7. 363. 6W Jnaryang. BUITENLAND. FEUILLETON. 'n Zeemansbruid. Per 3 maanden voer Amersfoortf 1.00. Idem franco per post1.50. Afzonderlijke nummers- 0.05. Deze Ceurant verschijnt dagelijks, behalve op Zen- en Feest dagen. Advertentiënmededeelingen enz.gelieve men vóór 11 uur morgéns de Ditgevera in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C°. Utrsohtschestraat I. Intercomm. Telephoonntimmer 66. Van 15 regels f 0.50. Elke regel meer - 0.10. Dienstaanbiedingen en aanvragen 35 cents bij voeruitbefcaKng. Groote letters naar plaatsruimte. Veer kandel en be&ijf bestaan zeer veordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement. Eene circulairebevattende de voorwaarden, werdt op aanvraag toegezonden. A.an hendie met i Juli a. s. op dit blad inteekenenworden de nummers die gedurende de maand Juni nog zullen ver schijnen kosteloos toege zonden. Politiek Overzicht Moeley Hafid te Fez. Moeley Hafid houdt thans verblijf te Fez, waar hij onder het gejuich der bevolking zijn intocht heeft gehouden. Dit is eene ge beurtenis van groote heteekenis :n de ge schiedenis van Marokko. Een lid van het door Moeley Hafid naar Parijs gezonden ge zantschap heeft zich daarover aldus uitge laten „Wij zijn het allen eens in de verzeke ring, dat de intocht van Moeley Hafid in Fez in de heclendaagsche geschiedenis van Marokko een feit van beslissend gewicht is. Er kan nu eigenlijk geen aarzeling meer zijn Moeley Hafid is de eigenlijke souverein van ons landhij alleen kan aanspraak maken op dezen titel. Reeds in Marakesoh erkend, is hij nu als zoodanig ook in do eerste van onze heilige steden begroet. Aan Abdel Aziz blijft nu nog slechts over, zich voor dit oordeel te buigen en zich aan zijn broeder te onderwerpen. Men bedenke, dat Abdel Aziz nog slechts, en met groote moeite, in de havens alleen erkend wordt, waar de Europee6che troepen zijn. Wanneer deze troepen zich terug trekkeu, dan zou Abdel Aziz geen enkelen aanhanger meer hebben. Zijne familie zelfs verlaat hem. Moeley Hafid is zoozoor de souverein van Marokko, dat in het ganse he rijk, van de kust der Middellandsche zee tot het verst afgelegen Sahara-gebied, zijn naam nog slechts in de gebeden wordt genoemd". Ook in een brief, dien het Journal des Débats uit. Tanger heeft ontvangen, wordt erkend, dat het gezag van Abdel Aziz den zwaarsten slag, die denkbaar is, beeft ont vangen. In een georganiseerd land, eene werkelijke natie zooals wij in Europa ken nen, zou geen herstel daarvan mogelijk zijn. Maar in Marokko, te midden van een amal gama van in regeeringlooslieid levende stam men, gaat het anders toe. Slechts een derde van het land, het blad-el-makzen, heeft ziöh bemoeid met den strijd tusschen de beide broeders. De rest van Marokko, het berg land, heeft zijn onafhankelijk en wild be staan voortgezet, en wannéér een harka van Tafilelt is gegaan naar zuidelijk Oran, in naam van het Hafidisme, dan was dat vooral om handelsrancunes en plaatselijk fana tisme te bevredigen. De stammen van het blad-el-makzen waren opgetogen over de gelegenheid, die hun geboden werd om hunne onafhankelijkheid en hunne vrijheid ken baar te maken. Maar bij zijne komst te Mekinez heeft de pretendent te verstaan ge geven, dat het tijdperk vau wapengekletter en heiligen oorlog geëindigd was en hij een sultan wenschte te worden zooals zijne vade ren, en dat hij bewijzen van een kalm en gematigd gezag moest geven om te worden erkend door de mogendheden. Aan dat ge zag ontbreken echter zoowel de hulpmidde len, waarover het maghzen van Aziz nog be schikt, d. w. z. de invoerrechten, als de bij dragen die de stammen reeds weigeren te betalen, nu het niet meer te doen is om het leveren van veldslagen en het plunderen der buren. Voorts beweert deze Sclir., dat Moeley Hafid zijne zaak bedreigd ziet door de ontevredenheid tegen hem, die reeds