bp. tos. Dinsdag 13 October 1908. BUITENLAND. FEUILLETON. CINDERELLA. 7"' Jaarganx. AMERSFOORTSCH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden voor Amersfoortf l.OO. Idem franco per post1.90. Afzonderlijke nummers0.09. Deze Ceurant venehfynt dagelijks, behalve op Zon- en Feest dagen. Advertentiönmededeelingen enz.gelieve men vóór 11 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C°. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 15 regels f 0.90. Elke regel meer - 0.10. Dienstaanbiedingen en aanvragen 39 cent* bij voeruitbeialing. Qroote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrjjf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, b$ abonnement. Eene circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht Voor de opening «Ier zitting van de Fransche Kanier. Heden komen de Kamers in Frankrijk voor hunne najaarszitting bijeen. De grond wet schrijft voor, dat de volksvertegenwoor diging, die van rechtswege in het begin van Januari hare vergaderingen opent, vijf maanden in het jaar bijeen moet blijven. Strikt genomen zou daarmee kunnen wor den volstaan. Maar de arbeid, die valt te verrichten, is zóó overvloedig, dat het ge woonte is geworden in het najaar eene bui tengewone zitting te beleggen, die in den regel tot de Kerstdagen duurt. Als voorlooper tot deze buitengewone zit ting heeft de minister-president Clemen- ceau te Bandol, een stadje in het departement Var, dat heim naar den Senaat heeft afgevaardigd, eene politie ke rede gehouden, die geheel het ken merk draagt van eene programrede. Hij sprak eerst over opvoeding en onderwijs, naar aanleiding van de inwijding van eene schoei, waarvoor hij was overgekomen naar Bandol, maar ging spoedig over tot eene hoofdvraag van de binnenlandsche politiek, de verhouding tusschen de uit de radicale ipartij voortgekomen regeering en de socia listen. Hij liet zich daarover onverbloemd uit en betoogde o.a. De vraag van den dag is niet meer.Re publiek oif reactie", maar „Republiek of revolutie." Een revolutionair gevaar kan slechts door mensclien, die met blindheid ge slagen zijn, miskend worden. De pogingen om zich vreedzaam met de revolutionairen te verstaan, zijn vruchteloos geweest. De minister-president herinnerde er aan, an der welke voorwaarden hij bij de mijnwer kers-staking in het noorden had' beloofd de preventieve aanwending van de troepen bij sta.ki ngsbeweg ingen af te schaften en hoe deze voorwaarden reeds van het eerste oogen- blik af niet waren in acht genomen. Zijne IboemnalCge .belofte was dus ingetrokken. Hij zou zich niet laten afbrengen van zijn beginsel om de orde met alle veredsohte mid delen in stand te houdenvooral konden nevelachtige fraaen hem niet beletten dezen plicht te vervullen. Hij en zijne medewer kers zijn zich ten volle bewust, dat zij slechts werken voor de democratie en kunnen over de bewaringen van de tegenovergestelde zijde met fiere verachting zich heenzetten. Ite verantwoordelijkheid om te keeren en de regeering aan te klagen, dat zij gewelld predikt, is een 'kinderachtige toeleg van de revolutionairen en hunne medestanders. Overigens heeft hij steeds bewezen, dat hij er naar streeft met alle krachten de vak beweging, die ..ustag op haar doel afgaat, to bevorderen. De Oompagnie générale du Travail is wel is waar afgeleid van de ver dediging der ber cepsbelangen door de anar chisten, die er een schrikbewind uitoefenen, maar de overgroot© meerderheid van de le den der vakvereenigingen is voor verstan dige en gematigde denkbeelden toegankelijk en daarom is de hoop gerechtvaardigd, dat de voorstanders van het geweld allengs tot rust zullen worden gebracht. Om deze reden is de regeerdng er afkeerig van iets te on dernemen tegen de Oonfédération als zoo danig. Minister Clemenceau brak daarna den staf over de anti-militaristische beweging, als eene ziekelijke ontaarding, die weldra uit het gezonde organisme van