M». 249. 0" Jaargang. Dinsdag 3 Maart 1908. BUITENLAND. FEUILLETON. DE SVENSSONS. AMERSFOORTSCH DA6RLAD. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.25. Idem franco per post- 1.75. Afzonderlijke nummers- 0.05. Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Advertentiën, meded oelingen enz., gelieve men vóór 10 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zonden. Uitgevers: VALKHOFF C°. Utr&ctitschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—5 regel.f 0.75. Elke regel meer- 0.15. Groote letters naar plaatsruimte. Yoor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toogezonden. Politiek Overzicht l>e aansla? op tien Sjah van Persei#. De aanslag op het leven van den Sjah van Perzië s mislukt. Hij is aan oen zeer ernstig gevaar levensgevaar gelukkig ont komen, naar gezegd wordt omdat hij den truc had gebruikt niet van den wagen gie- hmifik te maken, die voor den zijnen wérd aangezien. Andereu zijn Ide sladh tof fors gle- wtoriclen van deze roékelooae daadeendge rneaisdlien zij'n geldbed en bijna twee dozijn gewond Aan dezen aanslag zijn intusschen ge beurtenissen voorafgegaan, die kunnen die nen tot verklaring van de motieven voor dezen aanslag De békonde ordentaflist dr. Armin Vambery doet daarover eenigo me- dedeeldngen in de Neue Freie Pressehij zegt De geschiedenis .van de Perzische vrij heidsbeweging is zeer interessant. Aan haar hoofd stonden nog bij bot leven van den overleden 9jah, de voorganger van den tegenwoordige;1 hoersdher, twee geestelijken. Deze priesters waren de woordvoerders van de vrijheidzij hadden door de achting, die zij in Ihet volk genoten, een groot/en invloed zij waren het, die door Ihun geizag en door do stelling, die zij' ziiclh biji de PemaiséhJe natie wisten te verwerven, ten siliotte de be williging van eonstitutioneole redhten bij den vorigen Sjah, d;e tot dien tijd zuiver des potisch en absolutistisch regeerde, konden doorzetten. In de wittebroodsweken van het parlementarisme ging alles voortreffe lijk en het constitution eele leven was ge heel normaa'. Later echter ging het par lement zicli bemoeien met het bestuur het wilde zijne macht opdringen aan de mi nisters, de hooge geestelijkheid, ja* zelfs aan den Sjah zelf, en rekende zMi geredhtigd tegenover iedereen bevelend op te treden. Perzië bad edkter toen een drukkend ge brek aan geld, en daar demo nervus rerum gtarendanum ontbrak, kon ook het parle ment met zijne in menging dn de actieve po litiek en met zijine bevelen nietsuitrichten De anarchie in het land nam voortdurend toe; elk leidend en matigend gezag ont brak. De onzekerheid en dubbelzinnigheid van den toestand drong de politieke ont wikkeling in een zeer ongelukkige richting en drukte zwaar op den staat. In alle pro vinciën, met name in het noordwestelijke Aserbeidschan, hadden zich revolutionaire ideeën verspreid. Ook de Perzische hoofd stad Teheran was zélf een kweekplaats van deze revolutionaire neigingen. Daarbij nam de armoede in het land een versdhrikkel ijken omvang aan In dezen aigemeenen nood was de verlei ding groot, dat de eene of andere Fedai op stond, die door de gedachte werd aange grepen een martelaar voor het Volk en voor zijne overtuigingen te worden. Door de hand van zuilk een geestdrijver was eerst onlangs ook de Perzische grootvizier neer- gjeveld. Het fanatisme is aanstekelijk, en het verlangen naar de martólaarsrol zit in alle godsdiensten en in alle politieke overtuigingen die de gemoederen sterk op winden. Nu is er weer een Fedai opge staan, die bommen tegen den Sjah heeft geworpen, om door zijne daad de aJgeaneene verwarring in het land nog te vermeerde ren en de revolutionaire ideeën nog meer onder het volk te verspreiden. De prikkel bot zulk een martelaarschap was des te ster ker. omdat voortdurend geruchten ver spreid werden, dat de Sjah plan had door een staatsgreep zich van het lastige