IV*. 32©. fl" Jaargang. Vrijdag 8 Mei 1908. BUITENLAND. FEUILLETON. 'n Zeemansbruid. AMERSFOORTSCH DA ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden voor Amersfoortf l.OO. Idem franco per post- 1.50. Afzonderlijke nummers- 0.05. Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest dagen. Advertentiënmededeelingen enz.gelieve men vóór 11 uur 's morgens Dij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOF F C°. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Teiephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—5 regels f O.BO. Elke regel meer - O.IO. Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cent* bij voeraitbefcdtng. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement. Eene circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht Keizer Frans Jozef gehuldigd. Onder de berichten vindt men bijzon derheden vermeld van den gedenkwaardigen feestdag, die gisteren te Weenen is gevierd Het jubileumjaar van Keizer Fraais Jozef, het den 2en December 1907 begonnen zes tigste jaar van zijne regeering, is tot dus ver stil voorbijgegaanAan publiek feestbe toon onttrekt de grijze monarch zich bij voorkeur; na de zware beproevingen, die het lot hem heeft opgelegd, vertoeft hij het liefst in stille afzondering. Maar voor deeen ééneu dag heeft hij eene uitzondering ge maakt het bekoorlijke lustslot Schönbrunn, zijn geliefkoosd verblijf, straalde in den vol len luister, waarmee het hoofd van het al oude huis Hahsburg zich kan omgeven. Wel bestond er aanleiding tot feestbetoon op dezen dag, toen de Duitsche Keizer, aan het hoofd van de Duitsche bondsvorsten, aan den patriarch der gekroonde hoofden een welgemeenden gelukwensch bracht. Een zeldzaam feest; van alle monarchen die de geschiedenis kient, heeft alleen Koningin Victoria van Engeland een zoo langen re- geeringstijd bereikt. En een nog zeldzamer schouwspelhet eerbiedwaardige hoofd van het huis Habsburg, dat eene reeks van Keizers aan het oude Duitsche rijk gegeven heeft, gehuldigd door de Duitsche vorsten, wier hoofd hij eenmaal was en die nu, in een nieuwen bondsstaat vereenigd, zijne trouwe bondgenooten zijn. Toen Keizer Frans Jozef nu zestig jaren geleden, in het omwentelingsjaar 1848, den troon beklom, stond Oostenrijk nog aan het hoofd van den Duitschen bond. Nog vijftien jaren later, in Augustus 1863, presideerde Keizer Frans Jozef te Frankfort a/M. den Duitschen vorstendag, dien hij had bijeen geroepen om te beraadslagen over voorstel len tot hervorming van den Duitschen bond. Eén ontbrak echter op dezen vorstendag, de Koning van Pruisen, en diens afwezig heid was oorzaak, dat het doel, waarmee de vorstendag was samengekomen, mislukte. Drie jaren later werd op de slagvelden in Bbhemen de weg gebaand tot de hervor ming, die Pruisen verlangde; Oostenrijk werd voor goed uit den Duitschen bond ge sloten en eene nieuwe boud werd gevormd, waarin aan Pruisen de leiding werd opge dragen. Dat was in de dagen waarin men zong Es gibt nur eine Kaiserstadt und das ist Wien, Es gibt nur ein Raubernest und das ist Bei^lin. Maar in die dagen werd ook de kiem ge legd tot de nieuwe betrekking tusscken Duitschlaud en Oostenrijk, waarvan men gisteren de vrucht heeft kunnen aanschou wen. In den av"ond van den slag van König- gratz zeide Bismarck,,De twistvraag is beslistnu komt het er op aan de oude vriendschap terug te winnen.'' En hij heeft de daad bij het woord gevoegddoor het vredesverdrag van Nikolsburg, dat het Oostenrijkse he gebied geheel ongeschonden liet, bood hij Oostenrijk de hand om zich met den nieuwen toestand t3 verzoenen. Daardoor werd de weg gebaand tot het bondgenootschap, dat sedert een menschen- 'leeftijd Duitschlaud en Oostenrijk samen verbindt. Dit bondgenootschap is gisteren opnieuw 