ont staan moet zijn te Fez en te Mekinez onder zijne vroegere bewonderaars Met deze laatste bewering zijn in strijd' de berichten uit Fez, die gewagen van de geestdrift, die onder de bevolking heerscht over den intocht van Moeley Hafid. Is er meer grond voor zijne andere beschouwin gen? Een schrijver van gezag, Eugène Aubin, ambtenaar aan het Fransche depar tement van buiten land sc he zaken, deelt in zijn werk over hot hedendaagsohe Marokko over den aard der soevereiniteit va,n den Marokkaanschen sultan mede, dat zij hoofd zakelijk berust op haar sjerifisch karakter, d.i. op hot feit, dat de afstamming van do regeerende dynastie teruggaat tot Fatirna, de dochter van den profeet.. Hierdoor is de sultan de erfgenaam van eene Raraka, d.i. van de ga.ve om voor zijne onderdanen den zegen van Allah te verwerven. Deze erfe lijke en ondeelbare Baraka maakt den Sul tan tot den gezalfde des hemels, en zij is voor het volk de eigenlijke inhoud van do souvereiuiteit, die het aan de tegenwoordige dynastie toekent. Het bewijs, dat hij deze Baraka bezit en haar erfelijk bezit niet door onwaardigheid verloren heeft, moet de sultan echter door de daad leveren. Het eenige gevaar, dat den gekroonden sjerif kan bedreigen, is zoo schrijft Aubin dat tegenover hem een andere persoon op staat, die met eene Baraka van krachtiger werking is uitgerust en door zijn succes toont, dat de straf des hemels op den schul digen suitan is neergedaald en dat hij zijne Baraka verloren heeft. Het schuldig had den de ulema's van Marakesch, en op hun voetspoor die van Fez, reeds in Januari over Abdel Aziz uitgesproken. Zijne schuld zal nog stijgen, naarmate hij zich meer aau het land vertoont als beschermeling van de Fransehen, als de man die tegien zijn volk hij de ongeloovigen hulp zoekt. Moeley Ha fid echter heeft met zijn tocht naar Meki- nes en thans naar Fez voor het volk het succes aan zijne zijdie. Hij is voor het volk nu de ,,9jerif el Baraka' der dynastie en als zoodanig niet alleen de politieke maar bovendien de door AH ah en den profeet rechtmatige sultan van Marokko. Er vaat dus niet aan te twijfelen of de zon van Abdel Aziz is nu ondergegaande revolutie ten gunste van Moeley Hafid is voor de geloovigen van Marokko niet al leen politiek, maar ook, wat voor hen nog zwaarder weegt, uit godsdienstig oogpunt ©en voldongen feit. Duitschland. He bericht van de Dortmunder Ztg. over door den Keizer gesproken woorden toen hij in het kamp te Döberitz met zijne offi cieren dejeuneerde, wordt door het Berliner Tageblatt bevestigd. Het Fransche agentschap Havas verklaart, op girond van inlichtingen uit Duitsch© re- oeeringskringendat men daar niet in staat is te zeggen of de aan den Keizer toegeschre ven verklaring juist is of niet. Men doet echter opmerkeudat als de toespraak ge houden is, dat niet in de vorige week ge schied is, maar een dag of veertien geleden, dus vóór de samenkomst te Beval. Een paar weken geleden, na de troepen- manoeuvres in het kamp te Döberitz, sal de Keizer zeker, zooals zijne gewoonte is, eene kritiek geleverd hebben op de oefeningen. Hij kar daar eenige opmerkingen hebben bijgevoegd over den toestand van het leger. Misschien heeft hij ook de vraag aangeroerd of het Duiteche leger gereed was of niet.. Dergelijke beschouwingen worden dikwijls gehouden dbor alle legeraanvoerders, wan neer zij zich op het raanoouvre-veld en te midden van militairen bevinden. Men heeft er ten slotte nog bijgevoegd: „Wanneer de aan den Keizer toegeschreven woorden wer kelijk zijn gesproken, dan zullen zij gebleven zijn binnen zuiver militaire grenzen, en in ieder geval zijn het geene politieke verkla ringen." Overigens schijnen de vreemde militaire attaclhés niet bij deze oefeningen tegenwoor dig te zijn geweest; zij waren ook nieb ge- noodigd tot de laatst gehouden manoeuvres. Wat de