd. Het blijft nu af te wachten, of de loop der gebeurtenissen een even duide'"jk omschreven beeld zal opleve ren. De toestand van anarchie in Marokko kan langen tijd aanhouden en zal nog ge- ruimen tijd offers van de Franschen vorde ren, ook al slagen zij er in zich te onthou den van bemoeiing met de binnenlandse lie woo'ingen. De heer Deicassé hooft, verleden Vrijdag met zijne rede de bijval van de Kamer ge oogst. Uit de toejuichingen, die aan minis ter Pichon zijn ten deel gevallen, en vooral uit het resultaat van dc oorgister gehouden stemmingen blijkt, dat die 'bijval gold den redenaar Delcassé, niet den staatsman. Duitschland. B o r 1 ij n 2 9 Jan. Bij de behandeling van de vlootwet in den rijksdag betoogde staatssecretaris von Tirpitz in antwoord op de beweringen van Bobel, dat deze ton on rechte had gezegd, dat bet wetsontwerp, waarbij dc diensttijd van linieschepen van 25 tot 20 jaren wordt verminderd, in En geland ongerustheid heeft gewekt. Wij bou wen een vloot tegen niemand gericht, dus ook niet tegen een bepaalden staat. De re gieringen staan op hetzelfde standpunt, dat de rapporteur over de marinè-begrooting in de Franscbe Kamer in deze zaak innam, toon hij in het licht stelde, dat de betrek kingen tusschen de volkeren onderling te zeer aan wisselingen onderhevig zijn, dan dat men oen vloot zou kunnen bouwen en kel tegen een bepaalden vijand. Het wetsontwerp werd in tweede lezing aangenomen Frankrijk. Uit de rede van den minister van buiten landsche zaken Pichon in het debat over de Marokko-interpellatiën vermeldden wij nog het antwoord v.an den minister op liet ver wijt van den oud-minister Delcassé, dat de regeering hare Marokkaansche politiek slechts bekeek uit het speciale oogpunt van dc Marokkaansche gebeurtenissen en haar niet gehouden had in het kader van de al- gemeene buitenlandsche politiek. Dit ant woord luidde aldus: „Deze algemeene politiek is integendeel innig verbonden aan de gedachte, die ons onze houding hebben ingegeven ir, de Marokkaansche kwestie ten aanzien van de vreemde regeeringen Het is voor onze politiek een waarborg van succes en van veiligheid, en door haar van deze voorzomen af te scheiden, zouden wij gevaar loepen haar schipbreuk te zien lijden in gevaarlijke avonturen. Ilaar succes hangt of zoowel van onzen gceclen trouw als van onze kracht, en wij willen, dat zij gesteund wordt door een parlement en eene openbare meening, waar voor wij niets willen verbergen. Onze goede trouw staat boven verdenking en ik twijfel niet aan onze kracht. Zij steunt op de buitenlandsche politiek van Frank rijk, die het werk is noch van een man, noch van eene regeering, noch van eene partij, maar de uitkomst van de pogingen, sedert 37 jaren verricht door de republiek om aan ons land do plaats terug te geven, die het had in de wereld. Laten wij ons dus er voor wachten ons te beschouwen als do uitvinders van deze poli tiek wij zijn or slechts de erfgenamen van. Zij behoort niet aan dit of dat lid van de regeeringen, die ons zijn vooraf gegaan. Zij is de politiek van Frankrijk, altijd rijk en groot door zijne gedachten Laten wij onze geschillen vergeten, laten wij ons met elkaar verzoenen in het constateeren van het feit, dat ons land, door zijne bondgenootschap pen, zijne vriendschapsbetrekkingen en het vertrouwen dat het inboezemt, in staat is do vervulling van zijne plichten na te komen, overal waar zijne eer in het spel is. Men zou deze politiek verzwakken, door haar te verbinden aan het lot van een minis ter of van een ministerie. Dat zou zijn een zeggen dat, als een minister verdwijnt, de waarde van de verbintenissen van Frankrijk verzwakt. Neen, de ministers verdwijnen en de verbintenissen van Frankrijk blijven be staan, zonder den minsten afbreuk te on dervinden, gelijk ook steeds de moreele en materieele eenheid van het vaderland in stand blijft". De minister van justitie Briand heeft in eene circulaire last. gegeven, dat bij de samenstelling van de rechtbanken van ge zworenen ook werklieden in loontrekkenden dienst daarin zullen worden opgenomen De beweging in Marokko begint eéne te rugwerking uit te oefenen op den toestand' in Algerie. Er is eene