'bezegeld in de groote spiegelzaal van het paleis te Schönbrunn, waar de kleinzoon van den vorst, die hem in 1866 met den ster ken arm uit den Duitschen bond zette, aan het hoofd der Duitsche bondsvorsten hem hun aller geilukwenschen in gevoelvolle woor den vertolkte. ,,Een patriarch onder de souvereinen van Europa zoo schreef de Neue Freie Presse aan den vooravond van dezen dag rijk aan ervaringen en smar ten en in bestendige, nimmer rustende be moeiingen, zich tot het hoogste aanzien door worstelend, heeft Keizer Frans Jozef eene bijzondere plaats onder de vorsten en vol ken. Er is niemand in de wereld, die niet weet, dat op zijrn woord te bouwen is, dat hij betrouwbaar is als bondgenoot, oprecht als vriend en een machtige steunpilaar van den vrede, rechtvaardig en welwillend jegens alle staten. Wat sinds lang in de staats- kabinetten bekend is, bomt tot openlijke uitdrukking en tot het algemeen bewust zijn, wanneer Keizer Wilhelm en de Duit sche bondsvorsten naar Schönbrunn rijden om aan Keizer Frans Jozef hun eerbied te betuigen." Duitschland. Be r 1 ij n, 7 M e i. De Norddeutsche All- gemeine Zeitung bericht, dat Keizer Frans Jozef aan den rijkskanselier vorst Bülow de brillanten bij het grootkruis van de orde van St.-Stefanus heeft verleend. B e r 1 ij n 7 Mei. De rijksdag heeft heden in derde lezing aangenomeu de drie overeenkomsten betreffende het. internatio nale privaatrcht, die deu 17en Juli 1905 te 'sGravenhage onderteekend zijn. De rijksdag heeft verder de nog aan hangige werkzaamheden afgedaan en zich daarna verdaagd tot den 20en October. De rijksdag heeft, alvorens uiteen te gaan, zijne sympathie uitgedrukt met het feest van Keizei Frans Jozef en het bureau opgedragen aan dit gevoel in een gepasten vorm uitdrukking te gewen. De zittingen van den rijksdag zijn ver daagd tot 20 October. Dtat beteekent, dat de rijksdag voor den 20en October geene vergaderingen kan houdenintussohen is het buis niet verplicht reeds den 20en Oc tober voor zijne eerste vergadering bijeen te komen. Het voornemen bestaat, de eerste openbare vergadering eerst den 3en Novem ber te doen plaats hebbenvooraf zal alleen de commissie voor de „Gewerbe ordnung" bijeenkomen. Daarvoor "bestaat een prece dent uit het jaar 1890, toen de rijksdag bij keizerlijk besluit verdaagd, werd van 8 Juni tot 8 November, maar eerst den 25en No vember bijeen kwam. Ook toen was eene commissie werkzaam tot wijziging van de Gewerbeordn ungdie eveneens reeds een i- ge weken voordat de zittingen 'begonnen, bij eenkwam om haar weik voort te zetten. Op de vordering van het 0. M. te Ber lijn is last gegeven, dat Riedl en Ernst, de beide getuigen die te Münohen bezwarende verklaringen tegen vorst Eulenburg hebben afgelegd, naar Liebeniberg gebracht zullen "worden om daar door eene gerechtelijke com missie tegenover vorst Eulenburg te worden verhoord. Brussel, 7 Mei. Het schijnt zeker te zijn, dat de oonferentie tot herziening van de regeling van de invoer van wapenen in Afrika de verbodebepalingen, opgenomen in de akte van Brussel, zal verscherpen wat den invoer van wapenen betreft, maar het schijnt weinig waarschijnlijk, dat het gebied, waarvan de regeling geldt, belangrijk zal worden uitgebreid buiten de thans bepaal de grenzen. Brussel, 7 Mei. De Kamer heeft de internationale overeenkomst van Bern, be treffende het verbcd van nachtarbeid voor vrouwen, werkzaam in de nijverheid, goed gekeurd. Engeland. De beide ministers, die bij de reconstruc tie van het kabinet tot pairs benoemd zijn, hebben na eedsaflegging zitting genomen in het hoogerhuis. De kanselier van het hertogdom Lancaster, Sir Henry Fowler noemt zich thans visoount Wolverhanpton de minister van Indië Morley, heeft zijn naam behouden en heet voortaan