parle ment te bevrijden. Het misdrijf is intusscken mislukt. Op de vraag wat er thans, na die mislukking, zal gebeuren, antwoordt de Schr. aldus: Kan de kleine partij, die zich nog schaart cm den Sjah, z:ch weder tot eene krachtige werkzaamheid aangorden? Kan zij weer levend en krachtig worden? Of zal de revo lutionaire partij zich v~e tegenwoordige bui tengewone moeielijkheden en bezwaren ten nutte maken om het vuur van de revolutie verder op te stoken en, zooals reeds in menig orgaan van de Perzische pers is aangegeven, zich van de monarchale instellirgen te ont slaan en in Perzië de republiek uit te roe pen? Dat is het alternatief, waarvoor Perzië is gesteld: Redding of omverwei ping van de monarchie. Bij de beslissing is intusschen de buiten- landsche politiek, en inzonderheid de stel ling van Engeland en Rusland, van zeer bij zondere beteekenis. De besluiten van deze beide groote mogendheden laten zich ver moeden uit de bepal ngen van het tusschen Engeland "en E-usland gesloten verdrag, en de inhoud van deze overeenkomst kaai hier als richtsnoer dienen. Engeland dlait in het noord'en van Perzië geen belangen heeft, om dat de invloedsfeer van Rusland zich uit strekt tot voorbij Ispahan, zail waarschijnlijk als stille toeschouwer tegenover de gebeurte nissen staan. Van Rusland kan hetzelfde niet beweerd worden. Bij ongestoorde spoorwegverbinding tusschen Tiflis eu de Perzische grens kan het den Russen niet moeielijk vallen, als de gebeurtenissen hun aanleiding mochten geven om in te grijpen, een klein legerkorps over dé grens naar Tabris te brengen en deze stad zoolang be zet te houden totdat de orde hersteld zal zijn. Of dc Rusoen den tijd van deze bezet ting zullen verkorten of verlengen, hangt van de omsta-noigheden af. In ieder geval zullen zij zicli niet haasten, als zij eenmaal gebied bezet hebben, dat te ontruimen. d Hoe ook. de gebeurtenissen zich mogen ont wikkelen, dlo arime Perzien zijn t -betreuren. Do Sjaih is ditmaal aan den aanslag ontko men. Maar niettemin heeft deze moordaan slag eene groote politieke beteekenis. Hij zal den indlruk versterken, dat de tegenwoordige toestanden m Perzië onhoudbaar zijn en dringen tot voortdurende crisissen. Mislukte aanslagen trekken, ouidat zij thans zoo dik wijls voorkomen, minder de aandacht en worden slechts vluchtig beoordeeld. Wat ech ter den Sjah van Perzië is overkomen, heeft eene meer ingrijpende beteeken rdie verder reikt dan de dag. De aanslag staat in ver band met de oorzaken, die den Sjah in strijd hebben gebracht met zijn volk en met het parlement. De Sjah bevindt zicli tegenover machtige krachten, die zich doen gelden in de tegen hem gerichte volksbeweging. Dé aanslag, die hem zou uit dén weg ruimen, 'is een maatstaf, waar.-.an de krachten van de in Perzië ontketende hartstochten kunnen wonden gemeten. Deze verbittering verdwijnt niet, al heeft de aanslag geen succes ge had. Het bericht uit Perzië is een bewijs van eene ernstige crisis, die dit land tegemoet gaat. D'aarom is de mislukte aanslag eene gebeurtenis, die ernstige gevolgen kan heb ben. België. Men verzekert, dat het gewijzigde verdrag betreffende de naasting van den Congostaat op zijn allerlaatst Donderdag zal worden in gediend bij de Kamer. Het kroondomein zal worden vervangen door een bijzonder fonds van 60 mallioen francs voor de uitvoering van groote werL~n in België. Verder zullen gedurende 12 a 15 jaar jaarlijks drie millioen ter beschikking vau den Koning gesteld worden foor de uitvoering van wetenschap pelijke ondernemingen in den Congostaat. De bijzondere inkomsten zuden niet het ka- raktor dragen van eene tweede civiele lijst. Dc voornaamste leden van do katholieke partij, die hierover geraadpleegd zijn, met name de lieer Beernaert, zouden deze for mule goedkeuren. Brussel, 3 Maart. De Brusselsche Matin bericht Men verzekert ons, dat de Cong»>staat, de