eerste poging be proefd om rustverstoringen in 't leven te roepen, die intusschen nog tijdig ontdekt en verijdeld worden. In de provincie Constan- tini voerden reeds sedert geruimen tijd eenige Marokkaansche maraboets onder de inboorlingen eene levendig© propaganda tegen de Europeanen. Een van hen, Ben .Sjerad genaamd, slaagde er in onder de werklieden van de wijn werken van Boe Thaler eene samenzwering te organisoeren, die den 22en Januari zou uitbreken. De Arabieren zouden het Europeesche perso neel dooden en do vrouwen en kinderen als gijzelaars behouden. De directeur Piron kwam echter de zaak nog tijdig op het spoor en waarschuwde de justitie; de maraboet Ben Sjerad is nu met de overige raddraaiers gevangen genomen en hunne wapenen en munitie werden in beslag genomen. Engeland. Londen, 29 Jan. In ©en staatsiekoets reden de Koning en de Koningin uit Buc kingham-palace tot opening der zitting van» het parlement. De troonrede begint met ©ene herinnering aa,n het be«oefc van het Duitsche Keizerpaar, een bezoek dat zoowel de Koning als de Ko ningin groot genoegen had gedaan. De har telijke ontvangst door het volk, dli© hooge- Üjk werd gewaardeerd, kan niet missen de vriendelijk© betrekkingen, die tusschen de twee volken bestaan, te versterken. Ook met de andere mogendheden blijven de betrekkingen van vriendsehappe 1 ijken aard. Gewaagd wordt van het Engelsch-Russi sche verdrag, dat de beide regeeringen in staat heeft gesteld om, niettegenstaande de ongeregeldheden en verwikkeli/ngeu in Per- zië, hunne vreedzame staatkunde te hand haven. Daarna, wordt melding gemaakt van het verdrag tusschen Groot-Brittannië, Frankrijk, Duitschland en Rusland tot ver zekering van de onschendbaarheid van Noorwegen. Omtrent de Haagsche confe rentie wordt gezegd, dat de veelvuldige ont- werp-regelingen, aan de slot-akte toegevoegd, bewijzen welke vorderingen ©r gemaakt zijn. Die ontwerpen worden met nauwgezetheid door de Briteche regeering overwogen. Een dei- belangrijkste stelt- het beginsel vast van de instelling van ©en internationaal Hof van Appèl voor gevallen van prijs ver klaring- van schepen. De regeering zal, met het oog op dit vraagstuk, de voornaamste zeemogend heden uiitnoodigen tot bijwoning van eene conferentie t© Londen ter vaststelling van enkel© punten van internationaal reoht als leiddraad voor dit .hof. In den toestand van Christenen en Mu zelmannen in Macedonië is nog geen ver betering ingetredenbenden van ven-schil lende nationaliteiten gaan voort met het plegen van daden van gewold en geven aan leiding tot groot© onrust. De groot© mogendheden hebben hare goed keuring geiheoht aan het Turksohe ontwerp tot verbetering van het rechtswezen. Groot- Brittannië heeft nadere voorstellen bij de Porte en de groote mogendheden ingediend, die strekken om op afdoende wijze de hoofd oorzaken van den ongeregelden toestand weg t© nemen. De Britscihe regeering beseft levendig de groot© bezorgdheid, die hoor sekt over de be handeling van de inboorlingen in het Cooigo- gebaed, maar vertrouwt dat de onderhande lingen die gevoerd worden tusschen den sou- verein van en Congo-staat ©n de Belgische regeering, een monachildevend beetuur van den Congostaat zullen verzekeren overeen komstig den geest van de akte van Berlijn. De hoop wordt uitgedrukt, dat de met beidérzijdsoh goedvinden aan het oordeel van het Haagsohe Hof onderworpen vragen omtrent de visohvangst in de watereu van New-Foundland een einde zal maken aan ©en geschil dat gedurende langen tijld een bron van moeilijkheden was tusschen Groot-Brit tannië en Amerika. Verder wordt medege deeld, dat het immigratiiegeschil tu9scihen Japan en Canada geregeld is, en wordt leed wezen uitgedrukt over den hongersnood en de ziekten, die in een deel van Iudiië heer- sohen als gevolg van het uitblijven van re- gen J>e indiening wordt aangekondigd van een aantal nieuwe wetsontwerpen, waaron der een tot betere voorziening iu de behoef ten van ouden van dagen. In het Hioogeihuifl heeft lord Cuirzon gekozen als „representative peer" van Ier land zitting genomen. In don loop der discus sie over het- adres van antwoord', dat aan leiding gaf bot uitvoerige besprekingen