viscount Morley of Bl'ackburu. Louden, 7 Mei. De eerste minister A&quith diende heden de begrooting in in eene buitengewoon druk bezochte vergade ring van het lagerhuis. De uitkomsten van het jaar 1907 nagaande, zeide hij, diat de buiteulandsche handel van Groot-Brittannië zoowel in omvang als in waarde grooter was geweest dan ooit te voren. Deze uitbreiding was een deel van oene internationale be weging. Op het einde van 1907 waren overal keuteekenen aanwezig, dat die 'beweging aan het afnemen was, maar de Britsche handel heeft geen heftige schokken ondervonden en de tegenwoordige aanwijzingen duiden niets anders aan dan eenige vertraging in de mate van uitbreiding. Het batig saldo dat het afgeloopen dienstjaar heeft opgeleverd, bedraagt 4,726,000 pd. st In dat zelfde iaar is de nationale schuld met ongeveer 18,000,000 pd. verminderd, en in het loopende jaar zal zij verder ver minderen met bijna 15,000,000 pond, .zoo dat tegen deu 31en Maart van het volgende jaar de schuld zal zijn teruggebracht tot het bedrag, waarop zij twintig jaar geleden stond. (Toejuichingen). ,,De tijd is nu gekomen, waarop wij den maatstaf, waarnaar de schulddelging tot dusver heeft plaats gehad, mogen vermin dereu en een deel van de inkomsten, die \»t uu toe daarvoor besteed zijn, voor een ander doeleinde mogen gebruiken". De totale raming van de uitgaven voor het jaar 1908/09 is 152,869,000 pond, die van inkomsten op den grondslag van de bestaande belastingen 157,770,000 pond, zoodat het geraamde batig saldo is 4,901,000 pond. De suikerrechten zouden kunnen ver minderd worden van 4 sh. 2 d. tot 1 dh 10 d. per centenaar. Voorgesteld wordt leeftijdspensioen van 5 sh. per week te verleenen aan alle personen boven 70 jaar, wier inkomen niet meer dan 10 sh. per week bedraagt. Naar schatting zullen de kosten van deze ouderdomeverzekering 6,000,000 pond per jaar bodragen. Aange zien deze verzekering echter niet voor 1 Jan. 1909 in werking zal treden, zullen de koeten in het loopeude dienstjaar slechts 1,200,000 pd. bedragen. De vermindering van de suikerrechten zal een verlies van inkomsten van 3,400,000 pd. veroorzaken. Hierdoor en door verschillen de andere maatregelen wondt het geraamde overschot voor het loopende dienstjaar op 240,000 pd. geschat. De vermindering der suikerrechten aal in werking treden van 18 Mei af voor ruwe en geraffineerde suikers en van 1 Juli af voor artikelen, uit suiker bereid. De begrooting werd over het algemeen in parlementaire kringen gunstig ontvangen. Volgens een bericht van de Chronicle uit Plymouth heeft de admiraliteit tot nader order verboden het gelijktijdig afvuren van alle paarsgewijze opgestelde 12 oM. kanon nen aan boord van de linieschepen en krui sers. Dit verbod wordit hieraan toegeschre ven, dat bij de schietoefeningen, die on langs helbben plaats gehad op den nieuwen kruiser Indomitable, bij het gelijktijdig af vuren van de zware stukken geschut ern stige beschadigingen zijn toegebracht aan de booten en aan den scheepsromp. Londen, 7 Mei. De Frausche minister van handel, Cruppi, woonde hedenavomd lie. jaarlijksche feestmaal bij van de Franse he Kamer van Koophandel te Londen, waa b* de Fransche gezant Caimbon voorzat. Er werden hartelijke dronken uitgebracht. Mi nister Cruppi stelde in het licht, dat oe bcLangen der Britsohe eu Fransche hande- 'aren in geen enkel opzicht met elkaar in strijd zijn geraakt. Spanje Madrid, 7 Mei. De Koning heeft ter gelegenheid van deu verjaardag van den prins van Asturië een besluit geteekend, waarbij gratie wordt verleend aan Naekens, Harra en Mato, die veroordeeld ziijn naar aanleiding vau deu aanslag op zijn huwe lijksdag. Oostenrijk. Weenen, 7 Mei. Het Duitsche Kei zerpaar met gevolg kwam heden morgen hier aan in het station