Dortmunder Zeit-urg daarover heeft medegedeeld, was onjuist. Berlijn, 16 Juni. Van de verkiezin gen wa6 om 9 uur hedenavond de uitslag be kend in 250 districten. Gekozen zijn 413 afgevaardigden. Gerangschikt volgens de partijen zijn gekozen143 conservatieven, 56 vriji-conservatieven, 62 nationaal-libera len, 20 leden van de vrijzinnige volkspartij, 7 van de vrijzinnige veneeniging, 102 cen trum leden, 15 Polen, 3 sociaal-democraten (Lindien, Berlijn V en Berlijn VII), 2 Denen en 3 tot geen partij behoorenden. Tweede telegram. De einduitkomst is, dat gekozen zijn 152 conservatieven, 59 vrij-conservatieven, 64 nationaai-li'beralen, 28 leden van de vrijzinnige volkspartij, 8 van de vrijzinnige vereenigmg, 15 Polen, 6 so- ciaal-demokraten, 2 Denen, 3 tot geen partij beboerende leden, in 't geheel 442 afgevaar digden. In Berlijn XII (Moabit) moet her stemming plaats hebben. De Duitsdhe vlootvereeniging heeft eer gisteren hare algemeen© vergadering te Dantzig gehouden, waarin de crisis schijnt te zijn bezworen, die de vereeniging be dreigde. Sedert de vergadering te Kassei had de vereeniging een voorloopig bestuur, omdat vorst Salm-Horstmar en generaal Keim hun ontslag hadden genomen, de laat ste als voorzitter van het dagelijksch be stuur. De vereeniging moet naar hare sta tuten eene niet-politieke vereeniging zijn en zich niet bezig houden met politieke vloofr- propaganda. Onder het bestuur van gene raal Keim had zij echter politieke doelein den nagestreefd en was tot een bron van twist en onrust geworden. Prins Rupprecbt van Beieren toonde zijne ontstemming hier over door het protectoraat over de Beiersche afdeelingen neer te leggen. Daarmee brak de strijd uit. De ij vera ars, die l'nm aan hangen, verlangden, dat de vereeniging zou wonden verklaard tot eene nationaal-poli- tieke vereeniging, en kwamen met het oog daarop voor statuten-wijziging op. Daarte genover werd er tegen gewaarschuwd om de vlootvereeniging, die een ruim en dankbaar arbeidsveld heeft te bewerken buiten de politiek, tot een verwekker van onrust onder het volk te maken. In de vergadering te Dantzig heeft de ge matigde richting de overhand behouden. Het voorstel tot statutenwijziging werd ver worpen en met groote meerderheid werd eene motie aangenomen, verklarende dat de Duitsche vereeniging eene vaderlandsche ver eeniging is, die boven de verschillen der partijen en gezindten staat en dus geen par tijpolitiek voert. Bij .de verkiezingen voor het nieuwe be stuur werd tot voorzitter herkozen vorst Salm-Horstmar. Deze had echter, evenals alle leden van het vorige bestuur, vooraf verklaard eene benoeming niet te kunnen aannemen; voor het geval dat hij bij zijn besluit mocht volharden, werd tot zijne vervanging gekozen groot-admiraal von Koster. In het nieuwe bestuur zijn ook eenige Zuid-Duitsche leden gekozen en als bewijs, dat de vrede gesloten is, werd be paald, dat de volgende algemeen© vergade ring te Neurenberg zal worden gehouden. De Duitsche vlootvereeniging is in April 1898 opgericht met vorst Wilhelm van Wied als voorzitter. Tot beschermheer werd prins Heinrich van Pruisen gekozen, die dit nog is. In het laatst van 1903 telde de vereeni ging 630,000 leden; thans bedraagt dat ge tal ruim een millioen. B e r 1 ij n, 16 Juni. Volgens een mede- deeling in de bladen is de behandeling door de rechtbank van gezworenen van het proces tegen vorst Eulenburg, beklaagd van mein eed eü aansporing tot meineed, bepaald op 29 Juni. Bftlftlft. Brussel, 16 Juni. De Kamer behan delde heden de interpellatie over de ramp bij Oontich. De minister van spoorwegen deed uitkomen, dat het ongeluk te wij ten was aan een arbeider, die verzuimd had het waarschuwingssignaal te openen en den wissel niet- had omgezet. De machinist van den express-trein had vorgeefeche pogingen gedaan om te remmen. Deze ramp is de