mogelijkheid voorziende van eene Engelsche gewelddaad, zich verzekerd heeft van de evertueele diensten van sche pen i.nder Duitsche en Fransche vlag. De Congostaat is verzekerd van de volstrekte medewerking van Duitschland tegen de En gelsche pretentiën. De meest uitdrukkelijke verzekeringen zijn gegeven omtrent den daadwerkelijken steun van de Duitsche ïe- geering en omtrent hare volledige overe^'i- steniming met den onafhankel ijken Congo staat in do uitlegging van de akte van Ber lijn ten aanzien van de handelsvrijheid. De regeering van den Congostaat bereidt een antwoord op het Engelsche Witboek voor, dat groote vergissingen bevat Londen. 2 Maart. De radicaal Murray Macdonald diende een motie in, verklarende, dat met het oog op de vriendschappelijke betrekkingen tusschen Engeland en de bui- tenlandsche mogendheden het zaak was over te gaan tot eene verdere inkrimping der oorlogstoerustingenMinister Asquith diende daarop een amendement, in, v aarin wordt verklaard, dat liet Huis de ministers zal steunen biji dé invoering van die bezuinigin gen in de uitg'aven voor legetr en vloot, welke bestaanbaar zijn met de eischen voor een behoorlijke verdediging van het Britsche rijk en zijne bezittingen. Hij betuigde zijne sympathie voor den wensch om de stijgende uitgaven voor de vloot te verminderen, niet alleen in Groot-Brittaainië, maai ook in an dere landen en gaf daarbij een overzicht van de bezuiniginge: op het gebied van leger en vloot, die de regeering reeds had ingevoerd, waarbij hij tevens verklaarde, dat er reeds een flinke stap was gedaan in de richting van bezuiniging Hij verklaarde verder, dat dank zij de verstandige diplomatie van lord Lamsdowne en Sir Edward Grey, door Enge land betrekkingen zijn aangeknoopt, berus tende op geschreven verdragen maar hechter gemaakt door wederzijdsche welwillendheid, waardoor een deel van het. gevaar, waarmede Engeland vroeger te rekenen had, is wegge nomen. Zelfs ten opzichte van Duitschland had men alle reden om te gelooven, dat de beide volken steeds meer naderen tot een volko men goede verstandhouding. (Toejuichingen) Er bestaat voor ons geen reden om met achterdocht of vrees eenigo vlootuitbreiding daar of elders, die alleen het gevolg is van economische of defensieve behoeften van het land, gade te slaan. Onze vlootpolitiek is zuiver verdedigend. De regeering meent, dat onze positie als zeomiacht eene i9 van onaantastbare suprematie, en zoo moet zij blijven. (Toejuichingen) De voor Groot-Brit - tannië noodige vlootstandaard is een, die ons de volledige heerschappij over de zee» verleent tegenover iedere redelijkerwijs mo gelijke combinatie. Dé minister verklaarde er zeker van te zijn, dat geen enkele der grooie mogendhe den het met. vijandigheid, afgunst of wan trouwen aanschouwt, dat Engeland zijne vloot handhaaft op den twcestaten standaard en dat de regeering volstrekt geen neiging ge voelt om die grens te overschrijden. Ten opzichte van de uitgaven voor het landleger wees minister Asquith er op, dat minister Haldane de legersterkte met 21000 man had verminderdhij deelde verder mede, dat mogelijk nog eene verdere vermin dering te wachten is van dé bezetting in Zuid-Afrika. Aan het einde van deze debatten werd de motie- Ma eden aid verworpen met 320 tegen 73 stemmen. De mindetheid bestond hoofd zakelijk uit radicalen en labourmannen, ter wijl de conservatieve oppositie met de regee ring stemde. Balfour stelde daarop voor de door de regeering voorgestelde motie te wijzigen, door daarin eene uitdrukkelijke verklaring van instemming met den tweestaten-standaard op te nemen. Daar het echter elf uur ge worden was, moesten de debatten eindigen zonder' eene nadere stemming De beraad slaging werd daarna voor onbepaalden tijd) verdaagd. Italil Naar de Italiaansclie bladen melden, zijn er te Trapani, Nasi's vaderstad op Sicilië, ernstige onlusten geweest. Gas- en telefoon leidingen werden doorgesneden. Men spreekt zelfs van gevechten met de politie, waarin dooden vielen De vragen, die de Italiaansclie Senaat, fungeerende als hooggerechtshof, aan het einde van het proces tegen den gewezen mi nister Nasi had te beantwoorden, luiden al dus 1. Heeft Nasi onregelmatigheden begaan bij de berekeningen der reiskosten? 