de Franscihe be volking zal worden uiitgeetooten, om ten plotte den lof te verkondigen van den vre- desarbeid der republiek. Hij zeide daarvan „Noch verlaging, nooh tirannie. Het recht is de eenige deugdelijke grondslag van den vrede. Dfeee vrede van het recht en van den arbeid heeft geen grooter voorstander dan 'het Fransche volk en zijne regeering. De iustclling van onze militaire macht heeft geen ander doel dan ons in de moeielijke oogenblikken den steun van eene deugde lijke sanctie te verleenen, welker noodzake lijkheid duidelijk dn het oog springt op dit tijdstip, nu de feiten aan allen den zwak ken. waarborg openbaren van de intematio- iia' verdragen tegen de aanvallende stoo- ten van de macht. Alle volken wenschen de handhaving van de vrede, alile regeeringen verkondigen luid, dat zij vreedzaam zijn, maar, door eene tegenstrijdigheid, die u ongetwijfeld moet hebben getroffen, schijnt het maar al te dikwijils,- dat wij staan aan den voor avond van bloedige conflicten. Dat komt omdat soms volken en regeeringen, misschien zonder het te weten, toegeven aan de platte hartstochten en de onmatige zelfzucht, die ai te lang in hen de hoogere drijfveren van het menschelijk bewustzijn tot zwijgen bren- sen- In de moeielijkheden, in de gevaren zelfs van het huidige tijdhtip zullen wij met ons gansehe streven, met steun van onze bond- genooten en vrienden, er toe medewerken om, voot zooveel dat kan, de tegenstrijdige belangen te verzoenen, door voort te gaan, oru.i krachtige sympathie kenbaar te ma ken voor het volk, dat strijdt voer de in stellingen der vrijheid. De vólken komen langzaam, maar zeker tot het bewustzijn van zich aelfdat is voor ons dte grootste reden van hoop. Hunne regeeTingen hebben eene andere taak dan hen te leiden naar de ontmoetingen op de slagvelden, maar geen van ons mag deoogen sluiten voor het bovenal gewichtige feit, dat er geen persoonlijke en maatschappelijke vooruitgang kan zijn, als niet de eer en de waardigheid nauwgezet worden behoed. Slechts op die voorwaarde zal het werk van het recht, overal begonnen, zijn loop kun nen vervolgen." Duitschland. Berlijn, 12 Oct. De rijkskanselier is heden morgen hier van Norderney aan gekomen. Schwerin, 12 Oct. De Landdag werd heden geopend en nam een schrijven van de Groothertogen in ontvangst, mededeelend, dat het door de ridderschap gedane voor stel tot wijziging der grondwet onaanneme lijk wordt geacht, en het regeeringsvoorstel op nieuw ter behandeling wordt aange boden. De Landdag besloot gemachtigden te kiezen, om met de regeering in overleg te treden. Berlijn, 12 Oct. De heden voor den langen tocht opgestegen ballons hebben, daar de wind woei uit het zuid-oosten, eene noord westelijke richting ingeslagen In het Kanaal bevindt zich eene flottille Duiteche torpedobooten, om ©ventueele hulp te kunnen verleenen aan de in noordwes telijke richting gedreven luchtballons, die aan den tocht deelnemen. Frankrijk. Parijs, 12 October. Do ministers kwamen hedenmorgen in kabinetsraad bij een. Pichon gaf eene uiteenzetting van de staat der zaken in Marokko en in het Oos ten. De kabinetsraad sprak zich uit voor een onmiddellijke behandeling der begroo ting. Indien alle rapporten nog niet gereed zijn voor de bespreking der inkomstenbelas ting, zal de regeering eene speciale zitting ter bespreking van deze kwestie tegen mor gen vooratellen. Engeland. Londen, 12 Oct. Vijf leidsters van de suffragettes zijn opgeroepen om voor den rechter te verschijnen, als beschuldigd van opruiing tot oproer. Deze stap is het gevolg van een manifest, waarin de suffragettes ver klaren voornemens te zijn om met geweid zich toegang tot de vergaderzalen van het parlement te verschaffen, en het volk op roepen om hen te steunen. Noorwegen. Met het oog op de eerlang te verwachten i internationale conferentie over Spitsbergen, I Heeft de Engeleche regeering Sir Martin Conwav, die bekend is als