grootste, die ooit op spoorweggebied in Bel gië is voorgekomen, want tot dusver was nog nooit het cijfer van 40 dooden en 24 gewon den bereikt. De minister voegde hieraan toe, dat de administratieve en gerechtel ke instructie nog niet beëindigd is. Aan de slachtoffers zullen schadeloosstellingen wor den toegekend en de schuldigen zullen ge straft worden. Er zijn maatregelen genomen om in het vervolg dergelijke rampen te voor komen. Maandag voortzetting. Frankrijk. P a r ijs, 1 6 J u n i. In den* Senaat werd de behandeling van ie naasting van den Westerspoorweg voortgezet. De minister Bartkou leest een brief voor van de Or- leaus-maatschappij, waarin wordt aangebo den de onderhandelingen te hervatten over de verbetering van het 8taatsspoorwegnet Het antwoord daarop was geweest, dat eene hervatting van de onderhandelingen onmogelijk was. De voortzetting van het debat over deae zaak is verdaagd tot Donderdag. Parijs, 16 Juni. De Kamer behan delde heden de artikelen 32 tot- 41 van het wetsontwerp op de inkomstenbelasting, die handelen over de inkomsten uit nijverheid en handel. Leroy-Beaulien verzocht, dat art. 32 zou worden aangehouden tot art. 96, waardoor de reeds goedgekeurde artikelen naar den Senaat kunnen worden verzonden en de toegezegde ontheffing van den land bouw kan worden verwezenlijkt. Na bestrij ding door den rapporteur Renoult werd het amendement Leroy-Beaulieu ver ,rorpen met 447 tegen 4 stemmen. De amendementen Beuaret en Dior, strekkende om de artt. 32 tot 41 naar de commissie terug te zen den, werden verworpen met 296 tegen 225 stemmen. Parijs, 16 Juni. De minister vam buitenlandsche zaken heeft in ©ene rede op een gastmaal van de demokratische republi- keinsche vereeniging gezegd, dat Frank rijk een groot bondgenootschap heeft ge sloten, dat versterkt is door nauwe en hech te vriendschapsbanden. Het nieuwe gezag, dat het daardoor ontvangen heeft, is door Frankrijk slechts gebruikt ten behoeve van den vrede er» de verzoening. Volstrekt geen oorlogsgedachte is in deze toenaderingen ge mengd. Wij hebben over en weer daarbij) geen andere gedachte gehad, dan mode te werken tot het behoud van den vrede. Wijl hebben slechts gehandeld met het oog op de nationale eendracht. Wanneer onze wa penen in Marokko gebruikt zijn, dan is dat omdat wij er onze hoogste belangen hebben moeten beveiligen, onze internationale ver plichtingen ©n de veiligheid van onze Afri- kaansche bezittingen. Geen eukel gevaar voor den wereldvrede kan uit onze voorloo- pige bemoeiingen voortvloeien, die steunen op onbetwistbare tiitels en die wij zullen be perken tot de uitoefening van ons recht. Engeland. Londen, 16 Juni. De afgevaardigde Trevelyan stelde de vraag of er maatregelen genomen worden voor een spoedig 'bezoek van den Cbaar aan Groot-Brittannië en of aan het Huis gelegenheid zal worden gege ven zijne meening omtrent de staatkundige beteokenis van een dergelijk bezoek uit te spreken, voordat er beslissende stappen wor den gedaan. Sir Edward Guey antwoordde, dat er nog geen maatregelen zijn genomen naar aan leiding van een 'bezoek van den Ozaar in de naaste toekomst en dat er dus geen reden is tot beantwoording van het tweede gedeel te van de gestelde vraag. Besloten werd tot de tweede lezing over te gaan van het wetsontwerp 'betreffende de leeftijdspensioenen, dat in de begrootingsre- de van Asquith van 5 Mei werd aangekon digd. Een amendement, dat zich uitspreekt ten gunsrte van verplichte bijdragen voor het pensioen, werd verworpen met 417 tegen 29 stemmen. Oostenrijk. Over de uitkomst van de conferentie der rectoren van de universiteiten wordt be richt, dat twee partijen tegenover elkaar schijnen te staan Terwijl de eene den stu denten welgezind is, wil de andere de be straffing van de studentende eene wil vervroegde sluiting van het zomerhalfjaar, dat den studenten