78 stem men ja, 23 neen. 2. Bij verschillende inkoopen? 76 ja, 25 neen. 3. Bij het toeëigeneu van boeken en door deze op staatskosten te laten inbinden, 54 ja, 47 neen. 4. Bij de aanschaffing van meubelen op staatskosten? 51 neen, 50 ja. 5. Was er oneerlijkheid in het spel bij de toeëigening van voorwerpen? 101 neen. 6. Is er valschheid gepleegd bij het op maken der betaling9mandaten 80 neen, 21 ja. 7. Gebeurden deze onregelmatigheden ge regeld? 101 ja. 8. Was het toegebrachte nadeel gering? 71 ja, 30 neen. 9. Was Nasi, toen deze onregelmatig heden werden gepleegd, in een toestand van niet volslagen toerekenbaarheid? 68 ja, 33 neen. Moeten verzachtende omstandigheden in aanmerking worden genomen? 74 ja, 27 neen. Is Lombardo een medeplichtige van Nasi? 1D0 neen, 1 ja. Op grond van deze beslissingen werd het reeds gemelde vonnis geveld. ■panja. De Gaceta bevat eene van het hof af komstige raededeeling, waarin volgens oud gebruik wordt aangekondigd, dat de Ko ningin de vijfde maand van hare zwanger schap is ingetreden H. M. geniet eene uit stekende gezondheid en de lijfarts dr. Gu tierrez, die zich naar SevilLa heeft begeven, heeft den jongen prins van Asturië in goede gezondheid bevonden, ofschoon het tanden krijgen hem eenig ongemak bezorgt. De koninklijke familie zal den 6en Maart te Madrid terugkomen en de Koning zal den lOen Maart zich naar Barcelona, begeven, waar hij twee dagen zal blijven. Hij zal af stappen in het paleis van den kapitein-gene raal van Catalonië. Port*£*L Aan de laatst uitgevaardigde Koninklijke besluiten het zijn de onder de telegram men vermelde besluiten, waarbij met intrek- ki: van het besluit van 10 Mei 1907 tot ontbinding van de deai 19. Augustus 1906 gekozen Kamer de cortes andermaal ontbon den worden, voorts het besluit waarbij de nieuwe cortes tegen 29 April wordt bijeen geroepen met bepaling van den dag der verkiezing op 5 April eindelijk de beslui tenwaarbij nietig verklaard worden de Ko ninklijke besluiten van 30 Augustus en 23 December 1907, over de betrekkingen tus schen den staat en de financiën van het Koninklijke huis en over de hervorming van de Kamer der pairs gaat een rapport vooiaf, on der toeken d door den minister-pre sident, dat staatsrechtelijke beschouwingen behelst en eene afkeurende kritiek levert over de handelingen van de vorige regee- ringen. liet rapport beroept zich op art. 15, vijfde lid, van de grondwet, dat bij iedere troonsverwis9ciing aan de nieuwe regeering den pliaht oplegt, eventueele misbruiken, van hare voorgangster afkomstig, te herstel len Koning Manuel heeft tot secretaris be noemd zijn vroegeren onderwijzer Manuel de Oliiveira Ramos, een officier die als lector aan den generalen staf verbonden is. Vel© gemeenteraden hebben verdaging van de belastingbetaling verzocht, hetgeen door den minister van financiën zial worden toe gestaan tot eind© Maart met het oog op het ongunstige jaar voor den landbouw. Kwlul De Russische terrorist, die onder den naam Mario Calvino te Petersburg wegens deelneming aan het laatste complot veroor deeld is, is gebleken geen Calvino te boeten en geen Italiaansch onderdaan te zijn. De Agenzia Stefani bericht, dat de veroordeelde in de gevangenis is bezocht door den tolk van het Italiaansche gezantschap, die hem ondervroeg; maar hij weigerde elke verkla ring omtrent zijn persoon en zijne nationa liteit. De tolk had den indruk, dat hij een Poolsohe Israenet was. De pas, die bij hem gevonden werd, was afgegeven door den pre fect te Porto Mauritio