ontdekkingsreizi ger in het Noordpoolgébicd, opgedragen een rapport uit te 'brengen over Spitsbergen, met bijzondere inachtneming van de poli tieke beteefcenis van dit thans teerlooz© land. Sir Martin Conway is bij herhaling op Spits bergen geweest, o. a. in 18%, toen hij als leider van eene expeditie het middelste ge deelte van het westen naar het oosten heeft doorkruist Spanje. Madrid, 12 Oct. Kamer en senaat hebben heden hunne zittingen hervat. De Kamer herkoos Dato tot voorzitter. Oostenrijk-Hori'garije. Uit Budapest wordt aan de Frankf. Ztg. bericht, dat het Oostenrijksch-Hongaarscho legerbestuur, ondanks alle verzekeringen van het tegendeel, krachtige maatregelen neemt tegenover de eventueele gebeurtenissen in Servië. De ministers van buitenlandscho zaken en van oorlog houden drukke con- ferentiën met den marine-commandant en den chef van den generalen staf. Uit Servië komen berichten van oorlogstoebereidselcu alle reservisten zijn onder de wapenen geroe pen en een krijgsraad is bijeen geroepen. Volgens de informatiën van den generalen staf, zijn de Serven van plan gewapende benden, onder aanvoering van officieren, naar Bosnië en Herzegowina te zenden. Daarmee staat in verband het bericht van de afsluiting van alle bruggen over de Save en van de visitatie der in Agram aankomen de passagiers; men vreest namelijk voor een aanslag tegen de spoorlijn Agram-Semlin. Wanneer de verkregen informatiën nader be vestigd worden, zal er ongetwijfeld eene ver klaring van Oostenrijk-Hongarije uitgaan, dat do verdere toerustingen van Servië als eene vijandige daad zullen worden be schouwd. Daardoor krijgt het uitzonden van de Donau-flottille in volle oorlogsuitrusting eene groote beteekenis. Tegelijk wordt- voort gegaan met het onder de wapenen roepen van reservisten. -- De uitgezonden Donau-monitors hebben oene bemanning van 424 man, waarvan 24 officieren en 240 manschappen uit Pola zijn ontboden. De geheele flottille bestaat uit twee groote en vier kleinere monitors, be nevens vier patrouillebooten. Zij hebben 24 snelvuur-kanonnen aan boord. Zij veidoeven thans bij den Theiss-mond, op weinige Kilo meters afstand van Semlin. Tot de militaire voorzorgsmaatregelen tegen Servië behoort ook de versterking van de grenswachten langs de Servische grens door infanterie en gendarmerie. Ook pioniertroepen worden naar de Servische grens gezonden. Dit heeft enke1 ten doel verrassingen te verhinderen. Als er geen nieuw incident opkomt, zal men zich tot deze voorzorgsmaatregelen bepalen. D« annexatie van Boanie en Herzegowina. Budapest, 12 Oct. De commissie van buitenlandscho zaken van de Hongaar- schc delegatie begon heden met de behan deling van de begrooting van buitenland- soLj zaken. Minister Aeh rent hal verklaarde, dat de regeering in de onlangs door haar genomen beslissing de staatkunde wilde voortzetten, 3ie dertig jaren geleden dioor Andxaasy is begonnen. Andrassy was volstrekt niiet van p'an gebied te verkrijgen, maar achtte het uoodig maatregelen te nemen tot bescher ming van de zuidgrens na den oorlog van 1877/1878. Het bewijs is geleverd, dat An drassy inderdaad in zijne politiek geleid werd door d© gave van vooruit te zien van den staatsman. Sedert zijn vele veranderingen voorgeko men, die meer en meer aantoonden, dat eene nieuwe bevestiging van de machtsidee, door Andrassy 'betreffende Bosnië uitge sproken, noodzakelijk geworden was en dat het van belang was op nieuw die bevestiging uit te drukken om redenen van staatsbe lang. De inlijlving, die thans wordt uitge voerd, heeft dan ook zeker niet plaats ge had ooi gebied te veroveren, maar om den sints dertig jaren bestaan den toestand te bevestigen. De inlijving was noodig om aan de bezette gewesten eene grondwet- te kun nen geven en ook in het belang van de bui tenlandscho politiek van Oostenrijk-Honga rije. Wij willen zonder voorbehoud; het be ginsel van non-interventie handhavenwij