zal worden toegerekend, de andere wil vervroegde sluiting zonder dat halfjaar den studenten toe te rekenen. Alle hoogescholen bleven ook na afloop van de verlengde Pinkstervacantie gesloten. Eene kennisgeving, die de rectoren ge zamenlijk aan de studenten hebben uitge vaardigi, houdt in, dat met- het oog op de houding van den minister van onderwijs voor de studenten iedere grondslag ont breekt om hunne toevlucht te nemen tot het volstrekt ontoelaatbare middel van de staking. De studenten worden aangemaand van de staking af te zienanders zullen de rectoren niet in staat zijn te verhinde ren, dat hun ernstig nadeel wordt berok kend en dat zij eventueel het geheele half jaar verliezen. De rector van de universiteit te Weenen heeft aan deze kennisgeving nog toegevoegd, dat hij piet zou aansporen om weer aan 55 DOOR THERESE HOVEN. Eén seconde kwam 't weer over Marion, dat groote verlangen om eens vrij uit te spreken, maar ei* lag zooveel verholen angst in de stem van 't- goede oudje, dat ze 't nieit van eiich verkrijgen kon, lliaar pijn te doen. Ze vermande zich dus en antwoordde: „O! ja, zeker. U weet toch hoe braaf en goed en eerlijk hij is." „Dat geloof ik. Je had't moeten zien, hoe hiji 's avonds bij, me kwam, zoo heel ge woontjes maar. En hij was toch zee-offi cier... en dat in zijn hart. Als hij eens een oogeniblifcje stil -was, zooals dat dan al eens gebeurt, dan verzon ik maar weer wat van de Marine en dan zat Jan weer op zijn praatstoel. En van klein kind af, -vree-, ger logeerde ik wel eens in den Haag, zie- je on zoolang ik me Jan herinneren kan, herinnier ik me de verhalen, die hij deed, altijd over de zee. „Ik denk zoo wel eens, hoe -is 't moge lijk, dat hij aarden kaai aan den wal, maar hij heeft een mooi nestje en een mooi gaaike er in, dat- scheelt." Marion antwoordde niet. Ze liet tante Naatje kalm doorpraten eu luisterde... tot ze langzamerhand een andere stem ver nam... een stem, die haar verkondigde... dat alles haar schuld was. Dat zij te veel ingegrepen had in 't leven van haar man, dat ze daarom aansprakelijk was (gewo-rden voor beider geluk en dat die verantwoordelijkheid te zwaar was. Wat ze niet had willen inzien, weid haar nu zonneklaar door tante Naatje's uitwei den over Jan's voorliefde voor zijn beroep... Ze had er hem niet aan moeten onttrek ken, ze had hem zijn carrière moeben la ten volgen, ze had den moed moeben heb ben om een zeemansbruid te worden... dat begreep ze nu en nu was het- te laat. HOOFDSTUK XI. V e r k 1 arin g. Het groote boevenstuk op politiek gebied was volbracht. De Tory's «hadden, bij de najaars-venziezangen, een parade-paard noo-j dig om liun kiezers te verlekkeren en hun leiders hadden er niemand -beters voor kunnen vinden dan Lord Roberts, den held van Zuid-Afrika, den steden winner, die er, in een korte spanne tijd, drie had laten ontzetten, Kimberley, Maf ©king en Lady- smith, en er zelf drie andere had genomen Bloemfontein, Pretoria en Joliannesburg. Hij moest terugkomen, hem moesten de conservatieven vertoonenzulk een hooge troefkaart konden de liberalen toch maar niet uitspelen, 't Lastigste van 't geval was, dat 'hij nog eonigiszins gebonden was in Zuidi-Afrika. Die onuitstaanbare, slëókt op gevoede Boeren hadden, bij al hun verve lende gewoonten, ook nog tlio aangenomen van treinen te laten ontsporen en in de lucht te laten vliegen. Om nu de spoorlij nen, waar ze de Hollandsche beambten zoo handig uitgeknikkerd hadden, voldoende te laten bewaken, ha Men ze mennekes noodig, altijd meer. Er was nooit zooveel navraag naar gen temen in khaki geweest. Puiksol- daten waren 't, voorvechters allemaal, een enkelen keer schoten ze eens uit den brand en mishandelden ze onnoodig eenige vroui wen en kinderen of verbranden ze een paar hoeven -meer dan er op 't lijstje stonden, nu ja, dat gebeurde bij' andere legers