en door het Russi sche consulaat te Genua den 16. Juli 1907 geviseerd. Professor Mario Calvino, de man op wiens naam de pas is afgegeven, is gevestigd te San Remo, maar vertoeft thans te Rome om een congres van leeraren in landhuis houdkunde bij te wonen. Hij heeft den pre fect van politie medegedeeld, dat hij nooit in Rusland is geweest en den in Petersburg onder den naam Mario Calvino veroordeelde niet kende. Eenigen tijd geleden had een Naar het Zweedseh 30 D*OB PU. W IJ S M A Voorheen had Ihij gedroomd van een ka theder en lectoraat Er waa ook een tijd ge weest dat hij zich in den rechterstoel had zien zitten, liet oordeel sprekend over slor dige hulppredikers, als lid van het Dom kapittel. Maar thans als veertig-jarig man, beperkte hij zijne illusies tot eene uitnoodi- ging bij de Svenssons om den aVond bij hen te blijven, als hij na volbracht dagwerk nog eens even overliep. Dan werd dc staktókro llick met mevrouw Lovisa behandeld en de juridische geleerdheid <met mijnheer Justus, onder een taan el ijk onafgewend staren naar een mooi meiisjes-prof iel, met een ronde, zachte kin, eene droefgeestige uitdrukking in de groote iblauwe oogen en prachtig licht bruin haar. Wenner,bonis voorlaatste illusie was het ge weest, zich door eigen studie voor docent tc bekwamenzijne laatste was Qiet 's avonds te zitten wachten op de gebakken ham, eieren en kaas, uit bijzondere belangstelling voor zijn vroegere leerling. Toen het tegen Kersttijd bekend werd dat Thorsten de fccstweek niet thuis zou door brengen Bsooals eerst bepaald was, had oom Wennerbcm Thilda, die niet verborg hoe dit haar teleurstelde, hartelijk getroosten soms konden zij samen waarlijk vertrouwelijk pra ten over het voor beide altijd belangrijk on derwerp dé jonge baron. „Het is zoo ongelukkig nooit te iweten hoe hij 'het lieéft en Ihoe heb hem gaat; of hiji goeden moed heeft en wat de meesters van zijn wiork zoggen," (klaagde ThiiTda. „Tegen mij 'heeft de barones eens gezegd, dat een professor zijne teekeningen zeer goed vondmaar dat het met schilderen dan het beste ging als hij iets kou schilde ren dait hij voor zich zag en dat- niet leefde. Je begrijpt toch ook, Thilda, dat het wer ken naar een levend model groote bezwaren oplevert. Sommigen hebben jaren lang ge studeerd eer zij dat. konden. Schrijft hij je nooit persoonlijk, Thilda?" vroeg Wenner bom. „Slechts een paar regels met Kerstmis of Nieuwjaar of bij een bijzondere gelegenheid. Maar dat is ook niet van hein te verlangen. „Waarom niet? ,Ik zo,u het niet kunnen en niet willen laten, alls ik in (zijne plaats was," verklaarde Wennerbom, met eene eigenaardige flikkering in de oogen zijne vroegere leerling aanziendle. Ten laaitete viel er sneeuw top de hard be vroren wogen en toen de natuur aldus haar winterslaap begon, ontwaakten de menschen in die eenvoudige streek tot nieuw leven zij werden vroolijker en aardiger; zij maak ten grapjes en lachten om elkanders geestig heid zij bezochten elkander per slede of op schaatsen en aten gebakjes bij warme punch, wanneer zij d'oor-en-door koud aankwamen De vensters van het kantoor van den schout lagen op liet zuiden, zoodat de win terzon daar, op bijzonder heldere dagen, een poosje naar binnen scheen. Dan speelden haar stralen op Wennerboms kortgeknipte haren, alsof zij een pas gemaaid grasveld waren zij kleurden zijne blauwachtige han den met een gouden tint en wierpen een ver goelijkend licht op de scheuren in het over treksel dier rustbank, die zij toch ook tege lijk doden zien Wennerbom zat welgemoed aan den. lessenaar, orders der hooge Regee ring te schrijden, terwijl de rookwolkjes van zijne sigaar in siehlijke kringetjes opwarrel- den. Er werd geklopt en op het tamelijk norsche .