over binnen- on buitenlandsche aangelegenheden, stelden Lord Landsdowne en Lord Ripon de voordeelen in het licht van het jongste be zoek van den Duitschen Keizer, hetgeen ©eno gunstig© gelegenheid was geweest om den doorluolitigen gast en het Diidtsöhe volk het bewijs to geven van don emstigen wonsch van het Engelsohe vo'lk om op den meest v r ien dsoh appel ij kon voet met hen te leven. In het Lagerhuis begon heden voor een geheel gevuld Huis het olelbat over het adres van antwoord c,p de troonrede. Asquith t.rad op ails nuofd van de regee ring daar Campbell Bannerman, wegens een ernstige ziekte van zijn broeder af weeïg was. Balfour ocfemdlS' critiek op de uitgebreid heid vau het wetgevende program en viel do regeering aan oiver naar politiek 'betref fende het onderwijs en Ierland. Asquith sprak in zijcu antwoord over de Haagsohe conferentie en keurde de neiging af om haar werk te verkleinen Hij ver klaarde, dat men aanmerkelijk 'n de ge wen sakte richting was vooruitgegaan. Hij zt-ide dat do regeering vast besloten is om te trachten haar wetgevend program ten uiiivoor te brengen. Hij verklaarde dat er weinig ernstige misdrijven in Ierland voorkwamen, afgescheiden vau het zooge naamde veedirijMenwaartegen de regeering voornemens is bij do d maatregelen te ne men. Naar hti Zwttdich 6 »*o> PH. W IJ 8 M A V. In de eerste drie weken had Johannes, vier niet zeer lange rijtoeren met zijne bles pen kunnen doen toch hadden deze alleen aan fooien. 62 öre ingebracht. Met een be denkelijk gezicht liet. Johannes dit kleine begin van zijne fondsen voor de verooBe vingers glijden, terwijl hij zich in zijne ver beelding reeds eiken dag met de blessen zag uitrijden. Intusschen hadden de droombeel den van Johannes dit eigenaardige, dat zij altijd op iets wezenlijk doelmatigs uitlie pen. Zoo stapte hij nu ook weer naar den stal van zijn nieuwen vriend, spuwde heel ver; kuchte even en vroeg half verlegen: „Zeg eens, Jöns, houdt jij dc spaarbank hier in Sknlby voor heel zeker?" Jön9 krabbelde zich op het hoofd en zeide langzaam „Dat zou 'k nog wel denken, hoewel het niét te golooven is, want de directeur en de kassier drinken bij den keldermeester,bo ven, bij ons." Toen de lente te Skralby haar intocht deed, dat is te zeggen toen de radijsjes op dc markt, kwamen en Minka uit Bregard haar hoofd door hot open venster dei- apo theek stak en den provisor een vriendschap pelijk duwtje in den rug gaf, terwijl hij een recept klaar maakte, begonnen de Svenssons zich daar ook thuis te gevoelen en weldra kwamen zij. iu aanraking met de drie be langrijkste bewoners van de stad. Patroon Klafve's veranda lag schuins te genover uitgebouwde gedeelte van Svens sons woonkamer. En wanneer Klafve uit zijne kamer naar buiten stapte en over de markt- keek naar iemaud dien hij kon uit- noodigen met hem te ontbijten, zag hij Svensson, die zijn hoofd uit het raam stak om zich te overtuigen in hoever do gebeur tenissen van den dag zouden kunnen bevor derlijk zijn aan de ontwikkeling zijner zaak. Klafve was zich zeer wel bewust dat hij als man van de Bank, die zijne duiten bin nen had, veel te hoog stond op de ladder der samenleving, boven zoo iemand', die een kop koffie schonk voor acht öre zonder doop. En Svensson bad in eene aanbieding van biggetjes, die met E. Klafve ondertee kend was, een taalfout ontdekt Dit was voor den geleerden Svensson voldoende re den. om op zijn rijken buurman neer te zien, zooals men van den berg der muzen neerziet op een molshoop. Zij begluurden elkander wederkeerig in 't, geheim; ziji spraken niet; zij groetten niet; ieder deed zijn best den schijn aan te nemen alsof hij niet wist. dat de andere be stond. Maar op den morgen van een helderen zonnigen dag in Mei had Klafvo een rond uur tevergeefs op zijne veranda staande, uitgezien naar iemand dien hij met goed fatsoen kon vragen om bij hem te komen ontbijten. De dokter was bij een zieke ge roepen de beide .klerken van Stanger wa ren met een roeiboot uit poerende apo theker moest thuis op de zaken passen want de kleine provisor was zijne moeder gaan begraven. Er was niemand te vindenvol strekt niemandGeen enkele burger van Skralby, of