ook en nog veel erger. Om die enkele uitzon deringen mocht men de overigen niet ver- oördeelen, het was en bleef een uitgezochte heldenschaar. Daar viel niets op af te dingen, maar verbazend duur... daar viel evenmin iets op af te dingen. -De natie zou zich nieuwe offers moeten getroosten. Chamberlain en Co. moesten nieuwe wissels trekken en, om nu de ge zichten van de sdhatting-betalenden te zien op v rooi ijken, moesten ze hun heel iets op wekkends laten zien. Kriiger zelf, the old rogue, zou natuur lijk de aangewezen persoon zijn geweest. Als die 9 November in den grooten optocht,, ter eere van den Burgemeester van Londen van den Lord Mayor, had kunnen fungee- ren, dan zou, het Jingo-Imperalisme over alles gezegevierd hebben. Maar die show-bird was hun ontsnapt y jammer genoeg. Holland's Koningin, was haar oudere zus ter op Engeland's troon en haar irawanteni te slim afgeweest en had zich van den ouden Staats-Preeddent meester gemaakt, niet om hem, als carricatuur rond te leiden, doch om hem, op een waardige manier, iu vei lige haven, te voeren. Koningin Wil'helmina ihad den ouden roem der Nederlanders gehandhaafd, ze had den erfvijand door haar vloot, afbreuk gedaan, maar niet door hun schepen weg te kapen of stuk te schieten en ook niet door hun rivieren op te zeilen, maar door hun kalm hun buit 'te ontvoeren Het aanbieden van de: „Gelderland'' was een Koninklijk, idee geweest, een triomf, in 9tilte 'beraamd eu kalm vol bracht, een inval, der kleindochter van een Willem den Zwijger, waardig. Maar voor de Engelscken was het een streep door hun rekening, een nadeelig sal do in hun grootboek en geen kleine tegen valler. Maar, men kan wel dansen, al is 't niet met de bruid. Paul Kriiger, als reclame- nummer, op het verkiezings- prog raiuma zou prima-prima zijn geweest, te mooi haast-, too beautiful to be true! Nu werd er enkel gemeeemuild. De Brit ten zijn niet onbeleefd tegenover een dame, ze zijn immers gentlemen, in khaiki of in sportcostuum of in wat ook, ze blijven gentlemen tegenover vrouwen. En in Zuid-Afrika, dan? Nu ja... dat was... een vergissing, die maar dood gezwegen moest worden. Het was al heel onkieseh van andere vo'lken en van een zeker gedeelte der -pers om daar zoo op te blijven insiSteeren. Het was een gebrek aan manieren, dat heel onaange-' naam was. Enfin ze hadden een- extra krulletje bij 't verkiezings-nienu noodig, een des sert je om de meer zakelijke, slecht toebe reide, onverteerbare schotels er in te laten gaan en bij Jingodaar kon Lord Roberts, old Robs, wel voor dienen. Maar Zuid- Afrika dan en de oorlog? Wat Zuid-Afrika, daar kon Kitchener, de groote Sirdar, wel verder voor zorgen, en de oorlog? Die moest dan maar uit zijn! John Buil riep er, in zijn verbeelding, den tradïtioneelen sprookjes-olifant maar bij. die met -zijn tooversnuit 't hecle spul letje uitmaakte! De oorlog was uitMaar 't leger 'bleef er en de officieren en minderen werden weg gemaaid a-ls voorheen. De kogels der Boe ren, nu voor 't meerendeel genomen van- de Engelsohen, de dum-dums, de lyddiet-bom- men, ze bleven hun werk doen. De proviand, meegenomen voor de aar digheid, op dé militaire wandeling naar Pretoria, bewees nu van welke qualiteit dio was en toonde aan de geheele wereld, aan het beschaafde Europa, aan het vooruit strevende Amerika, aan de Chineezen en Japanners, zelfs aan de wilde volken op welke manier de groote Britten-natie oor log had willen voeren. De moorddadige projectielen werden, door den vijand, voor wien ze bestemd wa ren geweest, op Engeland's zonen afge vuurd en ze sneuvelden in den oorlog, die uit was. Eu de typhus, de darm-koorts, de pest zelfs, werkten mee om het verdelgingswerk te voltooien, door qp Engeland bogonuen, en zoo wanhopend op Engeland gewroken Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1908 | | pagina 1