„Binnen1" van Wennerbom werd de deur opengedaan en trad Thilda lachend naar den lessenaar. Dadelijk deed Weuner- ,b:m zijn best om een zeer vriendelijk ge zicht tc zetten en vroeg heel Hef „Wel, wel, gaat u er zoo op uitjuf frouw Svensson?" „Ja; ik moest u de groeten doen van mijne moeder en vragen of u <xm zes uur bij ons wilde komen ko-ffiedirinkenwant wij hebben versch gebakken en dan zijn er van aivoind ook vleeschbolletjeswaar u zoo veel van houdt „Mét heel, heel vocil genoegen wil ik komen, lieve Thil juffrouw TMda. En hoe vriendelijk van u dit zélf te 'komen vra gen." „O, het was zoo vervélend tbuis. En ik wdl'de u ook oan Ihet tweede déél hiervan vragen want ik héb niéts te lézen, en niets te doen ook." Zij gaf hem een boék, dat hij met de eeno hand aannam, terwijl hij met zijn andere de hare lïefkoozend streelde, en ze vast hield. Zij trok die met terug. Zij stond hem kahn en vriendelijk in de oogen te zien, maar hij bleef eigenzinnig hare vingers monstei en „Ik héb sseiker een dwang nagel op mijn duim," idalcht Thilda. Plotseling liep Wenneiibom naar den hoek waar zijne overjas (hing. „Willen wij oen oiridje samen omlbopen, Thilda? Het is zulk mooi weer." „Ja, vandaag is het heusdh lékker. Laat ons naar het booeh op Ljungnas gaan." Hij zou het waarom wist. 'hij niet- maar hij zou het aangenamer gevonden héb ben als zij :t ©en weinig minder gewoon had opgenomen. Zij liepen zwijgend een eind het bosc'h dn; zij met haar eigen lichten, maar vasten stap; hij, met zijn ongeregeld trippelen buiten de maat naast haar voort sukkelende, en zélf niet "begrijpend waarom hij zoo vergenoegd was. O, 'het was toch zulk prachtig weerOngemerkt kéék hij naar Thilda. Een aardig, bevallig meisje was zijeigen lijk scheen zij onder dan negentien jaar en hierover verheugde hij zich heel dwaas. Walt ging dat hem aan? Zij was toch maar „Svenssons Thilda'". En de Svenssons wa ren geen vermogende lui en de vader was tamelijk onnoozél'. Over het algemeen werd het gezin niet hoog geteld. Maar... men kén niet weten waar dit gtoed voor iwas. „Het is nu zoo goed als zéker dat ik op volger van Johnstedt worden zal," begon Wennerbom opgewekt, toen zij verder in het boech gekomen waren. De groote, dikke boomen zagen er prachtig uit in hunne witte mantels van sneeuw. „Gélukkig! Dat is aardig. Wat zullen valer en moeder daar blij over zijnriep Thilda, met stralende oogen. Want- die be- vorderingékiwestie was in den laatsten tijd zeer vaak besproken, in de vertrouwelijke thee-airen bij do Svenssons in dc huiékamer. Hij zuchtte even. Hij zou liever 'hebben gezien dat zij hare blijdschap niet 7,00 rond uit te kennen gegeven haddat die althans gepaard had gegaan met een weinig... ja, met- wat? „Ik zal dan moeilijk alleen kunnen blijr ven(bovendien zal het kantoor altijd! aan huis gehouden moeten worden en dlat i8 te voél omhaal voor een ongetrouwd man." „Maar u denkt toch zieker niet altijd on getrouwd te 'blijven, mijnheer Wennerbom f' ..Neen... ik liöb daarin nog geen vast beskuit genomenhet hangt er natuuriijk van af, of..." Een poosje liepen .zij tswijgend voort en teen begon Thilda over vroeger te praten, over haar lief Sundéby, waar zij het zoo heerlijk had géliad en over de leerjaren. Wennerbom ging niet mede met haar ver rukking. „Hm...? Kan Thilda nooit .vergeten dat ik haar onderwijzer gejweest ben?" Zij ibleef 8ti1lstaanzag hem vriendelijk aanstalk hem een kleine bruin wollen handschoen toe en drulkte zijn© hand trouw hartig 011 stevig. „Neen, dat za'l ik nooit veigeten dat will ik ook niét. Ik hloop dat ik nooit zoo schro melijk ondankbaar wezen zal." Euerop had Wennerbom ook wél iets vleiends ibehooren te antwoordenmalar hij nam alleen hoe langer hoe grootcr 6tappen, zoodat Thilda moeite had hem .bij te hoon den. Eindelijk bedaarde hij en toen keesden zij om. Toen het !x>sch ijler werd en men akralbv in 't gezicht kreeg, bleef hij étaan en ooide zacht, met neergeslagen oogen: Wfét t+rvlfd

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1908 | | pagina 1