eenigszins bekende reiziger; niemand; behalve die Svensson... On verwacht ontmoetten hunne blikken elkan der, maar om zich aanstonds weder af te wenden. Klafve riep zijn hond en Svensson floot een wijsje. Daar kwam do Kerkvoogd van Lensa de deur uit. Hij had in de gelagkamer van Svensson koffie gedronken. Hij streek over zijn buikje; veegde zijn mond af; en klom op het voor hein gereed staande open wa gentje. Toen hij ten naastenbij, midden op de markt was, kwam Thilda naar buiten stormen met een pakje, dat de Kerkvoogd vergeten had „Kerkvoogd! Kerkvoogd!" schreeuwde Svensson. Maar het plaveisel was juist kort te voren hernieuwd de wielen ratelden en de Kerk voogd hoorde niet. De verzoeking werd voor patroon Klafve, die voorheen bas gezongen had dn het man - nenkwarteit tc Sölvesberg, te machtig. Hij kon 't niet laten, nog eens te schitteren, met een oorverdoovend „Kerkvoogd! Houd stil, zeg ik!" De man, aan wien de regeering de be langen der kerk had toevertrouwd, hield' stil en kreeg zijn pakje. Justus Svensson nam zijn pet af en zeide tot Klafve opziende. „Wel bedankt voor hulp Klafve wierp nog eens een onderzoeken den blik op de markt en de twee straten, die op liet plein uitkwamen. Er was nie mand tc zien. Het was negen uur en om tien uur moest hij op de Bank wezen. Met eene rilling begreep hij grootelijks gevaar te loopen van zijn vroegmaal alleen te moe ten gebruiken Nu kuchte hij even, deed een stapje in de richting van Svensson's woning en zeide verlegen „O niet te danken... hm... zeker mijn heer Svensson zelf? hm. Ik ben Klafve, kas sier Klafve hm Svensson zette zijne trommelstokken van beeuen iu beweging naar Klafve's veranda en stemde toe de genoemde te zijn in eigen pereoon Uit de eetkamer der Svensson kon me vrouw Lovisa de beide heereu juist- zien zoo als zij daar, met ontbloote hoofden stonden te buigen en elkaar de hand gaven. Zij zag ook hoe Klafve zijn vinger in het bovenste knoopsgat van Svenssons buis gestoken, haar man op die manier mede in zijn huis trok, terwijl Svensson blijkbaar weinig, en alleen voor zijn fatsoen, tegenstand bood. Na een goede poos verscheen Klafv© weder om op de veranda en riep tot Svenssons Johannes, zoo luid dat het over de geheele markt gehoord kon worden „Johannes, mijnheer Svensson heeft ge zegd dat je voor mij een boodschap naar dé Bank mag gaan doen. Zeg aan den direc teur dat je mijnheer en ik nog samen zitten te ontbijtendat hier de sleutel van de brandkast is en dat hij het vandaag maar alleen moet reddendat kan best, want. het is geen marktdag. Als er iets belangrijks tc doen is moeten zij mij maar laten roepen maar als 't alleen maar is om mijne hand1 teekening te zetten, dan moeten zij eenvou dig den stadsbodé met de stukken bier stu ren." „Ja, doe-doe d-dat-, Johawns; d-dan ben je de b-beste," stamelde Svensson, voor hét open raam staande. Dien avond om elf uur. diis veertien uren later, was het vroegmaal bij don kassier af- geloopen met „begrafenis-brandewijn" en gerookte paling tot slot. „Er is in de hcelo wereld niemand dien ik zoo hoog acht als jou," zeide Svensson tegen Klafve, toen zij op den hoek van de markt afscheid namen. „De drommel zal me halen als ik van jou niet even zooveel houd als van mijn broer," .antwoordde Justus. Een paar dagen later verscheen een lange magere meneer mét een stroef gezicht en grijze bakkebaarden in de buffetkamer van Svensson. „Mijne betrokking verbiedt mij het een of ander in dc voor iedereen toegankelijko koffiehuizen dor stad te gebruiken, maar ik wenschte een woordje te spreken met den eigenaar der beide blessen, waarvan de eene, naar ik hoor, een ruin en de andere eene merrie is." Svensson, wien dit. begin wel aanstond, aangezien Stanger hem van uiterlijk bekend was, antwoordde beleefd „Zoowol de blessen als tuig en rijtuigen staan tot. uw dienst, mijnheer Stanger." „Zijn dte dieren werkelijk., neen, dank u; ik blijf liever staan... in mijne betrok king moet ik zoo vaak zitten... zijn de be doelde paarden volkomen te vertrouwen?" „Als een paar oude hofjesjuffrouwen, mijnheer, hoewel vlug als vogeltjes." Wordt vrvolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1908 | | pagina 1