willen op afdoende wijze de legende vernie tigen, dat wij zinnen op verovering van ge- bic buiten datgene wat wij bezitten. Wij wensohen aan Turkije een nieuw tijdperk van voorspoed en sucoes. Wij hebben do vaste hoop, dat onze stap in Konstanfcinopel zal warden 'beoordeeld in den zin zooals wij h< bedoelen. Wij zijn bezield door de le vendige begeerte, dat de vriendschappelijke betrekkingen met Turkije bevestigd moeten worden. De berichten uit Konstantinopel zijn niet ongunstig. Zij rechtvaardigen de hoop, dat onze bedoelingen er worden opgevat zooals wij onderstelden. Er komt in Konstantino pel eene correcte opvatting aan den dag, dat eene verandering van krachten, voort komende uit onze actie, heeft plaats gehad, maar slechts ten voordeel© van Turkije ten gevolge van de ontruiming van het sandjak Nov i bazar. Uit dit oogpunt vormt onze po litiek zeker een vooruitgang in vergelijking met den staat van zaken van 1878. Par ij s, 12 October. Aan de Temps wordt uit Budapest bericht, dat de Ser vische Muzelmansch-nationale organisatie in Bosnië en Herzegowina een manifest heeft uitgegeven, waarin de grieven tegen de be zetting van deze twee provinciën worden op gesomd en een grondwet wordt gevorderd, ten einde aan het volk het recht van con trole en wetgeving te verzekeren, waardoor belet zal worden, dat alles wat het Bos nische volk betreft, zonder zijne toestem ming wordt opgelost. De stamming in Servië. 3elgrado, 12 Oct. De buitengewone zitting van de skoepsohtina is zoo juist ge sloten. Het volgende Besluit is met alge- 1 meene stemmen aangenomen: „De skoopeoh- tina, gehoord de ophelderingen van de re geering over de maatregelen die zij heeft I genomen, verwacht, dat een krachtige ijver I zal worden aan den dag gelegd voor de bescherming van de 'bedreigde 'belangen dor natie. Met dit dóell voor oogen, zal dó skoepschtina de regeering do meest uitgc- breide steun verleenen." Belgrado, 12 Oct. In de zitting der Skoeptsjina vroeg de minister van oorlog een crediet van 16 millioen dinars ter comjjlo- I teering der legerkrachten. De vergadering nam met algemeen© stemmen een motie aan J goedkeurende de houding van dc rageering om over alles wat het Servische volk bezit te beschikken. Belgrado, 12 Oct. De Skoepschtina heeft de oredietaanvraog van 16 mil lioen dinars voor de bewapening der troe pen naar de financieole commissie gezon den, en nam daarop het voorstel aanvan den voorzitter om een broederlijken groet te zenden aan de Montenegrijnsche Skcop- öohtina. De voorzitter constateerde de bewonderenswaardige eenstemmigheid, di© heerscht in de Kamer, welke gisteren een motie heeft aangenomen, waarin de hou ding der regeering wordt goedgekeurd en al wat het Servische volk bezit tot har© beschikking wordt gesteld. Tweedie telegram. Do motie, die aan de Montenegrijnsche Skoopschtina als br.ederlijke groet is gezonden door de Ser-* v.sche Skoepschtina, zegt, dat deze bijeen is om de verdediging en de toekomst van de becbeigdo Servische natie voor to bereiden. Derde telegram. In de heden ge houden openbare vergadering van de Skoepschtina werd met algemeene stemmen de volgende motie aangenomen- De Skoepschtina, gehoord de verklaringen om trent de maatregelen, die de Servische re geering van plan is te nemen, spreekt met algemeene stemmen vertrouwen uit in de Koninklijke regeering en verwacht van de regeering een allerkrachtigst optreden tot verdediging der bedreigde belangen. Daar voor stelt de Skoepsohtina de geheele kracht van het Servische voMc ter beschikking van de regeering. Belgrado, 11 Oct. Heden namiddag hield eene volksmenigte eene 'betooging voor de woning van den kroonprins. In antwoord cp de 'hem door de betoogers gebrachte hul debetuigingen, hield de prins de volgende j rede: „Waaide broeders, ik ben zeer ver- I heugo over de gelegenheid, die mij gegeven I wordt, om mij verbonden te verklaren met den eenstemmïgen