Pon zing met Keizer Frans Joaef. die zijne gasten was tegemoet, gereisd. De Duitecha Keizer hield in den hofburg eene rede, waarin hij o.a. zei: De genade vau de Voorzienigheid stolde ons heden in staat ons hier te vereenigen. Twee men- scht-ngeslaohteizagen Uwe Majesteit ncviig jaren wijden aan liet wolizij n on don voor spoed van hare volken. Het hart van Uwe Majesteit moet vervuld zdju van Teohtmati- gon trots en groote voldoening over de lief de en de dankbaarheid van uwe onderda nen. Niet alleen uwe eigen onderdanen, maar de gansahe wereld buigt zich met oor- bied en bewondering voor uw. Drie ge slachten van Duitsche vorsten, hier ver eenigd, beschouwen Uwe Majesteit als hun voorbeeld.. Weenen, 7 Mei. Keizer Frans Jozef was de Duitsche Keizerlijke familie tegemoet gegaan naar het station Meddling, vanwaar de keizerlijke trein langs de ceintuurbaan naiar Ponzing, hot station van Schönbrunn, reed. Aan het station en tot aan liet kasteel Schönbrunn stond een groote menigte ge schaard, die de twee Keizers warm toejuich te. Ondenks den regen wachtte een talrijke menigte het voorbijrijden der Duitsche vor sten langs de Mairiahilfstraat af. Alle bladen begroeten de Dbitsche vorsten met sympathie en drukken hunne vreugde uit over de betooging van heden, die een bewijs is van de vriendschap, die beide vol ken verbindt. Het slot van de reeds vermelde toespraak van den Duitschen Keizer luidt aldus ,,Door een arbeid van 60 jaren hebt gij ons een schitterend voorbeeld gegevenwijl zijn daarom gekomen als trouwe vrienden' en bondgenooten om getuigenis af te leggen van de hartelijke gevoelens van innige vriendschap en toewijding aan den edelen vorst, den trouwen bondgenoot, den machti gen steunpilaar van den vrede, over wien wij 's Hemels rijkste zegeningen ais moeken." Keizei' Frans Jozef antwoordde daarop: ,,Ik wensch mij zelf er geluk mee van Uwe Majesteit de betuiging te hebben mogen ont vangen van de zoo kostbare vriendschap, die Uwe Majesteit, de souvereine vorsten en vertegenwoordigers van de Hanze-steden mij toedragen. Doze betuiging zal 'behooren tot de dierbaarste herinneringen van. mijn leven. Ik verzoek u de verzekering te willen aan vaarden van mijne diepgevoelde dankbaar heid. Ik mag deze betuiging van hartelijke toe genegenheid wel aanvaardieu als eene plech tige verkondiging van het monarchale begin sel, waaraan Duitschland zijne grootheid en macht te danken heeft en waaruit Oosten rijk ook zijine krachten put. Ik heb steedis in de onwrikbare trouw van mijne volken de noodige kracht gevonden voor de vervulling van nüjne zware plichten. Het groote aantal der hier bijeengekomen Duitsche vorsten is de sprekendste bevesti ging van ons innig en onverbreekbaar ver bond, dat geene andere dan vredelievende doeleinden nastreeft en dat, dank zij de vrede lievende gezindheid der andere mogendhe den, zijne taak zal blijiven vervullen tot in' de verst verwijderde toekomst. Ik smeek de Voorzienigheid, dat Zij Uwe Majesteit, de Duitsche vorsten en de Kei zerin, wier tegenwoordigheid mij bijzonder aangenaam aandoet, onder hare heilige hoe de zal nemen." De Keizer ontving het volgende telegram van den Koning van Italië: ,,In het jaar, waarin Uwe Majesteit uw 60-jarige regeering herdenkt, sluiten alle vorsten en staatshoof den zich aan bij de heilbeden, de geluk'wen- schen en de betuigingen van toewijding van de volken der monarchie. Van ganscher harte neem ik deel in deze gelukkige ge- bcuitcni» oa verklaar ik in te etenxmen met de gevoelens van toegenegenheid, die de Duitsche Keizei', onze bondgenoot en vriend, heden persoonlijk u zal kenbaar maken." De Keizer antwoordde daarop: ,,Ik ben zeer gevoelig voor de kiesche attentie van Uwe Majesteit om mij geluk te wenschen op den dag, waarop