wensch van de geheele Servische natie. Ik ben er zeer trotsch op soldaat te zijn en alls do nood komt, hoofd va. do Servisoho natie. Met u, die wilt strij den voor het vaderland en voor zijne eer, zal ik altijd strijden en mijn bloed vergie ten, gelukkig een zoon te zijn van het Ser visch© volk, die geurigste bloem van don SDavoschen ruiker. Leve Ihij, die will sterven voor het vaderland! Dood aan hem, die zijn leven niet aan het vaderland wijdt! Leve het Servische volk!" DOOB 43 S. R. CROCKETT. Uit htt Schotach vtriaald DOOB J. P. WES8 KLINK —VA N R0S8UM. „Grootmoeder, het is waar, dlat ik dik- wijils in Empress Gate ben geweest, maar dat is in alle oprechtheid alles", zei hij glim lachend; „het is een aangenaam huis, en de meisjes zijn ieder cp haar wijze knap. Ik houd van Tom „Je kunt den heer des huizes en de aan staande schoonmoeder verduren! Alles goed en wel', maar wat ik verlang te weten is, of je je vadier plezier hebt gedaan en verliefd! bent geworden op het rechte meisje?" „Ik ben in htet geheel niét verliefd' gewor den, grootmoeder", zei Carus, noch om mijn vader plezier, noch hem displeizier te doen. Ik mag juffrouw Torphiohan-Stir 1 ing heel graag ilijdlen, en zij is Heel vriendelijk voor mij. Zeker heb ik meer van haar dan vain een dér anderen gemerkt." „Ik denk, dat de heer Sylvan us dat zoo schikt, of misschien het meisje zelf. Is het je wel dóit opgevallen, Carus, dat je een zeer gewenschte partij zijt?" „Ik ben blij, dat u er zoo over denkt, grootmoeder, hét kan mij niet schelen wat iemaind andere zegt". „Geen verdiar gevlei, mijnheer", riep de Oude dame hem nog eens met den vinger dreigend,en daarbij heb je een uitnemende titel, wel, hij i9 ouder dan Niddisdale" Haar Genade kneep in het oor van haar lieveling en toen Carus deed alsof het hem pijn deed, zeide zij„Ik heb ie gezegd, wa't er zooi gebeuren. Maar alle gekheid op een stokje, ik moet dat gezin Torphiohaai zien, en wel hoe eerder hoe beter. Ik. zal vanmid dag met je gaan en de meisjes bezoeken. Kom mij om vijf uur halen, als je niets beters te doen hebt". „Ik zdTTüiets weten, wat half zoo aange naam was", zef'Carus opgeruimd. Hij hield! werkelijk van die openhartige en exent.rieke oude dame. Ziji was dó eenige vriendin en vertrouwde zijner jeugd' geweest, de trouwe en stille helpster uit menige schooljongens- streek, de edelmoedige fee die zijn karige toelage aan de hoogesohool aanvulde, zoodat hij kon roeien en lid' wordien van die vereeni- gingen, die al' het verschil uitmaakten tus schen het studeeren aan een hoogeschool en het student zijn.'. Precies om vijf uur was Carus weer in Scotstarvit-Heuse. Zijn grootmoeder was reeds gereed, en het rijtuig stond te wachten. Ca rus die van groote koetsen een afkeer had, zou een ooupé hebben verkozen, maar bij' do ©erete zinspeling stoof haar Genade van Nid disdale op. „Dónk je," riep zij, „dat ik mijn oude beenderen toevertrouw aan zoo'n ding waaruit ieder ©ogenblik de bodem kaai vallen en je zelf op straat wordt geworpen als stroo, dat van een wagen valt?" Timson opende de deur. Daar hij reeds in verscheidene families had gediend kende hij het livrei van Niddisdale en cvenzoo het ka»- rakter van Haar Genade. Toch was hij een weinig zenuwachtig door haar snellen en g)e- biedendón toon. Snel nep hiji vooruit om Carus en zijn grootmoeder naar boven te geleiden. „Be6te man, niet zoo gauw," riep de oude dame. „Als je zoo oud bent als ik, zal j© aan je laatste uur gaan denken, wanneer je een trap beklimt!" Daardoor ging het gezelschap langzaam! naar boven. Timson die verlangend' was, dat het mooiste vertrek zulk een gast zou ont vangen, en een licht ziende in de groote ont vangkamer, wierp de deur open maar in een oogweuk ziende, wat er aan het andere ein de van de kamer plaats had', zou hij de deur weer even snel hebben willen sluiten. Maar dó onstuimige Genade van Niddis dale, duwde .hem- op zij