Keizer Wilhelm, onze bondgenoot en vriend, en de Duitsche vor sten om mij vereenigd zijn. Ik breng Uwe Majesteit persoonlijk dank en verheug mij over dit nieuwe bewijs van het nauwe bondgenootschap en de innige en groote vriendschap, die ons verbinden." Dos avonds zat Keizer Frans Jozef voor aan het feestmaal, dat in het paleis te Schön brunn giegeven werd en waarbij het Duitsche Keizerpaar met zijne beidie kindleren, de Duitsche bondsvorsten, de leden van de Oos tenrijk sche keizerlijke familie en vele hoog waardigheids bekieediers aanzaten. Later in den avond is de Duitsche keizer lijke familie, na een bijzonder hartelijk af-- scheid van Keizer Frans Jozef, naar Donaue- schingen vertrokken. De andere Duitsche vorsten hebben eveneens meemendeels Wee nen verlaten. Weenen, 8 Mei. In zijn toost- op het feestmaal drukte Keizer Frans Jozef, na 1 BOOR THERESE HOVEN. „Is Nan weer op haar stokpaardje?" vroeg Marion, die een heel bescheiden her dersuurtje aan 't genieten was. ,,Je moet weten" voegde ze er, bij. wijze van verklai- ring bij, „dat Nan dol graag voor doctores had gestudeerd, maar dat papa er tegeu was." „Wacht maar," bromde Nan, „later doe ik 't toch. Zoodra ik meerderjarig 'ben, begin ik. Tante Charlotte zegt, dat 't nog best kan, trouwens zij heeft 't zelve bewe zen." „Lieve Nan, deuk nu toch niet, dat jij ooit zoo zult worden als tante Charlotte, die is gewoon een wonder, dat zegt ieder een." „Ik behoef nu ook juist geen 'beroemd heid te worden, als ik maar redelijke exa- mejis afleg en een 'bruikbaar lid van 't gilde word." Marion keerde zich weer tot Jan en Na-n- <9 vertelde Annette vau tante Charlotte, tlie nu een der beroemdste vrouwelijke dok ters van Engeland was. „AIS je eens denkt, ze is een eigen zus ter van mam'a en tante Julia, alleen veel ouder, maar ze had toch dezelfde soort van opvoeding gekregen. Ze was gewoon groot gebracht en trouwde heel jong met een ci viel ambtenaar in Indië.'1' „Engelsch-Indië meen-je zeker?" „Natuurlijk, als wij. zeggen Indië, bedoe len wij Engelsch-Indië, onze eigen koloniën. Oom liad een betrekking dicht bij Madras, een schandelijk slecht klimaat en doodelijk voor kinderen. Toen zij er dan ook een paar had, besloot tante Charlotte ze naar Europa te brengen en tevens om maar een paar jaar bij, ze te blijven, tot ze wat groo ter waren. Ze kon bet niet van zich ver krijgen om die kleine babies aan vreemden over te laten.41 „En kon ,ze zoo lang van liaar man af vroeg Annette, met een eijdelingschen blik op het jonge paar. „Ze moeöt wel," verzekerde Nan, „ze vond, dat de kinderen voorgingen." „En ik geloof nooit, dat zo erg dol op oom Archibald wias," viel Marion in, aan wie Annette's öteitenh'ieb niet ontgaan was. „Anders had ze hem niet voor vijf of zee jaar verlaten." „Misschien gebruikte ze haar verstand1 en liet dat zegevieren boven keur hart en haar kinderachtig verlangen," merkte An nette scherp op. Marion keek met angstige smeekoogen naar Jan, die zijn zuster onuitstaanbaar vond. Hij verborg zijn misnoegen echter, zoo goed en zoo kwaad als 't ging en zei „Stil nu, Annette, laat Miss Nancy verder vertellen." „Nu, tante Charlotte ging dan voor eenige jaren naar Engeland terug en ze maakte zich dien tijd ten nutte om voor doctores te studeeren. Was dit niet kra nig? Ze had gezien, hoeveel behoefte er in Indië aan geneeskundige hulp was, vooral voor vrouwen en toen ze terug keerde, was ze fully qualified, zooals wij 't noemen." „En hoe vond uw ooni het om een ge leerde, in plaats van een huisvrouw, terug te krijgen?" vroeg Jan glimlachend. „Och! hij had ook zijn werk; waarom kon tante het hare niet hebben? Ze had nu geen kinderen meer om voor te zorgen, en op die manier troostte ze zich over hun afzijn. Ze bleef toch een trouwe moeder in tie verte en schreef elke week aan de kin deren." „En had ze veel praktijk?" „O! ja. Voor de inlandsche vrouwen, die geen mannelijken arts mogen raadplegen, was ze een ware zegen." „En hoe lang bleef ze er?' „Een jaar of aökt, geloof ik. Toen stierf oom en vond ze het toch maar beter, voor goed, naar Engeland terug te keeren, ook al weer voor de kinderen. Zoodra ze in 't moederland terug was, vestigde zij zidh in Londen. Ze was toen drie-en-veertig, dus uiet heel jong meer, maar ze onderscheidde zich zóó, dat ze weldra naam maakte. Ze is nu in de vijftig en hoeft een prachtige praktijk, ze is een van de knapste opera teurs en wordt, zelfs door heeren profes soren, in consult geroepen." „En haar kinderen?" „O! die zijn nu volwassen. Haar eene doohter is al getrouwd, ook met een dokter die twee hebben samen een kliniek voor vrouwen. Zij doet het huishouden en zorgt voor de administratie en voor het stoffelijk welzijn tier patiënten en hij doet de operaties en zoo wat, maar alles onder leiding van tante Charlotte." „We moeten er hier uit," merkte ze, op veranderden toon, op. „Dit is ons station." Ferst een zwarte, donkere ruimte, de lucht bezwangerd met rook en zwavelgeuren, toen een hooge, dönkero trap, dat was 't station van den onderaardsehen spoorweg, waar ze beland waren. Toen ze buiten waren -gekomen, ging Jan instinctmatig naast Marion loopen, een eind je voor de anderen uit, en vroeg 'hij, hoe ze over haar tante Charlotte dacht en of ze 't ook in zich voelde, om zulk ecu vlijtige werkster en zulk een ernstige voorstandster der emancipatie te worden?" Lachend schudde ze 't hoofd. „Ik? O! nee, heelemaail niet, ik ben een doodgewoon meisje. Ik heb aanleg voor niets „Voor niets? Wat een bekentenis en dat tegenover je man... „Je bent mijn man nog niet." „Ik hoop 't toch te worden. Maar zeg eens, kleintje, nu we eindelijk eens allee® zijn „Alleenen dat in dit gedeelte, een der druks/te buurten van Londen weet-je wel, dat we in Ludgate-Hill zijn? We had den bier niet moeten uitstappen, ik weet niet, wat Nan bezield heeft." En terug gaande, zei ze: „Zeg eens, wat moeten we hier doen?" „Ik had een omnibus naar Piccadilly Cir cus willen nemen, maar jij holde zoo vooruit. We zouden immers in 't Criterion eten, maar ik vind 't bespottelijk, we zullen ons zoo vreesdijk moeten haasten om dan nog op tijd in Whitechapel te zijn." „Ik weet wat", stelde Jan voor. „We nemen een hansom, die 'brengt ons in een oogen'blik, waar we zijn moeten en dan, oa ons diner, weer een." „We kunnen onmogelijk met ons vieren in één -hansom," zei Nan. „Dan nemen we er twee." Ein in minder dan geen tij|d had Jan zijn zuster eoi Nancy Roodford in een van die ideaal straat-rijtuigjes gezet en zelf met Ma rion in een tweede plaats genomen. „Gedraag je nu behoorlijk-, Mr. Jan," ver maande Marion, ,„want... bedenk, dat de koetsier alles zien en hooren kan. Hij zit wel-is-waar, achter ons en hoog in de lucht, maar er is een kijkgaatje," en ze wees hem, in het plafond en de caib, een vierkant luik je aan, dat open en dicht ging en de com municatie vormde tuasdhen passagiers en voerman. „Toe wees eens even ernstig," hernam hij. „Luister eens goed, Marien. Ik moet een dezer dagen, met je papa spreken, diat kan niet anders en wat moet ik hem dan zeggen?" „Wel... natuurlijk, dat je van mij houdt en met me trouwen wilt." „Maar dan zal do eerste vraag van je papa zijnMeneer, waar wilt u op trou wen En dan moet ik hem antwoorden dat ik een redelijk goede bet rekking heb en tamelijke vooruitzichten, doch dat ik je beloofd heb die op te geven... „Je maakt er mij toch geen verwijt van? Dat is niet edel' en ook niet kieech... Wordt vervolgd

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1908 | | pagina 1