tegelijkertijd een teeken gevende te zwijgen. Onder eenige hoogte lampen, die haar glans op haar hoofd deden neeretroomen, danste een jong meisje geheel alleen. Een. weinig naar achteren en verborgen door de .laanpen., stond een oudó, in elkaar gedoken man, zijn boenen bewe gende alsof hij; er naar verlangde zich bij zulk een schoone danseres te voegen. De kin van den dansmeester zonk op zijn borst, en koeseterde de viool op wier muziek het. meis je danste. Bevallig en met geheel© ©vergave en gloed' danste zi^, met al het onsohuldig genot van volmaakte gezondheid en uitne mende oefening. Carus zag over dó schouders van haar Ge nade. Hij haalde snel adem, terwijl hij keek en zijn hart klopte hevig. De godinnen wa ren hem gunstig geweest. Dit was het meisje dat hij in den Schemer op de trap had ge zien. Mot een snelle, diepe 'buiging en een flikkering van sierlij;ke schoentjes was de les over. „Bra.vo[" riep die kleine Franoohman rid derlijk, zijn viool en strijkstok in oen hand nemende, liet hij zich een beetje stijf maar toch nog altijd hoffelijk op een knie neer. Ik maak u oprecht mijn compliment, made moiselle., ik kan u niets meer loeren. Sta miji toe, dat ik uw hand! kus. Het is vol maakt-prachtig. „Bravo ja werkelijk bravo!" stemde haar Genade in van af dó duisternis der deur, waar de bezoekers verborgen waren geble ven; onder het spreken trad zij naar voren en stak haar hand uit. „Ik wist niet, dat er in Londen iemand was, die enkel uit liefhebberij met zulk een geest en bevalligheid! danste, wel mijn lieve, giji zijt een schoonheid' of zult het spoe dig worden. Is dit je juffrouw Ethel, jonge man!" Zij wendde zich tot Carus, die als aan dón grond vastgenage'df stond en geen wóórden kon vinden om te antwoorden. „Neen, grootmoeder,brajcht hij. eindelijk stamelend uit, „het is geloof ik juffrouw Martin, de huisonderwijzeres!" „De huisonderwijzeres," riep haar Ge nade. „0, joif schelm Ho© het. zij, zij. is eenl bekoorlijk meisje." Ondertusschen had de oude Fran&chman buiging na buiging gemaakt. Ook hij kende de hertogin van Niddisd'aile van aanzien, daar hij in het grijze verleden den tegen- wöordigen hertog met buitengewoon onbe vredigend succes de passen had geleerd. „Ik vraag uw Genade verschooning," zeide hij, „maar deze zoo begaafd© jonge dame is niet juffrouw Martin, maar juf frouw Hestor Stirling, de nicht der jongo dames va.n dezen huizo!" „Wat, mijn lieve!" riep de hartstochte lijke, oude diaime, „zyit gij de dlochter van Isabel Stirling!?" „Ik ben haar kleindochter," antwoordde Hester kalm. „Maar lieve hemel, wat dóet gij hier?" vervolgde zij, naar de blozende wangen zien de en het kleine voetje dat voortging ge jaagdheid te toonen' door snel op den vloer te trappelen. „Lady Torphiohan.Stirling is mijn tam- te, mevrouw," zei Hester, hepende spoedig weg te kunnen komen, „haar echtgenoot is mijn voogd. Neg tot kortgeleden werd ik op gevoed dóór vriendelijke lieden xn Schotland. Ik ben hier nu sinds drie jaar. Miijn oom liet mij kernen ik heb de beste ondórwij1- zers. Het is een groot voorecht. „Ik heb u te voren nooit gezien," viel Carus in, „gij kunt do kleine Hester Stirling toch niet zijn, die ik piakht te zien 'bij den predikant van het kerspel St. John. Wat zijt gij gegroeidWaar hebt ge u altijd verstopt, telkens als ik hier kwam Verlangdet gij er •niet naar een oud' vriend1 te ontmoeten?" „Ik ben mocetal in de leerkamer met de kindoren," zei Hester bedeesd, „maar ik heb u dikwijls op een afstand, gezien." „Mijn lieve," zei de hertogin, ,,gij moet mij onmiddellijk komen opzoeken, ik wil op u toezien terwille uwer gjrootmoeder. Zij was eeni zeer goed© vnendin van mij'. En bovendien komaan, wacht maar totdat ik je eens fn de kloeren heb gestoken, dat is alles'" De laatete zin werd1 w*> zacht uitge sproken, dat Carus hem slecht kon verstaan. \Vutdt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1908 | | pagina 1